WILLEMS WEL EN WEE - Een nieuwe column!

Liefhebber: 

Onderwerp: 

Willems Wel en Wee... een nieuwe column.
We zijn heel blij dat we eindelijk Willem de Bruijn zo ver hebben gekregen, dat hij wekelijks een bijdrage aan ons blad gaat leveren.
Willem krijgt de vrije hand en zal op de van hem bekende wijze ons laten delen in “zijn duivensport van alledag”. Daarbij zal hij geen blad voor de mond nemen. En dat in de hoop dat we er met zijn allen iets aan hebben.
We wensen Willem veel inspiratie en u allen veel leesplezier!
JH


Wilt u geen enkele column van Willem de Bruijn missen?
Neem dan nu een abonnement!


Willem de Bruijn06-05-2019 

De maand april zit erop en de beginnende schermutselingen zijn weer achter de rug.
Een maand geleden zijn we gestart als koeien, die in het voorjaar weer de wei in mogen, met alle vreemde sprongen die daarbij horen.
Alsof we het voor de eerste keer meemaken. Nooit was het zo koud, zo warm en de wind zo ongunstig voor onze duiven. Maar kennelijk is het geheugen van de gemiddelde duivenliefhebber van het niveau van een bosmier.
Voor de oudere liefhebbers is het gewoon een herhaling van zetten, maar voor de later ingetreden deelnemers is het aanleiding om hun verwondering, verbazing en geklaag te delen via Facebook en andere sociale media, waardoor de perceptie voor de buitenstaander niet dát is wat wij voor ogen hebben, om anderen enthousiast te maken voor onze gezamenlijke passie.

De vitessers onder ons hebben hun eerste pijlen verschoten en hun deel van de roem binnengehaald. Vanaf nu gaan de andere disciplines hun plaats innemen. De jonge duivenspecialisten hopen van hun jaarlijks terugkerende jonge duivenkwalen en met name adeno-coli  af te zijn en te kunnen beginnen met het gedegen africhten van de jongen.

Het geeft een voordeel om zo vroeg mogelijk daarmee te beginnen. Zelf houd ik mij aan de 100 dagen regel. De inprenting gaat dan gemakkelijk en als de jongen vaak van korte afstand 10 tot 20 km weggebracht worden, zullen er over het algemeen weinig verliezen zijn.
Zelf probeer ik elke mogelijkheid aan te grijpen om vanaf de eerste helft van mei de jongen, indien mogelijk elke dag, voor een korte afstand weg te brengen. Ik houd er niet van zulke dingen te plannen, het weer in mei kan door verkeerde oostenwind wekenlang het africhten onmogelijk te maken en begin juni is berucht vanwege mottig weer, veroorzaakt door de “Europese moesson”. Dus grijp je kansen, zodra het kan.

De  halve fond en dagfondliefhebbers stoppen in de eerste helft met het verduisteren van de oude duiven, zodat ze binnen drie weken in hun beste vorm zullen verkeren en vanaf die tijd zullen andere namen de uitslagen domineren.
De zware fondmannen zijn hun duiven nog aan het inspelen om ze kilometers te laten maken en zijn druk bezig met schema’s opstellen met koppelingen om de duiven op de juiste stand te laten uitblinken.

Op eigen hok gaat het tot nu toe naar wens. D.w.z. voldoende prijzen, weinig tot geen verliezen, een paar gewonden, scheefvliegers en enkele verliezen door de roofvogel. Kortom een normaal begin van het seizoen.
De doffers en duivinnen zijn vanaf nu niet meer verduisterd, dus de vorm moet vanaf nu alleen maar gaan stijgen.
Doffers en duivinnen worden op dubbel-weduwschap gespeeld en gaan elke week mee.
De selectielat ligt dus voor allemaal gelijk. 
20 tot 22 weken spelen is de norm hier.
Medisch ingrijpen is tot nu toe niet nodig geweest, maar wordt niet mordicus uitgesloten.
Het africhten van de jongen is vanwege een late adeno-uitbraak noodgedwongen uitgesteld.

Kortom het echte seizoen staat op het punt te beginnen.

12-05-2019

Afgelopen week zijn de ploegen van Barcelona en Ajax  in de laatste minuten onderuit gegaan in de Champions League. 
In 1974 verzuchtte de in Nederland destijds beroemde commentator Herman Kuiphof de illustere woorden aan het eind van de finale Nederland-Duitsland: zijn we er toch weer ingestonken!
Hoe vaak ik daaraan heb moeten denken tijdens mijn duivenloopbaan is niet meer te tellen.

Afgelopen week heeft het coli-spook mijn hok weer aangedaan. Elk jaar komt het langs sedert de jaren ’90, maar vorig jaar was de uitbraak ongekend en moesten zeker 40 jongen vroegtijdig naar de eeuwige jachtvelden.
Deels roep ik de ellende over mijzelf af door veel jongen van verschillende ronden op één hok te plaatsen. Daar ik veel jongen kweek uit mijn kweekduiven, die door voedsterduiven worden grootgebracht, steek  ik elke 14 dagen jongen bij, meestal een ronde of 6. 
Deze ent ik bij het spenen tegen paramixo en ik laat de duiven hun kinderziektes doorstaan, zodat ze zelf immuniteit opbouwen. Eind april ent ik de jongen dan tegen pokken, waarna ze, als door een wonder, blijvend in goede gezondheid komen. Waarna ik ze probleemloos kan gaan africhten.

Dit jaar heb ik, gevoed door “adviezen” van lui, die zeggen beter te weten, de aanpak veranderd. Twee keer enten tegen paramixo, bij het spenen en nadat alle rondes afgezet waren, nog een keer, gevolgd door twee weken later een enting tegen paratyfus en nog eens twee weken later tegen pokken.
En inderdaad, een coli-uitbraak bleef uit en ik werd al een beetje overmoedig, tot 10 dagen na de pokkenenting het spook toch weer langskwam met een week lang de gebruikelijke ellende, die tot eliminatie leidde van zo’n 10 jongen.

Ben ik er toch weer ingestonken!

Elk jaar worden we in de duivensport overgoten met nieuwe systemen, voermengelingen en wat al niet meer. Het voordeel van een lange loopbaan in de duivensport is, dat je je niet meer zo makkelijk van je standpunt en je methode laat afbrengen, omdat het vaak oude wijn in nieuwe zakken blijkt te zijn. 
Maar dat kan ook een sluipmoordenaar zijn, omdat je de soms wél relevante vernieuwingen, onder het mom van dat hebben we allemaal gezien, naast je neerlegt.

Kortom, hoewel ik het niet wil, zal ik er toch wel eens instinken.

Auteur: 

Zircon - This is a contributing Drupal Theme
Design by WeebPal.