Liefhebber:
Onderwerp:
Nijlen – Nijlen staat sinds het einde van de 19e eeuw bekend als een van de centra van de diamantbewerking. Tijdens de Eerste Wereldoorlog stagneerde de diamantnijverheid maar na deze wereldbrand kende het vooral in de periode 1918-1930 een geweldige bloei.
Op het hoogtepunt werden 2300 Nijlenaars in “de stiel” tewerkgesteld. In 1960 werd de terugval ingezet en dit vooral door de moordende concurrentie van de lage loonlanden.
Met een knipoog naar de geschiedenis worden de mensen uit Nijlen ook de “sparrenrijders” genoemd. In vroegere tijden was er in Nijlen een roversbende genesteld die een afdeling was van de beruchte bokkenrijders. Ze randden de reizigers aan en hingen hen met het hoofd naar beneden aan een dennenspar. Het geld dat ze bij zich hadden rolde zo uit hun zakken en de rovers hadden het maar voor het rapen. Ze beweerden dat ze op die manier het geld gevonden en niet gestolen hadden.
Nijlen vergaarde ook naam en faam in de duivenwereld. Ooit telde men daar meer dan 400 leden en daarmee hadden ze grootste duivenbond van ons land. Maar ook op deze vruchtbare grond moest de duivenliefhebberij inbinden en telt men er tegenwoordig nog slechts 78 leden. Voorzitter van duivenbond Nijlen is al geruime tijd Paul Peeters... inderdaad de zoon van ! Hij nam de fakkel van vader over en runt duivenbond Nijlen met vaste hand. In 2014 deed hij het bovendien heel knap op de wedstrijden en haalde met veel panache de titel van 1e Algemeen Provinciaal Kampioen Antwerpen binnen.
Berre Van Leest...
“Berre” was van 1948 en heeft een aantal jaren in de diamant gewerkt. Maar hij had geen “zittend gat” zoals ze dat in Nijlen zeggen en hij ging liever de duiven letten dan steentjes slijpen. Later werkte hij nog op de bekende Opel-site in Antwerpen maar zijn bekendste stappen zette hij echter in de duivenwereld.
“Berre” heeft nog samen met zijn vader met de duiven gespeeld. Hij woonde in het centrum van Nijlen en jaar en dag behoorden ze bij de kampioenen op Quiévrain. “Berre” leerde zijn vrouw Rita Van Leest kennen en ook schoonvader Jos Van Leest had duiven en vrij snel was de tandem Van Leest-Peeters geboren. Het verhaal vertelt dat ze alle twee hun duiven al gekoppeld hadden en den “Berre” had nog 5 doffers over en Jos had nog 5 duivinnen op overschot. Deze werden gekoppeld en eens de jongen groot werden de oude opgeruimd. En geloof het of niet... deze jongen lagen aan de basis van de eerste successen.
Paul verzorgde eerst de duiven van grootvader Jozef Peeters en in 1980 werd hij lid van de tandem Van Leest-Peeters. Tot 1988 werd er snelheid gespeeld en ze behaalden zelfs het Koningschap in duivenbond Nijlen (snelheid). Daarna werd de overstap gemaakt naar de halve fond en in Hafo Lier werden zelfs de hoogste triomfen geoogst (3x Koningschap). In hun verdere carrière wonnen ze de Gouden Duif (2001)... het Koningschap in Union Antwerpen... en ze werden kampioen in Fondclub Antwerpen.
Hun superduif was de “James Bond” die een zoon was van de “Jonge Bobby”. Als jonge duif liet hij reeds zijn kwaliteiten zien maar als jaarling werd hij 2e Nat. Asduif Halve Fond K.B.D.B. Verschillende van zijn broers hebben mede het succes geschraagd van de tandem Van Leest-Peeters.
“Berre” heeft een mooi leven gehad en veel schoon momenten gekend in de duivensport. Zijn foto hangt nog op het duivenhok waar hij waakt over de exploten van zijn zoon Paul. Sinds het overlijden van zijn vader in 2010 is Paul nu voorzitter van duivenbond Nijlen en de zaken marcheren prima. Ondertussen is Nijlen aangesloten bij het Tienverbond en na enkele aanpassingsjaren strijdt de diamantslijpergemeente nu ook met gelijke wapens.
50% Van Leest-Peeters
Paul heeft nog een tijd de duiven van vader verzorgd maar de overstap naar de Bouwelsteenweg gebeurde in 2009. De kolonie werd daar voor 50% opgebouwd met duiven van Van Leest-Peeters. Vooral de afstammelingen van de “Bobby” namen het voortouw.
Later kwamen daar duiven bij van Willy Daniels, Kessel en vooral de lijnen van de “Lichte Bourges” en de “Blauwe Bourges” (Maurits Voets) deden het voortreffelijk.
Er kwamen ook nog duiven bij van Walter Roziers, Berlaar (“Kaasboer” x Jef Keirsmakers)... Alfons Van de Wouwer, Nijlen (lijn “Ronaldo” (Patrick Claes) x lijn “Cerafin” (Ducheyne-Scheirs)... Gebr. Van Gestel, Bevel (lijn “Black Jack”, Paul Huls)... Alfons Hens, Nijlen (lijn “Elzinky” x “Heks”)... en een superduivin van L-B-J Geerinckx, Wommelgem (lijn “Geschifte Willy” x lijn “Eénoogje Orleans”).
Verduisterde weduwnaars
De tandem Paul Peeters en Lutgart Van Crombruggen pakte het seizoen 2014 aan met een ploeg van 30 weduwnaars, 15 duivinnen op weduwschap, 90 jonge duiven en 16 koppels kwekers.
De weduwnaars vliegen midden augustus hun laatste wedstrijd van het seizoen. Daarna wordt er normaal een ronde late jongen groot getrokken maar in 2015 gaat men het geweer van schouder veranderen en er zal dan tweemaal gebroed worden. Na het spenen van de jongen worden doffers en duivinnen gescheiden en gaan naar de volière. Met een goede ruimengeling en regelmatig wat appelazijn in het drinkwater gaat de vliegploeg door de rui. Twee weken voor de aanvang van de winterkweek (1/12) gaan de doffers opnieuw naar hun hok en de weduwnaars trekken twee jongen groot. De beste weduwnaars leggen een tweede keer en de eieren worden bij de voedsterkoppels ondergeschoven.
Er volgt geen tweede koppeling en de weduwnaars worden verduisterd (helemaal donker) van 15 februari tot 15 à 20 april. De bedoeling is de conditie uit te stellen en de vliegploeg later te laten pieken. Bij een tweede koppeling valt de “form” weg... in het ander geval is de vliegploeg binnen de 4 dagen wedstrijdklaar.
In 4 à 5 keren worden de oude en jaarse duiven opgeleerd en dan wordt het vervolgens 2x Quiévrain... 2x Noyon... 2x hafo oude duiven/4x hafo jaarlingen... en de ééndaagse fond met als eindstation Tulle. Vanaf half juni worden de jongen 1x per week opgeleerd (Ittre) en de oude duiven gaan dan wekelijks mee naar dezelfde lossingplaats.
Algemeen Provinciaal Kampioen Antwerpen Algemeen Kampioen Oude Fondclub Antwerpen 1e Asduif Union Antwerpen Fond Oude 1e Asduif Fond + Grote Fond La Colombophile Belge |
Telkens de helft van de ploeg oude en jaarse wordt tweewekelijks gespeeld (15). Wanneer de duiven goed ingevlogen zijn kan het gebeuren dat ze toch een paar keer wekelijks gespeeld worden. Het voederschema van de duiven die om de twee weken gespeeld worden ziet er uit als volgt...
Op zaterdag bij thuiskomst wordt er sportmengeling gevoederd + Zell Oxygen + Optimix + Viktus Duif over het voeder en Electro Forte in het drinkwater. Op zondag wordt het dieet speciaal + BMT + 4 Oliën en Bio Duif + Bronchovit in het drinken. Op maandag staat er 1/2 dieet + 1/2 sportmengeling op het menu met BMT + Omega Plus en Vita Duif in het drinken.
Van dinsdag tot zondag van de eerste week wordt het 100 % sportmengeling. Op dinsdag gaat er Zell Oxygen + Optimix + Viktus Duif over het voeder en Bio Duif in het drinken. Op woensdag wordt het dan Optimix + Race Tonic over het voeder en Aminovit + Vita Duif in het drinkwater. Op donderdag gaat er alleen Vita Duif in het drinken en op vrijdag wordt het dan zuiver water.
Vanaf maandag tot de inkorving wordt het 50 % Sportmengeling + 50 % Energy Mengeling. De laatste dagen kan het zelfs 20 % Sportmengeling + 80% Energy Mengeling worden aangevuld met pinda’s en zonnepitten. Vanaf de tweede zaterdag worden de voedseladditieven toegediend zoals tijdens de eerste week.
De weduwnaars trainen tweemaal daags en uit het trainingsgedrag van de weduwnaars kan de melker heel wat leren. In het begin van het seizoen wordt er getraind met de vlag. Paul observeert getrouw het vlieggedrag van de weduwnaars en de hokken worden eerst gereinigd en pas daarna komen de duiven los. Zoals de meeste melkers ziet hij graag dat de weduwnaars wegtrekken... open spatten boven het hok... vallen op het dak en dan in groep weer wegstuiven... en de “showman” uithangen. Als de weduwnaars dat allemaal doen... en ze eten bovendien als leeuwen en ze staan toch licht dan trekt hij met een gerust gemoed naar het lokaal. Bij de inkorving komen doffers en duivinnen altijd samen.
Duivinnen op weduwschap
De 15 duivinnen vliegen hun laatste wedstrijd uit Guéret. Ze kweken daarna een ronde late jongen en na het spenen gaan ze naar de volière. Ze doen niet aan vroege kweek en worden gekoppeld zodat de derde leg van de kwekers bij hen kan ondergeschoven worden. Ze trekken die ronde jongen groot en zitten eind maart op het weduwschap. Ze vliegen hetzelfde programma als de doffers en gaan tot en met de dagfond.
De duivinnen worden gespeeld op weduwschap tot half juli en dan blijven doffers en duivinnen samen en bouwen een nestje. De duivinnen haspelen de nationale vluchten af op een nestpositie en worden iedere week gespeeld.
Alleen bij de duivinnen is het dagelijks trainen een probleem... ze vliegen nooit meer dan 20 minuten. Maar het is vallen op het dak en direct binnen ! De duivinnen zitten los in een woonbak op het hok maar er zijn helemaal geen problemen met het onderling paren. Ze vliegen een zwaar programma (wekelijks de mand in) en ze hebben tijd noch goesting om onderling aan te pappen. Ook de duivinnen worden samen met weduwnaars en jonge duiven een keer per week weggevoerd voor een lapvluchtje.
Jonge duiven op weduwschap
De 90 jonge duiven worden gefokt uit kwekers en vliegers. Bij het spenen van de jongen gaan de geslachten aanvankelijk samen maar na 3 weken worden er 20 jonge doffers uitgeselecteerd die niet verduisterd worden.
Het spel met de 20 jonge doffers met oude partners geniet de voorkeur en die worden iedere week op de halve fond gespeeld. De jonge doffers en de oude duivinnen worden niet echt aangepaard en komen alleen samen op het moment van de inkorving (half uur). Ze komen niet met een nestje want dat haalt de conditiecurve naar beneden. Het is al meer dan eens gebleken dat deze jonge doffers achteraf uitgroeien tot de beste weduwnaars. In een 10-tal beurten worden de jongen opgeleerd tot 70 km en worden daarna nog 1x per week weggevoerd. De andere jonge duiven worden verduisterd... en worden gescheiden rond half juni en dan op de schuifdeur gespeeld.
Het midweeks opleertripje van zowel weduwnaars... duivinnen... als jonge duiven laat de haan vroeg kraaien in Nijlen. Paul vertrekt voor de files (om 6 u) met de boterhammen onder de arm en rijdt zo’n 70 km. De drie categorieën worden met een tussentijd van 20 minuten gelost en Paul komt rond 10.30u à 11u terug thuis. De rest van de dag is ontspanning want alle werk aan de duiven is gedaan.
Medisch
Na het groot brengen van de late ronde jongen gaan alle duiven naar de volière. Daar krijgen ze tweemaal per week appelazijn. In oktober staat een 8-daagse paratyfus-kuur gepland voor alle duiven maar er wordt niet ingeënt. Voor de eerste koppeling gaat Paul op consultatie bij dierenarts Raf Herbots. Op de eieren van de eerste koppeling worden vliegdoffers en vliegduivinnen 5 dagen behandeld tegen trichomonas. De jonge duiven worden gespeend en ingeënt tegen paramyxo en herpes. Drie weken later worden ze opnieuw ingeënt om een hogere immuniteit te bekomen.
Midden maart staat de tweede “kuur” tegen paratyfus gepland en alle duiven, ook de jongen, worden ingeënt. Aansluitend wordt er 5 dagen Sedochol verstrekt. Op 1 april worden de jongen ingeënt tegen de pokken.
Op 20 april werden de oude duiven 5 dagen behandeld tegen de luchtwegeninfecties.
In de loop van 2014 werd er dan nog tweemaal behandeld tegen trichomonas met Flagyl en een pilletje van de dierenarts. Ook de partners in de volière worden dan 5 dagen “gekuurd”. Op 20 juni kende de vliegploeg een dipje en werden oude en jonge duiven 5 dagen behandeld tegen de luchtwegeninfecties.
Oude duiven Noyon 1299 d. : 1, 6, 51, 61, 111, 119, 204, 298 (8 op 17) Vierzon 2991 d. : 55, 60, 62, 183, 382 (5 op 6) Souppes 617 d. : 10, 13, 39, 53, 54, 93, 98, 117, 120, 147 (10 op 10) Souppes 306 d. : 15, 17, 28, 69 (4 op 5) Bourges 4783 d. : 45, 148, 305, 356, 475 (5 op 8) Limoges (678 km) 1417 d. : 28, 48, 276 (3 op 3) Valence (693 km) 722 d. : 18 (1 op 2) Cahors (779 km) 2363 d. : 44 (1 op 2) Poitiers (622 km) 2108 d. : 47, 78, 261 (3 op 5) L.Souterraine 1417 d. : 87, 118 (2 op 2) Brive (708 km) 485 d. : 2, 4, 15 (3 op 3) Tulle (661 km) 1817 d. : 14, 22, 64, 185, 231 (5 op 5) Argenton (560 km) 3671 d. : 121, 179, 212, 411 (4 op 6) Jaarlingen Jonge duiven |
Het kweekhok
Het kweekhok wordt voornamelijk bevolkt door bewezen vliegers. Enkele bewezen kweekkoppels zijn :
“Nijper” B08/6329167 x “Blue Princess” B12/6090270. “Nijper” werd zelf 1e asduif Fondclub Antwerpen 2010 en is vader van 1e Asduif Fondclub Antwerpen 2014. Hij is samen met “Blue Princess” de ouders van drie duiven die goed gepresteerd hebben op de nationale vluchten. “Blue Princess” werd 3e prov. Asduif fond jonge duiven.
“Aurillac” 6364606/08 x “De Poot” 6242234/08. “De Poot” is nog een rechtstreekse duif van Van Leest-Peeters die het knap deed op de nationale vluchten maar ze kwam gekwetst thuis. Zij zijn de ouders van de beste jonge duif met 83e nat. Bourges en 33e nat. Chateauroux.
De “Kemphaan” 6343825/08 x “Zuster Nijper” 6124326/09. Zij zijn de ouders van de “Blauwe Kemphaan” met op zijn palmares 25e Nat. Bourges 19.655 d... 8e S/Nat. Poitiers 2499 d... 143e Nat. Poitiers 13.813 d... 26e S/Nat. La Souterraine 1783 d... enz.
Ervaring, conditie en voeding
Wanneer het seizoen wat verder gevorderd is kan een goede duif iets meer. Ervaring... conditie... en voeding hebben er iets mee te maken...
“De duiven kwamen thuis van La Souterraine en ze moesten na drie dagen weer de mand in voor Brive (720 km). De duiven werden op vrijdag gelost i.p.v. op zaterdag wegens de hitte.
Als voorbereiding werden ze 5 keer per dag gevoederd en ze zagen elke dag hun duivin. Ze wonnen 2, 4, 15 provinciaal ! De duif met de 2e prijs werd 1e Asduif Antwerpse Fondclub... de duif met de 4e prijs werd 2e Asduif Fondclub Antwerpen... de duif met de 15e prijs werd 1e Asduif Union Antwerpen Fond !”
Auteur: