TEAM HOOYMANS NL - Topseizoen voor Christian van de Wetering

Overdag is Christian van de Wetering (32) aan de slag op de hokken van Jan Hooymans. Hij houdt er zich bezig met de kweekduiven, bevoorrading van de vlieghokken, one loft races, klanten ontvangen en rondleiden, social media en nog zoveel meer, te veel om op te noemen. Buiten zijn werkuren staat hij in Wijk en Aalburg ook nog eens even in voor één van Nederlands tophokken, Team Hooymans NL. Bezige bij die Christian!

2022 Was een grand cru-jaar voor de satelliethokken van Hooymans. Wout Spierings verbaasde met Team Hooymans WVL vriend en vijand en collega Gregory Bekaert presteerde met Team Hooymans.BE op La Souterraine zowaar een half mirakel in Mol. Enkele kilometers noordelijker heeft collega Christian er echter ook een topseizoen opzitten.

Het begin

Kleine Christian werd gebeten door de duivenmicrobe via zijn oom Gijsbert, dorpsgenoot Bernard van Oerle schonk hem zijn duivenhok van vier meter en de nodige tips en Jo Baas uit Brakel gunde hem wat jongen uit zijn beste duiven, waaronder Christians latere stammoeder “Stareye”. De trein was vertrokken op een spoor dat recht naar succes zou leiden.
In 2009 zette Christian zijn eerste grote prestatie neer. Op Epehy won hij 2e tegen 15.000 d., dit in dezelfde tijd als de winnaar (Joh. Ackermans, Kerkdriel) terwijl de (westelijke) wind eigenlijk helemaal tegen stond. Vele successen zouden nog volgen en dit was ook ene Jan Hooymans niet ontgaan. De misschien wel bekendste duivenkweker ter wereld zag de prestaties van de jongeman en Christians ambitie en lef, en dat samen met Jans neus voor zaken en talent zorgden ervoor dat de twee gingen samenwerken in 2014.
In 2016 deed Chrsitian zijn eigen duiven (op een handvol van de beste na) dan weg en begon hij te spelen met de duiven van Jan. Christian: “Jan speelde dagfond en ik vitesse-midfond, op dat gebied waren we dus complementair. Het beste van mijn duiven werd tegen het beste van Jan gezet. “New Harry”, daar is het eigenlijk mee begonnen. Hij komt uit mijn superkweekster “Stareye” en “Beauty Harry”, die toen nog bij GPS zat, maar ondertussen zit die natuurlijk al lang terug in Kerkdriel (lacht).
Van Jan heb ik geleerd om altijd vooruit te kijken op langere termijn (kweekvisie). Bijvoorbeeld om door inteelt bepaalde duiven proberen vast te leggen waardoor je weer tien jaar extra met dezelfde bloedlijn door kunt gaan. Ik was zelf altijd een speler, ik keek hooguit één seizoen vooruit. Bikkelhard selecteren en de beste duiven naar de kweek. Jan plaatste gerust zomerjongen (onbewezen duiven) op het kweekhok, direct uit zijn toppers. Dat was nieuw voor mij, ze moesten eerst presteren. Ik ben er inmiddels wel achter dat beide (prestaties en zomerjongen) nodig zijn op je kweekhok. Zomerjongen zijn bij ons vaak inteeltjes, die ‘vliegen’ niet maar kweken vaak wel top.”

(lees verder onder de foto)

Het duivenspel

Op het hok in Wijk en Aalburg (30 minuten rijden naar Kerkdriel) zitten 20 koppels oude duiven die op totaal weduwschap worden gespeeld. In het begin van het seizoen wordt de partner getoond, later niet meer. Bij thuiskomst blijven ze wel samen tot ’s anderendaags.
Daarnaast begint Christian het seizoen met een 40-50 jongen. Zowel de oude als de jongen werken het volledige vliegprogramma af. Al gaat voor Christian de meeste aandacht naar de midfond en dagfond. Een snelheidsvlucht vindt hij ook nog wel leuk, voor het echt zware werk heeft hij niet genoeg geduld. Een halve dag zitten wachten tot er een duif valt is niets voor bezige Christian.
Voor het seizoen worden de duiven een 3-tal keer weggereden tot een 30 km, met de jongen wordt opgebouwd, te beginnen vanaf 10 km. Wegens altijd tijd tekort, wordt er als het seizoen begonnen is, alleen nog van thuis uit gevlogen. De doffers tweemaal daags, de duivinnen en jongen ieder eenmaal een uurtje. Voorzichtigheid is hier geboden want ook in Wijk en Aalburg kent men het probleem van de krombekken.
De duivinnen worden verduisterd van maart tot half april en de jongen van na het spenen tot de langste dag. Vroeger werd er daarna bijgelicht, dit jaar echter niet. Christian: “Vlakbij loopt een sloot, het bijlichten trok heel veel muggen aan, wat dan weer voor ziektes en problemen kan zorgen, daarom zijn we gestopt met bijlichten.”
Wat voeren betreft doet Christian naar eigen zeggen “niet te moeilijk”. Hij gebruikt de voermengelingen van Matador. In het begin van het seizoen wordt er lichter gevoerd, eens het seizoen op volle gang is krijgen ze tweemaal daags eigenlijk alles wat ze lusten. Natuurlijk voert hij lichter begin van de week en wordt dit opgevoerd naarmate het inmanden dichterbij komt. Conditiepoeder, mineralen, verse grit, pinda’s en elektrolyten. Allemaal zeer alledaagse zaken.
Ook op medisch vlak moet je geen wonderen verwachten op het hok Van de Wetering. Om de twee maanden wordt er langs een dierenarts gereden ter controle, dr. Henk de Weerd of dr. Fernand Mariën. Behalve de verplichte vaccinaties wordt er op medisch vlak echter pas ingegrepen wanneer er duidelijk iets mis is. Christian: “Als het goed gaat, moet je niet teveel veranderen. Een aap moet je niet leren klimmen.” 

(klik op de foto voor een vergroting)

Blue Brave

Op zich doet Christian niets bijzonders met zijn duiven, wat is dan volgens hem de oorzaak van zijn succes met de duiven? Christian: “Natuurlijk moet je hok in orde zijn, moeten je duiven gezond zijn, maar het allerbelangrijkste in de duivensport blijft toch een goede melker en goede duiven. 
Het doet me plezier dat je mij een goede melker vindt. (lacht) Ik denk dat mijn kwaliteiten zijn dat ik zeer leergierig ben en hoofdzaken van bijzaken kan onderscheiden. Nooit op je lauweren rusten, is ook belangrijk, niet denken dat je er al bent. Logisch nadenken, falen bij jezelf zoeken en niet in randzaken. Een vast regime/begeleiding, duiven moeten zich duif kunnen voelen, maar wel binnen mijn kaders. Een duif moet passen binnen mijn systeem, mijn systeem moet passen bij mij.”
“Het belang van goede duiven ontdekte ik al snel in mijn carrière als melker. Ik ondervond dit toen ik “Stareye” (moeder “New Harry” en “Harry Junior”) en “Blue Brave” NL13-1383352 op de hokken kreeg. “Stareye” als kweekster, “Blue Brave” eerst als vlieger (hij stak boven de rest uit) en naderhand als kweker.
“Blue Brave” vormde voor mij het begin van goede resultaten. Ik had hem gekweekt uit “Jonge Dion” (DV07983-09-0462), een doffer van Haase uit de lijnen van Leo Heremans en “Braafje” (NL07-1917147), een goede kweekster van Versteeg-Ouwerkerk. 
“Blue Brave” was een duifje dat opviel, hij kon iedere week in groot verband de kop vliegen. Goede melkers hadden plots interesse in een duifje van mij. (lacht) Als jaarling was hij beste duif van de afdeling. De laatste midfondvlucht van dat seizoen kwam hij niet thuis van een rampvlucht (Meaux). Diezelfde dag was er nog maar een handvol thuis. Toen heb ik toch enkele dagen slecht geslapen en ik was blij als een kind toen hij een week later alsnog thuiskwam. Hij won o.a. 1e Quiévrain 2.046 d., 1e St. Quentin 948 d., 1e Sezanne 368 d., 2e Asse-Zellik 1.897 d., 3e Pont St. Maxence 1.624 d. en 4e Pont 6.682 d.”
De blauwe doffer beperkte zich echter niet tot topvlieger zijn, doorheen de jaren profileerde hij zich steeds meer als topkweker. Zo is hij o.a. vader van “Brave Harry” (NL17-1410612, 1e Nat. Châteaudun 12.995 d. en 6e Asduif oude WHZB-TBOTB) en grootvader van “Victor Harry 274” (NL20-1608274, 1e Nat. S3 Châteauroux 8.075 d.), Jane (NL18-5002214), 1e Nat. S3 Nanteuil 14.422 d.), “Nikkie” (NL17-1275604, 1e NPO Orleans 5.228 d.) en “Eva” (NL18-5002140, 1e Nat. Asduif midfond WHZB-TBOTB ’19).
Christian: “Voor mij was het altijd al duidelijk dat “Blue Brave” een topper was. Ik heb ongeveer een 10-tal duiven overgehouden van mijn oude soort, daaronder zat “Blue Brave” zelf, zijn vader en een 4 à 5-tal van zijn kinderen.”
Ondertussen heeft Jan Hooymans zich ook bij ons gevoegd en neemt hij vanzelfsprekend ook deel aan het gesprek. Jan: “Ik gaf Christian alle vrijheid. Hij mocht zelf kiezen hoe en tegen wie hij zijn duiven zette, en dus ook “Blue Brave”.”
Christian: “Eerst raakten de resultaten van “Blue Brave” als kweker een beetje onder de radar. Ik kwam terecht op het hok van Jan en daar draaide natuurlijk alles rond “Harry” en zijn nakomelingen. Ik kweekte wel met “BB” maar onze focus lag niet daar.”
Jan: “Een goede kweker heeft vaak wat tijd nodig om naar boven te komen.”
Christian: “Door voor Jan te werken heb ik ondervonden dat zijn duiven pas na twee of drie generaties bij zijn klanten vruchten beginnen af te werpen. Niet omdat de eerste generatie niet goed genoeg is, maar mensen vliegen die niet en houden ze op het kweekhok. Niemand wil zijn Hooymansduifje kwijt waar ze goed geld voor betaald hebben, en ook hun kinderen niet.”
Jan: “Maar op een gegeven moment kon je er niet meer naast kijken, “Blue Brave” is de laatste jaren simpelweg uitgegroeid tot een topkweker op ons hok. Hij erft zijn vliegkwaliteiten goed door en produceert zelfs goede kwekers. Zo kweekt “Dochter Blue Brave” (NL15-1850817) zelf 1e Prov. Asse-Zellik 8.257 d, 1e Lessines 4.097, 1e Lessines 3.385 d., 4e Nat. Bourges 16.628 d... Ze is tevens grootmoeder van 1e Nat. Issoudeun 15.361 d., 4e Nat. Vierzon 15.527 d. en 9e en 10e Issouden 15.631 d. enz.
Een van onze strafste prestaties dit jaar blijft de overwinning van Gregory (Bekaert) in Mol. Iedereen, ook wij en hijzelf, achtten hem kansloos op La Souterraine, alle vroege duiven zaten aan de andere kant van het land. Dan plots, bam, valt er eentje bij Gregory tegen alle wetten van de sport en de logica in, dat kunnen alleen absolute topduiven.
Toen ik zag dat het “Brave Alex” (NL21-1301144, zoon van “Blue Brave” en NL12-1783985 “Dochter Alexia”) was, wist ik genoeg. Die “Blue Brave” is een absolute topkweker. Eigenlijk waren we van plan geen directe kinderen van hem te verkopen en alles te houden voor onszelf. Mensen vergeten soms dat het niet evident is om al die hokken van goede duiven te voorzien.
Toen Rik (Hermans) vroeg of we niets “speciaals” hadden voor de Golden Ten-veiling van dit najaar begon er bij mij iets te rijpen en in overleg met Christian hebben we dan samen besloten om éénmalig een jong van Blue Brave in de veiling te zetten. Dit is het eerste jong dat ik ooit van hem verkoop en meteen ook het laatste, een uniek aanbod dus!”
Christian: “Qua jong “Blue Brave” hebben we bewust gekozen om er een halfzuster tegen te zetten. In 2015 heb ik dat zelf ook gedaan, en daaruit zijn de 811/15, 807/15, 817/15 en 818/15 geboren, wat allemaal duiven zijn die meerdere Nationale top asduiven en kopprijzen gekweekt hebben. Dus voor de kweek hebben we veel geloof in halfbroer x halfzus.
Tevens is de moeder van het Golden Ten-jong zelf provinciaal winnaar van 12.000 duiven, geeft ze al een kopduif in België en is haar broer (“Dion Harry”, 3x teletekst dagfond) ook een uitstekende kweker aan het worden bij ons.”
Zo kom je als reporter om een verslag te maken van een liefhebber die een sterk seizoen achter de rug heeft en ga je naar huis met een absolute primeur!