Liefhebber:
Onderwerp:
Veerle-Heide – Veerle-Heide is een afzonderlijke parochie van Laakdal en telt duizend inwoners. Het behoorde in het verleden toe aan de Abdij van Averbode. Het vormt nu het vijfde kerkdorp van Laakdal.
We bevinden ons op het “Drie Provinciënpunt” of het punt waar de provincies Antwerpen, Limburg en Vlaams-Brabant samenkomen. Mensen die het kunnen weten beweren dat de poort van de Abdij van Averbode draait op het snijpunt van deze drie provincies.
Onlangs viel Laakdal met een supergrote vestiging van “Nike” op economisch gebied nog eens dik in de prijzen.
De duivensport is ook hier tanende. De twee duivenlokalen “Veerle Straat” en “Veerle Dorp” zijn zo’n 10 jaar geleden gefusioneerd en Veerle telt nu nog één lokaal met 25 spelende leden.
Maar dit zakdoekdorp deed het afgelopen seizoen lang niet slecht in de nationale kampioenschappen. Met name Olivier Geyskens (55), metaalarbeider bij Daf Trucks, schitterde met 1e Nationaal Kampioen KBDB Kleine Halve Fond Jonge Duiven, 3e Nationale Asduif KBDB Kleine Halve Fond Jonge Duiven en 6e Nationaal Kampioen KBDB Jonge Duiven !
1e get. | 2e get. | ||
30/6 Melun | 194 d. | 12 | 1 |
07/7 Melun | 408 d. | 21 | 2 |
18/8 Chevrainvilliers | 693 d. | 1 | 18 |
25/8 Melun | 535 d. | 1 | 3 |
01/9 Melun | 431 d. | 19 | 4 |
Grootvader Henri
Olivier Geyskens is in 1978 begonnen met duiven en moest in 1982 zijn militaire dienstplicht vervullen. Het was vader Laurent die toen de hele duivenhandel op zich nam terwijl zijn zoon van huis was. Vader en zoon hebben toen ook nog enkele jaren samengespeeld op de snelheid onder de naam Geyskens en Zoon. In 1991 is Olivier dan zelfstandig begonnen op de snelheid op zijn huidig adres. In 1996 maakte hij de overstap naar de kleine halve fond met jonge duiven en enkele duiven werden ook gespeeld op de grote halve fond.
Maar de duivenliefhebberij gaat er nog een generatie verder terug. De grootvaders Henri en Franciscus hadden beide duiven maar prijs spelen was voor hen een aartsmoeilijke opgave. Het moet wel gezegd dat Henri zijn “Blauwe” een echte superduif was op Quiévrain. Niemand in het lokaal durfde zeggen dat hij de eerste gewonnen had vooraleer Henri met zijn constateur binnen was.
Maar grootvader Henri deed het “bietenseizoen” in Wallonië en was telkens de hele week van huis weg. Laurent die toen 12 à 13 jaar oud was moest bij vaders afwezigheid de duiven soigneren. Hij moest ook de duiven voederen en vader had een ingenieus systeem bedacht.
Laurent moest een luciferdoosje vullen met tarwe en het doosje dicht schuiven en wat in het doosje overbleef was de dagelijkse portie eten voor één duif. Laurent moest ook de duiven opleren en ze met de fiets gaan lossen op 10 km maar dat zag zoonlief niet zo goed zitten. Hij voerde de duiven 1 km ver en wachtte een kwartier vooraleer ze te lossen. Daarna wachtte hij daar nog een kwartier vooraleer hij terug naar huis fietste. En vader was weer heel tevreden want zijn “Blauwe” kwam er nog al uit ! Vele melkers vroegen Henri om aan samenkweek te doen met de “Blauwe” maar dat is nooit echt een meevaller geweest.
De basis
De eerste basisduiven van Olivier Geyskens kwamen van Van Leest-Peeters, Nijlen via Henri Menten, Herselt. Twee doffers van Paul Huls, Zonhoven deden het voortreffelijk in Veerle. Met Paul Huls wordt er bovendien nog veel informatie uitgewisseld en Paul en Olivier steunen elkaar op vele domeinen.
Een doffer en een duivin (broer + nestzuster) van het hok Geyskens-Deville, Veerle waren ook een schot in de roos. Daarbij kwam nog een doffer van Robert Verheyden, Tielt-Winge via Denis Heens. Er werden ook duiven uitgewisseld met de tandem Laenen-Mariën, Olen en met Ludo Helsen, Paal-Beringen. De grootmoeder van stamvader “Potske” komt van het hok Luc Daans, Begijnendijk. Met een doffer van Jan & Rik Hermans, Pulle was het ook meteen bingo. De vader van de 3e Nationale Asduif KBDB Kleine Halve Fond Jonge Duiven kwam van het hok van Koen Dockx, Herselt.
Met dit klassemateriaal formeerde Olivier Geyskens een kolonie die momenteel met de beste kan wedijveren.
Weduwnaars 80 procent prijs
Onze nationale kampioen kwam aan de start van het seizoen met een team van 8 weduwnaars, 89 jonge duiven en 15 kweekkoppels. Ofschoon het spel met jonge duiven prioritair is deden de weduwnaars het verre van slecht en wonnen 70 à 80 procent prijs. Tien duiven die op de grote halve fond gespeeld werden wonnen 9 prijzen in de eerste helft van de uitslag.
Tijdens de winter komen de duiven nooit buiten wegens het gevaar voor roofvogels. De weduwnaars worden begin januari gekoppeld en trekken een koppel jongen groot. Wanneer de jongen 18 dagen oud zijn gaan de duivinnen van het hok en de doffer moet zijn jongen 5 dagen alleen voederen. Dit wordt gedaan om de bakvastheid van de doffer te bevorderen. Daarna volgde geen “echte” tweede koppeling meer. Met drie dagen mooi weer in het vooruitzicht worden de doffers opgeleerd. Ze gaan op woensdag, donderdag en vrijdag de mand in voor een opleervluchtje en op vrijdagavond gaan ze de korf in voor Momignies. De duivinnen komen dan vanaf woensdag bij de doffers tot na de aankomst van de eerste vitessevlucht. Wanneer de duivinnen dan wegenomen worden zitten de doffers op weduwschap tot twee weken voor Bourges. De kleine halve fond wordt iedere week gespeeld. Op de grote halve fond wordt er in principe om de twee weken ingekorfd. Was het een wedstrijd aan 1800 m dan kan het gebeuren dat er op de grote halve fond ook twee weken na elkaar gespeeld wordt.
Olivier werkt met de vroege en de late shift. Bij de vroege shift trainen de weduwnaars ‘s avonds om 17 u. Bij de late shift wordt er tijdens de zomer ‘s morgens om 5.30 u getraind. In het voorjaar gebeurt dat om 8.30 u. In juni, juli en augustus trainen alle duiven eenmaal daags ‘s morgens. De weduwnaars en de jonge doffers trainen dan samen. In die maanden mag Olivier halve dagen verlof nemen. Hierbij dan ook een bedankje voor zijn bazen die op dat gebied heel soepel zijn.
Eens opgeleerd worden de duiven in principe niet meer tussendoor weggevoerd. Het kan gebeuren dat na een slechte wedstrijd de duiven een “lapvluchtje” afhaspelen om opnieuw vertrouwen te krijgen. Bij het inkorven komen doffers en duivinnen altijd samen en er wordt gewacht tot doffer en duivin samen in de nestschotel liggen. Bij aankomst van een wedstrijd blijven de partners in het begin een half uur samen en naar het einde van het seizoen kan dat oplopen tot een halve dag.
Jonge duiven deden het prima
De ploeg jonge duiven wordt gefokt uit kwekers en beste vliegers. Van de beste 5 à 6 kwekers worden de eieren van de tweede ronde verlegd onder de weduwnaars en deze kwekers komen opnieuw met eieren. Zo worden er 6 jongen gefokt uit de beste kwekers. De jongen worden gespeend aan de ouderdom van 20 dagen.
De jongen worden verduisterd van bij het spenen van de 2e ronde (eind februari) tot 10 juni vanaf ‘s avonds 18 u tot ‘s morgens 9 u. Er wordt bijgelicht van half juli tot einde seizoen. Bij het opleren worden de jongen tweemaal weggevoerd tot 15 km en tweemaal tot 35 km en daarna wordt het Momignies. Tussendoor worden ook de jongen niet meer weggevoerd tenzij na een slechte wedstrijd. Het is ook zo dat de jongen geweldig trainen aan huis.
De schuifdeur wordt ingevoerd vanaf 10 juni maar de duiven komen bij de inkorving amper 1 minuut samen. Olivier moet werken tot 18 u en dan gaat het snel naar huis. Er wordt snel gegeten want om 19 u moeten de duiven reeds ingekorfd zijn. Er komen ook twee kartonnen dozen op de bodem van het hok waarin een deel van het jonge volkje kan stoeien. Tijdens de week worden deze dozen van het hok verwijderd.
Olivier Geyskens : “Ik ben een “winner” en met verliezen heb ik het moeilijk. Ik haal “alles” uit mijn duiven. Zij kunnen rekenen op een verzorging op de minuut en ik verwacht van hen ook iets terug. Moeder Celine staat in voor de verduistering of het bijlichten van de duiven wanneer mijn shift dit niet toelaat. Soms staat ook de voederbak klaar en na 15 minuten pikken wordt de dis afgeruimd.
Ik drijf mijn duiven binnen met een stok van 3 m. Duiven die aankomen van een wedstrijd moeten meteen binnen lopen. Ze zijn zo geconditioneerd dat wanneer ze deze stok zien ze naar binnen snellen.
De eerste ronde jonge duiven heeft een fantastisch seizoen 2018 gevlogen. De 2e ronde vloog slecht en kende veel verliezen. De jongen kregen ook af te rekenen met een adenobesmetting (17 duiven opgeruimd). Later ben ik erachter gekomen dat de oorzaak waarschijnlijk lag bij een groot hoornaar-nest in de spouwmuur van het hok. Het houten geraamte en de houten platen werden gebruikt als bouwmateriaal voor hun nest. En door het aanhoudend gezoem kenden de duiven op dat hok geen rust. Ik heb lang gedacht dat het geluid van muizen kwam maar het kwam van de hoornaar-wespen. Bij het verwijderen van het nest vielen deze wespen me aan en de steek die ik kreeg in mijn arm is nog niet genezen.
Normaal wordt de 2e en 3e ronde ingezet op de nationale vluchten maar dat lukte niet in 2018. Mijn 1e ronde heeft moeten presteren van half mei tot half september en deed het prima met o.a. 1e en 2e reg. Chateauroux, 2e reg. Argenton (11e nat.), 1e reg. Chateauroux en 6e Nationaal Kampioen KBDB Jonge Duiven !”
2012: 2e Nat. Kampioen KBDB Kleine Halve Fond Jonge Duiven. 2014: Kandidaat winnaar maar niet opgestuurd. 2015: 3e Nat. Kampioen KBDB Kleine Halve Fond Jonge Duiven 2016: 2e Nat. Kampioen KBDB Fond Jonge Duiven 2017: 8e Nat. Kampioen KBDB Kleine Halve Fond Jonge Duiven 2018: 1e Nat. Kampioen KBDB Kleine Halve Fond Jonge Duiven |
Voedersysteem
De duiven op de kleine halve fond worden iedere week gespeeld. Ze worden ‘s morgens en ‘s avonds “volle bak” gevoederd in een gezamenlijke voederbak en kunnen 15 minuten pikken. Daarna wordt de voederbak weggenomen en de rest van het eten gaat naar de weduwduivinnen.
Bij aankomst van een wedstrijd op zaterdag wordt er “Sport Galaxy Energy” (energierijke sportmengeling) gevoederd en in het drinkwater zijn er elektrolyten van Belgica-De Weerd. Op zondag en maandag wordt het “Premium Vandenabeele” (licht verteerbare mengeling). Iedere week op zondag gaat er conditiepoeder + vitamineral (Dr. Mariën) samen met “Ferti Oil” of “Sedochol” over het voeder. Om de maand wordt ook de conditiesiroop van Dr. Mariën verstrekt. Op dinsdag en woensdag wordt het reeds “Sport Galaxy Light” wanneer er een zware wedstrijd voorzien wordt voor het weekend.
Op donderdag is het inkorven voor de grote halve fond en dan wordt het “Sport Galaxy Energy”. De duiven voor de kleine halve fond, die op vrijdag ingekorfd worden, gaan dan naar buiten en wanneer die terug binnenkomen wordt er “Sport Galaxy Light” gevoederd. Op vrijdag is het inkorven voor de kleine halve fond en die duiven worden dan “Sport Galaxy Energy” gevoederd.
Volgens het aanvoelen van de duiven wordt er 3 dagen na elkaar “Win Mix” (Comed) gegeven maar niet iedere week. Olie van Comed wordt in het begin van de week gedurende één dag verstrekt.
“Grit Allerlei” van Paloma wordt heel veel gegeven. Zeker wel 200 kg per jaar en iedere dag een verse portie. Daarbij komt ook nog een portie gewone grit.
Medisch bij de pinken
Na het spenen en de jongen beginnen in de nestvakken te klimmen wordt er 6 dagen behandeld met B.S. (Belgica-De Weerd). In de loop van het seizoen bij heet weer of bij overzitten, waarbij de duiven gedronken hebben in de mand, gaat er op zaterdagavond (1x) en op zondag (2x) B.S. in het drinken.
Tweemaal per jaar gaat Olivier met zijn duiven op controle bij Dr. Mariën. Dierenarts Danny Van Hoof zorgt voor de klassieke inentingen. Aminozuren en jonge duivenpoeder (tegen adeno) komen van Dr. Peeters.
Tegen de luchtwegeninfecties werd er in de loop van het seizoen 1x 5 dagen en 1x 2 dagen behandeld. Bij “one eye cold” wordt er behandeld met oogzalf “Fucithalmic”. Wanneer de symptomen zich manifesteren worden de duiven driemaal daags behandeld.
Hokken
De vliegduiven zitten op een tuinhok van 9 m en de kwekers en de weduwduivinnen op een tuinhok van 8 m. De hokken staan zuidoost gericht en er staan geen volières voor de hokken. De verluchting gebeurt via een opening van 10 cm vooraan onder de pannen. De hokken hebben een plankenvloer en tijdens het vliegseizoen worden ze tweemaal daags gereinigd. Na het vliegseizoen worden de teugels gevierd en dan worden de hokken om de 3 à 4 weken gereinigd. Zien ruien doet ruien zegt Olivier ! Er is een grote kuis voorzien rond half november en de hokken worden om de twee weken geschroeid met de gasbrander.
Olivier zorgt maniakaal voor de drinkpot want die is de haard van alle infecties. De drinkpot wordt dagelijks gereinigd, staat 1u te drogen en gaat met vers water terug op het hok. De melkers in Veerle hebben heel veel last van roofvogels die in de bosrijke omgeving een uitstekende habitat hebben.
Bikkelharde selectie
De selectie in Veerle-Heide is bikkelhard. Een weduwnaar ziet zijn verblijfsvergunning verlengd wanneer hij 70 à 80 procent prijs vliegt met 4 à 5 keer in de spits. In 2018 blijft er maar één weduwnaar over. Bij de jonge duiven geldt dezelfde norm als bij de oude duiven.
Vader Laurent went de afgekeurde jongen over en speelt er nog voortreffelijk prijs mee ook. Van de 89 jonge duiven blijven er aan het einde van de rit slechts 7 doffers en 4 duivinnen over. De mand is de enige keurmeester en Olivier geeft zijn voorkeur aan een duif met een zachte pluim.
Varia
Olivier Geyskens: “Wanneer ik bijgehaalde duiven naar het kweekhok breng dan krijgen die twee jaar om te bewijzen. Een doffer kan dat bewijzen met 2 duivinnen en een duivin kan dat met 2 doffers. De zelfgekweekte duiven die naar het kweekhok gaan zijn al op voorhand geselecteerd.
Ik heb dit seizoen 12 dagen behandeld met Parastop maar de duiven werden niet ingeënt. Dat inenten tegen paratyfus gebeurt hier maar om de 2 à 3 jaar.
Welke duiven ik met elkaar koppel ? Vrij simpel, ik koppel prestatieduiven tegen elkaar en dat is de enige norm. Neef x nicht is de dichtste familiekweek die hier gebeurt. Maar eerlijk gezegd ik hou meer van kruisingen. En de beste bloedlijn van mijn hok is uiteraard de lijn van het “Potske”.
Alleen de late jongen op het kweekhok worden “voorgekoppeld”. De doffers krijgen twee weken voor het koppelen licht op de hokken. De duivinnen krijgen geen licht op voorhand.
En wat de prestatiedrang betreft, ik ben een “winner”. Mijn beide grootvaders waren duivenmelker. Op de waterput zitten en de duiven bewonderen was iets wat ik als jonge knaap heel graag deed.
Ik vind dat de samenspelen een overkoepeling in het leven moeten roepen. Maar van een inkorfbeperking ben ik geen voorstander. Laat iedereen zoveel duiven inkorven als hij wilt. Iedereen heeft maar één 1e getekende!
Een topvlieger en topkweker
“Potske” B14/6253216 heeft slechts tot jaarling gevlogen en won in een schitterende carrière 10e nat. Chateauroux 25.710 d, 49e nat. Argenton 27.267 d, 103e nat. Chateauroux 22.818 d, 154e nat. Bourges 21.522 d, 247e nat. Bourges 30.180 d, 11e Momignies 1340 d, 5e Soissons 692 d, 4e Soissons 837 d, 2e Soissons 105 d, 8e Soissons 243 d, 18e Momignies 997 d, 12e Sourdun 963 d, 23e Souppes-sur-Loing 938 d. Hij won als jonge duif 17/18 en als jaarling 10/10 waarvan 8 per tiental en 6 per 100-tal.
Hij werd vader van:
- B15/6245430 “30 Duivin” met vier weken na elkaar prijs per 100-tal en met 46e nat. Bourges.
- B17/6241177 “Dochter “Potske” met 5e Bourges 1836 d., 5e Chateauroux 604 d., 29e Chevrainvilliers 1934 d., 4e Momignies 661 d., 3e Chevrainvilliers 338 d.. Zij werd 3e Asduif Hageland Race met 2500 inschrijvingen.
- B18/6213003 met 1e Melun 800 d (3 min los).
- B17/6241103 “Zoon Potske” is de enige overlevende jaarling met 4/4 op de nationaals. Hij won 1e Melun 1405 d. (5 min los), 7e Melun 1050 d., 3e Soissons 886 d., 4e Momignies 630 d., 7e Chevrainvilliers 338 d., 10e Argenton 221 d., 6e Bourges 411 d.
Enkele toppers
We stellen nog enkele toppers voor:
- B18/6213001 (Paul Huls x Christiane) met 8e Momignies 328 d, 30e Momignies 310 d, 9e Laon 205 d, 4e Laon 400 d, 6e Soissons 422 d, 2e Melun 408 d, 4e Melun 431 d. (11/14)
- B18/6213016 (broer “Potske” x dochter Christiane) 20e Momignies 287 d, 83e Soissons 422 d, 1e Soissons 961 d, 4e Melun 374 d, 1e Chateauroux 693 d (ex aequo), 2e Argenton 452 d (11e nat.) en (11/11)
- B18/6213037 (Mirage - Jespers-V.D. Wegen x zuster “Potske”) met 17e Momignies 310 d, 8e Laon 300 d, 12e Melun 194 d, 4e Melun 700 d, 6e Chevrainvilliers 173 d, 31e Chevrainvilliers 669 d, 46e Blois B.U. 2427 d, 1e Chateauroux 311d / 3e B.U. 1841 d/29e nat. (12/16)
- B18/6213075 (Jan & Rik Hermans x zus “Potske”) met 57e Momignies 586 d, 9e Momignies 672 d, 3e Momignies 430 d, 3e Soissons 961 d, 18e Chevrainvilliers 693 d, 1e Melun 535 d (9/12).
- B18/6213031 (Paul Huls x dochter “Potske”) met 16e Momignies 310 d, 3e Chevrainvilliers 724 d, 170e Chevrainvilliers 1378 d, 6e Chateauroux 672 d, 10e Argenton 452 d. Werd 30e Asduif België 4 wedstrijden (14/17)
- De Duitse melker Klaus Schmelzer had met inbreng van Geyskens-duiven de 3e Nat. Asduivin 2018 in Duitsland.
Downloads:
Auteur: