MAURICE VAN RILLAER - 1e Nat. Kampioen Snelheid oude & jaarlingen

Liefhebber: 

Haacht – Vele jaren was Sportblad “De Duif” nauw verbonden met Haacht. Jaarlijks gaf het scholencomplex van Don Bosco Haacht onderdak aan de Gouden Duif-competitie die een duivenhappening werd zonder weerga. Daarbij aansluitend is “Brouwerij Haacht” al vele jaren de hoofdsponsor van de “Gouden Duif”. Ofschoon de “Gouden Duif” nu in Ranst plaatsheeft blijft “Brouwerij Haacht” nog steeds haar eerste afspraak trouw.
En ook “Drukkerij Artoos” komt in het stuk voor ! Vele jaren werd sportblad “De Duif” gedrukt op de persen van deze bekende drukkerij in Haacht.

Ook Maurice Van Rillaer (84) is geboren en getogen in Haacht. In zijn jonge jaren was hij chauffeur met oplegger eerst in de melkerij en later bij de Brouwerij Haacht. Ze kennen hem daar als een gehaaide vitesser die op aanraden van een vriend zijn resultaten instuurde voor de nationale kampioenschappen. Het werd meteen een schot in de roos want Maurice werd 1e Nationaal Kampioen Snelheid Oude & Jaarlingen KBDB 2016. In 2015 had hij de 3e Nationale Asduif Snelheid Oude & Jaarse en in 2010 had hij de 7e Nationale Asduif Snelheid Jonge Duiven.

Merci Alfons

Vader Jan Van Rillaer was duivenmelker en zoon Maurice kreeg vanaf zijn 12e jaar een korfje voor twee duiven op zijn fiets vastgesjord. Duiven die hij moest lossen aan de schoolpoort. Hij sprong ook bij op het duivenhok van vader en ging ook de duiven inkorven.
Maurice trouwde met zijn Jeanne toen hij “bij den troep” was. Ze woonden vier jaar bij hun schoonouders in en ook daar werd er reeds met de duiven gespeeld ofschoon de resultaten niet zo denderend waren.
In 1956 bouwden ze hun huis op de huidige locatie en het duivenhok was heel wat vroeger klaar dan het woonhuis. Maurice begon meteen met de duiven en hij deed het verre van slecht.
Toen zijn vrouw in de kliniek lag leerde hij Alfons Bruyndonkx, Booischot kennen. Het gesprek eindigde met de afspraak dat wanneer de ziekenhuiszorgen tot het verleden behoorden Maurice duiven mocht gaan halen in Booischot. Maurice en Alfons werden goede vrienden die elkaar om de 14 dagen een bezoekje brachten en Maurice kreeg er alle duiven die hij wenste. Er zaten bij Bruyndonkx ook vale duiven en Maurice liet zich ontvallen... van deze heb ik nog nooit iets gekregen. Er lag een jong in het nestje met een ring aan de poot voor Remi De Mey, Booischot en hieruit werd later “Paula 5000” gefokt. Het ander jong, een zwarte witpen, kreeg Maurice mee naar Haacht en alle duiven die er uitkwamen waren goeie.
Maar Alfons had nog betere duiven. Hij reserveerde een koppel eieren waarvan nog nooit iemand iets gekregen had en vroeg of Maurice deze eieren kon verleggen onder andere duiven. Twee jaar later zegde Alfons tegen Maurice ge hebt al veel betere duiven dan ik. Kun je me een ronde jongen fokken van uw duiven ? En zoals het goede vrienden past kweekte Maurice een volledige ronde jongen voor zijn vriend. Vanaf 1975 had Maurice Van Rillaar de beste duiven uit de streek.
Maurice kreeg een “opvanger” binnen van de Gebr. Aerts uit Bevel. Hij belde de broers op en hoorde hen zeggen dat ze zaterdag de eerste 11 prijzen wonnen bij de jonge duiven. En op maandag, die een hoogdag was, gingen er 15 doffers verloren. Ze zegden Maurice dat hij de duif mocht houden want ze kwamen ze niet halen. Ze gaven hem de raad om er uit te kweken want dat zou gegarandeerd een meevaller worden. En die doffer ontpopte zich tot een klein kweekwonder.
En als laatste kwam daar een duivin bij van Jos Timmermans, Keerbergen... soort René Claes. En al wat er uit deze duif kwam was topklasse.

ZO WERD HIJ NAT. KAMPIOEN
02/04 Momignies 465 d. 1 – 3 0.86
09/04 Momignies 771 d. 18 – 9 3.50
16/04 Momignies 586 d. 4 – 1 0.853
30/04 Momignies 357 d. 1 – 2 0.84
07/05 Momignies  368 d. 6 – 7 3.53
21/05 Momignies 410 d. 2 – 1 0.73

Een mini-kolonie

Maurice Van Rillaer doet het met een zeer beperkt aantal duiven. Hij heeft 6 koppels die op totaal weduwschap gespeeld worden, 3 koppels kwekers, 3 duiven op overschot of in totaal 21 duiven. In 2016 kweekte hij een vroege ronde van 14 jonge duiven. Een mini-kolonie als u het ons vraagt en zeker een melker met de kleine korf. Maurice speelt altijd en uitsluitend Momignies.
De 6 koppels op totaal weduwschap worden op 25 november een eerste keer gekoppeld en trekken een koppel jongen groot. Aansluitend wordt er nog een tweede ronde gekweekt die verkocht wordt. Na het spenen van de tweede ronde jongen gaan doffers en duivinnen op een afzonderlijk hok. De doffers en duivinnen van de eerste ronde jongen (2 maand oud) worden eveneens gescheiden en de jonge doffers gaan bij de oude doffers op het hok... de jonge duivinnen gaan op het hok van de oude duivinnen. De jonge duiven trainen samen met de oude duiven. Dat is helemaal geen probleem zegt Maurice want de jonge duiven trekken de oude duiven mee de lucht in. Doffers en duivinnen trainen tweemaal daags. De oude doffers en duivinnen worden begin maart opgeleerd. Ze worden 3 à 4 keer weggevoerd tot op 4 km want Maurice rijdt niet verder met de wagen.
Bij de inkorving komen er twee koppels per keer samen. Doffer en duivin blijven samen tot ze samen in de nestschotel liggen. Op een kwartier is het inkorven gedaan. Bij aankomst van een wedstrijd blijven doffer en duivin zo’n 10 minuten samen. En jammer... wie te laat komt krijgt zijn partner niet te zien. Maurice speelt van de eerste tot de laatste wedstrijd van het seizoen (24 oktober).
Belangrijk om zo lang mogelijk met duiven op het weduwschap te spelen is de duiven nooit lang samen te laten. Daar zit bijvoorbeeld een duivin tussen die dit seizoen 31 keer Momignies gevlogen heeft ! Dat kan alleen maar wanneer je de partners met mondjesmaat laat samen komen. En zoals gezegd wie te laat komt krijgt zijn partner niet te zien en die komt geen tweede keer meer te laat. En Maurice geeft volmondig toe dat het spel met duivinnen eenvoudiger is dan met doffers en dat de dametjes beter waren dan de doffers.

Jongen niet verduisterd

Maurice Van RillaerMaurice Van Rillaer : “Hier worden de jonge duiven niet verduisterd en niet bijgelicht. Problemen met de rui zijn er weinig of niet want door het veelvuldig spelen wordt de rui vertraagd. Einde seizoen staan de meeste duiven nog op 3 pennen. De regel dat een duif na het stoten van de 5e pen niet meer mag gespeeld worden is larie en apekool. We klappen hier wel over de vitesse en niet over de halve fond en fond.”
In 5 à 6 etappes worden de jongen opgeleerd tot 4 km. Daarna gaan ze met de vereniging nog tweemaal tot Tervuren en tweemaal tot Ronquière. Ze vliegen ook nog één keer Momignies vooraleer het “echte” seizoen begint. Tussendoor worden de jongen niet meer weggevoerd maar dat is ook niet nodig want Maurice speelt 2 x per week in competitie (zaterdag + woensdag).

In Haacht is er ieder weekend een wedstrijd en nog eens 9 midweekse vluchten. In het Damiaanverbond zijn er iedere week twee vluchten.
Oude duiven en jonge duiven trainen tweemaal per dag. De oude doffers hebben een grote woonbak de jonge doffers een nestvak dat op half gezet wordt.
Wanneer de minst goede vliegers geëlimineerd werden krijgen de jonge doffers een oude duivin en de jonge duivinnen een oude doffer. Deze “nieuwe koppels” gaan eerst op een afzonderlijk hok waar ze in alle rust kunnen paren. Eens goed gepaard gaat iedereen terug naar zijn eigen hok... bij de oude duivinnen of de oude doffers.
In 2015 zaten er 4 duivinnen op het hok en geen enkele doffer en daar moest een mouw aan gepast worden. Zij werden gepaard met oude doffers en zo werden oude en jonge duivinnen met dezelfde doffer gespeeld. Op zaterdag kwamen de oude doffers en de oude duivinnen 10 minuten samen en gingen de jonge duivinnen naar een ander hok. Op woensdag kwamen de oude doffers en de jonge duivinnen een half uur samen en gingen de oude duivinnen naar een ander hok. Bij aankomst van een wedstrijd was het natuurlijk oppassen geblazen want anders wordt er haarkepluk gedaan. En ook hier geldt de regel van de vitesse ! Wil je een gans seizoen op hoog niveau spelen dan moeten doffer en duivin elkaar zo “weinig” mogelijk zien.

4 Maaltijden sportmengeling

De vliegduiven worden alle dagen dieet gevoederd en krijgen per week maar 4 maaltijden sportmengeling. Zaterdag na thuiskomst van een wedstrijd en op zondag wordt het op beide dagen dieet. Op maandag wordt het dan twee maaltijden sportmengeling. Op dinsdag is het dan 1 maaltijd dieet en dan is het ook inkorvingsdag. Na de aankomst van de wedstrijd op woensdag mag er zoveel mogelijk dieet verorberd worden. Op donderdag opnieuw twee maaltijden sportmengeling en op vrijdag (inkorving) één maaltijd dieet.
Wanneer de duiven thuis zijn wordt er tweemaal daags getraind met de schuif dicht. Na de training mogen de duiven nog wat in de tuin rondscharrelen. Wanneer er tweemaal gefloten wordt moeten ze als de weerlicht naar binnen. Wie niet luistert blijft buiten tot de volgende voederbeurt... en dat overkomt hem in de toekomst geen tweede keer ! Van Rillaer speelt met de duiven... maar de duiven spelen niet met Van Rillaer. Dat staat als een paal boven water in Haacht !
Maurice stelt zijn volste vertrouwen in de mengelingen die op de markt zijn en daar moet niets aan toegevoegd worden. Geen opvoederen, geen voedingssupplementen, alleen dieet en sportmengeling van de winkel een paar straten verder.
Bij inkorven en aankomst van een wedstrijd krijgen de duiven altijd zuiver water. Op zondag en maandag gaat er honing in het drinken en op woensdag en donderdag gaat er Belgasol in het drinkwater.

Medisch

In 2016 is Maurice niet naar de dierenarts geweest. Voor aanvang van het vliegseizoen werd er een week tegen tricho en een week tegen luchtweginfecties behandeld via het drinkwater. Deze behandeling werd halfweg het seizoen herhaald wanneer de prestaties iets minder werden.

De goeie duif

Maurice wil ons doen geloven dat hij helemaal niks van duiven kent. Voor hem is de mand de beste keurmeester en daar heeft hij overschot van gelijk in. Een duif die na 5 wedstrijden geen drie prijzen won wordt zonder blikken of blozen geëlimineerd. Een duif die einde seizoen geen drie keer in de eerste vijf vloog moet vertrekken.
Maurice was vroeger “aanpakker” in het duivenlokaal en hij wist op voorhand wie er goed ging spelen. Om een duif te keuren heeft hij nog nooit de bek opengetrokken. Maar duiven met veel bloem op de pennen... met krijtwitte neuzen... en “rode bollekes” op de graat (borstbeen) waren de potentiële winnaars van het weekend. Hier krijgen de duiven elke week een bad en een duif die graag in het water ligt en snel opdroogt is een duif die in orde is.

Houten hok

Maurice Van Rillaer speelt op een houten hok van 4 m x 2 m met zadeldak dat verdeeld is in twee compartimenten. Op zolder is er nog een hok van 5 m x 3 m met 16 woonbakken met 3 koppels kwekers. In de tuin staat ook nog een hok dat volledig leeg is.
Maurice : “Moest ik nog maar vijftig jaar oud zijn dan moest de voorgevel van het hok er uit en ik timmerde overal draad voor. Voor het hok zou ik dan een zeil ophangen dat ik ‘s avonds kon neerlaten... en dat was het. Voor de vensters en deuren is er nu draad getimmerd zodat ik die de hele dag kan laten openstaan. Alleen ‘s nachts gaan die dicht. Vooraan in het plafond van de hokken is er een verluchtingstrook van 1 m breed voorzien want ik hou van een goede verluchting. In de bodem van de hokken is er een opening gezaagd (afgeslagen met draad) waardoor er nog extra verluchting bijkomt.

Het kweekhok

Zoals hoger gezegd wordt het kweekhok bevolkt met 3 koppels kwekers waarvan er eentje in het oog springt. Het is de B09/6215021 “De Aerts” x B10/2070360 “De Timmermans”. Het is een koppel dat alleen maar goede duiven geeft. Het zijn zeer goede duiven maar bij slecht weer blijven ze gemakkelijk achter. Wanneer ze dezelfde dag niet thuiskomen dan moet je ze niet meer verwachten.

Auteur: 

Zircon - This is a contributing Drupal Theme
Design by WeebPal.