JOS THONÉ - Gouden Duif-winnaar België

Liefhebber: 

Onderwerp: 

Niel-bij-As – As steekt Arendonk naar de kroon wanneer het gaat om duiven en duivensport van hoog niveau. Ene Jos Thoné heeft er tijdens een explosieve carrière exploten laten kijken waarvoor de gewone sterveling eerbiedig het hoofd buigt.

Is hij niet de enige Belg die 4 maal Wereldkampioen Versele-Laga werd... die 6 keer de Gouden Duif-competitie won en daarmee het bewijs leverde van echte virtuositeit op het gebied van duivensport? Hij werd verder nog 1e Algemeen Kampioen Belgische Verstandhouding... 13 keer Nationaal Kampioen van LCB... en 12 keer Nationaal Kampioen van de Belgische Duivensport.
Hij is mede-oprichter geweest van het World Pigeon Center... zijn hokken werden wereldwijd gekopieerd... en hij introduceerde het totaal weduwschap in de lage landen bij de zee.
In 2014 blonk hij uit in alle disciplines met 1e Prov. Asduif Snelheid Limburg, 1e Prov. Kampioen Halve Fond Limburg, 1e Prov. Kampioen Fond Limburg (X. & M. Thoné) en de Bronzen Vleugel in de Brugse Barcelona Club. Op de dag dat hij de 11e nat. Barcelona won haalde hij de 1e prijs binnen tegen bijna 2000 duiven uit Chimay !
Maar de 6e keer de Gouden Duif België winnen doet hem nog het meest deugd aan het hart. Het is belangrijker dan ooit want na de verkoop in 2010 is het voor de eerste keer dat hij terug voor de kampioenschappen speelt. “Je wordt dan Gouden Duif-winnaar België... zeg maar dat ik een dolgelukkige duivenmelker ben,” aldus de Limburgse kampioen !

De laatste vijf jaar

In 2010 kreeg Jos Thoné af te rekenen met een oogkwaal en de kans dat hij moet geopereerd worden is nog altijd reëel. In 2010 werden de duiven verkocht met uitzondering van de jonge duiven. Dus de jongen uit de topduiven bleven in As samen met een aantal basisduiven van John Hanson en vormden de basis van de huidige kolonie.
Carlos Marquez Prats zou vanaf 2011, samen met vader Gerard Thoné, op het erf tegenover Jos Thoné met de duiven gaan spelen, maar hij kwam plotseling te overlijden in 2010. Maar toen kwam de vraag om toch verder met de duiven te spelen en de vroegere verzorger Akagi wilde dat wel doen voor een jaar of drie. Eind 2013 werd een deel van de duiven verkocht en een ander deel teruggebracht.
In 2014 werd er op deze locatie gespeeld onder de naam Xavier & Maxim Thoné. Vader Gerard nam de volledige verzorging voor zijn rekening en de nieuwe tandem werd in 2014 Fondkampioen van Limburg. Op eigen hok werd Jos Thoné Algemeen Kampioen van Limburg... en winnaar van de Gouden Duif-competitie 2014. Er werd met niet meer duiven gespeeld... maar de duiven zaten verdeeld over twee hokken.
Momenteel is het zo dat op het hok van Jos Thoné hoofdzakelijk de vluchten van 100 tot 700 km gespeeld worden en op het hok van Xavier & Maxim Thoné wordt de nadruk gelegd op de fond en de zware fond. Op beide hokken zit er een volwaardige ploeg om “alles” te spelen.
Om beide hokken te runnen kan Jos Thoné momenteel beroep doen op een uitstekend team. In de eerste plaats zijn er vader Gerard en moeder Anna die een heel stuk van de verzorging voor hun rekening nemen. Daarnaast hebben we nog Pascal Leeman die helpt bij het inkorven, de grote kuis, en het verzorgen van de kwekers. Patrick Spé, Marcel Vierendeels en Guy Baerts nemen de papierwinkel voor hun rekening en zorgen vooral voor het insturen van de uitslagen voor de kampioenschappen. Daarnaast kweekt vriend Guy Baerts een deel van de fondduiven. Ook de tuinman Firmin Roux steekt een handje toe bij de verzorging van de duiven. Verder springen Ludo Reynders, Marc Vanonckelen en Gert Noels bij waar nodig maar helpen vooral bij het testen van Jos zijn duiven op hun hokken.

ZO WERD HIJ GOUDEN DUIF-WINNAAR
Snelheid 17.5 Reims       228 d. 5, 3, 1
Snelheid 28.9 Chimay       599 d. 11, 54, 13
Hafo  17.5 Gien  397 d. 2, 5, 1
Hafo  16.8 Sourdun 152 d. 2, 6, 1
Fond  31.5 Limoges    1723 d. 15, 14
Fond  12.7 La Souterraine 160 d. 1, 7

Oude en jaarse

Jos Thoné startte afgelopen seizoen op eigen hok met 48 koppels op totaal weduwschap en op het hok X. & M. Thoné met 24 oude doffers, 16 oude duivinnen en 60 jaarse doffers en duivinnen ook op het totaal weduwschap gespeeld.
Enkele midfondduiven werden de laatste wedstrijden van het seizoen op nest gespeeld. Einde seizoen werden de jongen gespeend en de duiven gingen naar de volière.
Ze gingen dan door de rui met een premium-mengeling van Beyers aangevuld met wilde zaden en lijnzaad.
De eerste koppeling vond plaats begin januari... de duiven kwamen gewoon bij elkaar en sommige kweekten jongen en de andere niet. Eind februari werden doffers en duivinnen opnieuw gescheiden.
Bij goed weer wordt er begin maart gestart met het opleren. Doffers en duivinnen komen samen thuis... blijven eventjes samen en worden daarna opnieuw gescheiden. Het kan ook dat bij goed weer de duiven drie dagen samen blijven en aaneensluitend de volledige opleercyclus doorlopen.
Bij de inkorving voor de wedstrijden komen doffers en duivinnen doorgaans niet samen. Alleen wanneer de motivatie wat moet aangezwengeld worden krijgen de duiven een nestschotel in hun woonbak of blijven na thuiskomst wat langer samen. Het kan dat ze ook een graanjong onder geschoven krijgen. Extra motivatie gebeurt alleen wanneer er broodnodig punten voor een of ander kampioenschap moeten verdiend worden.
De oude fondduiven broeden alleen twee keer een paar dagen voor het begin van het seizoen. Het zijn de jaarduiven die dan hun jongen groot brengen. De oude fondduiven doen dus niet aan vroege kweek. Bij de inkorving komen doffers en duivinnen meestal niet samen.
Midfondduiven en fondduiven trainen samen. Alle duivinnen trainen eenmaal daags een vol uur van zodra het goed weer is. Alle doffers trainen tweemaal daags een vol uur. Vooral bij de doffers is het belangrijk dat er vuurwerk te zien is tijdens de trainingsbeurt. De duivinnen trainen in groep en daar is de conditie moeilijker te zien.
“Ik kan weinig leren uit het trainingsgedrag van mijn duiven. Hun gedragingen op het hok... de handkeuring... en uiteraard de resultaten leren me veel meer. Hier worden oude en jonge duiven alleen ingekorfd wanneer ze honderd procent in orde zijn... anders blijven ze thuis”...
aldus de kampioen uit As.
Maar flexibel zijn is de boodschap ! Ook duivinnen die met elkaar gepaard zijn krijgen een eitje of zelfs een jong onderlegd. Of zoals “Kirin” die won 10 x 1e prijs en midden het seizoen ging ze met een duivin paren. Doffer en duivin bleven dan samen... ze werden een paar weken op nest gespeeld... om daarna opnieuw op het weduwschap over te stappen.

4-seizoensmengeling als basis

De Premiumgranen van Beyers of de “4 seizoensmengeling” wordt dag in dag uit aan de duiven gevoederd maar wordt aangepast waar het nodig is. Zo wordt er tijdens de rui wildzaad en lijnzaad aan toegevoegd. Tijdens de kweek, wanneer het soms echt koud is, wordt er 10 % peulvruchten toegevoegd + CeDe eiwitten.
Tijdens het vliegseizoen wordt er voor de vitessevluchten de laatste dagen maïs aan toegevoegd omwille van het suikergehalte. Voor de halve fond en de fond wordt er gevoederd in functie van de komende wedstrijd. Er wordt dan “Long Distance TT” + Energymix aan de mengeling toegevoegd. Dit kan soms wel 50 % bedragen in de periode van 1 tot 4 dagen voor de inkorving.
Wat de voedingsupplementen betreft wordt het “schema PigeonH.P.” gevolgd. Voor een snelle recuperatie wordt “Recup Fast” gebruikt. Om het bacteriënsysteem op punt te stellen gebruikt men “Kruidentonic”... om een perfecte amino-opbouw te garanderen gebruikt men “Amino Built”... en ook nog “Energy” met olie en carbo. Dat een duif drie dagen na de geleverde inspanning weer volledig op punt staat is de hoofdbetrachting.

Medisch Norbert Peeters

De medische begeleiding stond in 2014 opnieuw op punt en dierenarts Norbert Peeters is opnieuw top. Norbert springt regelmatig eens binnen en zorgt voor een regelmatig mestonderzoek... en controle op trichomonas. Hij zorgt er ook voor dat de inentingen op het juiste moment en op de juiste manier gebeuren.
Eind 2013 werd er na een medische behandeling van 14 dagen ingeënt tegen paratyfus. In 2014 werden de kweekduiven opnieuw ingeënt zonder voorafgaande medische behandeling omdat na onderzoek bleek dat alles in orde was.
Blinde kuren zijn hier uit den boze en alle duiven worden nauwgezet onderzocht op de klassieke duivenkwalen. Sommige hokken werden behandeld tegen trichomonas (voor het seizoen)... sommige hokken werden behandeld tegen luchtwegeninfecties in de loop van het seizoen.
Bij de inkorving worden er oogdruppels gebruikt en wanneer die niet goed wegtrekken dan hapert er iets.

Topuitslagen van 100-1100 km
1e Nationaal Kampioen KBDB
jonge duiven
4 x Wereldkampioen
6 x Gouden Duif
5 x Olympiadeduif
7 x 1e Nationaal
2 x 1e Internationaal
12 x 1e Nationaal Kampioen BDS
13 x 1e Nationaal Kampioen LCB

Jonge duiven

Jos Thoné geeft toe dat hij de laatste jaren niet meer tot de toppers behoort van het spel met de jonge duiven... ofschoon hij in 2012 toch nog de 1e Nationaal La Souterraine jonge duiven won. Hij heeft ondervonden dat wanneer je de jonge duiven als citroenen uitperst je een jaar later het gelag betaalt.
Jaarlijks worden er zo’n 300 jongen gefokt voor eigen gebruik uit kwekers en vliegduiven. De duiven voor de halve fond worden verduisterd van begin maart tot 21 juni. Daarna wordt er niet meer bijgelicht. De jongen die voor de fond voorbestemd zijn worden helemaal niet verduisterd.
Er wordt aan opleren gedacht wanneer de jongen het bewijs van gezondheid geleverd hebben... en dat is wanneer ze wegtrekken. Belangrijk is van bij het begin de stress van de mand bij de jongen weg te werken. Dit gebeurt door de jongen dikwijls (10 keer) in de mand te zetten en ze op korte afstand van het hok te lossen. Wanneer de jongen gelost worden en ze trekken weg van hun hok dan zijn ze in orde. Vervolgens worden het dan opleertripjes van 2, 4, 8, 16, 32 km. In totaal vliegen ze zo’n 15 opleervluchtjes vooraleer ze met de grote mand op stap gaan. Bij de fondduiven zijn er veel minder opleertripjes en gebeurt het opleren met grotere sprongen omdat het dan al zomer is wanneer die opgeleerd worden.
Een paar weken voor Orleans (juni) worden de geslachten gescheiden en worden de jongen op de schuifdeur gespeeld. De motivatie wordt aangezwengeld met wegkruipbakjes en kartonnen dozen. De gepaarde koppeltjes gaan achterin in de volière. Het is de bedoeling de koppeltjes in te zetten op de nationale vluchten. Maar nogmaals... ze moeten echt klaar zijn om mee te geven want alleen kanshebbers worden ingekorfd.

Selectie

Bij de selectie tellen alleen de resultaten en winnen in alle disciplines is een must ! Kweken en nog eens kweken is de boodschap en dan de kwaliteit op de kop tikken via een keiharde selectie. Er zijn hierbij twee zekerheden... de prestatielijst en de pedigree... en deze laatste nog liefst met een DNA-certificaat !
Er zijn 48 woonbakken voorzien waarvan 16 voor de oude duiven. Er komen dus jaarlijks tweemaal 32 jaarlingen (doffers en duivinnen) bij... maar de bakken moeten zeker niet vol zitten. Omdat de jongen niet echt hard gespeeld worden speelt de handkeuring hier ook een rol... maar Guéret 2014 heeft jammer genoeg de zifting zelf doorgevoerd.
“Bij een keuring in de hand speelt de balans van een duif een voorname rol. Body en vleugel moeten evenredig zijn. De expressie of de uitstraling van een duif is belangrijk en wanneer je je eigen duiven goed kent is dit richtinggevend. Voor de kweek geef ik de voorkeur aan het fameuze “kweekoog”... of het oog met donker pigment”.
Vier basislijnen
Het kweekhok geeft onderdak aan 44 kweekkoppels en wordt geschraagd door 4 basislijnen.
Voor de vitesse hebben we de oude bloedlijn “Cavendish” x “Avril”... gekruist met “Kaja” (Boutsen) of 1e Belgische Olympiadeduif Snelheid (Polen).
Voor de halve fond hebben we de oude bloedlijn “Frost”-”Sachi”-”Jutta”-”Kirin”... gekruist met de “801 Aelbrecht” (Marc Decock) en meer recentelijk de Johny Jonckers-duiven.
De basislijn voor de fond wordt gevormd door “Crow”-”Sedna”-”Faro”-”Guyliam” (gekweekt door Guy Baerts). De oude basis werd gekruist met de “Euro Diamond” en de “Mistral” van Brockamp en de “Zorrolijn” (F. & N. Norman) via H. Raemakers.
De basislijn voor de overnachtfond wordt gevormd met de “Poco”-lijn - “Little Joe” (Guy Baerts) - “Disney” (Carlos Prats)... en gekruist met de duiven van Carlos Prats.
Maar de basislijnen zijn oud aan het worden en het “slijtagemoment” van deze duiven is aangebroken. Om deze bloedlijnen veilig te stellen werden er een 30-tal kinderen van de “Jutta”... “Sedna”... en “Crow” op de kweek gezet. De jongen moeten dus de taak overnemen met de hoop om zo snel mogelijk een nieuw kweekkoppel te ontdekken. De kweekbasis omvat dus veel ingeteelde duiven en kruisingen zijn wel degelijk nodig. “Kirin” (kruisingsproduct) met partner heeft zich ondertussen wel tot een topkoppel opgeworpen.

Een ideaal hok

Het concept van een ideaal duivenhok is altijd een van de streefdoelen van Jos Thoné geweest. Bij Xavier en Maxim Thoné werd de hokaccommodatie uitgebreid en dat zou het ideale hok moeten zijn.
Een van de typische kenmerken van het Thoné-hok is de “mestput” onder de houten roosters van het hok. De ervaring heeft geleerd dat die het best 60 cm diep is. Wanneer de put dieper is dan geeft hij te veel kilte af... is hij minder diep dan krijgt het stof te veel vrij spel. En stof vermijden is zeer belangrijk voor melker en duif. Een hok in steen, geïsoleerd met Durox-blokken, is duurzamer ofschoon een hok in hout ook zijn voordelen heeft.
Belangrijk is dat elk type van hok zich kan aanpassen aan de wisselende seizoenen. Een goed hok zou in de winter een volière moeten zijn. Een nat hok moet je kunnen droog maken... wanneer het te warm is in de zomer zou je de lichtinval moeten kunnen beperken. Boven de gang voor de duiven is een brede verluchtingspleet aangebracht... maar zonder schuiven omdat die niet meer nodig zijn.
Op de houten roosters van de weduwnaarshokken worden er wel maxiplaten aangebracht die gekoppeld zijn aan een hygrometer die de vochtigheidsgraad op 60-70 % houdt. In de weduwnaarsbakken liggen er stenen die kunnen verwarmd worden om de conditie van de doffers een duwtje in de rug te geven.
Een melker moet proberen om de conditie van de vliegploeg zoveel mogelijk te sturen. Laat de “forme” maar het eerst komen bij de vliegduivinnen... later bij de midfondvliegdoffers... en nog later bij de fondduiven. Het sturen kan gebeuren door het moment van koppelen (vroege conditie)... de midfonddoffers worden twee maanden verduisterd (later conditie)... en de fonddoffers worden nog later gekoppeld. Het laten open liggen van de mestputten (wat killer) kan ook de conditie remmen... of wanneer er warmte nodig is kan er bijgestuurd worden met maxiplaten of de verwarmde steen in de woonbakken.

Beste Uitslagen 2014

66 x 1e prijs van 100 tot 1100 km.
1e Chimay 1919 d.
1e Nat. Zone C2 Chateauroux 1068 d. (snelste van 2364 d.)
1e Prov. Poitiers 1033 d.
1e Chimay 896 d.
1e Nat. Zone C2 Poitiers 873 d. (jaarse)
1e Nat. Zone C2 Poitiers 848 d. (oude)
1e Prov. Montauban 722 d.
1e Sourdun 691 d.
1e Reims 604 d.
1e Nat. Zone C2 Argenton 500 d.

MEER TOPUITSLAGEN
1e, 8e, 12e, 18e, 23e, 25e,… Nat. Zone C2 Poitiers 848 d.
2e, 3e, 4e Prov. Tulle 569 d.
11e Nat. Barcelona 8764 d.
19e Nat. Libourne 3152 jl.
22e Nat. Agen 3547 jl.
64e Nat. Agen 11.227 o.

 

Kampioenschappen & Asduiven
1e Gouden Duif
1e Prov. Algemeen Kampioen KBDB
1e Prov. Kampioen halve fond KBDB oude duiven
1e Prov. Kampioen fond KBDB oude duiven
1e Prov. Asduif snelheid KBDB oude duiven
1e Prov. Asduif fond (Fondmarathon Limburg)
6e Nat. Kampioen KBDB grote halve fond oude duiven
12e Nat. Asduif KBDB grote halve fond jaarlingen
18e Nat. Asduif KBDB snelheid

Evolutie in de spelmethode

Jos Thoné maakte de evolutie door van een jonge ambitieuze hobby-melker tot de prof-duivenmelker die hij nu is. Hij heeft van zijn hobby zijn beroep gemaakt en dat is inderdaad leuk... maar het houdt ook in dat mee evolueren met de veranderende duivensport een must geworden is.
De verdienste van Michel Vanlint bestaat er volgens Jos Thoné in dat hij de duivenmelkers de duivensport met andere ogen liet bekijken. Hij zette in alle facetten van de duivensport de puntjes op de “i” !
De duif is veel sneller geworden en ook de wedstrijden zijn veel rapper gedaan dan vroeger. Het aandeel van een strenge selectie is hierbij niet te onderschatten.
Toppers hebben hokken die ze kunnen aanpassen aan de wisselende seizoenen en waarmee ze de formepieken kunnen sturen.
Ook de begeleiding van de duiven werd geoptimaliseerd. Het trainen (verplichte training)... de aangepaste voeding bij het trainen... en de permanente controle van de gezondheid zijn gemeengoed geworden bij de hedendaagse duivenmelker. De kampioenen van vroeger hebben zich moeten aanpassen of zijn verdwenen in de nevelen van de tijd.

Hoe staat het nu met de toekomst van de duivensport ?
“Ik raad de KBDB aan voor alle actuele problemen zoals het zonespel... te veel wedstrijden op het programma... en doping een adviesraad op te richten. Laat die een dossier opstellen voor de KBDB en leg dit dossier voor aan de Algemene Vergadering. Er komen meer en meer professionele duivenmelkers en hun toekomst hangt af van wat de KBDB gaat beslissen. Momenteel is er geen garantie dat er nog een toekomst is in de duivensport”.

 

 

Auteur: 

Zircon - This is a contributing Drupal Theme
Design by WeebPal.