FERDINAND & KAREL DENDUYVER - 1e Nat. Kampioen Grote fond en fond Jaarlingen 2019

Ichtegem – Groot Ichtegem is een fusiegemeente in de provincie West-Vlaanderen en bestaat uit Ichtegem, Eernegem en Bekegem en telt 14.000 inwoners. Het ligt op een boogscheut van het historisch beroemde Kasteel van Wijnendale waar Maria van Bourgondië in 1482 een dodelijke val maakte van haar paard.

Op woensdag 9 oktober 2019 had de “grote prijs Jules Vanhevel” plaats in Ichtegem. Vanhevel was een succesvol beroepsrenner van 1919 tot 1936. In het restaurant “Den Engel” in Ichtegem wordt een unieke collectie van Jules Vanhevel tentoongesteld. Verder is er nog de brouwerij Strubbe die het speciaal bier “Keyte” op de markt brengt dat in de streek heel erg gesmaakt wordt.
Twee toppers in de duivensport in deze regio waren Georges Lidou en André Deketeleaere beiden van De Reiger, een gehucht van Ichtegem. Het voorbije seizoen was de tandem Ferdinand & Karel Denduyver de blikvanger met de titel van 1e Nationaal Kampioen Grote Fond en Fond Jaarlingen.

Een start in mineur

Vader Cyriel Denduyver was een duivenmelker met sterke duiven op de halve fond en Dourdan was zijn lievelingsvlucht. Als kleine jongen hielp Ferdinand met vader mee op de hokken en tot hij bijna 30 jaar oud was heeft hij de duiven van vader gesoigneerd. Er werd enorm goed gepresteerd met duiven van Oscar Denys, Oostende; Joris Blomme, Westkerke; Gerard Bilcke, Bovekerke en Frans Wanwildemeersch, Brugge. Ferdinand heeft vader geholpen met de duiven tot in 1978. Hij is toen getrouwd en in 1979 zelf met duiven begonnen in Bekegem, uitsluitend met duiven van vader.
Het was een start in mineur want Ferdinand heeft toen 8 à 10 jaar slecht gespeeld. Hij moest gaan werken en overuren presteren en er bleef maar weinig vrije tijd over. In 1989 moest hij een operatief ingrijpen ondergaan en werd langdurig ziek. Hij had toen iets meer vrije tijd en is toen beter gaan spelen.
In 1992 is hij dan aan de Mexicostraat met duiven gestart en hij zat meteen op het goede spoor en deze hoogconjunctuur houdt nog steeds aan. 

De basis van zijn kolonie werd gevormd met duiven van vader Cyriel Denduyver, Arsène Deschacht (schoonbroer), Westkerke; Marc Pollin, Snellegem; Georges Lidou, De Reiger; J-L-N Houben, Itegem en Hendrik Mortier, Brugge. In 1998 hadden ze de 1e Provinciale Asduif Fond op de kooi (lijn Marc Pollin). Van 2002 tot 2010 werden er 13 provinciale overwinningen behaald met ook 1e Nationaal Limoges 2010 en een Olympiadeduif Fond in 2005.
In 2004 is Karel samen gaan spelen met vader en de prestaties gingen crescendo. Vanaf 2004 werden er duiven bijgehaald van Willy Dekeyser, Koekelare; Mark en Frank Van de Walle, Zwalm; Eddy & Valère Vandepoele, Werken; Familie Schreel, Zedelgem; Vergaerde-Denolf, Jabbeke; Vanwildemeersch-Vincke, Brugge; Rony & Stijn Decoster, Roksem; Erik Denys, Beveren-Leie; Gino & Rino Morent, Langemark; Gino Depestel, Ichtegem; Geert Stoop, Waregem en Hendrik Mortier, Brugge.
Ieder jaar worden een paar duivinnen bijgehaald door aankoop of door uitwisseling.

Weduwnaars die uiteen spatten

Ferdinand en Karel kwamen aan de start van het seizoen met 36 weduwnaars, 12 duivinnen op weduwschap, 120 jonge duiven en 27 koppels kwekers.
De weduwnaars werden gekoppeld op 25 november en trokken twee jongen groot. Er volgde geen tweede koppeling meer, alleen kwamen doffers en duivinnen nog een drietal dagen samen bij het opleren.
Vanaf eind maart tot begin mei wordt er slechts één maal per dag getraind om 17 u. Vanaf eind mei wordt er tweemaal per dag getraind om 7 u en om 17 u. De manier waarop er getraind wordt vinden vader en zoon zeer belangrijk. Ze houden van een weduwnaarsploeg waar leven in zit en die in de lucht uiteenspat. Alleen maar rondjes rond het hok draaien is zeker geen teken van een groeiende conditie.
In een drietal etappes tot 40 km worden de weduwnaars opgeleerd en daarna wordt het Arras, Clermont en verder tot Agen, Libourne en Souillac. Een enkeling wordt op Barcelona gespeeld. Bij de inkorving komen de oude doffers niet samen met hun partner en zij moeten het stellen met alleen maar de nestschotel. De jaarlingen krijgen de eerste drie wedstrijden wel hun partner in hun nestvak want zij moeten het spelletje nog leren. Na aankomst van een wedstrijd blijven doffers en duivinnen 1 à 2 u samen.
Het weduwschap wordt gespeeld in zijn eenvoudigste vorm en er wordt niet gezocht naar extra motivatie want daar hebben ze in Ichtegem al slechte ervaringen mee. De weduwnaars worden om de 14 dagen gespeeld op de grote halve fond en vanaf Limoges om de drie weken.

Tamme duiven

De duivinnen worden gekoppeld met Lichtmis (2 februari) en trekken ook twee jongen groot. Na het spenen van de jongen wordt er opgeleerd in 3 à 4 etappes tot 45 km. In tegenstelling tot de weduwnaars die vlot trainen is de trainingsbeurt van de duivinnen beperkt tot 5 à 10 minuten. Ze trainen niet lang maar ze presteren wel hard. In 2019 waren ze zelfs beter dan de doffers op de grote halve fond. De duivinnen worden wel wekelijks gespeeld op 400 à 500 km.
Bij de inkorving komen duivinnen en hun partners 1 u tot 1,5 u samen. Bij aankomst van een wedstrijd blijven ze samen tot ‘s avonds of tot ‘s anderendaags.
Tijdens de week worden de duivinnen opgesloten in hun woonbak (half bak). Ze komen driemaal daags 15 minuten los om te eten en te drinken. Er wordt gevoederd in een gezamenlijke voederbak in plaats van in de woonbak en dat wakkert de motivatie aan. De dametjes zijn goed gedresseerd en Ferdinand moet maar een paar keer met de vingers knippen en ze wippen allemaal vlot in hun woonbak. Duivinnen die onderling paren worden van het hok verwijderd.
Wij hebben tamme duiven zegt Ferdinand. Alle dagen worden doffers en duivinnen in de hand genomen om de stijgende conditie te taxeren. Hij doet dat graag want het is ook een stukje duivenliefhebberij. Het verschil tussen doffers en duivinnen is dat de duivinnen altijd rond staan en klaar zijn om ingekorfd te worden. Bij de doffers vergt dat meer tijd.

Jonge doffers 1 nationale wedstrijd

De jonge duiven worden gefokt uit weduwnaars en kwekers. De 3e en 4e ronde wordt samen met Geert Pollin ingezet op diverse “one lof races”. De jongen worden gespeend aan de ouderdom van 21 à 22 dagen. Doffers en duivinnen gaan samen op de hokken voor de jonge duiven. Ze worden verduisterd vanaf het spenen tot einde mei vanaf 17.30 u tot 8 u ‘s morgens. De schuifdeur wordt ingevoerd na de 2e Clermont en wordt gans het seizoen aangehouden. Op het hok kunnen de jongen stoeien in afgeschermde woonbakken en naar bijkomende motivatie wordt er niet gezocht.
In een viertal etappes worden de jongen opgeleerd en dan wordt het 3x Arras, Clermont, Fontenay, Bourges en dan verder de grote halve fond. De doffers vliegen één nationale wedstrijd en vliegen de rest van het seizoen om de veertien dagen de provinciale vluchten. De duivinnen gaan iedere week de mand in voor Pontoise of de grote halve fond.
Het is wel zo dat Ferdinand en Karel prioriteit geven aan het spel met oude en jaarse duiven.

Eenvoudig voedersysteem

Het voedersysteem blinkt uit door zijn eenvoud. De doffers die om de 14 dagen gespeeld worden krijgen bij aankomst van een wedstrijd op zaterdag een mengeling van 50% sportmengeling + 50% zuiveringsmengeling en er zijn ook elektrolyten in het drinkwater.
Deze mengeling wordt aangehouden tot de laatste drie dagen voor de inkorving. Dan wordt er overgeschakeld op 100% sport en er wordt ook Biochol of Aminovit verstrekt.
De duivinnen die iedere week gespeeld worden krijgen op zaterdag en zondag 50% sport + 50% zuivering en elektrolyten in het drinken. Vanaf maandag wordt het 100% sportmengeling + Aminovit.
De doffers die om de drie weken op de fond gespeeld worden krijgen vanaf zaterdag 50% sport + 50% zuivering met elektrolyten in het drinken. De laatste drie dagen voor de inkorving wordt er overgeschakeld op 100% sportmengeling + Aminovit of Biochol. Het kan ook gebeuren dat er na aankomst van een wedstrijd twee dagen elektrolyten (Belgasol) verstrekt worden.

Medisch bij de les

Ferdinand en Karel kijken ook goed naar het bord wat betreft medische begeleiding. Voor aanvang van het vliegseizoen wordt er behandeld tegen trichomonas met 1/4 Flagyl. Voor de eerste hafovlucht (een maand later) wordt er nogmaals 1/4 Flagyl toegediend. Nog een maand later wordt er Belgamagix opgestoken en in de loop van de maand juli wordt het nogmaals 1/4 Flagyl.
Voor aanvang van het vliegseizoen gaat men op controle bij de dierenarts en op zijn advies werd er 5 dagen behandeld met Soludox en Linco Spectin. Deze behandeling werd eind mei herhaald maar dan met Amoxycure en nog één maal met Linco Spectin voor Souillac en Tulle.
De duiven krijgen bij inkorving Belgadrops oogdruppels toegediend. Wanneer de oogdruppel vlot wegtrekt is dat een teken dat de kopjes in orde zijn.

Een gemetst hok

De weduwnaars zijn ondergebracht op twee hokken van 5 m. Het ene hok is een tuinhok in hout en het andere is een gemetst hok. Het gemetst hok is het beste want het houdt in het voorjaar beter de warmte binnen en zorgt voor meer frisheid in de zomer. De duivinnen zitten op een tuinhok van 4 m en de jonge duiven op een tuinhok van 10 m.
De hokken hebben een open nok en in het plafond boven en voor de duiven is er een verluchtingspleet van 20 cm. Er zitten ook nog verluchtingspijpjes in het dak. De roosters in de voorzijde van de hokken werden dichtgemaakt. Alle hokken hebben een planken vloer die één maal per dag gereinigd wordt. Alle duiven krijgen ‘s morgens en ‘s avonds een verse drinkpot.

De eerste indruk

Ferdinand Denduyver: “Bij de selectie zijn de behaalde uitslagen van doorslaggevend belang. Van een oude duif wordt er 5 à 7 keer een prijs per tiental verwacht op de wedstrijden van de waarheid. Een jaarling moet tweemaal kopvliegen op de verdere vluchten.
Daarbij komt nog de selectie in de hand. Ik hou van een duif uit één stuk met een zacht pluim en die achteraan goed gesloten is. Ik verkies een duif met een korte voorarm en mijn voorkeur gaat uit naar een witoger. Vooral de eerste indruk die je krijgt van een duif is belangrijk.”

Geen familiekweek

Bij Ferdinand en Karel Denduyver gaat de voorkeur naar kruisingen eerder dan naar familiekweek. 
Enkele goede kweekkoppels zijn:
* “De Kapitein” B08/3127626 x “Denysje” B14/3005479. Zij werden de ouders van:

• “Olivier” B16/3024025 met 108e nat. Limoges 10554 d, 20e prov. Chateauroux 1410 d, 349e Limoges 15789 d, 649e nat. Chateauroux 26695 d
• “Laurens” B16/3024026 met 28e nat. Brive 9278 d, 137e nat. Limoges 10554 d, 71e nat. Jarnac 5371 d.
• “Romain” B18/3044022 met 218e nat. Tulle 7155 d, 55e prov. Fontenay 4239 d. 
• “Kasper” B18/3044081 met 420e nat. Tulle 7155 d, 58e prov. Fontenay 4239 d, 1e Clermont 543 d
• “Steffi” B16/3044044 met 378e nat. Vierzon 11574 d, 62e interprov. Blois 1892 d, 12e Clermont 240 d.

* “De Rino” B13/3046163 x “‘t Pesteltje” B13/3162108. Zij werden de ouders van:

• “Gaëlle” B18/3044033 met 2e interprov. Tours 2629 d /3e vs 3110 d, 14e interprov. Blois 1892 d, 293e nat. Montluçon 14104 d, 18e interprov. Chateauroux 945 d /27e vs 1594 d.
• “De Gino” B16/3024033 met 5e Fontenay 160 d, 67e nat. Jarnac 5117 d, 137e nat. Cahors 6356 d, 375e nat. Tulle 9578 d, 529e nat. Limoges 7274 d.

* “Triple 7” B11/3170777 x “Dochter Nai” B13/3016189. Zij werden de ouders van:

• “Kai” B17/3002902 met 51e nat. Limoges 7236 d, 835e nat. Bourges 24055 d, 109e interprov. Tours 5864 d, 95e interprov. Tours 3110 d.
• “Wout” B15/3018018 met 62e nat. Brive 9132d, 162e nat. Limoges 9162 d, 266e nat. Montluçon 10753 d, 397e nat. La Souterraine 9580 d, 472e nat. Chateauroux 9540 d.

* “De Rino” B13/3046163 x “Dochter Kapitein” B12/3016246. Zij werden de ouders van:

• “Den Uitbreker” B15/3018031 met 179e nat. Limoges 9661 d, 149e nat. Bourges 20284 d, 113e nat. Limoges 9162 d, 237e nat. Chateauroux 20473 d, 102e nat. Jarnac 5371 d, 242 e nat. Argenton 12449 d, 107e nat. Tulle 4169 d.