JOS COOLS – 1e Nationaal Kampioen Snelheid Jonge duiven

Liefhebber: 

Grobbendonk – Het was geen verrassing voor mij dat Jos Cools nationaal kampioen op de snelheid werd. Vorig jaar liet hij zich opmerken met een de Nationale Asduif bij de jaarlingen en een 14e Nationale Asduif bij de jonge duiven. Ook de jaren voordien boekte hij knappe resultaten en werd hij al eens Provinciaal Kampioen op de snelheid met oude duiven en in 2011 zelfs 4e Nationaal Kampioen met de jonge duiven. Jos valt alle jaren in de prijzen en dat dankt hij naar eigen zeggen aan een keiharde selectie en aan het Tienverbond.

Opnieuw worden de provinciale kampioenschappen op de snelheid gedomineerd door leden van het Tienverbond. Bij de jonge duiven eindigen Jos Cools, Leo Heremans, Stickers-Donckers en Staf Boeckmans in de top-10 en alle vier staan ze in de nationale top-20. Bij de oude duiven werden Stickers-Donckers, Jos Cools, Guido Van Tillo, Harry Smolders, Jef Van Tillo en Johan Donckers genomineerd in het provinciaal kampioenschap. Uiteraard hebben ze dit te danken aan hun snelle duiven, maar niemand van hen zal ontkennen dat een mooi aantal duiven een gunstige invloed heeft op hun coëfficiënten.
Maar ook het florissante Tienverbond lijdt onder de vergrijzing. Werden er in 2005 nog door 671 liefhebbers 71.534 duiven ingekorfd, dan mochten we voor 2015 nog 358 liefhebbers met 55.358 duiven noteren. Voor Noyon kwamen we dit jaar aan 46971 duiven. De positivo’s onder u zullen zeggen dat dit fraaie getallen zijn. Dat klopt, want wie de detail van de nationale uitslagen van Jos vergelijkt met die van zijn concurrenten moet toegeven dat er nergens anders zoveel duiven in concours vlogen.

In zijn jonge jaren voetbalde Jos bij de kadetten en scholieren van Grobbendonk. Rond zijn 15de voelde hij zich aangetrokken tot de wielersport. Rik Van Looy, geboren in de buurt waar Jos woont en woonde, was toen de numero uno op de UCI- ranking (moest dat al bestaan hebben). Rik was het idool van veel Kempense jongeren en wie aan een koersfiets geraakte, wilde het wel een keer proberen. Zo verging het ook Jos. Tot nationaal kampioen heeft hij het toen niet gebracht, maar spijt dat hij het geprobeerd heeft, daarvan is ook geen sprake. Waaraan hij het verdiende, weet hij zelf niet, maar tijdens zijn legerdienst kreeg hij het statuut van “sportman”. Deze gasten vervulden hun dienstplicht bij de luchtmacht in Evere. Jos was één van hen. Hij kreeg faciliteiten om te trainen, maar bijna dagelijks nam hij een rustpauze aan het oefenveld van de voetballers. Die speelden regelmatig een oefenwedstrijd. Eigenlijk waren ze maar met 10 volwaardige spelers. Een wat struisere en oudere journalist werd ook op het scheidsrechtersblad vermeld en vervolledigde het team, maar sjotten kon de man helaas niet. Omdat ik een vaste bezoeker werd aan het oefenveld vroegen ze op een keer of ik niet wilde mee voetballen. Om op je eentje serieus te trainen met de fiets, daar moet je meer karakter voor hebben dan om op een voetbalveld mee te draaien.
Dat moesten ze me dan ook geen tweede keer vragen. Na mijn legerdienst is er van koersen niet veel meer in huis gekomen, maar bij VC Grobbendonk deden ze de transfer van het jaar. Sinds ik op pensioen ben en al lang met voetballen ben gestopt omwille van een ernstige knieblessure, staat een fietstochtje met de duivenvrienden wekelijks op het programma. ’t Is echt plezant, zeker als je de zondag voordien je in de kijker hebt gespeeld. Dat lukt me aardig want in tegenstelling tot die gereputeerde namen voel ik mij eigenlijk maar een amateur-beginneling. Ik ga hier geen duivenles geven en zeggen hoe je kampioen wordt. Om nationaal kampioen te worden heb je ook wat geluk nodig.

Jos (°1946) werd in 1993 duivenmelker met enkele koppels van zijn schoonvader, die niet deelnam aan wedstrijden, maar lustten deed hij ze wel, als ze goed werden klaargemaakt. Ook enkele liefhebbers uit de buurt zorgden ervoor dat ik kon deelnemen aan de wedstrijden met jonge duiven. Met de jongen uit een koppel van mijn schoonvader stond ik regelmatig op een deftige plaats gerangschikt. Daar keken sommigen een beetje van op. Ze hadden voorspeld dat ik geen blad zou raken en in dat perspectief viel het dus wel mee. In het selecteren ben ik altijd kordaat geweest. Hier wordt geselecteerd op basis van prestaties. Natuurlijk werd door de jaren heen de lat steeds iets hoger gelegd. Met regelmaat werd het stammetje aangevuld met duiven van liefhebbers uit de buurt. Ludo De Weert, Dirk Van den Bulck, Charel Corthout en Staf Boeckmans zijn vrienden die me goed hebben geholpen. Uiteraard was het geen eenrichtingsverkeer. Als je bij hen de stambomen bekijkt, ga je ook Cools-duiven terugvinden.

De laatste aanwinsten komen van Danny Van Dyck en Miel Van den Branden (Rik Hermans). Het Kanon van Danny Van Dyck heeft het Tam Cools (2004) in zijn pedigree. Eén van de drie duiven die me de titel van Nationaal Kampioen opleverden, werd gekweekt uit een duiver van Rik Hermans via Miel Van den Branden. Hij werd hier vader van verschillende asduiven o.a. Super Lady (6de nat. asduif 2014), Caprison, Aske 923... Hij is een kleinzoon van Di Caprio (Leo Heremans). Goede duiven hebben vaak een mooie stamboom, maar een mooie stamboom staat zeker niet garant voor kwaliteit. Hier worden jaarlijks zo’n 50 duiven geringd voor eigen gebruik. Van 2015 blijven er op dit moment nog 5 jonge duivers en 3 jonge duivinnen over. Zelfs van deze acht zullen in 2016 een aantal me teleurstellen. Dat is toch duivensport.

ZO WERD HIJ NATIONAAL KAMPIOEN
  1e get. 2e get. Aantal
07/06 21 16 2637
14/06 33 6 2369
28/06 34 26 2570
05/07 22 1 1962
09/08 4 5 1951
30/08 29 4 1450

Alle uitslagen werden behaald uit Quiévrain (afstand: 112,724 km)

Verzorging, training, voeding

Jos probeert het eenvoudig te houden. Voor 2016 heeft hij 9 weduwnaars voorzien, 4 oude en 5 jaarse en 6 koppels zijn ondergebracht op het kweekhok. Verder zitten er nog 4 duivinnen en enkele voedsterkoppels. Dat is altijd handig, want vanaf einde juli worden de jonge duiven op nest gespeeld. In het verleden werd er ook met enkele jaarse duivinnen op weduwschap gespeeld. Super Lady was er zo eentje en ze werd in 2014 6de nat. asduif. Het plan is om dat niet meer te doen. Hoewel, soms dienen door omstandigheden de plannen te worden bijgestuurd.
Duiven trainen hier alleen in de voormiddag en jonge duiven blijven samen tot einde mei. Als ze 2x Quiévrain hebben gevlogen worden duivers en duivinnen gescheiden. Tot begin mei worden de jonge duiven verduisterd van 18 u. tot 8 u. Bijlichten is hier nog nooit gebeurd en van veel duiven verliezen is hier al evenmin sprake. Vanaf de laatste pennen zijn bijgegroeid krijgen de jonge duiven tot in juni ruimengeling. Daarna wordt er de laatste dagen voor de inkorving voor de helft sportmengeling gegeven. Grit en mineralen worden regelmatig ververst. Dat is een basisbehoefte voor iedere duif. Met de duivers wordt er Quiévrain gespeeld en de duivinnen worden uitgetest op Noyon. Het nationaal kampioenschap werd gewonnen met 3 duivers die uitsluitend Quiévrain hebben gevlogen. Einde juli mogen de jonge duiven een nestje bouwen. De laatste weken van augustus werden misschien wel de mooiste uitslagen behaald. Van duiven op nest ben je zekerder, als het goeie zijn tenminste. Wanneer de duiven op nest gespeeld worden, krijgen ze wekelijks een tussenvluchtje uit Mechelen.

Het geheim

Paul Mommaerts is een vriend-duivenliefhebber uit de buurt. Hij is verdeler van Aloe Vera. Ik geef het enkel op zondag als de duiven van de vluchten arriveren. De geur doet me denken aan mijn bezoekjes als kind aan een ziekenhuis. De geur was er frappant en afkomstig van de ontsmettingsmiddelen die er destijds gebruikt werden. Ook Dirk Van den Bulck geeft het al een lange periode en die heeft ongetwijfeld heel het internet afgespeurd om precies te weten welke kwaliteiten het product heeft. Als hij Aloe Vera geeft dan ben ik er redelijk gerust in dat het zeker niet zal schaden. Het omgekeerde kan je maar moeilijk bewijzen, maar wie goed bezig is verandert niet zo graag iets aan zijn manier van handelen. Er zijn nog een aantal bekende liefhebbers die het gebruiken. Ik maak er zeker geen geheim van want ik ken ook liefhebbers die het geven en waar het blijkbaar niet helpt. Wie mirakels uit een potje of pilletje verwacht droomt en bedriegt zichzelf. Wie geen talent heeft, zal het als sportman niet ver schoppen. Maar er is meer nodig. Conditie, mentaliteit, zelfvertrouwen, voeding, training, motivatie... zijn medebepalend voor succes. Een mens is een complex geheel. Ik geloof dat het in duivensport niet anders is.

Duivenbond Grobbendonk

Jos is voorzitter van duivenbond Grobbendonk. De laatste jaren zijn ze regelmatig moeten verhuizen. Het gemeentebestuur heeft hen altijd gesteund in de zoektocht naar een nieuw lokaal. Nu hebben ze weer een vaste stek aan het voetbalterrein. Iedereen is er tevreden. De club heeft een goede werking en jaarlijks een grandioze kampioenendag. De leden spelen er gratis en nieuwe leden komen hoofdzakelijk van aanpalende maatschappijen overgewaaid. De reden waarom laat zich raden.
Duivenbond Grobbendonk is wellicht ook een beetje uniek. Eén van hun spelende leden is de pastoor van de parochie. Pastoor Jozef Willems organiseert jaarlijks in maart een duivenwijding in de Sint-Lambertuskerk. Gelovige (en minder gelovige) duivenliefhebbers uit heel de Kempen en zelfs daarbuiten komen dan met een korfje en enkele duiven naar Grobbendonk afgezakt. Na de misviering zijn er koffie en koeken. Het bestuur van duivenbond Grobbendonk zorgt dat de afterparty gezellig is.
Jos en zijn medewerkers zetten zich enthousiast in voor de maatschappij en daar mogen alle leden blij om zijn.

 

Auteur: 

Zircon - This is a contributing Drupal Theme
Design by WeebPal.