SWINNEN-VANHOVE - 1e Nat. Asduif Grote fond oude 2019

Liefhebber: 

Zichem – Zichem is een deelgemeente van Scherpenheuvel-Zichem en ligt aan de Demer. Volgens insiders moet Zichem het mooiste dorp van Vlaams-Brabant zijn. Het werd bekend als de geboorteplaats van Ernest Claes, een van Vlaanderens meest beroemde auteurs. Zijn bekendste werk “De Witte” was een bestseller en de verfilming ervan een kaskraker van formaat.

Zichem doet het ook niet slecht in de duivensport en zou tegenwoordig nog zo’n 50 duivenmelkers tellen. Blikvanger van afgelopen seizoen was ongetwijfeld de tandem François Swinnen-Magda Vanhove die de titel van 1e Nationale Asduif Grote Fond Oude binnenhaalde.

Het begon met “Magda”

Vader Edmond Swinnen was een duivenmelker die zijn streng kon trekken. De “Vier Angoulèmes” was in die tijd een belangrijk fondgebeuren aldaar. Deze werden met een tussenperiode van drie weken gespeeld. De duiven moesten ingekorfd worden in het lokaal van Tielt-Winge dat toen het Mekka van de duivensport was in de streek. Topmelkers toen waren Gommaar Verbruggen, Kaggevinne; Henri Nijs, Rillaar en Louis en Albert Dekeyser, Rillaar en zij blonken uit op de grote halve fond. Toch wist Edmond een van die wedstrijden met voorsprong te winnen. Maar vader had te weinig geduld met zijn duiven om echt goed te gaan presteren zegt François.
François Swinnen is zijn vader in 1965 komen vervoegen aan het roer van de kolonie. Hij was toen 15 jaar oud en na zijn schooluren verzorgde hij de duiven. De komst van François gaf de duivenliefhebberij een nieuw elan. Hij was de helper van vader en moest de duiven inkorven en de klokken wegbrengen. De baan naar Tielt-Winge was voor een groot stuk bergop en met de fiets was dat zelfs voor een jonge knaap een lastig karwei. Ook werd er toen gespeeld in Begijnendijk. In het lokaal van de diamantslijpers werd er toen een aardig frankske gepoeld en dat was vader zijn ding.

Vader en zoon hebben van 1965 tot 1973 rimpelloos samengespeeld, het moment dat François in Messelbroek met de duiven begon. De kolonie van vader was gebaseerd op duiven van Remi De Mey, Booischot en er kwamen ook duiven bij van werkmakkers die goed speelden. Vader heeft eigenlijk weinig geld gespendeerd aan de opbouw van zijn kolonie.
Later werden er duiven bijgehaald van Léon Ghilain, Ronquières. Deze melker had super duiven op de halve fond. François kocht daar 4 duiven en heeft 5 jaar moeten wachten vooraleer de verkoop doorging.
Ook Félix Vanderhaegen, Ittre was leverancier van duiven en zijn kolonie was gebaseerd op duiven van Germain Imbrecht, Bornival. Hij was de peter van vrouw Magda en François kon er zoveel duiven halen als hij wilde. Later was er ook nog een uitwisseling van duiven met François Vandentroost, Ramsdonk.
Daar was ook nog Nest Isenborghs die de 1e Internationaal Pau won met een zwarte duivin. Hij was de schoonvader van een collega op het werk en een zeer joviale man. Hij vroeg François met aandrang om de grote fond te gaan spelen. Hij gaf eieren en jonge duiven en hij wilde hem introduceren op de wedstrijden van de lange adem. Dat is hem ook uiteindelijk gedeeltelijk gelukt. Die duiven werden verweven in de stam halve fond duiven en daarmee speelde François “maar” de grote halve fond.
Bij Albert Bils, Kersbeek heeft François zeker 50 duiven gehaald voor de grote fond. Eerst gekocht en daarna gekregen en is er zeer goed mee gelukt. Zij werden de basis voor de grote fond in zijn kolonie.
Maurice Van Schaeybroeck was een kleine melker met goede duiven en zijn kolonie was gebaseerd op duiven van Gaston & Danny Devooght, De Haan. Daarmee is François bijzonder goed gelukt. Uit de combinatie Bils x Van Schaeybroeck werd later de topduivin “Magda” geboren en daar is alles mee begonnen.
Het moet François van het hart. Ze hebben de 2e nat. St.-Vincent, 2e nat. Bourges, 3e nat. Argenton, 6e nat. Brive gewonnen maar het is hen nooit gelukt om een 1e nationaal te winnen.
Ook de tandem Deno-Herbots kwam aan de beurt. Jos Deno speelde een fantastisch seizoen in 2009 en François vroeg aan verzorger Jean of er duiven te koop waren en die zegde kom maar eens kijken. Er werden heel wat duiven gekeurd maar toen haalde Jean een van de Vandenabeele-duiven van Deno-Herbots. Deze viel in de smaak en François kocht deze doffer maar zegde tegen Jean ik wil ook nog een duivin. 

Jean haalde een jong duivinnetje dat eigenlijk nog een paar dagen te jong was om te spenen en ook dat klein duivinnetje stak François in zijn mand. Maar het werd pas helemaal leuk toen dat klein duivinnetje een doffer werd en een volle broer was van de “Ivan”, de asduif van Deno-Herbots van 2009.
In 2013 hadden Swinnen-Vanhove de 2e nat. asduif grote fond met “Magda”! François was van het principe je zoekt je hele leven naar de goede duif en als je er dan een hebt dan ge je die toch niet verkopen. “Magda” werd behouden en er werd aan samenkweek gedaan met Joost De Smeyter-Restiaen, Melden en Gerard Vandeputte, Beersel.
François Swinnen: “Ik speel nog altijd de grote halve fond, de ééndaagse fond en de zware fond en dat gaat niet samen. Die keuze moet nog gemaakt worden en dat is moeilijk. Ik ga de duiven voor de grote halve fond nog niet direct wegdoen.”

De hokken in Zichem.36 koppels op totaal weduwschap

De tandem Swinnen-Vanhove kwam aan de start van het seizoen 2019 met een ploeg van 36 koppels (oude + jaarse) die op het totaal weduwschap gespeeld werden. Daarbij kwamen nog 30 late jongen + 50 jongen van 2019 en deze moeten nu in de vliegploeg gebracht worden. Zo’n tachtig procent van deze ploeg is bestemd voor de grote fond. Zestien koppels kweekduiven en 16 voedsterkoppels vormen de achterban.
De 36 koppels blijven tot 28 februari in de volière. Op 1 maart komen de doffers op het dofferhok (basishok) en de duivinnen op het duivinnenhok. Er wordt niet gekweekt noch gebroed in het voorjaar.
Van zodra de doffers en de duivinnen op hun hok zitten begint de training. De duivinnen komen los om 5.30 u en trainen een vol uur. Ondertussen verhuizen de doffers naar het duivinnenhok. Na de training komen de duivinnen binnen op het basishok. In de gang worden ze gevoederd (15 min). Ondertussen zijn de doffers los gekomen en de duivinnen verhuizen terug naar het duivinnenhok. Na de training lopen de doffers binnen op het hok van de doffers en iedereen zit opnieuw op zijn plaats. Simpel met weinig werk zegt François. ‘s Avonds herhaalt zich hetzelfde ritueel en doffers en duivinnen trainen 2 x 1u per dag.
In een drietal etappes (13 km, 26 km, 34 km) worden de oude duiven opgeleerd. Daarna gaan ze naar 2 x 120 km met de maatschappij en daarna wordt het 2 x 160 km en tweemaal kleine hafo. Vervolgens wordt het Vierzon, Bourges met als eindpunt Perpignan.
Bij het inkorven kwamen doffers en duivinnen in 2019 nooit samen. Zo gaan ze heel kalm de mand in.
Bij thuiskomst van een wedstrijd is het chaos troef. Wie als eerste thuiskomt vindt bijna nooit zijn eigen partner. Maar doffers en duivinnen wippen in andere woonbakken met andere partners en paren is ook niet uitgesloten. Dit is een uitstekende motivatie voor het fondspel.
François Swinnen: “Maar voor de toekomst verkies ik het nestspel voor de grote fond. Ik zal proberen beide partners in te korven op 10 à 13 dagen broeden. Deze nestpositie maakt volgens mij de duiven standvastiger dan de chaos-methode.”

Asduivin “Lore”

De 1e Nationale Asduif Grote Fond Oude luistert naar de naam “Lore” B15/2024985. Het is een geschelpte duivin uit de kleine middelmaat. Het is een mooie duivin die goed gespierd is met een korte voorarm en een perfecte vleugel. Het is een heel lieve en tamme duivin die telkens bij aankomst van een wedstrijd vlot binnenloopt. 
Het is een laatje van 2015 die tijdens haar geboortejaar niet opgeleerd werd. In 2016 vloog ze Chateauroux, Argenton, Limoges en Brive. In 2017 ging ze de mand in voor Chateauroux, Montlucon, Jarnac en Tulle. In 2018 vloog ze Limoges en Cahors als voorbereiding en op haar eerste overnachtingvlucht uit Agen won ze de 31e nat. 4477 d. In 2019 vloog ze 4e nat. Agen 3935 d en 6e nat. Perpignan 3915 d wat haar de nationale titel opleverde.

Jongen en laatjes

“Ik heb 100 jongen gekweekt en daarvan zitten er nog 50 op de hokken samen met 30 laatjes van 2018. Dit jaar hebben ze 1x Etampes (350 km) gevlogen. Doffers en duivinnen blijven gans het seizoen samen. Zeg maar puur natuur!
De jongen en late jongen worden alleen opgeleerd en krijgen hier de kans om uit te groeien. Fondduiven gaan lang mee maar hebben tijd nodig om een volwaardige duif te worden.”

Het perfecte voedersysteem?

Doorgaans is er een periode van drie weken tussen twee fondklassiekers. Bij aankomst van een wedstrijd op zaterdag en ook op zondag vinden de fondvliegers kweekmengeling in hun voederbakje en is er Tollyamin en honing in het drinken. Vanaf maandag wordt er overgeschakeld op eiwitarme voeding + sportmengeling. Tijdens het weekend krijgen alle duiven, ook de thuisblijvers, op zaterdag en zondag opnieuw twee dagen kweekmengeling.
François Swinnen: “Dat is volgens mij niet het ideale systeem voor de duiven van de ééndaagse fond, de grote halve fond en de zware fond die op verschillende dagen moeten ingekorfd worden. Maar aan de resultaten te oordelen is het misschien wel een goed systeem. Voor mij blijft het voorlopig nog een vraagteken. Wanneer in de toekomst hok per hok zal gespeeld worden kan het voedersysteem beter afgestemd worden op de wedstrijden.”
Als voedingssupplement krijgen de duiven het ganse jaar door Kaucabam in het drinkwater. Na het vliegseizoen gaat er tot het volgende vliegseizoen dagelijks look in het drinkwater. En François kan zeggen dat hij bijna nooit zieke duiven heeft.
Verder gaat er op maandag Vlierbessensiroop + “Joost Mix” over het voeder. Op woensdag gaat er olie over het voeder met vitamineral van Natural. Op vrijdag gaat er olie + “Joost Mix” over het graan.

Gele druppels

De medische begeleiding is ten huize Swinnen-Vanhove zeer beperkt. In het begin van het seizoen werden de duiven niet behandeld tegen trichomonas. Andere jaren gebeurt dat wel maar in 2019 zagen ze er echt prima uit zodat François het niet nodig vond om te behandelen. Er werd gestart met de “gele druppels” in mei.
Zaterdag bij thuiskomst van een wedstrijd gaan er 3 volle druppeltellers “gele druppels” in 2 liter drinkwater. Alle duiven drinken dit gedurende één dag. Bij de inkorving krijgen de duiven nog 1 gele druppel in de bek.
De luchtweginfecties vormden in 2019 geen probleem en ook oogdruppels worden niet gebruikt. Bij aankomst van een wedstrijd krijgt iedere duif een recuperatiepil (Röhnfried) opgestoken.

B16-2051570 “Valence”Tuinhokken met Boomse pannen

De doffers zitten op een basishok van 12 m met 6 compartimenten van 2 m. In 2019 werden de schuiven tussen de compartimenten dicht gedaan om tocht te vermijden. De duivinnen zitten op een hok van 6 m en voor beide hokken is er geen volière. De jongen zitten op een hok van 6 m met volière evenals de kweekduiven.
Het zijn allemaal tuinhokken en die hebben een dak met Boomse pannen. Voor en boven de duiven is er een verluchtingspleet van 50 cm en in de voorzijde van de hokken zitten geen roosters. Op het hok van de duivinnen zitten winter en zomer horren met windbreekgaas in de ramen.
Alle duiven zitten op roosters en die hokken worden 1x per jaar gereinigd. Bij droog weer is dat prima. De drinkpot wordt maniakaal gereinigd en ontsmet. De duiven krijgen tweemaal daags vers drinken in een droge drinkpot die uitgeschuurd werd met bleekwater.
De woonbakken van het basishok van de doffers worden elke dag gereinigd, de bakjes van de duivinnen worden 1x per week gereinigd.

De mand selecteert

François Swinnen: “De duiven zoveel mogelijk meegeven en de selectie gebeurt automatisch. Wat niet komt gaat er tussenuit behalve een broer of een zuster van een topper. Bij de laatjes mag al wat thuiskomt blijven behalve een tegenvaller in de hand.”

Het kweekhok

François Swinnen: “Magda vliegt in 2013 de 35e Nationaal op Barcelona en 25e Nationaal op Perpignan en werd zo tweede nationale Asduif Grote Fond en 1e provinciale asduif. Met haar deden we in 2013 samenkweek met betere melkers. Vanaf 2014 en 2015 werd een stam opgebouwd rond “Magda” met intense familiekweek en inteelt. Alle gekweekte duiven werden behouden voor de kweek. Vanaf 2015 worden de gekweekte jongen (voornamelijk kruisingen met bijgehaalde duiven) ingeschakeld in het spel. 
Dus onze stam grote fond duiven staat nog in zijn kinderschoenen omdat ieder jaar de kwekers allemaal worden herkoppeld. Dus is het zoeken om de juiste koppelingen samen te stellen en zal het nog een aantal jaren duren vooraleer de selectie zal uitwijzen waar we naartoe gaan. We hebben er echter vertrouwen in dat het ons zal lukken vermits we op zo een korte periode reeds terug een nationale asduif kunnen kweken. In dat opzicht kunnen we misschien de vader van “Lore” en de “Rode Agen” aanduiden als één van de toekomstige stamvaders. 
Bovendien was de bloedlijn van “Magda” succesvol bij De Smeyter-Restiaen (9e nat. Barcelona 2019, 64e nat. Perpignan), Stijn en Jeroen Rans (73e nat. Narbonne Jaarse), François Van Den Troost (1e nat. Kampioen Grote Fond en Fond jaarlingen) en Hok Rommelaere (1e nat. zone B2 Jarnac jaarlingen 2019). Afwachten is dus de boodschap maar hoop doet leven.”

Auteur: 

Zircon - This is a contributing Drupal Theme
Design by WeebPal.