Liefhebber:
Onderwerp:
Hofstade – Hofstade is een dorp in Oost-Vlaanderen, gelegen in de Denderstreek, en is een deelgemeente van de stad Aalst. In Hofstade hebben ze een mooi wapenschild met een duif met een olijftak in de bek of het symbool van de vrede.
We waren er te gast bij Gert De De Swaef (46), een snelheidsvirtuoos van topniveau. Het seizoen 2019 was een meevaller van formaat en met 2e Snelheid oude, 2e Asduif Snelheid Jaarlingen, 3e Snelheid Jaarlingen, 4e Asduif Snelheid Oude en 4e Asduif Snelheid Jongen op Noyon werd hij 2e Algemeen Provinciaal Kampioen Oost-Vlaanderen. Een snelheidskolonie die goed haar mannetje wist te staan met aan het roer een vitesser “pur sang”!
Gert zijn favoriete duivenspel zijn de Noyon-vluchten en die worden gespeeld op een hok achter de ouderlijke woonst. Gert speelt er sinds zijn 15 jaar met duiven en vader en moeder helpen hem met de verzorging van de duiven en zo is bij hen ook de passie voor duiven ontstaan. Jammer genoeg is vader nu gehospitaliseerd en kan alleen moeder een handje toesteken.
Gert woont 300 m verder om de hoek en daar wordt op naam van zijn zoon Niels hoofdzakelijk Quiévrain gespeeld maar in 2020 zal daar nu ook vooral op Noyon gespeeld worden. Gert werkt als lasser-monteur bij Jan De Nul, het grootste baggerbedrijf van België, en de weekends zijn voor hem ontzettend druk. Wanneer in de zomer de dagen wat langer zijn komt Gert ’s morgens wat helpen bij de verzorging van de duiven.
“Het coronavirus is een spijtige zaak maar de gezondheid van de bevolking komt op de eerste plaats. Voor de duiven en de duivensport is het jammer. Je steekt er iedere dag je werk en je energie in en je weet niet of we dit jaar nog met de duiven zullen kunnen spelen. De weduwnaars werden wat donkerder gezet en komen maar één keer per week los want ik moet ook nog gaan werken. Zowel de doffers als de duivinnen worden tweemaal daags een soeplepel zuivering gevoederd. Met dit droog weer worden de hokken maar eenmaal daags gereinigd. Maar het valt af te wachten hoe lang het coronavirus de duivenmelkers nog in een wurggreep zal houden.” |
Noyonspeler
“Ik speel de eerste drie weken van het seizoen Quiévrain als leervlucht en daarna het ganse jaar Noyon. Vanaf half september tot half oktober speel ik de najaarsvluchten uit Momignies. Ik korf wekelijks in in het “Het Land van Aalst”. Ik speel ook graag in het lokaal Ninove maar door het ziek vallen van mijn vader ben ik daarmee moeten stoppen in mei wegens tijdsgebrek. Ik heb een zoon die voetbalt en zijn wedstrijden op zaterdagmiddag wil ik voor geen geld ter wereld missen.”
Een nieuw duivenhok
“Vader speelde voordien nooit met duiven. Maar grootvader speelde wel met duiven op prima droge zolderhokken boven zijn boerderij. Hij speelde alleen Quiévrain. Bijna al de buren speelden toen met duiven en zo geraakte ik verzot op het duivenspel. Ik speelde ook voetbal en toen ik op mijn 15e zeventien dagen naar Amerika mocht op voetbalkamp met Johan Boskamp beleefde ik de verrassing van mijn leven toen ik thuiskwam. Daar stond een mooi duivenhok van 3m x 3m op palen eigenhandig door mijn vader gebouwd. Vader had twee rechterhanden en al wat ik vroeg bouwde hij zelf.
Ik startte met enkele duifjes van de buren. Remi Govaert uit Lede was toen de beste uit de streek. Zijn zoon was bakker en bracht ons brood en hij leerde mij de knepen van het vak. Al redelijk vlug deed ik mee voor de eerste prijs. Toen waren er nog heel wat liefhebbers in Hofstade en onder hen wel tien specialisten op de vitesse.
Basis van de kolonie
“De oude basis kwam vooral van liefhebbers uit de streek zoals Fonny Van Huych, Lede; André en Remy Govaert, Lede; Patrick De Mey, Schoonaarde; Frans Maris, Itegem; Patrick Van den Abbeel, Lebbeke en Etienne Buyl, Berlare.
In 2010 kocht ik een duif via internet van Stickers-Donckers, Lille en het was meteen bingo in de kweek. In 2013 kreeg ik van Daniel Van Heddighem, Letterhoutem een koppel jongen uit zijn “Oude Grijzen”. Die doffer van 2013 vliegt bij mijn zoon reeds 13 eerste prijzen uit Quiévrain en daar speelt hij nu nog mee. Zij zoon “Den Donkere Grijzen” is een goede kweker.
In 2015 werden er 6 jongen gekocht bij Luc Van Mechelen, Oud-Turnhout uit Stickers-Donckers x zijn topkweker “Rico”. Van Gert Van Limbergen, Lede kwam een duivin terug uit samenkweek met zijn topper “Den Bleken” en hieruit kwam mijn stamdoffer “De Kleine Crayon”. Een duivin van Nicole en Eddy Huygens, Booischot gaf mij de 1e Prov. Asduif Jonge Duiven Snelheid 2017 maar die keerde terug naar Booischot.
De laatste jaren kwam er nog prima versterking via een bon van Chris De Bisschop, Essene die bij mijn zoon getest wordt.
Via Louis Cooreman ken ik al een drietal jaren Bob en Steven Senech (Engeland) en daar gaan ieder jaar een 15-tal jongen naar toe. Er komen ook enkele jongen naar mij en met succes langs beide kanten.
In 2013 mocht ik een inteeltduivin gebruiken van Robert Braem, Outer en koppelde die met mijn stamdoffer “De Kleine Crayon”. Uit twee doffers van dit koppel kweekte ik meerdere toppers voor Noyon maar helaas werden die in 2018 gestolen. In 2014 kocht ik op de site van Eijerkamp, Brummen (Nl) een duivin uit het Heremans-soort (“De Gilbert” x “De Jan”) en die gaf me al verscheidene goede doffers. In 2017 kocht ik twee zonen van “De Skittle” bij Marcel Sangers en één er van doet het goed en dit jaar werd er voor het eerst uit gekweekt.
Al wat ik de laatste 5 jaar bijhaal wordt bij mijn zoon getest als jonge duif. Als ik een bon koop vraag ik steeds een jong van de derde ronde en die vliegen dan een 8-tal keren Momignies. Wie zich goed laat zien verhuist naar het hok van de weduwnaars of de duivinnen en wordt als jaarling streng getest. Al wat niet super is belandt in de soeppot ongeacht de afkomst.
Mijn eerste goede bloedlijn kwam uit de doffer van Fonny Van Huych x een duivin van Etienne Buyl. Deze bloedlijn loopt door 90% van mijn kolonie. Een ander goede bloedlijn is die van de “Veile Stickers”. Hij werd aangekocht bij Luc Van Mechelen uit een dochter van de “Wonderboy” ( Stickers-Donckers). Deze doffer gekoppeld aan de “347 Duivin” gaf 4 fantastische kweekduivinnen en ook uitstekende vliegers.”
Klassiek weduwschap
Gert speelt het klassiek weduwschap met 6 oude en 5 jaarse doffers. De weduwnaars worden in principe niet gekoppeld maar in de maanden januari en februari krijgen de doffers om de twee weken hun duivin gedurende een dag. Drie of vier van de beste oude weduwnaars trekken wel een koppel jongen groot.
Bij goed weer wordt er opgeleerd en in 3 à 4 dagen gaat het naar 5 km, 10 km, 15 km tot 28 km en daarna wordt het Quiévrain en Noyon. Wanneer Gert tijd heeft krijgen de doffers hun duivin een 10-tal minuten te zien bij de inkorving. De weduwnaars worden allemaal op Noyon gespeeld (172 km). De eerste weken van het seizoen blijven doffers en duivinnen zo’n dik kwartier samen na thuiskomst van een wedstrijd en naarmate het seizoen vordert wordt dat stelselmatig langer tot maximaal 2 u. De duivinnen zitten halfbak en het eerste kwartier komt de doffer niet bij zijn duivin. Hij krijgt wat tijd om te bekomen en krijgt eerst wat snoepzaad en drinken met honing. Eind augustus zit hun seizoen er op en ze worden niet meer op de najaarsvluchten gespeeld.
Weduwschap met duivinnen
Er werd met 8 duivinnen op het weduwschap gespeeld. De duivinnen krijgen in januari en februari om de twee weken gedurende 1 dag hun doffer en trekken geen jongen groot. De dametjes worden wel gespeeld op de eindejaarsvluchten en zijn pas in januari goed uitgeruid. Wanneer er een super duivin tussen zit die de eindejaarsvluchten niet vliegt dan kan die wel een koppel jongen grootbrengen op het hok van de jongen dat dan toch leeg staat.
De duivinnen trainen 1x per dag op de middag gedurende 45 minuten. Wanneer er tijd genoeg is komen duivinnen en doffers samen bij de inkorving. In de maanden april, mei en juni hangt dat af van Niels zijn voetbal die Gert niet wil missen. En Gert heeft dan ook nog zijn lesbisch koppeltje dat zich op de vloer mag uitleven onder een bakje met een nestschotel. De duivinnen worden op Noyon gespeeld en in het najaar op Momignies.
Duivinnen met een thuisblijvende partner blijven een uur samen na aankomst van een wedstrijd evenals het lesbisch koppeltje. De duivinnen die met een weduwnaar gepaard zijn, 3 duivinnen worden op totaal weduwschap gespeeld, worden sneller verwijderd en gaan dan naar het hok van de jonge duiven tot de doffers van de andere duivinnen weggenomen worden. Naast het lesbisch koppel, dat op die manier gespeeld wordt, zijn er anders geen problemen met onderling paren.
Met hulp van moeder
Vorig jaar werden er een 50-tal jongen gefokt en in 2020 zullen dat er maar 35 zijn. Aan 25 dagen worden de jongen gespeend en ze moeten met de ouders al goed mee eten in de woonbak vooraleer ze afzonderlijk gaan. De jongen worden verduisterd van begin maart tot 20 juni van 16.30 u tot 7 u ’s morgens.
Bij goed weer worden de jongen opgeleerd beginnend op 2x 500 m, 2x 1 km, 2 x 5 km, 2x 10 km, 2x 15 km en tenslotte 2 x 28 km. Daarna wordt het 2x Quiévrain en Noyon. Gert gaat dagelijks werken en nu wordt er tussendoor in de week niet meer opgeleerd. Vroeger gebeurde dat wel maar vader kan het autorijden fysiek niet meer aan.
De jongen trainen bij goed weer in de voormiddag tussen 10 en 12 u. Het lossen gebeurt door moeder die verder ook de volledige verzorging van de jongen voor haar rekening neemt.
Begin juli wordt de schuifdeur ingevoerd. De jonge doffers blijven op het grootste hok en de duivinnen gaan op het andere hok dat samengevoegd wordt met het hok van de weduwduivinnen. Als het niet te warm is komen de jongen bij de inkorving 1 u samen. Bij warm weer worden ze gewoon van het hok genomen omdat ze zich anders te veel afjagen en niet meer gaan drinken. Wanneer er al wat koppeltjes gevormd zijn dan worden er wegkruipbakjes op het hok geplaatst. De jongen moeten de Noyon-vluchten afhaspelen en er worden er een tiental geselecteerd die in het najaar Momignies vliegen.
Een mengeling mineralen
De duiven krijgen bij thuiskomst eerst wat snoepzaad en van zodra ze gescheiden zijn krijgen ze dieet gevoederd. Op maandag, dinsdag en woensdag staat er 50% dieet + 50 Gerry Plus of Casaert-mengeling op het menu. Op donderdag en vrijdagmorgen wordt het Gerry Plus of Casaert-mengeling. Vrijdagavond met zwaar weer in het vooruitzicht wordt het energierijke mengeling van Beyers. Zaterdagmorgen wordt er om 10 u nog een portie dieet en snoepmengeling verstrekt. Er wordt tweemaal per dag gevoederd in een gezamenlijke etensbak. Bij het binnenroepen na de training ligt er wat snoepzaad in de spoetnik.
Naar het einde van de week toe krijgen de duiven op donderdag en vrijdagmiddag een mengeling mineralen in hun woonbak geserveerd waarop ze echt verzot zijn. Op de dag van de inkorving bij zwaar en warm weer worden elektrolyten verstrekt. Na aankomst van een wedstrijd gaat er altijd honing in het drinkwater.
Veel look
“Ik ga 1x per jaar op consultatie bij de dierenarts wanneer ik de weduwnaars en de duivinnen laat inenten tegen paramyxo. Dan wordt er mest meegenomen en wordt er een keeluitstrijkje genomen als controle op tricho. Vanaf november staat er op elk hok een fles water met 10 teentjes look. Daar wordt dagelijks of om de twee dagen tot in maart 1/3 van de fles in de drinkpot gegoten.
De vliegduiven krijgen voor de start van het seizoen nooit een blinde kuur tegen tricho. De kwekers krijgen een trichobehandeling van 5 dagen wanneer ze 5 dagen broeden en dit wordt in de zomer nog eens herhaald. De vliegduiven krijgen na de 6e wedstrijd 1/5 pil Flagyl opgestoken en dit wordt in juli nog eens herhaald. Voor de jonge duiven wordt hetzelfde systeem toegepast.
Tegen luchtweginfecties wordt er niet blind “gekuurd”. Wanneer de duiven hard trainen wat kan er dan nog verkeerd gaan? Duiven met een vuil neusje of natte ogen terwijl de andere duiven mooi zitten worden direct verwijderd? Oogdruppels worden niet gebruikt.
Wanneer adeno de kop opsteekt krijgen de jongen twee dagen geen eten en komen niet los. Daarna start ik terug met kleine porties dieet. Wanneer ik zie dat ze gretig eten hou ik dat een 5-tal dagen vol. In 2017 kreeg ik er goed van langs en toen heb ik 6 dagen Baytril gegeven en het ging snel beter. Vorig jaar heeft adeno een 4-tal dagen op mijn hok gesluimerd maar zonder erg. Al 5 jaar na elkaar wordt er telkens een ander product getest maar steeds was adeno daar terug. Dit jaar gebruik ik Colinol van DHP twee dagen per week in het drinken.
Sinds een 2-tal jaren worden de duiven ingeënt tegen paratyfus. De jongen worden in februari ingeënt zonder voorafgaande medicijnkuur. De oude duiven krijgen eerst een medicijnkuur van 10 dagen jaarlijks afwisselend met Parastop of Enro-K en 5 dagen daarna gevolgd door de inenting. Dit wordt ook voor al de kwekers gedaan.
Tegen “one eye cold” wordt er niets ondernomen. De jongen met “one eye cold” blijven een week thuis terwijl de gezonde jongen gewoon gespeeld worden. Na een dag of tien is gewoonlijk alles terug in orde. Het hangt doorgaans een maand in het hok maar oogzalf gebruiken doe ik niet meer. De jonge duiven worden 2x ingeënt tegen paramyxo, 1x bij het spenen en 1x een maand later. De oude duiven worden 1x ingeënt tijdens de maand februari.”
Met de vlam geschroeid
De duiven worden gespeeld op 12 m niet geïsoleerde hokken. De vloer bestaat uit multiplex van 22 mm dik. Op het dak liggen eternitplaten en de verluchtingstrook boven en voor de duiven is 1 m breed. Alleen het hok van de jongen en het hok van de weduwnaars hebben een volière. De weduwnaars komen tijdens de wintermaanden in de volière, tijdens het seizoen alleen voor het nemen van een bad.
De hokken worden tweemaal daags gereinigd. De drinkpot wordt in de winter om de twee dagen en tijdens het seizoen dagelijks ververst. Na het seizoen gaan de oude weduwnaars naar de volière en dan wordt het hok goed gereinigd en met de vlam geschroeid.
Eerst acclimatiseren
De kwekers worden tussen 10 en 15 december gekoppeld. Ze krijgen twee jaar de tijd om zich te bewijzen. Ze krijgen per jaar 2 duivinnen, een voor de 1e en 2e ronde en een voor de 3e ronde die bij de zoon van Gert getest wordt.
Elke winter worden 2 à 3 duiven bijgehaald en die blijven een jaar zitten om het hok goed gewoon te worden en eens uit te ruien. Daarna mogen ze op de kweek. In de zomer wordt er wel eens aan inteelt gedaan en na een strenge selectie worden de mooiste jongen aangehouden. Voor het kweken van de 3e ronde worden de kwekers herkopppeld.
Selectie
De slectie is zeer streng ten huize De Swaef. Ze moeten eerste prijzen kunnen winnen en blijk geven van regelmaat. Afstamming en model interesseren Gert niet. Het enige wat telt in de duivensport is kwaliteit!
Mijn mening
“Ik ben 4 jaar geleden overgestapt van het Quiévrainspel naar de wedstrijden uit Noyon omdat ik op vele plaatsen geweerd werd. Nu dat ik 4 jaar op Noyon speel ben ik reeds in 3 lokalen uitgesloten wat ik zeer jammer vind. Er zijn twee lokalen bij op maar 5 km van mijn deur. Ik vind ook dat het snelheidspel en de goede snelheidspeler in Oost-Vlaanderen en Brabant weinig aandacht krijgen. Alleen Antwerpen met het “Tien Verbond” haalt de krantenkoppen. Ze moeten maar eens goed de uitslagen van het Pajot-Verbond bekijken met het aantal liefhebbers daar en de breedte van het samenspel.
Duivensport is ook te professioneel geworden en waar is het plezier van vroeger naartoe ? Nu draait het meer om geld en is er veel jaloezie.
Tot slot wil ik mijn ouders Petrus en Nicole bedanken voor hun werk en inzet gedurende al die jaren om de top te bereiken.”
Roofvogels
“Ook hier zijn de roofvogels van de partij! Vorig jaar toen de jongen voor de eerste keer buiten kwamen waren er twee aanvallen van de klamper. Het resultaat was 2 dode jongen en 12 jongen kwijt. Tijdens de training vorige week was er opnieuw een aanval van een roofvogel ergens boven Aalst. Een wandelaar vond een jonge duif van mij dood op het kerkhof van Aalst zo’n 7 km hier vandaan. Op dit moment zijn je duiven nergens meer veilig.
Ik heb dit jaar een uil met een beweegbare kop geplaats boven op mijn hok en heb aan huis geen last meer van roofvogels. Maar in Aalst zitten er veel slechtvalken en dat hebben mijn jongen vorige week moeten ondervinden.”
Downloads:
Auteur: