ERIK LIMBOURG - Keizer Brabantse Unie

Liefhebber: 

Onderwerp: 

Brussegem – Het coronavirus schopte wild om zich heen en na de “lockdown” in meerdere Europese landen was het bang afwachten wanneer België aan de beurt zou komen. En wat we verwacht hadden gebeurde dan ook vrij snel. 

Maar het was een zonnige middag toen we onze opwachting maakten in Brussegem. We zagen een groep weduwnaars klimmen tegen een helblauwe lucht en de melker stond al in zomeruitrusting het schouwspel gade te slaan.
We vroegen Erik Limbourg (62) of 2019 globaal bekeken voor hem een meevaller was. Het antwoord liet niet op zich wachten!
“Het is voor mij een zeer degelijk jaar geweest en ik heb weinig problemen gekend en dat is niet ieder jaar zo. Met twee Nationale Asduiven Fond Jaarlingen en de 4e en 16e Nationale Asduif Oude met twee kanjers kan ik zeker niet klagen. Daarnaast had ik nog vijf provinciale overwinningen en een ploegje jonge duiven dat prima gepresteerd heeft, zeg maar een van de beste lichtingen van de laatste jaren. En ik werd daarbij ook nog Keizer in de Brabantse Unie!”

De hokken van de grootmeester uit Brussegem.Een solide basis

De succeskolonie in Brussegem heeft een fundament van gewapend beton. En dan hebben we het in eerste instantie over de oude basis die aan de grondslag ligt als daar zijn de duiven van Jef De Ridder, St-Ulriks Kapelle; Marcel Aelbrecht, Lebbeke; de “Zwinglijn” van Louis Van den Eynde, Brussegem en De Rauw-Sablon, Lebbeke.
Andere aanwinsten waren “De Joost” of de stamvader van Joost De Smeyter, Melden. Een recente aanwinst was zeker ook “De Roeper” van Wolfgang Roeper, Kummerfeld. En dat is iets speciaal want het is een van de beste duiven die Erik in zijn carrière gezien heeft en dat zijn er heel wat geweest!
En dan nog de “Remi” van Remi Speltdoorn, Winksele die 1e Nat. Asduif Rhone Vallei werd. Een duif die zeer goede nakweek gaf.
En dan zijn er nog de eigen asduiven waaruit gefokt werd. En dan hebben we het over “Black Magic” of de 1e Internat. Perpignan; “Number 1” die 5e Nat. Asduif KBDB Fond werd in 2016 en drie jaar na elkaar 1e Prov. Asduif KBDB Fond 2016, 2e Prov. Asduif KBDB Fond 2017 en 1e Prov. Asduif KBDB Fond 2018 werd; “Barcelona Triple 5” die 1e Olympiadeduif Fond werd in Poznan 2019; “Kleine Olympiade” die 2e Olympiadeduif Fond werd in Poznan 2019, 16e Nat. Asduif KBDB Fond 2019 en “Beste Libourneduif” Pipa Ranking 2018-2019 en “Magic 506” die 4e Nat. Asduif KBDB Fond werd in 2019. Hij is een zoon van “Black Magic” en die is een halfbroer van “Triple 5 Barcelona” (zelfde moeder).

HIGHLIGHTS
2014
1e Internat. Perpignan 17.965 d (“Black Magic”)
2e Nat. Asduif Fond KBDB Jaarlingen (“Magic 092”)
1e Algemeen Kampioen van België 
2015
2e Nat. Asduif Jonge Duiven KBDB Halve Fond (“Playboy Gilbert”) 2016
2e Nat. Asduif KBDB Fond Oude (“Trikke”) 
5e Nat. Asduif KBDB Fond Jaarse (“Number 1”)
13e Nat. Asduif KBDB Fond Jaarse (“De Jonge Jan”)
2017
2e Algemeen Kampioen van België
7e en 8e Nat. Asduif KBDB All Round
2018
2e (1) Asduif Marathon (“Barcelona Triple 5 ”)
13e Nat. Asduif KBDB Grote Halve Fond (“Roeperke”)
1e en 2e Olympiadeduif Marathon Poznan (“Barcelona Triple 5” + “Kleine Olympiade”)
2019
Keizer Brabantse Unie
2e Nat. Asduif KBDB Fond Jaarse (“Laurence”)
4e Nat. Asduif KBDB Fond (“Magic 506”)
16e Nat. Asduif KBDB Fond (“Kleine Olympiade”)
11e Nat. Asduif KBDB Jonge Duiven (“Créoné Roeper”)

Motivatie van de weduwnaars 

Erik kwam aan de start van het seizoen met een ploeg van 68 weduwnaars die op het klassiek weduwschap gespeeld werd. De eerste koppeling vond half februari plaats en na 10 dagen broeden werd het nestje afgebroken. Hier worden nooit jongen uit de weduwnaars gekweekt. Begin april stond er een tweede koppeling gepland toen de weduwnaars opgeleerd werden. Bij mooi weer worden de doffers 4 à 5 keer weggevoerd tot 50 km. Bij de aankomst van de opleervluchten zit de duivin altijd op het hok te wachten. Daarna wordt het Quiévrain of Noyon.

Er wordt tweemaal per dag getraind en de manier van trainen is wel belangrijk. De doffers moeten constant in beweging zijn en er moet snelheid in hun vlucht zitten.
Bij de inkorving van de snelheidswedstrijden krijgen de doffers hun partner niet te zien. De duivinnen worden getoond wanneer de grote halve fond op het programma staat. In het begin duurt het weerzien heel kort maar op het einde van het seizoen kan dat wel een halve dag zijn.
Van het motiveren van de weduwnaarsploeg wordt er wel degelijk werk gemaakt. Bij de inkorving komt er een andere duif op het hok. De minder goden verdwijnen uit de vliegploeg en soms worden die woonbakken open gezet terwijl de vorige eigenaar dan nog eens komt piepen en dat zorgt voor leven in de brouwerij.
Ieder jaar verhuizen de weduwnaars van hok. De jaarlingen worden samengebracht op 3 hokken en de oude duiven op 2 hokken. Oude en jaarse trainen samen en lopen al eens het verkeerde hok binnen waar ze als jaarduif een woonbak hadden en dat zorgt ook voor extra motivatie. Erik zorgt er wel voor dat er niet gevochten wordt.
Erik zegt dat alle grote prijzen gewonnen werden met duiven die extra gemotiveerd waren. Maar een sterk gemotiveerde duif die de goede trein mist kan best wel verloren vliegen.

Binnenzicht van het hok van de weduwnaars.20 doffers voor 40 duivinnen

Er wordt ook een ploeg van 40 voornamelijk jaarse duivinnen gespeeld. Einde februari worden er 20 van de 40 duivinnen gekoppeld en na 10 dagen broeden worden de nestjes afgebroken. Dan komt de tweede reeks van 20 duivinnen aan de beurt en die worden op hetzelfde hok met de dezelfde doffers gepaard. Ook zij broeden 10 dagen en het nestje wordt ook afgebroken.
Dan komen de 40 duivinnen terug samen op het hok. Dit hok is uitgerust met speciale woonbakken waar de doffer in het midden zit en langs weerszijden is er plaats voor een duivin. Wie als eerste thuiskomt van een wedstrijd mag bij de doffer terwijl de andere duivin toekijkt. Later mag ook de andere duivin bij de doffer komen.
De duivinnen trainen tweemaal daags en worden in 4 à 5 etappes opgeleerd en daarna gaan ze de mand in voor Quiévrain of Noyon. Bij de inkorving komen de doffers en de duivinnen maar korte tijd samen. Naarmate het seizoen vordert wordt de periode van het samenzijn langer maar zeker gaan halve dag.

De verdere carrière is belangrijk

Er worden 100 jongen gefokt uit de kwekers en Erik komt met een 60-tal jongen aan de start van het nieuwe seizoen. De jongen worden gespeend aan de ouderdom van 20 dagen. Als de conditie het toe laat is het de bedoeling dat de jongen vier nationaals vliegen.
De jongen worden verduisterd van einde maart tot 15 juni. Er wordt bijgelicht van 1 juli tot einde seizoen. Er wordt gestart met opleren, afhankelijk van de conditie, in de maand mei. De jongen worden 10 x weggevoerd tot 50 km. Tijdens het seizoen worden ze tussendoor wekelijks nog één maal weggevoerd tot 40 km. Twee weken voor Bourges wordt de schuifdeur ingevoerd maar voor de eerste nationale wedstrijd uit Bourges komen doffers en duivinnen nog niet samen. Daarna komen ze voor iedere nationale wedstrijd 1 u samen vooraleer ze in de mand gezet worden. Verder wordt er heel weinig aan de motivatie van de jonge duiven gesleuteld want de verdere carrière is zeer belangrijk. In 2019 hebben de jonge duiven toch heel goed gepresteerd.

Eten tot de laatste dag

Erik Limbourg is de melker die voedert op het gevoel en de duiven laten eten tot de dag van de inkorving is voor jong en oud een must. Het merendeel van de duiven wordt iedere week gespeeld.
Bij aankomst van een snelheidswedstrijd worden de duiven van zaterdag tot en met woensdag dieet (Gaby Vandenabeele) van Beyers gevoederd. Op donderdag wordt het dan 50% dieet + 50% “Super weduwschap”. Op vrijdag wordt het dan 100% ”Super Weduwschap”.
Voor de grote halve fond wordt het van zaterdag tot en met maandagmorgen 50% dieet + 50% “Super Weduwschap”. Van maandagavond tot donderdag wordt het dan “Super Weduwschap”. De laatste dagen wordt er nog maïs bijgevoederd op de grond in plaats van in het nestvak.
Op de fond wanneer er iedere week gespeeld wordt het 50% dieet + 50% “Super Weduwschap” tot maandagmorgen. Wordt er om de twee weken gespeeld dan wordt het 50% dieet + 50 “Super Weduwschap” tot donderdag.
Wordt er iedere week gespeeld dan gaat vanaf maandagavond tot de inkorving 100% “Super Weduwschap” in het voederbakje. Wanneer de duiven om de twee weken in de mand gaan wordt vanaf vrijdag tot woensdag opgevoederd met “Super Weduwschap”. Ook hier worden de laatste dagen bijgevoederd met maïs en “Super Energy” na de gewone voederbeurt. Na thuiskomst van een wedstrijd wordt er ook Belgasol en Recuply Boost (suikers) verstrekt. 

Perfect medisch

Voor en na het seizoen wordt er 8 dagen behandeld tegen paratyfus. Na de behandeling voor het seizoen worden de duiven ook ingeënt.
Bij de eerste koppeling staat een 4 à 5-daagse behandeling tegen trichomonas gepland. Wanneer de duiven er later niet perfect voorkomen wordt er dan 3 dagen ”gekuurd” tegen tricho en tegen luchtweginfecties. Beide medicijnen gaan samen in de drinkpot + probiotica “Darm en Kop” van dierenarts Geeroms. 
Wanneer de duiven wat minder eetlust vertonen en de conditie wat minder is dan wordt er 3 à 4 dagen behandeld met Amoxycylline.
De oude duiven worden 1x ingeënt en de jongen worden tweemaal ingeënt tegen paramixo. Ook adeno steekt jaarlijks de kop op en dan krijgen de jongen twee dagen geen eten. Het water wordt verzuurd en er gaat Cosumix in het drinken. In die periode komen de duiven ook niet los.

Het kweekhok

Op het kweekhok worden de 42 kweekkoppels veel herkoppeld en op het einde van het seizoen wordt er ook aan familiekweek gedaan. Bij de selectie van de kwekers zijn de behaalde resultaten in de vliegcarrière, de afstamming en de handkeuring belangrijk. Er wordt altijd aan compensatiekoppelen gedaan om de afwijkingen op de norm te laten verdwijnen. Er zijn ook nog 13 boxen waar de toppers van het kweekhok gekoppeld zitten.

De ideale fondduif

Het moet in de eerste plaats een evenwichtige duif zijn en een duif uit één stuk. Daarbij komt ook nog een zachte pluim en ze moet goed gepluimd zijn onder de vleugels. Erik heeft liefst de duivin iets groter. Een lange vleugel en een korte achtervleugel krijgen de voorkeur. Een sterke rug en een stevig karkas zijn goede eigenschappen. Een kop met uitdrukking en een goed gepigmenteerd oog worden eveneens gewaardeerd.
Bij de selectie spelen uiteraard de behaalde resultaten een belangrijke rol. De pedigree bepaalt niet alles en er moeten kopprijzen gewonnen worden. Vooruitvliegers staan in Brussegem hoog in aanzien.

De verluchting in de gang voor de hokken en de open nok zorgen voor een aangenaam hokklimaat.Beste kweker

De beste kweker is zonder twijfel de “Roeper” DV01274-09-593. Het is een duif uit de middelmaat met een geweldige uitstraling en hij voelt aan als een blok graniet. Het is een levendige duif en hij valt op in de massa. De “Roeper” werd bijgehaald om meer snelheid onder de fondduiven te krijgen maar zijn nakweek vliegt ook top op de fond.
Hij zette al drie nationale asduiven met twee verschillende duivinnen op de wereld: 13e nat. Asduif KBDB Grote Halve Fond 2018, 2e nat. Asduif KBDB Fond Jaarlingen 2019 en 11e nat. Asduif KBDB Fond Jongen 2019.
Er werden van hem 7 duiven gespeeld en die hebben minstens één maal een eerste prijs gewonnen. Op een wedstrijd uit Noyon tegen 664 duiven zaten 4 duiven van de “Roeper” in de mand en die wonnen de eerste vier prijzen.

Beste vlieger

De beste vliegduif is ontegensprekelijk “Barcelona Triple 5” B14/2151083. Zijn schitterende carrière (zie foto) werd bekroond met de vermeldingen 1e Belgische Olympiadeduif Marathon Poznan 2019, 2e Nationale Asduif Grote Fond KBDB 2018, 3e Internat. Asduif Grote Fond (2 prijzen) 2018.

Erik op de praatstoel

Erik neemt nooit een blad voor de mond en we kregen nu de kans om hem enkele vraagjes te stellen.

Wat is de toekomst van het fondspel?
Ik denk niet dat daar veel gaat aan veranderen. Het wordt niet gemakkelijker met de “groenen” maar het zal altijd blijven bestaan. Mijn bevindingen zijn dat het altijd maar sneller gaat zoals bij alle vluchten trouwens. Verzorging, medische begeleiding en moderne kweekstrategieën (snelheid inkweken) zijn daarbij bepalend. We moeten streven naar een moderne fondduif. IJzersterk, grote wilskracht en op de koop toe met de nodige snelheid in zich. Dat is een van mijn laatste doelstellingen om er zo eentje te kweken als de vaandeldrager “Barcelona Triple 5”!
Al aan uw pensioen gedacht?
Ik moet tot mijn 65 blijven werken. Dus ik denk het wat rustiger aan te doen wat niet in mijn aard ligt. Maar ik denk er toch aan om op termijn alleen nog grote fond te spelen.

Wat denk je van het spel met duivinnen?
Ik speel al verschillende jaren met een 40-tal hoofdzakelijk jaarse duivinnen en na een paar weken zijn er al een 10-tal minder. De duivinnen gaan iedere week mee en zo kan ik iedere week spelen op het weduwschap.

Uw mening over nieuwe methoden?
Ik hou mij nog altijd vast aan mijn zelfde systeem... never change a winning team! Ik heb steeds een luisterend oor wat nieuwigheden betreft maar verander niet graag.

Interesse voor nieuwe producten?
Ik gebruik de meeste bijproducten van Beyers aangevuld met Recupfly Boost en Hepasan de twee topproducten van Probelfly. Soms gebruik ik ook vliegvitamines van Norbert Peeters.

Geduld is inherent aan fond en grote fond?
Geduld staat eigenlijk niet in mijn woordenboek. Ik ben van mening dat duiven van jongsaf aan degelijk moeten opgeleerd worden. Kinderen moeten toch ook van jongsaf aan naar school. Op die manier heb je dan al vroeg een eerste selectie, minder duiven, minder werk. Volgens mij draait alles om goede duiven, kweken en vooral streng selecteren. Maar papieren ogen dikwijls zo mooi, nietwaar?

Een passie voor Barcelona?
Absoluut niet! Ik ben eigenlijk voorstander van duiven die dezelfde vluchtdag thuis geraken. Maar Barcelona is een echte klassieker en daarom probeer ik altijd mee te doen met 1 à 2 duiven. Maar nu je me al verschillende jaren kent speel ik mee om te winnen, anders blijf ik thuis. En Michel Desbuquois, een van mijn beste vrienden, is nu eenmaal een Barcelonafreak. Vandaar dat ik hem een paar jaar geleden zei, nu ga ik eens gaan met een echte goeie! Zo ben ik op de “Barcelona Triple 5” gekomen.

Verwachtingen voor 2020?
Dat valt steeds af te wachten en er mag niets tegen gaan en het is soms toch zo snel gebeurd. Vandaar afwachten geblazen. Van mijn oude duiven verwacht ik wel iets minder daar al mijn beste duiven naar het kweekhok zijn verhuisd. Hopelijk zit er een verrassing bij en daar probeer ik wel voor te zorgen. Dat is trouwens een stuk van mijn “job” als trainer, nietwaar?

Een dankwoord
Hierbij zeker een dankwoordje voor mijn verzorgers Patrick Draye en Pierre Moens. Twee gasten waarop ik kan rekenen!

En het coronavirus?
Het coronavirus is een ramp voor iederen en dus ook voor de duivensport maar de gezondheid van de bevolking heeft voorrang op de sport. Voetbal, wielrennen, Olympische Spelen moeten allemaal inbinden en dus ook de duivensport.
Ik denk dat we ten vroegste begin juni aan het spelen zijn. Ik laat mijn weduwnaars om de twee weken samen met hun duivin want het vlammetje moet blijven branden en ze mogen hun duivin niet vergeten. Ze komen nu al slechter binnen na hun trainingsbeurt. Ik verduister (niet pikdonker) nu de hokken van de weduwnaars (13 u duister). De duivinnen kan ik niet verduisteren maar die zitten op een ietwat donker hok. Gisteren (27/3) ben ik begonnen met het verduisteren van de jonge duiven en dat komt wel in orde.
Ik laat mijn weduwnaars wel 1x daags trainen want ze moeten vlieguren maken omdat er weinig invliegtijd zal zijn eens dat we terug mogen spelen. Maar we zijn nog niet aan het spelen. Ik vermoed dat we later zullen beginnen en dat het seizoen langer zal duren. De vroegste internationale wedstrijden als Pau, Agen, Barcelona lopen het gevaar dat ze zullen afgeschaft worden. Maar we houden de moed er in en hopen het beste voor mens en dier.

 

Auteur: 

Zircon - This is a contributing Drupal Theme
Design by WeebPal.