GERT RONDAGS - Gouden Duif-winnaar Belgie

Liefhebber: 

Onderwerp: 

Grote-Spouwen – Kerstmis is in het land maar de vrede die bij dit feest hoort is een utopie want de wereldproblemen lijken eindeloos. De opwarming van de aarde zorgt voor klimaatveranderingen die de oorzaak zijn van grote en kleine rampen. De grote jongens hebben op de klimaattop van Madrid nog eens gezegd hoe het moest maar blijven buiten beeld wanneer er moet gehandeld worden.

Kerstsfeer ten huize Rondags.De seizoenen verschuiven en ook de feestmaand december heeft er last van. Sinterklaas wordt in snelheid gepakt door de Kerstkalkoen en de brave heilige man is nog onderweg naar hier met zijn stoomboot terwijl de winkels al uitpuilen van de Kerstgeschenken.
Kerstmis is het feest van het Licht en dan hebben we het niet over de flitsende lichtreclames. Ergens in een hoekje van het marktplein staat er nog een oude Kerststal ofschoon die met het jaar ook zeldzamer worden. De radio heeft last van nostalgie en speelt “I’m dreaming of a white Christmas” van Bing Crosby terwijl de kilometers onder ons doorflitsen. Komt het nog goed met de kribbe en Jozef en Maria ?
Wij zijn op weg naar een gelukkig gezin. Gert en Frans Rondags beleven een prachtig jaareinde 2019 samen met vrouw Anita en dochter Els. Ze waren de uitblinkers in de nationale kampioenschappen en werden voor de tweede keer in hun carrière Gouden Duif-winnaar België. In 1999 werden Laurent en Frans Rondags al eens de primus in de moeilijkste competitie die de duivensport kent.

Basis van de kolonie

In 1983 heeft Frans het roer van de kolonie overgenomen van zijn vader Laurent. Een doffer van Alfons Simenon, Lafelt (soort Rennenberg) en een prachtige duivin van Louis Fidler, Lafelt (Torrekens-Van Toor) vormden een prachtig koppel en de voornaamste bloedlijn van de kolonie. Een aantal actuele duiven hebben deze twee namen nog in hun pedigree.
Begin jaren negentig liep Frans Paul Huls tegen het lijf en ze werden vrienden en heel wat Huls-duiven kwamen naar Lafelt. In die jaren speelde Frans ook nog voetbal en misschien zou hij wel trainer van de ploeg worden. Ga verder met duiven en ik zal zorgen dat je een van de betere spelers van België gaat worden, fluisterde Paul Huls hem in het oor. 
Wachtend op de duiven in Lafelt.Vrij snel zaten Frans en Laurent op het goede spoor. Een paar keer provinciaal kampioen van Limburg en in 1999 winnaar van de Gouden Duif. Meer kon een duivenliefhebber toch niet wensen.
In 2000 werden de kweekduiven gestolen en dat was een slag onder de gordel voor vader Laurent en zoon Frans. Maar Paul Huls stond weer op de bres en bracht hen een nieuwe lichting (30) kweekduiven. In 2001 stonden vader en zoon Rondags als 2e op het podium van de Gouden Duif.
In 2007 is vader Laurent overleden en in 2008 werden alle duiven verkocht. Voor de verkoping had Frans de eieren van de beste duiven aan vrienden gegeven met de afspraak dat indien hij opnieuw met duiven zou beginnen hij bij hen terecht kon.
In 2010 zegde zoon Gert, de hokken staan hier leeg, laat ons opnieuw met duiven beginnen. Er werd een nieuwe start genomen op naam van zoon Gert. Er werd alleen met jonge duiven gespeeld met aan de basis de nakweek van de eieren van het oude soort van Lafelt die Frans bij vrienden ondergebracht had. Ook nu deed Paul Huls weer zijn duit in het zakje en gaf Frans de topkweker “165/09” cadeau. Vrij snel zat de jonge kolonie op topniveau en het werd elk jaar beter met nationale asduiven, nationale kampioenschappen en een paar keer kampioen van Limburg.
Het jaar 2018 werd een succesjaar met 
1e Nat. Asduif Snelheid jonge duiven met “Nafi” en 1e nat. Kampioen Snelheid jonge duiven. In 2019 werd opnieuw knap gepresteerd op nationaal niveau met 2e en 5e Asduif Snelheid Oude, 2e en 8e Asduif Snelheid Jaarse, 3e Nat. Kampioen Snelheid oude en jaarse, 5e Nat. Kampioen Halve Fond Jonge duiven. En als kers op de taart de titel van Gouden Duif-winnaar België.

Weduwnaars trainen hard

Gert en Frans kwamen aan de start van het seizoen 2019 met 40 weduwnaars, 20 duivinnen op het weduwschap, 80 jonge duiven (met veel verliezen) en 23 koppels kweekduiven.
De weduwnaars werden begin december gekoppeld en kregen de eieren van de kwekers ondergeschoven. Samen met de duivin voederden ze de jongen tot ze 14 dagen oud waren. Dan gingen de piepers samen met de duivinnen naar het hok van de jonge duiven waar de duivinnen ze alleen verder groot trokken. Aan 25 à 26 dagen werden de jongen gespeend. Eens de jongen gespeend kwamen de doffers sporadisch los bij goed weer.
Vanaf 14 februari tot het seizoenbegin kwamen de weduwnaars iedere week 1 dag samen met hun duivin. Een doffer moet gek zijn van zijn duivin zegt Frans Rondags. Tussen 10 en 20 maart had er een korte tweede koppeling van 3 dagen plaats. Dan werden de weduwnaars in 6 etappes opgeleerd tot 25 km. 
Bij mooi weer werden ze soms tweemaal per dag weggevoerd. De weduwnaars trainden slechts 1 x per dag van 17 tot 18 u.
Op 23 maart gingen ze voor de eerste keer de grote mand in voor Mettet of Chimay. Vijf weduwnaars vlogen om de 14 dagen wedstrijden tot 500 km. De andere 35 doffers werden ingezet op halve fond en snelheid.
Bij de inkorving komen doffers en duivinnen altijd samen. Wordt er noordenwind voorspeld dan zien ze hun duivin maar een half uur (krachten sparen), bij zuidwestenwind blijven ze driekwartier samen. Na aankomst van een wedstrijd blijven ze normaal altijd samen tot 17 u. Er wordt niet naar extra motivatie gezocht en Gert en Frans spelen het klassiek weduwschap in zijn eenvoudige vorm.
Frans Rondags: “Ik heb met Leo Heremans gebabbeld en Leo zegde goede duiven zijn het geheim van het succes. Ik heb van hem een zoon uit “De Bolt” en de 4 nationale asduiven (2 kinderen + 2 kleinkinderen) komen alle vier uit deze bloedlijn. Goede duiven die gezond zijn zullen presteren! Als de weduwnaars een vol uur trainen en niet naar beneden komen dan is het zondag gegarandeerd bingo.
Duiven die goed trainen (1 u trainen is 90 km vliegen) en dan in het weekend nog een wedstrijd vliegen moeten goed te eten krijgen. Tussendoor worden de weduwnaars niet meer weggevoerd. De weduwnaars moet je tijdens de week rustig houden.”

Frans en vader Laurent Rondags werden reeds in 1999 Gouden Duif-winnaar België.Gek van hun doffer

De duivinnen op het weduwschap worden wel gekoppeld maar mogen niet leggen. Ze worden op het klassiek weduwschap gespeeld met de partner die thuis blijft. Sommige van de partners zijn gepaard met twee duivinnen en wie als eerste thuiskomst mag bij de doffer. Ook de duivinnen komen 1x per week bij hun doffer (zonder nestschotel). Vanaf 20 februari komen de duivinnen 1 à 2 keer per week los. Vanaf begin maart wordt 1x per dag getraind na de doffers (18-19 u). Zij vliegen op 23 maart ook hun eerste wedstrijd uit Mettet of Chimay. Vijf duivinnen vliegen wedstrijden tot 500 km de andere 15 vliegen de halve fond.
In een 6-tal etappes worden de duivinnen opgeleerd. Bij de inkorving komen ze een uur samen met hun partner. Na aankomst van een wedstrijd blijven ze tot ‘s avonds bij elkaar. Ook hier wordt niet naar extra motivatie gezocht en ook een duivin moet gek zijn van haar doffer! En raar maar waar zegt Frans, mijn drie beste duivinnen hebben op 9 jaar tijd dezelfde doffer gehad. Zo hadden “First Lady” (2e nat.asduif), “Martine” (3e nat. asduif) en “Anita” (16e nat. asduif) dezelfde Don Juan. Deze doffer moet toch speciale gaven gehad hebben.
Frans Rondags: “Doffers en duivinnen zijn hier even goed. Mijn beste doffer is “Rogerke” en die is in zijn jonge jaren tweemaal binnengelopen bij Roger Bruninx, Membruggen. Mijn beste duivin is “Anita”. Ik ben een beetje van het nerveuze type en ik speel het liefst snelheidsvluchten. Maar op de grote halve fond doen de duivinnen het beter dan de doffers. Het recuperatievermogen is beter bij een duivin.”

Al 5 jaar een probleem

De hokken in Grote-Spouwen.De 80 jonge duiven worden alle gefokt uit de kweekduiven en worden gespeend aan de ouderdom van 26 dagen. De jongen krijgen onderdak op twee hokken. Ze worden verduisterd van 1 maar tot 10 juni. Er wordt bijgelicht van 1 augustus tot einde seizoen.
Het opleren van de jonge duiven is bij Gert en Frans Rondags al jaren een groot probleem. Ze hadden de jonge duiven al 7x probleemloos gelost en zaten op 15 km en plots waren ze 60 jongen kwijt. En dat was al het vijfde jaar na elkaar! Aan huis trainen de jongen twee uur dus ziek waren ze zeker niet. Het werd voor de zoveelste keer heel België rond rijden om verloren jongen op te halen (dochter Els). 
“Wij konden in totaal nog 30 jongen spelen. Dan hebben we het geweer van schouder veranderd en de jongen om 6 u laten trainen i.p.v. in de namiddag om 13 u. En dan veranderde alles in de goede zin. De jongen gingen er hard tegenaan tijdens de training en trokken weg. Er werd opnieuw opgeleerd en daarna werden ze 2 à 3 maal per week gelost op 25 km tot einde seizoen.”
De schuifdeur werd ingevoerd toen de jongen goed gepaard waren (half juli). Er kwamen wegkruipbakjes en kartonnen dozen op het hok en alles liep gesmeerd. Bij de inkorving kwamen jonge doffers en duivinnen 1 u samen. Na aankomst van een wedstrijd bleven ze samen tot ‘s avonds. Door de grote verliezen hebben de oude partners moeten inspringen.

Eenvoudige voedermethode

Het merendeel van de duiven in Grote-Spouwen wordt iedere week gespeeld. Bij aankomst van een snelheidswedstrijd wordt het 50% sport + 50% Galaxy Light. Werd het een halve fondwedstrijd dan wordt het 100% sport. Er is Tollyamin in het drinkwater. Van zondag tot woensdag wordt het 100% Galaxy Light. Op donderdag (inkorvingsdag) wordt het 50% sport + 50% Galaxy Light. Is er een zware wedstrijd in het verschiet dan wordt het op donderdag 100% sportmengeling. Na de training worden er pinda’s en snoepzaad gevoederd.
Op maandag en dinsdag wordt er “Broncho Clean” en “Yellow Liquid” verstrekt. Op woensdag en donderdag gaat er “Blitz” in het drinken.
Vermits er in een gezamenlijke etensbak wordt gevoederd doorlopen de duiven die om de veertien dagen op de grote halve fond gespeeld worden tweemaal na elkaar hetzelfde voederschema.

Degelijke medische begeleiding

Medisch wordt er ook goed naar het bord gekeken en om de 5 à 6 weken gaat men met de duiven op controle bij dierenarts Vincent Schroeder. 
Tegen paramyxo worden de oude duiven slechts eenmaal ingeënt en de jonge duiven tweemaal. De eerste keer met de klassieke inenting de tweede keer met Paramyxo + coli.
Oude en jonge duiven worden ingeënt tegen de pokken met het borsteltje. Er staat ook een 10-daagse behandeling gepland tegen paratyfus (product dr. Schroeder) maar er wordt niet ingeënt.
Voor aanvang van het vliegseizoen wordt er 7 à 8 dagen behandeld tegen trichomonas via het drinkwater. Tijdens het seizoen werd die behandeling niet meer herhaald. Bij het inkorven voor een wedstrijd krijgen de duiven de “gele druppels” toegediend via de bek. 
Tegen de luchtweginfecties werd er voor het seizoen 5 à 6 dagen behandeld met Orni Chlam. In principe wordt zo lang mogelijk gewacht met behandelen maar in de loop van 2019 werd er nog één maal behandeld tegen luchtweginfecties. Na thuiskomst van een wedstrijd worden de oogdruppels Neobacitracine toegediend.
“Broncho Clean” (tegen luchtweginfecties) en “Yellow Liquid” (tegen trichomonas) zijn twee natuurproducten. Ook worden er multivitamines “Tempo 60” (Comed) en Sedochol (lever) verstrekt.
Met adeno hadden Frans en Gert ieder jaar problemen maar in 2019 was dat niet zo. Het voorbije seizoen werd een natuurproduct op basis van kruiden (Ad Manders) van bij het spenen tot aan de eerste wedstrijd regelmatig verstrekt.

 de familie Rondags.Het kweekhok

Op het kweekhok zitten er slechts twee doffers die als weduwnaar gepresteerd hebben. Er zitten ook zomerjongen op het kweekhok maar het grootste deel van de kweekduiven werd bijgehaald.
Zo werden er duiven gehaald bij Lode Visschers, Maasmechelen (zeer goed mee gelukt); Frank Neven, Wellen; Rigo Lenaerts, Vliermaal; Martijn en Buck De Kruijf, Woerden; Noel Petry Rijkel; Liliane Demely, Moorsele; Gebr. Herbots, Halle-Booienhoven, Ad Manders, Eksel (zoon “De Bolt”) en Dominique Velghe, Ingelmunster. Deze duiven werden de laatste 3 à 4 jaar bijgehaald en die deden het goed op het kweekhok.
De kwekers worden begin december gekoppeld. Na twee jaar moeten de kweekduiven bruikbare jongen gegeven hebben anders moeten ze vertrekken. Er wordt aan inteelt gedaan en na een strenge selectie verhuizen de jongen naar het kweekhok. De vader van de beste weduwnaar “Rogerke” is geboren uit de “Jonge Bolt” x dochter en daarna gekruist tegen vreemd bloed. 
Er wordt niet graag aan compensatiekweek gedaan en het liefst worden duiven van hetzelfde type gekoppeld. Er worden vooral op het gevoel duiven gekoppeld. Het oog is belangrijk, een goed slot is belangrijk, een goede vleugel is niet te versmaden maar vooral het geheel van de duif is belangrijk. De duiven worden hier niet voorgekoppeld.

Een van de betere kweekkoppels is B13/5054013 x B16/2270428. Zij werden de ouders van:

  • B18/5117671 en die doffer won als jonge duif 12/12 en werd 1e asduif jonge in Demerbond. Hij won als jaarduif 16/17 en werd 1e asduif jaarse in Demerbond. 
  • B18/5117672 en die doffer won als jonge duif 8/10. Hij won in 2019 12/14 en kwam van de laatste vlucht thuis en was 5 broekpennen kwijt.
  • B17/5119421 en deze duivin won in 2019 21 prijzen en is superasduif in Demerbond. Zij won in 2018 13 prijzen.
  • B17/5119364 en deze duivin won als jonge duif 11 prijzen en was de beste jonge duif van het hok. Zij won in 2018 10 prijzen met o.a. 11e nat. Argenton. Zij won in 2019 19 prijzen.
  • B18/5117630 en deze duivin won als jonge duif 11/12 en won in 2019 22 prijzen.
  • B19/5098816 en deze duivin won als jonge duif 15/15 waaronder 1 x 1e en 2 x 2e.

Strenge selectie

Van de 40 weduwnaars blijven er 28 over. Het hadden er 3 à 4 meer mogen zijn maar er moest plaats gemaakt worden voor de jaarlingen. Van de 20 duivinnen blijven er 16 over en van de 80 jongen zijn er maar 20 overblijvers.
De norm bij de selectie is 60% à 70% prijs vliegen met kopprijzen er tussen. Bij de jonge duiven wordt er voornamelijk geselecteerd op model, afstamming en goede broers.

Hokken

De vliegduiven zitten op een hok van de firma Goedhuys met compartimenten voor 9 duiven maar Gert en Frans Rondags zetten er wel 20 duiven op. De weduwnaars hebben een hok van 4m, de duivinnen 2,5 m, de jongen 4 m en het kweekhok is 3 m. Het hok staat naar het oosten gericht. Er zit geen glas in het dak.
Het is een tuinhok dat achteraan tegen de grond staat maar vooraan 80 cm boven de grond staat wegens de schuin oplopende grond. Het zijn geïsoleerde hokken met een plankenvloer. Er zitten verluchtingsroosters in de voorzijde van het hok en er is een verluchtingstrook van 2,3 m voor de woonbakken. Voor alle hokken staan er volières en dat is ideaal voor de aanvoer van zuurstof. De duivinnen zitten van ‘s morgens 6 u tot ‘s avonds na het trainen in de volière. De weduwnaars komen tijdens het vliegseizoen niet in de volière. De jongen komen altijd in de volière. De zijkanten van de volières zijn afgeschermd met platen.
Er is een strikte hygiëne op de hokken en die worden iedere dag gereinigd. De drinkpot wordt eenmaal per week gereinigd maar de duiven krijgen iedere dag vers water. 

Enkele toppers

Enkele van de betere duiven van Gert Rondags.

  • B17/5119385 “Anita” en die werd 16e Nat. Asduif Kleine Halve Fond oude KBDB 2019
  • B19/5098766 “Chouke” en die werd 16e Nationale Asduif Halve Fond Jonge Duiven 2019. Zij vloog 4 x 1e lokaal. Zij werd 1e Asduif Halve Fond Zuid-Oost 2019 met 1e Trélou 286 d/3e Gewest. 1684 d, 1e Melun 250 d/5e Gewest. 1116 d, 1e Fay-aux-Loges 114 d/4e Gewest 580 d, 1e Sourdun 100 d/13e Gewest 524 d, 4e Sens 229 d.
  • B17/5119410 “Zorro” werd 1e Asduif Zuid-Oost-Limburg met 9 prijzen halve fond 2019
  • B18/5117696 “Lore” werd 1e Asduif lichte fond Zuid-Oost en Zuid-Limburg 2019.
  • B19/5098753 “Het Witkopje” werd 2e Asduif Jeugdcriterium 2019. Is een nichtje van “Nafi”. Ze won 2e Chimay 3832 d, 6e Dizy 3768 d, 10e Dizy 3677 d.
  • B19/5098818 “Lodeke” werd de beste jonge duif 2019 en 1e Asduif in Demerbond. Won 12/12 prijzen waaronder 4 nationaals.

Wat bracht 2019?

Frans Rondags: “Het seizoen 2019 bracht ons eerst ellende want de steenmarter had 35 jonge duiven doodgebeten. Goede vrienden hebben ons geholpen en wij hebben duiven gekregen van Dominique Velghe, Frank Neven en Rigo Lenaerts.
Het winnen van de Gouden Duif België is dan weer het hoogst bereikbare in de duivensport. Het is hetzelfde als de “Gouden Schoen” in de voetbalsport. Het feest dat daaraan gekoppeld is is van topklasse en daar op het podium staan doet een duivenmelker goed aan het hart.”

Waarom op naam van uw zoon spelen? 

Het kweekhok waar aan de vroege ronde jongen gewerkt wordt.“Ik wil vooraf zeggen dat bij ons duivensport een familiesport is. Ik, Gert, Anita en Els vormen een team dat volledig achter de duivenliefhebberij staat. Het is zo gekomen, in 2003 en 2004 speelde ik nog samen met mijn vader in Lafelt. In 2000 werden de duiven gestolen in Lafelt en in 2001 heb ik een duivenhok gebouwd in Grote-Spouwen dichter bij huis en om de kwekers op te zetten.
In Grote-Spouwen was er nog een hok vrij en Gert en Els speelden daar met enkele jonge duiven en het hok stond op naam van Gert. In 2004 ging het duivenlokaal dicht in Grote-
Spouwen en we moesten inkorven in Hoeselt en er werd toen gestopt met de duiven in Grote-Spouwen.
In 2010 zijn we op onze huidige locatie opnieuw met duiven begonnen. Ik had een dispuut met de KBDB i.v.m. de 3 procent van de duivenverkoop en opnieuw op mijn naam starten was toen zeker niet ideaal. Het hok in Grote-Spouwen stond op naam van Gert en we zijn op zijn naam verder gegaan”.

Waarom nog deelnemen aan jeugdkampioenschappen?

“Ik weet het dat mensen zich daaraan ergeren. Maar bijna bij alle beginnelingen doet vader mee met de duiven. Vader betaalt altijd, vader helpt altijd want zonder financiële steun gaat het niet. Een hok en duiven aanschaffen kost stukken van mensen. Ik heb ook mijn zoon geholpen op alle vlakken en ik blijf erachter staan. Maar voor volgend seizoen is het probleem grotendeels opgelost want Gert is 25 jaar geworden en mag dan niet meer deelnemen aan het Jeugdkampioenschap. Aan het Jeugdcriterium mag hij deelnemen tot zijn 30 jaar.”

Geen ambitie voor de fond?

“Wij komen hier te kort op Bourges, Argenton, Chateauroux en La Souterraine. Het oosten van het land kan niet opboksen tegen de massa duiven in het westen. Wij spelen de duiven tot 600 km. Ik ben een melker van het nerveuze type en ik heb mijn hart verpand aan de vitesse. Maar wanneer ik met pensioen ga, en dat is binnen twee jaar, dan zie ik de fond wel zitten. Het geheim van de vitesse is goede duiven die gezond zijn en die willen naar huis komen.”
Verschil tussen fondduif en vitesseduif?
“Tot 300 km kunnen mijn duiven alles aan. Het zijn grotere geblokte duiven, kort gespierd en met een kortere vleugel. Voor de afstand 300 tot 450 km heb je al andere duiven nodig, duiven met een vleugje fond in het bloed. Voor de afstand 450 tot 700 km heb je nog andere duiven nodig. Het zijn kleinere duiven die lang gespierd zijn en met een langere vleugel (vier laatste pennen).”

Ben je nog op zoek naar betere duiven?

“Absoluut en ik wil de betere duif kopen. Ik zoek de betere liefhebbers en kijk uit naar duiven waar andere mensen al mee gelukt zijn. Kan ik er zo eentje op de kop tikken dan gaat die bij mij op het kweekhok.”

Goede raad voor een beginneling?

“Ik zou als beginneling vasthouden aan één melker die ik kan vertrouwen maar de jeugd heeft weinig geduld. Eieren en late jongen gaan halen is meestal de kortste en goedkoopste weg naar het succes. Maar maak er zeker geen vreemdelingenlegioen van. Wanneer je als jonge melker niet in een duivenmelkers-
familie geboren bent dan is het meestal zeer moeilijk.”

Auteur: 

Zircon - This is a contributing Drupal Theme
Design by WeebPal.