ARSENE WOUTERS – 1e Prov. Limburg Gien 4718 oude

Liefhebber: 

Onderwerp: 

Brustem – Is één van de 14 deelgemeenten die, naast de stadskern, de fusiegemeente St.-Truiden vormen. Wie Brustem zegt, denkt wellicht meteen aan de Luikersteenweg oftewel de ‘Chaussee d’ Amour’, maar natuurlijk is er nog zoveel meer... Brustem is vooral een landbouwdorp waar hoofdzakelijk fruitteelt beoefend wordt. Maar deze gemeente dankt ook heel wat van haar bekendheid aan o.m. de ‘Saffraanberg’, de Koninklijke School voor Onderofficieren van Defensie, en aan het vroegere militaire vliegveld dat vandaag de dag nog dienst doet, o.m. voor regionale vluchten. Niet ver van dit vliegveld gaan we op bezoek bij Arsène Wouters, een duivenliefhebber met toch wel een zeer nuchtere kijk op zijn geliefkoosde hobby.

Het was op de eerste provinciale vlucht van het afgelopen seizoen, dat Arsène voor het eerst in zijn duivenmelkerscarrière mocht proeven van een provinciale zege. Zijn blauw geschelpte doffer vloog niet minder dan 5 m/min sneller dan 2 duiven van de tandem Vanoppen-Luyten, en klopte hiermee bij de reeks van de ouden, het gehele deelnemersveld van 4718 duiven. 

Voor Arsène die als ambtenaar werkzaam is op de KMO-controledienst te St.-Truiden, is duivensport een hobby, niet meer dan dat. Een tijdverdrijf waarvan hij de verwachtingen niet hoger inschat dan hetgeen mogelijk is. Met zijn realistische kijk, weet Arsène maar al te goed, dat je om goed te kunnen meedoen op de wedvluchten veel beter af bent als je op de vluchtlijn woont. “En omdat de vluchtlijn nog altijd het meest bepaald wordt door de massa en wind, zien we hier enkel de duiven overkomen die van ons zijn.” En hij gaat verder: “Je moet duiven hebben die regelmatig provinciaal per tiental vliegen en op de wedstrijddag alles mee hebben, om zo dan een keer voor de verrassing te kunnen zorgen.”

Het stond zeker niet in de sterren geschreven dat Arsène duivenmelker zou worden. Toen hij nog bij zijn ouders woonde, hielp hij zijn vader wel met het uitoefenen van deze hobby. Het inkorven van de duiven of de klok terugbrengen behoorde regelmatig tot één van zijn taken. Nadat hij en zijn vrouwtje ‘Marianne’ hun eigen stekje gevonden hadden, groeide bij Arsène de interesse om duiven te gaan houden. Alhoewel Marianne dat niet zo direct zag zitten... Om en rond 1991 werden achter in de tuin, niet te kort op de woning, de hokken gebouwd. Er kwamen duiven op die links en rechts verkregen werden. Toen Marianne tijdens haar zwangerschap verplicht werd om thuis te blijven, bleek na enkele maanden dat de pluimenbollen minstens evenveel aan haar, als aan Arsène gehecht waren. Ondertussen, zoveel jaren later tonen zowel vrouwlief als ook hun beide dochters interesse voor papa’s hobby...

Als we even terug in het verleden gaan, ging het bij Arsène zoals bij de meeste beginnelingen... Het liep niet van een leien dakje en dat was de aandachtige buurman Jos Bormans niet ontgaan. Jos was zelf al enkele jaren gestopt maar had nog steeds duiven op de kooi zitten. Arsène mocht er een aantal gaan halen en plots gingen de resultaten crescendo... De duiven van Jos Bormans deden het voortreffelijk, vooral op de halve fond. Het ging zelfs zo goed dat Jos de smaak terug te pakken kreeg en zelf een tijdje opnieuw begon te spelen. Doch op een gegeven moment werden de korven definitief ‘aan de haak gehangen’ en zijn alle duiven naar Arsène verhuisd. Door de jaren heen versterkte Arsène zijn kolonie nog met duiven van Jef Lenaerts en Marcel Creten, beiden uit St.-Truiden en de laatste aanwervingen komen van bij Gerard Vanbrabant (Nieuwerkerken).

De zegevierende duif uit Gien is een niet al te grote blauwe geschelpte doffer, B14-2059248, waarvan beide ouders afkomstig zijn van bij Jos Bormans. Als jaarling vloog hij o.m. Gien 5/75 d. en prov. 329/4297 d., Chateauroux 13/127 d. en Montluçon 8/85 d. Dit jaar begon hij met Chimay 13/303 d., Laon 20/99 d., Sezanne 6/321 d., Gien 1/19 en 1/4718 d., een week later opnieuw Gien 10/147 en 530/3871 d. De laatste prijs vloog hij op Bourges, 48/229 en 594/2452 d. 
Voor het volgend seizoen heeft Arsène 14 oude en 10 jaarse weduwnaars klaar zitten. Met duivinnen heeft hij het ook ooit geprobeerd, wat hem aanvankelijk aardig lukte. Het jaar nadien ging het echter fout, er bleven een aantal duivinnen achter en het systeem werd snel afgevoerd. Jaarlijks kweekt hij een 80-tal jongen, die zo veel mogelijk zo niet volledig vrij van medicatie, hun eerste levensjaar moeten zien door te komen. Arsène prijst zich gelukkig dat hij er het afgelopen seizoen niet zo veel is kwijt gespeeld. Voor de kweek ervan beschikt hij over twaalf koppels. Voor de jaarlijkse controle en inentingen gaat Arsène op consultatie bij Karlo Van Rompaey, en meer moet dat blijkbaar niet zijn.

Toch wel een dikke proficiat met deze mooie overwinning... Een opsteker die wellicht smaakt naar meer, al is Arsène de eerste om de mogelijkheid ervan te relativeren. 

Auteur: 

Zircon - This is a contributing Drupal Theme
Design by WeebPal.