SWINNEN-VANHOVE - 1e Prov. Asduif Grote fond KBDB

Liefhebber: 

Zichem – Zichem is een deelgemeente van Scherpenheuvel-Zichem. De Demer deelt het dorp doormidden waardoor het op de grens van Kempen en Hageland ligt. Zichem staat op nummer 1 in de lijst van de mooiste dorpen van Vlaams-Brabant.
Zichem is ook de geboorteplaats van Ernest Claes, een van de meest gelezen schrijvers van Vlaanderen. Zijn geboortehuis is ingericht als museum. Hij is beroemd geworden door zijn boek “De Witte”, een boek over een kwajongen en zijn fratsen in het landelijk leven van vorige eeuw. Later werd dit boek ook verfilmd.

Ook Francois Swinnen heeft zijn plaatsje in de geschiedenis aldaar. Hij heeft een carrière van 40 jaar achter de rug aan de spoorwegen en was de laatste stationschef van Aarschot van Infrabel. Nu geniet hij van een welverdiend pensioen en kan hij zich, samen met zijn vrouw Magda, volop toeleggen op zijn duivensport en zijn tweede passie motorrijden.
Maar Francois bouwt ook een huis voor zijn dochter en zijn vrije tijd wordt daardoor wel heel beperkt. Het seizoen 2013 verliep daardoor anders dan anders maar zijn duivin B08/2025996 “Magda” zette de Zichemse kolonie toch volop in de schijnwerpers met de vermeldingen als 1e Asduif Superfond Brabantse Unie, 2e Nat. Asduif Grote Fond Oude Duiven KBDB, 1e Provinciale Asduif Grote Fond KBDB Brabant en 2e Beste Europese Duif over de Internationale wedstrijden 2013 (Pipa Ranking)!

Vanaf 1965

Vader Edmond Swinnen was duivenmelker en toen hij 15 jaar oud was vervoegde Francois zijn vader aan het roer van de kolonie. Meteen ging men een versnelling hoger spelen en er werd succes behaald op de legendarische Angoulèmes van Brabant.
In 1973 trouwde Francois met zijn Magda en twee jaar later werd op de huidige locatie met duiven begonnen. Magda kwam niet uit een duivenmelkermidden maar eens getrouwd leerde ze vrij snel de knepen van het vak.
Er werd gestart met het soort van vader en “Mieke” ontpopte zich vrij snel tot de stammoeder van het hok. De peter van Magda woonde in Ittre, in de buurt van Ronquière, en zo leerden ze de “smid van Ronquière” kennen... en dat was een super melker. Ze gingen daar jaarlijks op bezoek, er werd veel over duiven gepraat, maar de smid hield zijn schat goed verborgen. Het vierde jaar dat ze daar op bezoek gingen mocht Francois uiteindelijk toch mee naar de duivenzolder en volgens de smid was hij de eerste melker die ooit een voet zette op zijn kweekhok. Francois kocht er 2 doffers en 2 duivinnen en de nakweek van deze duiven deed het schitterend op de halve fond.
In de jaren negentig speelde Nest Ysenborghs uit Bertem de 1e nat. Pau met een zwarte duivin. Een melker met een hart van “koekebrood” die de jonge melkers wilde helpen om de fond te ontdekken. Daar kreeg Francois alles wat hij maar wilde... en dat waren ook zijn eerste stappen op de fond.
De tandem Swinnen-Van Hove speelt de grote halve fond, de ééndaagse fond en de grote fond. Bij de verdere stamopbouw werd er dan ook rekening gehouden met deze drie disciplines.
Er werden nog duiven gehaald bij Willy Vanhoutte, Wevelgem (grote halve fond)... Deno-Herbots, Leefdaal (grote halve fond) met een volle broer van “Yvan” die nationale asduif grote halve fond werd in 2008... Declercq-Vervaeren, Rillaar (fond) met hun Santens-soort... Maurits Vanschaybroeck, Messelbroek (fond) met duiven van Gaston Devooght, De Haan, Sam de Jong (Nl) en Roger Florizoone, Nieuwpoort (beide fond)... Alex Ranst, Herent (fond)... Albert Bils (zware fond)... Kenji Schmitt, Averbode (grote halve fond)... Clement Vandeneynde, Molenstede (fond)... Yvon Deneufbourgh, Estinnes (zware fond)... en Francois Den Troost, Ramsdonk (fond en zware fond). Meer recent werd er aan samenkweek gedaan met Gerard Vandeputte-Vandeneynde, Putte en De Smeyter-Restiaen, Melden.

Alleen met duivinnen

De duivenhokken bij Vanhove-Swinnen.In principe wordt er gespeeld met 50 koppels op totaal weduwschap maar door gebrek aan tijd werd er alleen gespeeld met de 50 duivinnen. Met de doffers werd dus in feite niet echt gespeeld en die werden eigenlijk alleen maar opgeleerd. Daarnaast werden er nog 100 jonge duiven gefokt en vormden 16 koppels kwekers de achterban.
Op de zware fond was Perpignan de laatste wedstrijd van het seizoen, op de fond werd er gestopt na Tulle en op de grote halve fond was Bourges de laatste wedstrijd. Na afloop van het seizoen 2012 werd een ronde late jongen gefokt, de eieren van de beste vliegduiven werden verlegd onder de jaarlingen en er werd opnieuw gelegd (4 jongen). Doffers en duivinnen blijven een groot stuk van de winter samen (enkele eieren geraapt) en worden pas half december gescheiden. Daarna gaan de duivinnen in de volière tot Lichtmis. Zij gaan door de rui met een goede ruimengeling, multimineralen, Sedochol en 365 dagen per jaar look in het drinkwater.
Met Lichtmis (2 februari) staat de eerste koppeling gepland en er wordt een koppel jongen groot getrokken. Ook nu gaan de eieren van de beste vliegers onder jaarlingen en de duivinnen leggen een tweede keer (4 jongen). Na het spenen van de jongen gaan de duivinnen naar het duivinnenhok en de laatste week van april wordt er gestart met opleren. Het gaat vrij snel... iedere dag de baan op... en op 1 mei gaan ze de mand in voor Momignies en vervolgens wordt het Soissons... en Sens/Toury. De fondduiven gaan dan naar Vierzon, Limoges, Cahors enz. De duiven voor de grote halve fond gaan naar Bourges en vliegen verder het nationaal programma.
De grote halve fond vormt eigenlijk de hoofdmoot en 2/3 van het vliegbestand gaat naar de 500 km-vluchten. De rest van de vliegploeg wordt ingezet op fond en grote fond (slechts 5 %). Grote halve fond en fond worden op weduwschap gespeeld, de grote fond werd in 2013 op een nestje gespeeld (tussen de weduwnaars). Voor Barcelona werd ingekorfd op broeden, bij thuiskomst werd het nestje afgebroken, er werd opnieuw gelegd en op Perpignan werd er opnieuw ingekorfd op einde broeden.

Voeding en recuperatie

Voeding en recuperatie zijn uiteraard belangrijk voor duiven die hard gespeeld worden. Voor de grote halve fond kan er 2 à 3 weken na elkaar ingekorfd maar dan moet er wel een Momignies of een Soissons ingelast worden. Alle duivinnen gaan elke week de mand in... een duivin een week thuis laten is vragen om problemen.
Zaterdag bij thuiskomst en zondag wordt er sportmengeling gevoederd... en gaan er “Recuperatie” en elektrolyten in het drinkwater. Op maandag en dinsdag wordt het in principe eiwitarme mengeling... maar verwacht men een lastige wedstrijd voor het weekeinde dan wordt er op dinsdag reeds sportmengeling gevoederd. Op woensdagmorgen wordt het ook sportmengeling maar ‘s avonds en op donderdagmorgen 1/2 sportmengeling + 1/2 vetrijke mengeling. Donderdag... twee uur voor het inkorven... wordt er vetrijke mengeling + pindanoten + kempzaad + zonnebloempitten + mineraalvoeder (Jovati) verstrekt. Daarna hebben de duiven nog 2 u tijd om te drinken.
Telkens op maandag worden er groenten verstrekt aan alle duiven: kwekers, vliegers en jonge duiven. Elke woensdag gaat er vitamineral (Natural) over het bevochtigd eten van alle duiven.

Jonge duiven

De ploeg van 100 jonge duiven wordt geboren uit de kweekduiven en uit de beste vliegers. Na het spenen gaan ze allemaal op hetzelfde hok. Ze worden zo natuurlijk mogelijk gehouden... worden niet verduisterd... krijgen tijdens hun geboortejaar zeker geen antibiotica... en de natuurlijke selectie moet haar werk doen. Na een aantal jaren werpt dat vruchten af zegt Francois Swinnen. De jongen worden alleen opgeleerd en in 2013 vlogen ze slechts één maal Momignies omdat ze onmiddellijk opgezadeld zaten met “one eye cold”. Normaal vliegen ze tijdens hun geboortejaar toch zo’n 2 à 3 keer Pithiviers of Sens. In de toekomst moet er toch een en ander veranderd worden omdat ze als jaarling veel te weinig ervaring hebben.

Medisch

Normaal gaat Francois Swinnen één maal per jaar bij de dierenarts op consultatie voor de klassieke inentingen. Wanneer de vliegploeg niet “marcheert” dan kan het gebeuren dat hij nog eens de hulp van de man in het wit inroept.
Vorig seizoen werden de duiven niet behandeld tegen trichomonas en ook niet tegen luchtwegeninfecties. De jonge duiven kregen af te rekenen met een vorm van “one eye cold”. Ze werden gestopt en niet behandeld en na veertien dagen volière was de kwaal vanzelf genezen.
Onder het label “Maag & darm” wordt een dierenarts-middel verstrekt dat de spijsvertering en recuperatie bevordert.

Selectie

Voor de oude duiven gelden strenge selectienormen en van de 50 duivinnen blijven er 15 à 20 over. Bij de jonge duiven tellen de resultaten niet en wordt er alleen geselecteerd op de natuurlijke gezondheid. In principe blijven alle jongen die aan dit laatste criterium voldoen.
Als jonge duif en als jaarling worden ze zeker niet uitgeperst... als 2-jaarse worden ze voorzichtig gespeeld. Dat betekent dat de duiven een lange carrière voor de boeg hebben en dat er hier probleemloos 6- en 7-jaarse duiven gespeeld worden.

Het kweekhok

Het kweekhok dient om “uw ras” in stand te houden en om rampen met de vliegduiven te voorkomen. Om verder te kweken wordt op het kweekhok aan familiekweek gedaan. De belangrijkste lijnen zijn “Panter” en “Mieke”. Deze bloedlijnen worden eerst afzonderlijk gehouden en de nakweek wordt met elkaar gekruist. Maar er worden zeker zoveel jongen uit de goede vliegduiven gefokt en daar worden er kruisingen toegepast. Bijgehaalde duiven - en dan alleen van echte supers - worden steeds aan de beste duiven van de kolonie gekoppeld.
De beste vliegers gaan na een carrière van zeven jaar naar het kweekhok en blijven daar zitten tot ze niet meer leggen of niet meer bevruchten. Ook jongen van echte toppers gaan regelmatig rechtstreeks naar het kweekhok.

Laat beginnen

De tandem Swinnen-Vanhove speelt op 20 m hokken met Boomse pannen. Ze zijn 40 cm boven de grond gebouwd maar met dubbele bodem. In het plafond voor de duiven is er een verluchtingspleet van 40 cm. regelbaar met schuiven, maar die worden nooit gebruikt.
Ze zeggen zelf dat de hokken droog maar kil zijn maar verwarmingselementen worden zeker niet gebruikt want alles moet naturel zijn. Er zit dan niets anders op dan later beginnen spelen... en wachten tot de zon de natuur opwarmt.

De goeie duif

“Wij houden van de goed gespierde middelmatige duif die blijk geeft van een grote natuurlijke gezondheid. Bij voorkeur heeft ze een korte maar dikke voorarm, een gesloten achtervleugel met een goed draagvlak, een zachte pluim en een kop met uitstraling. De laatste vier slagpennen moeten even lang zijn en goed geventileerd.
De B08/2025996 “Magda” is een duivin die het in 2013 uitstekend deed in de asduif-kampioenschappen. Zij werd geboren uit de combinatie Bils x Vanschaubroeck en ze heeft in haar carrière driemaal Barcelona gevlogen. Tijdens de zware voorbereiding op de eerste twee Spanjeklassiekers, en gespeeld op weduwschap, gaf ze blijk van een snelle recuperatie. In 2013 werd ze op een nestje gespeeld en werd ze ingekorfd voor Vierzon, Limoges, Barcelona (op eieren) en Perpignan (op eieren) en liet ze opnieuw een schitterende prestatie optekenen.”

Auteur: 

Zircon - This is a contributing Drupal Theme
Design by WeebPal.