GEERT MAROY - 1e, 2e en 4e Nationale Asduif Grote fond jaarse 2023

Liefhebber: 

Records daar kijken we tegenwoordig bijna niet meer van op. Iedere maand wordt er wel een weerrecord gebroken, natste maand, warmste maand, droogste maand of somberste maand, iedere maand was het wel iets. Max Verstappen, Novak Djokovic en Simone Biles schreven fenomenale records op hun naam, en Cav sprintte in Bordeaux naar een 2e plaats in de Tour waardoor hij net niet het record van de allergrootste verbrak.

Ook in de duivensport regende het dit seizoen straffe, zelfs unieke prestaties. Twee broers uit Zingem begonnen het nationale seizoen met een prestatie die eigenlijk niet kan verbeterd worden. Hiermee gaven de broers het goede voorbeeld en blijkbaar voelde menig melker zich geroepen om ook groots te presteren. Er is immers een wet in de sport die zegt dat je alleen grootse prestaties kan afleveren wanneer je tegenstanders van het allerhoogste niveau zijn.
Een van die hokken die dit jaar uitpakten met spectaculaire cijfers, is het hok van Geert Maroy. In het West-Vlaamse Heestert won hij samen met spitsbroeder Sebastien “Seba” Courtens 1e, 2e en 4e Nat. Asduif grote fond jaarse. Tevens wonnen ze 1e, 4e  en 5e beste Europese jaarling over 2 internat. vluchten, en Geert en Sabastien werden 2e Kampioen grote fond jaarse. Dat heet een boerenjaar.

Sebastien Courtens (l) en Geert Maroy (r).Geert (64) leerde de knepen van het vak van vader Lucien op de boerderij in Moen. Tot ’89 speelde hij daar samen met vader. Pa speelde vroeger voornamelijk kleine fond, maar het was zoonlief die het meer zag in de verdere afstanden. Toen vader overleed verhuisde Geert en ging hij in Heestert op eigen naam spelen. Tussen 600 en 1000 km zijn de afstanden die hij prefereert en het klassieke spel met de weduwnaars is zijn ding.
Sebastien Courtens (32) is Kortijkzaan en ook van jongs af gebeten door de duivenmicrobe. Grootvader Lucien leerde kleine Seba de knepen van het vak en wijlen Roger Mylle (Bellegem) sleep de ruwe diamant tot een gedegen fondspeler. Sebastien was immers tien jaar hokverzorger bij Roger, is er een betere manier om de “stiel” te leren?

Ook Sebastien heeft een voorliefde voor dezelfde afstanden, en alles staat dan ook in het teken van die vluchten. De asduiven vlogen voor Agen twee keer Argenton en Bourges. Beide heren zijn typische no nonsens West-Vlamingen en dit weerspiegelt zich in hun duivenspel. Weduwnaars die zich door weer en wind een weg naar huis banen, naar moeder de vrouw die thuis zit te wachten, veel klassieker kan je de duivensport niet bedrijven.

Beroepshalve werkte Geert bij Electrabel, maar nu geniet hij van zijn welverdiende rust. Al is rust relatief met het aantal duiven waarmee Geert speelt. Op de (prachtige, gemetste) hokken in Heestert huizen immers 110 weduwnaars (met hun vaste partners), 70 kweekkoppels en 300 jongen. Snel rekenwerk leert ons dat dit 660 duiven zijn, dit jaar komen daar voor het eerst ook nog eens 30 vliegduivinnen bij (ook met vaste partner), 720 duiven dus, begin er maar aan. Voor de meeste melkers met veel duiven geldt hetzelfde, ze zien toch zo graag veel duiven vliegen, maar het is toch zoveel werk.

Omdat Geert er niet jonger op wordt en de vrouw des huizes ook tevreden moet blijven, zocht en vond Geert dus versterking. Drie jaar geleden werd Sebastien binnengehaald. De werfleider in de industrie zorgde voor de nodige jeugdige energie en bovendien bracht hij als hokverzorger van Mylle ook extra duivenkennis op het hok. Ook Sebastien houdt van de zware fond en is specialist in het spelen met weduwnaars, op het hok van Roger deed hij immers niets anders. De samenwerking is duidelijk op een win-winsituatie voor beide partijen uitgedraaid.
Zijn weduwnaars specialiteit, dan zijn jonge duiven weer absoluut niet Sebastiens ding, dat laat hij met plezier over aan Geert die dit wel in de vingers heeft. 
Geert: “Toen hij hier voor het eerst kwam, hebben we hem bijna moeten afvoeren naar het ziekenhuis. Hij zag hier 300 jongen, hij kreeg bijna koorts, werd mottig en moest ei zo na afgevoerd worden.” 
Algemene hilariteit, het ijs is gebroken, de toon gezet. Wat nukkig, wat afstandelijk? Ja, ze zijn soms wat ondoorgrondelijk en kunnen zo koppig zijn als een steenezel, maar wat een heerlijke mensen toch die West-Vlamingen. Al levert het telkens veel verkeersellende op, toch komen we heel graag in dit authentieke stukje Vlaanderen.

HIGHLIGHTS 2023

1e Prov. Bourges 
1e Zone B

2657 jo.
2160 jo.
7e Nat. Argenton 17.210 jl.
13e Nat. Cahors  4155 o.
1e, 3e, 5e, 7e, 15e Prov. Agen
13e, 32e, 47e, 56e, 90e Nat.
1665 jl.
6667 jl.
79e Nat. Bergerac 3838 o.
2e, 7e, 9e, 66e Prov. Narbonne
45e Nat. 
1129 jl.
6100 jl.
5e Prov. Bourges 3977 jo.

Eenvoud en efficiëntie

Voor aanvang van het seizoen wordt er 3-4 keer gereden met de duiven, tijdens het seizoen nooit. Wel wordt er zo snel mogelijk gestart met trainen aan huis. Eind februari, ten laatste begin maart wordt hiermee begonnen. De winterkoude voorbij, minstens 8°C en ze kunnen er aan beginnen. Bij aanvang trainen de weduwnaars eenmaal 1 uur per dag, vanaf de nationale vluchten wordt dit tweemaal.
Vliegen is dan ook echt vliegen en niet wat zitten lanterfanten op het dak. Om de duiven beter te laten trainen zwaait Sebastien in het begin van het seizoen met de vlag, opbouwend naar een vol uur vliegen toe. Sebastien: “Eens ze dat kennen gaan ze vanzelf beter vliegen. Op de nationale vluchten krijgen ze eerder zelf de keus hoe ze vliegen, daaraan kan je sneller een duif die in form zit herkennen.”
’s Morgens is het Geert die de weduwnaars en later ook de jongen uitlaat. Tussen 15 en 16 u arriveert Sebastien van het werk en worden de taken samen verdeeld. In principe doet Geert de kwekers en de jongen en is het Seba die zich bezighoudt met de weduwnaars. Natuurlijk is dit niet strak afgelijnd, ze helpen mekaar en alles wat er gebeurt, is in onderling overleg.

Zeker gezien het aantal duiven is het belangrijk voor de heren dat alles eenvoudig en vooral efficiënt gebeurt. Zo moeten roosters en transportbanden het werk verlichten. Ook wordt er maar eenmaal per jaar gekweekt. In december wordt er gekoppeld en dan wordt er uit kwekers en vliegers één ronde jongen gekweekt. Zo hoeven ze zich tijdens het seizoen niets aan te trekken van de kweek en kunnen de jongen allemaal ervaring opdoen in hun eerste jaar en leren ze vliegen in groep. En omdat het allemaal vroege jongen zijn kunnen ze het volledig seizoen van jonge duiven uitzingen. Eenvoud en efficiëntie!
De weduwnaars komen voor de vlucht half bak samen met hun partner, kort in het begin van het seizoen en later wordt dit wat langer. Ook bij thuiskomst blijven ze in het begin van het seizoen korter samen terwijl dit naarmate de vluchten zwaarder worden best tot ’s anderendaags kan zijn. Alles hangt af van de omstandigheden en het verloop van de vluchten.

De heren gaan wel zuinig om met hun duiven. Met trainen wordt zoals gezegd gewacht tot het warm genoeg is en wanneer er te zwaar weer voorspeld wordt slaan ze liever een week over. Koude en regen, slecht voor hun duiven. Begin dit seizoen wilde alles ook nog niet perfect vlotten omdat het nog te koud was op de hokken. Gemetste hokken, met goede verluchting, warmen nu eenmaal minder snel op.
Geert speelt de jongen gewoon op de schuifdeur. Ze worden verduisterd tot aan de kortste nacht, maar niet bijgelicht. Het spel van de jongen is louter op de toekomst gericht. De resultaten zijn op zich niet belangrijk. De heren hanteren wel degelijk een zeer strenge selectie, maar die gebeurt pas als jaarling, alle jongen gaan door na hun eerste seizoen. Daarna is de speeltijd voorbij en moet wie wil blijven zich bewijzen.
De laatste vluchten van het seizoen mogen de ouden overslaan en gaan enkel de jongen nog de mand in. Na de laatste nationale vlucht zit ook hun seizoen er op en kan voor duiven en melkers het winterseizoen beginnen.

Voeren met de lepel

Hun spel mag dan zeer klassiek zijn en ze proberen alles zo eenvoudig mogelijk te houden, dit betekent niet dat de heren niet openstaan voor nieuwe zaken of dat ze alles maar wat op hun beloop laten. Zo werden vorig jaar alle hokken uitgerust met volières. Open gaas zorgt voor een fantastische verluchting en plexi’s zorgen voor beschutting tegen de wind. Ook hier is over nagedacht, de schermen kunnen aangepast worden aan de weersomstandigheden.

Medisch en voeding

Ook op gebied van voeren kiest vooral Sebastien zeker niet voor de gemakkelijkste oplossing. Hij voert een eigen eiwitrijke mengeling, tot zover niets bijzonders, maar alle vliegers worden individueel in de bak met de lepel gevoerd. Zo wil Sebastien controle houden over wat en hoeveel ze eten. Het versterkt ook de band met de melker en Sebastien kan zo voeren “naar zijn gevoel” en naar de duif haar individuele behoeften. Iedere atleet heeft dus eigenlijk zijn persoonlijke diëtist.

Ook in hun duivenspel zijn ze niet in denkpatronen vastgeroest. Zo komen ze volgend seizoen voor het eerst met een ploeg duivinnen aan de start. Dertig dames die net als de doffers op klassiek weduwschap zullen gespeeld worden. (nog eens 60 duiven erbij dus!) Sebastien: “Wij hebben besloten om volgend jaar met duivinnen te gaan spelen om wie weet misschien later toch een goeie duivin te hebben en deze dan te kunnen kruisen met de asduiven, eerder ook een beetje een commerciële keuze.”
Op medisch gebied kiezen ze dan weer voor de weg van de eenvoud. Zoveel te minder er moet gegeven worden zoveel te beter. Er wordt niet preventief gekuurd en behalve de verplichte entingen worden alle duiven voor het seizoen gevaccineerd met het paratyfusvaccin (de kwekers voor het kweekseizoen, de vliegers voor het vliegseizoen). Verder wordt er niets gegeven zolang de dierenarts dit niet nodig vindt. Die dierenarts is duivenvriend dr. Pascal Lanneau (Zwevegem).
Geert en Sebastien consulteren Lanneau om de veertien dagen. Door zo vaak hun duiven te laten controleren hopen de heren kort op de bal te kunnen spelen. Snel ingrijpen wanneer nodig en nog liever voorkomen in plaats van genezen.

De hokken van Geert Maroy in Heestert.Het voer zelf is naar eigen zeggen heel simpel. In het begin van seizoen krijgen de duiven een zeer lichte mengeling, dit was dit jaar van Versele-Laga, om ze beter te laten trainen. Dit werd aangehouden tot wanneer ze aan de 300 km-vluchten kwamen en dan schakelden ze over op hun eigen samenstelling, bestaande uit verschillende merken, die ze zelf laten mengen in baden van 600 kg.

Om op te voederen naar de nationale vluchten gaven ze verschillende samenstellingen van Vanrobaeys en dit mengen ze nog eens zelf door elkaar. Dit opvoederen gebeurt met een regime van twee dagen voor de halve fond, drie dagen voor de fond en vier dagen voor de zware fond. Maar ook dit staat niet in graniet gebeiteld. Iedere vlucht is anders. Het moge duidelijk zijn, Sebastien voert op gevoel, maar met kennis van zaken.
Voor het trainen krijgen ze fijn zaad, dan trainen ze beter. Na het trainen krijgen ze hun “gewone” voer. Bij thuiskomst worden elektrolyten en eiwitten gegeven om het herstel te bevorderen en gedurende het gehele seizoen wordt er regelmatig “Hepateveto” bijgegeven, een product dat belooft de stofwisseling te ondersteunen, extra energie aan te voeren en de eetlust op te wekken. Een product dat uw reporter zelf dus absoluut niet nodig heeft. Verder werken Geert en Sebastien graag met het gamma producten van “Next Level”.

Goede duiven en de rest is larie

Wie niet bekend is met de auteur van deze uitspraak is waarschijnlijk pas zeer recentelijk vanonder een steen in de Kalahariwoestijn gekropen. WdB heeft natuurlijk niet het monopolie op deze filosofie, ook in Heestert hanteert men graag deze duivenwijsheid. Doorheen de jaren heeft Geert een topkolonie opgebouwd met als fundamenten duiven van verschillende tophokken. Op onze vraag uit welke duiven hun kweekhok is opgebouw, vallen namen zoals De Smeyter-Restiaen, 
Ignace en Sabine Ameel-Van Lake, Eric Debaere, Brantegem-Denooze en natuurlijk Sebastiens leermeester Roger Mylle.
Goede duiven blijven tenslotte de basis van alle succes. Je mag het duurste peper en zout gebruiken, je zal er van een goedkope biefstuk nog geen wagyu mee kunnen maken. De twee chefs in Heestert weten echter hoe met kwaliteitsproducten om te gaan. Het eindresultaat: drie jaarse asduiven op een bedje van succes met een schuimpje van duivenpassie, een likje geluk, een crumble van vriendschap, sterk gekruid met kennis van zaken en afgewerkt met heel veel inzet.

Auteur: 

Zircon - This is a contributing Drupal Theme
Design by WeebPal.