Liefhebber:
Zandhoven – Zandhoven moet ongeveer in het midden van de provincie Antwerpen liggen en deze Kempense gemeente telt zo'n 12.000 inwoners. Zandhoven was in de tweede helft van de vorige eeuw vooral bekend om de baandancings met draaiorgels en volksmuziek zoals "De Veertien Billekens" en de "Willem Tell". Busladingen van de oudere generaties kwamen hier dansen. De uitbater had 7 dochters en de dancing “De Veertien Billekens” had een naam die tot de verbeelding sprak en die wijd en zijd bekend was. Moest een duivenmelker een verloren duif komen ophalen in Zandhoven dan kende hij meestal meteen de weg als je naar “De Veertien Billekens” refereerde. Ondertussen hebben deze instellingen een andere bestemming gekregen.
We trokken naar Eddy Janssens (50), een vaste waarde in de Zandhovense duivensport en ver daarbuiten, die in 2017 een fantastisch seizoen speelde. “‘t Duifke” is een duivenmaatschappij die Zandhoven, Viersel en Massenhoven groepeert. Het is een duivenbond met pit waar Dirk Van Dyck de voorzitter/baas speelt en waar “den Eddy” de meeste taken uitvoert. Kortom een leuke ploeg waar het gezellig met de duiven spelen is.
Eddy Merckx
Eddy Janssens werd op 3 september 1967 geboren, of de dag waarop Eddy Merckx wereldkampioen werd in Heerlen (Nl). Vader Marcel Janssens was een goede duivenmelker die uitblonk op de vitesse. Hij was een aantal jaren gestopt met de duiven en toen hij in 1983 een nieuwe start nam kreeg hij juist voor aanvang van het seizoen een hartinfarct. Hij had 4 weduwnaars op zijn hok klaar zitten en maakte Eddy warm om met die duiven te gaan spelen. Duiven waren niet echt Eddy zijn ding want hij had zijn hart aan de jeugdbeweging (Chiro) verpand... maar hij begon toch aan zijn “nieuwe” taak. Hij was amper drie weken bezig en hij speelde al de 1e prijs. Vader kwam uit het ziekenhuis en nam opnieuw de duiven over, en Eddy ging terug naar de Chiro. Maar hij was door de duivenmicrobe besmet...
Eind jaren tachtig, begin jaren negentig werd Eddy een echte duivenmelker en hij heeft nog jaren met vader samengespeeld. Toen werd ook de overstap gemaakt van snelheid naar halve fond en de nationale vluchten.
Vader kwam te overlijden in 1994 en vanaf toen moest Eddy alleen verder in de duivensport. Lang moest hij echter niet wachten op succes want in 1995 werd hij reeds kampioen Jonge Duiven in Union Antwerpen. In 2009 werd Eddy Janssens dan Algemeen Provinciaal Kampioen Antwerpen.
Maar het was niet allemaal rozengeur en maneschijn ! De oude hokken waren zo wat helemaal versleten en er werd een nieuwe installatie gebouwd. Maar in plaats van opnieuw aan te knopen met de successen van de voorgaande jaren ging Eddy door een diep dal en de jaren 2012, 2013 en 2014 werden een regelrechte tegenvaller. Honderden melkers spraken met lof over deze nieuwe hokken maar ze functioneerden niet zoals het hoorde. Goede duiven werden plots gewone prijsvliegers. Miel Van den Branden was de enige die Eddy zegde waar het op stond en met die hokken zou het hem niet lukken. Het waren mooie hokken maar niet goed en het probleem zat hem in de verluchting. De vrienden van Eddy speelden beter met zijn duiven dan Eddy zelf.
Maar het geluk was ook een beetje aan zijn zijde. Er was een duif van Eddy binnengelopen bij Reind Breman, een specialist in de verluchting van duivenhokken. Er werd uitgebreid over de verluchting gepraat en het begin van de oplossing werd gevonden. Ook Martin van Zon werd aangesproken en die adviseerde om het nieuwe hok aan te passen zoals het oude hok, met opnieuw een plat dak. Met de vrienden werd het hok gedeeltelijk afgebroken en het kreeg een plat dak zoals het oud hok.
Al vrij snel was duidelijk dat Eddy weer op de goede weg was. Hij had drie jaar niet echt goed kunnen selecteren maar er kwam een kentering in de goede zin. Het was niet meteen super maar beterschap was in aantocht.
In 2016 ging het al een heel stuk beter en er werd een ploeg excellente jongen gefokt. Elf weken na elkaar speelde hij 1/100 in Union Antwerpen en nationaal. Zijn palmares werd gesierd met 14e Nat. Asduif Jaarse Kleine Halve Fond, 12e, 18e, 19e, 20e, 21e, 22e Nat. Asduif jonge duiven Kleine Halve Fond.
In 2017 deed de ploeg jongen het uitstekend als jaarling en er kwam een ploeg jonge duiven bij die nog beter was dan die van 2016.
Eddy Janssens : “Maar alles loopt niet “pico bello” bij een duivenmelker. Begin 2017 verongelukte “Louise” 106/16 (12e Nat. Asduif 2016) aan huis. Een doffer won de eerste prijs en in de namiddag werd zijn zoon gepakt door de klamper. Mijn duiven hebben ook heel veel last gehad van “one eye cold”. Maar dat is nu eenmaal duivensport !”
Een solide basis
De eerste basisduiven waren het oude soort van vader en dat ging terug naar Jos De Bruyn uit Massenhoven. Verder kwamen daar nog duiven bij van André Bellens, Zandhoven en Jos Dillen, Zandhoven. “Wittekop Joske” (Jos Dillen) was de belangrijkste duif in de aanvangsperiode. Ook de duiven van Dirk Van Dyck, Zandhoven van voor de tijd van de “Kannibaal” deden het voortreffelijk. Dirk was in die periode reeds een uitstekende vitessespeler.
Later kwamen daar duiven bij van Miel Van Den Branden, Zandhoven of het kweekhok van Rik Hermans. De “Propere Miel” werd een basiskweker. Verder nog duiven van Marcel Wouters, Westmalle en de kinderen van de “Ad” en de “Leeuw” deden het zeer goed. Ook met duiven van Danny Van Dyck is Eddy zeer goed gelukt.
Bart Gillis, Arendonk is nog een geval apart. Hij geraakte in 2009 een deel jongen kwijt. Eddy had nog wat jongen over (7) en Bart mocht die gaan halen. “Rihanna” vloog uitstekend en werd in Arendonk een kweekmoeder. Nu is een zoon van “Rihanna” een kweker bij Eddy Janssens. Een gelijkaardig verhaal hadden we bij Danny Van Dyck en Rik Hermans. Eddy bediende hen met goede duiven en nu hebben die bij Eddy hetzelfde gedaan.
Verder hebben we de Combinatie Atema, Noordbergum met twee kinderen van olympiadeduif “Super 53”. Meer recent maar goed gelukt hebben we dan nog de namen van Combinatie Van Panhuis, Meppen... Bart & Nance Van Oeckel, Oud-Turnhout en Leo Broeckx-Van Hees, Oud-Turnhout.
Weduwnaars zien trainen
Eddy Janssens kwam aan de start van het seizoen 2017 met een ploeg van 12 weduwnaars, 20 duivinnen (jaarse), 180 jonge duiven (3 rondes) en 24 koppels kwekers.
De weduwnaars werden begin december gekoppeld en trokken een koppel jongen groot. De beste weduwnaars mochten nog een keer leggen en de eieren werden bij “stopkoppels” onderlegd. Deze ingreep heeft geen enkele invloed op de rui van de weduwnaars. Er kwam daarna geen tweede koppeling meer maar doffers en duivinnen kwamen nog één weekend samen bij het opleren van de doffers.
De weduwnaars trainen veel beter sinds Eddy thuis is (professioneel duivenmelker sinds mei 2016). De duur van de training is niet zo belangrijk maar wel de intensiteit waarmee er getraind wordt. De duiven trainen geen anderhalf uur maar wegtrekken... uiteenspatten... en er fel tegenaan gaan ziet Eddy veel liever. In april wordt er één maal per dag getraind, in mei hebben de doffers twee oefenbeurten.
Bij de inkorving komen doffers en duivinnen nooit samen. De doffers krijgen zelfs niet altijd een nestschotel in hun woonbak en zeker niet in het begin van het seizoen. Er wordt ook niet gezocht naar extra motivatie want het is de bedoeling het hele seizoen te spelen op een rustige manier. Niet te zot doen met de weduwnaars is de boodschap.
Bij aankomst van een wedstrijd in het begin van het seizoen krijgen de weduwnaars een paar uur hun duivin. Na een zwaardere wedstrijd kan dat tot ‘s avonds of tot de volgende dag duren. De duur van het samenzijn heeft er in feite weinig mee te maken. In 2017 kenden de weduwnaars geen spectaculaire dip. Na het vliegseizoen trokken de weduwnaars een ronde jongen groot.
Eddy Janssens : “De weduwnaars gadeslaan is het mooiste wat er is in de duivensport ! Een ticket voor een reis naar Hawaï of de weduwnaars van op mijn stoel gadeslaan ? Geef mij maar het laatste !”
Duivinnen spaarzaam met energie
De duivinnen werden half maart gekoppeld en startten het wedstrijdseizoen op dat nestje. Van het opleren van de dametjes werd er iets meer werk gemaakt dan bij de doffers. Ze werden 7 à 8 keer weggevoerd wegens mindere trainingslust. Het trainen aan huis was niet echt een meevaller maar de resultaten waren goed en dat is het voornaamste. Een keer mee gemaakt dat de weduwnaars trainden als zot (Bourges I) en de duivinnen helemaal niet. De doffers presteerden matig en de duivinnen waren echt top ! De duivinnen vlogen afwisselend halve fond / nationale vlucht / halve fond / nationale vlucht / enz. Ze hebben 6 nationaals gevlogen en de laatste werd op een nestpositie gevlogen.
Tijdens de week worden de duivinnen opgesloten in hun woonbak of afwisselend in een loketkast. Er zijn weinig problemen met het onderling paren van de duivinnen.
Duivinnen die “in orde zijn” en thuiskomen van een wedstrijd zijn zo goed in conditie dat ze meteen opnieuw zouden kunnen ingekorfd worden. Dat is een groot verschil met de doffers. Een duivin verbruikt alleen haar energie tijdens de vlucht naar huis. Een weduwnaar verspeelt zijn energie vanaf het ogenblik dat hij ingekorfd wordt.
Jonge duiven laten trainen in kleine groep
Er worden 3 rondes jonge duiven gekweekt. De 1e en 2e ronde worden samen opgeleerd. Alle eieren van de kwekers worden bij stopkoppels onderlegd en er is amper twee weken verschil tussen 1e en 2e ronde. De jongen worden gespeend in groep, de oudste zijn dan 27 dagen en de jongste 22 dagen oud.
De jongen van 1e en 2e ronde worden verduisterd van bij het spenen tot half mei. De jongen van de 3e ronde van bij het spenen tot 21 juni. Er wordt bijgelicht vanaf 21 juni tot einde seizoen... ‘s avonds tot 22.30 u., ‘s morgens vanaf 6 u.
De jonge duiven worden intensief opgeleerd en worden 12 x weggebracht tot 30 km. Wanneer de jongen de snelheidsvluchten afhaspelen (100 à 200 km) worden ze op zaterdagmorgen nog eens gelost op 30 km. Tijdens de halve fond werden ze slechts één keer gelost op 30 km.
De jongen trainen maar één keer per dag en ook hier is de intensiteit belangrijker dan de duurtijd van het trainen. De dierenarts adviseerde om de jongen in kleinere groepen te laten trainen. En effectief, de jongen trainden met meer overtuiging !
Vanaf half juni werd de jonge bende op de schuifdeur gespeeld. Omdat de motivatie zeer belangrijk is werden er kartonnen dozen en wegkruipbakjes op het hok geplaatst. Voor een korte vlucht komen jonge doffers en duivinnen ongeveer 1 u samen. Voor de halve fond komen de partners vanaf de middag samen. Voor de afsluitende Chateauroux was de trainingslust van 1e en 2e ronde niet meer zoals het hoort. Maar een duivenmelker wil het soms niet zien.
Verschillende jongen (15) hebben de vier nationaals gevlogen. Dat is niet te veel voor jonge duiven. Jonge duiven die in orde zijn kunnen veel verdragen. Jongen die niet in orde zijn mag je tien keer lappen en dan komt het nog niet goed. Met een duif die top is kun je niets verkeerd doen. De eerste keer zette ik 90 jongen in de korf en ik kreeg er 89 thuis. De volgende keer zette ik 89 jongen in de korf en kreeg ze alle 89 thuis. Dat is een goed teken... en het was ook een goede start.
Een nieuwe voederleverancier
Eddy is overgeschakeld op de voeding van Natural Granen en het bevalt hem zeer goed. Het basisprincipe van voederen is te zorgen dat de duiven op een week zoveel mogelijk energie opnemen.
Op zaterdag bij thuiskomst wordt er sportmengeling gevoederd en in het drinkwater is er Belgasol of elektrolyten. Op zondag en maandag wordt het “Finesse Light” met ook nog Belgasol of elektrolyten in het drinkwater op zondag. Op dinsdag wordt het 1/2 “Finesse Light” + 1/2 sportmengeling + “Finesse Energy”. Op woensdag en donderdag wordt het dan sportmengeling + “Finesse Energy”. Wanneer er ingekorfd wordt voor de kleine halve fond is er ook op dinsdag “Finesse Light” in het voederbakje. Op donderdag is er ook Belgasol in het drinken en verder wordt er Tovo + Nutripower + snoepzaad + pinda’s verstrekt.
Twee dierenartsen
Eddy is klant bij de dierenartsen Fernand Mariën en Stijn Gysbrechts. Voor de verzorging van de duiven wordt het systeem van dierenarts Mariën gevolgd. Op zaterdag bij thuiskomst gaat er vitamineral (roze poeder) over het voeder. Op zondag gaat er conditiepoeder over het voeder en 1x per maand “siroop”. Zo’n 2 à 3 keer per jaar worden de duiven onderzocht.
Bij een van de ploegen jonge duiven werd er coccidiose vastgesteld en dat was waarschijnlijk te wijten aan het feit dat de jongen op de vloer gevoederd werden. Nu wordt de eetplaats zuiver gemaakt en geschroeid met de vlam.
In het begin van het jaar worden de duiven zuiver gezet van trichomonas met een behandeling van 5 dagen. Verder in de loop van het seizoen wordt er om de 2 à 3 weken met B.S. behandeld (2 dagen over het voeder). Bij de weduwnaars werd 1x behandeld tegen luchtweginfecties halfweg het seizoen met Soludox (3 dagen). De jonge duiven werden behandeld tegen coccidiose, niet tegen luchtweginfecties, en ook behandeld tegen “one eye cold” met oogdruppels. De duivinnen werden helemaal niet behandeld. Na het seizoen worden de duiven behandeld tegen paratyfus (via drinkwater).
Observeren i.p.v. kuisen
De jonge duiven worden gespeeld op 20 m hok verdeeld in 6 afdelingen. Op de weduwnaarshokken is er plaats voor 60 weduwnaars, maar slechts twee hokken van 12 woonbakken worden gebruikt. Daarnaast zijn er 2 hokken van 12 kweekkoppels.
Aan de vlieghokken werd er veel gesleuteld en met succes. Een hok moet goed zijn bij een fris voorjaar en ook in volle zomer.
De verluchting gebeurt nu vooraan via de golven van de golfplaten zoals vroeger. Achteraan is een opening van 30 cm. In het plafond is er vooraan een opening van 10 à 15 cm voor en boven de duiven.
Op alle hokken liggen er roosters en zijn er mesttransportbanden. Onder de roosters ligt er vloerdekkorrel (droog) op de bodem. Op die manier kan de melker zich bezighouden met zaken die echt belangrijk zijn i.p.v. altijd maar te kuisen.
De drinkpot wordt dagelijks ververst en geschrobd met warm water. Buiten het seizoen is de verzorging wat minder strak. In oktober wordt er “grote kuis” gedaan op de hokken. Alles wordt met de hogedrukspuit onder handen genomen en buiten gedroogd.
Topkweekkoppels
Het kweekhok is het kloppend hart van een duivenkolonie. Twee topkoppels zijn :
* “Propere Miel” B09/6041710 x “Dochter Super 53” NL13/1632624.
Zij werden de ouders van :
- “Telma” : zij won 7 weken na elkaar prijs per tiental als jonge duif en werd 21e nat. Asduif Kleine Halve Fond.
- “Louise” : won 6 op 7 per tiental en werd 12e nat. Asduif Kleine Halve Fond.
- “New Louise” : won 10 op 10 en 8x per tiental.
- “Snooker” : werd vader van “Gijs” met 8e nat. Bourges 37957 d; 90e nat. Chateauroux 18601 d; 2e Noyon 489 d.
* “Ali Baba” B14/6239376 x “Moeder James” B13/6215692
Zij werden de ouders van :
- “James” 007/16 met 2e Chevrainvilliers 2293 d; 2e Chevrainvilliers 339 d; 3e Noyon 753 d; 3e Melun 590 d.
- “087/16” met 14 prijzen in 2017.
- “New Luna” 159/16 met 1e Chevrainvilliers 2359 d; 4e Melun 750 d en 10 x per tiental als jaarling.
- “008/17” met 3e Chevrainvilliers 866 d; 79e nat. Bourges 37957 d; 1e Noyon 789 d; 99e Argenton 3673 d.
Enkele toppers
Nog enkele toppers van deze succesvolle kolonie :
- “New Louise” B17/6148031 met 2e Chevrainvilliers 866 d., 10e Chevrainvilliers 1232 d., 1e Chevrainvilliers 747 d. enz.
- “Power Girl” B17/6148008 met 3e Chevrainvilliers 866 d., 7e Bourges 347 d/ 80e nat. 37957 d., 1e Noyon 489 d., 5e Argenton 393 d/414e nat. 21902 d. enz.
- “Victor” B16/6076203 met 3e Noyon 608 d., 13e Chevrainvilliers 1434 d., 17e Chevrainvilliers 1036 d., 6e Chevrainvilliers 389 d., 1e Chevrainvilliers 942 d., 6e Gien 330 d. Won als jong van de 3e ronde 5x per tiental en als jaarling 9x per tiental.
- “Big Girl” B16/6076169 met 5e Bourges 3617 d., 7e Noyon 608 d., 8e Chevrainvilliers 397 d., 16e Souppes-sur-Loing 1459 d., 44e Chateauroux 4391 d...
Téléchargement:
Auteur: