Liefhebber:
Hamme – Hamme is een gemeente in de provincie Oost-Vlaanderen en ligt aan de samenvloeiing van Durme en Schelde. Voor de oudere cinefielen onder ons... je vindt er ook de "Mirabrug" die haar naam kreeg door de verfilming in 1971 van het boek van Stijn Streuvels "De teleurgang van de Waterhoek" met Willeke van Ammelrooy in de hoofdrol.
Er vloeide ondertussen al veel water door de Durme en naar de zee en de actualiteit wordt er nu beheerst door meer recentere onderwerpen. Eén daarvan is zeker de duivencarrière van Benny Steveninck (51) die de laatste jaren echt een demonstratie weggaf van zijn kunnen. We hebben het dan over zijn nationale overwinning op Limoges Jaarlingen in 2009... vermeldingen in provinciale en nationale kampioenschappen... en een reeks provinciale overwinningen. Ook 2012 was van hetzelfde kaliber !
De basis
Benny Steveninck werd met de duivenmicrobe besmet door zijn vader Raymond die een goede snelheidspeler was. Ook heeft hij nog een tijdje vader geholpen op zijn hokken. De echte start... samen met vrouwtje Karin... kwam er in 1998 op zijn huidig adres. Er werden een 10-tal jonge duiven gehaald bij Willy Vanhoutte, Wevelgem... aangevuld met duiven van Jan en alleman.
Er werd behoorlijk prijs gespeeld maar de echte stroomversnelling kwam er in 2003 met topdoffer "Chipo" die als jonge duif doorbrak en het tot 1e Provinciale asduif Oost-Vlaanderen schopte. Langs vaderszijde hebben we de namen Sylvain Verstraete, Dendermonde x dochter uit 1e nat. La Souterraine (Eddy Leutenez)... langs moederszijde Jozef Vandamme, Dendermonde.
In 2000 was er al van snelheid langzaam overgeschakeld op de halve fond en in 2003 kwamen de duiven van Michel Hautekiet, Ruddervoorde de oorspronkelijke basis versterken. Er werd ondertussen knap gepresteerd op provinciaal en nationaal niveau met als absolute uitschieter de nationale overwinning Limoges Jaarlingen in 2009. Anno 2012 is het kweekhok nog voor 80 procent gebaseerd op deze "oude" basis en wordt er in hoofdzaak in familieverband gefokt.
Deze "inteeltproducten" werden dan gekoppeld aan "Dochter Blue Dream"... een duivin van August Wouters, Oostmalle ("Blue Dream" was 1e Nat. asduif Snelheid 2009). Ook met "Eline" van Cools-Blancke, Ruiselede en gekoppeld aan zoon "Chipo" zetten ze topdoffer "Raymond" op de wereld. Jan Pappens, Zwalm leverde dan iets van het beste uit de "Kleine As" (4e nat. Asduif halve fond). En dan hebben we ook nog de "150" van Willy Vanhoutte (Reynaert-origine) die gekoppeld werd met dochter "Chipo" en topduivin "Els" gaf. Eén zaak is duidelijk... uit asduivenbloed fokken is voor Benny Steveninck de rechte weg naar het succes !
Met weduwnaars
Benny en Karin gingen begin 2012 aan de slag met 43 weduwnaars... 16 duivinnen op weduwschap... 130 jonge duiven... en 24 koppels kwekers. De weduwnaars vliegen hun laatste wedstrijd uit Argenton... ze trekken een late ronde jongen groot... na het spenen van de jongen worden ze gescheiden... en ze blijven tijdens de winter op de hokken. Dan worden ook de nieuwe jaarling-weduwnaars ingepast op het weduwnaarshok.
Na afloop van het vliegseizoen stond er ook een dierenartscontrole gepland... maar de lichte cocci-besmetting werd over het hoofd gezien en niet behandeld. In de stille periode wordt er een mestcontrole uitgevoerd aan de Gentse Universiteit op paratyfus en wormen maar er waren toen geen problemen. Deze controle gebeurt tweemaal per jaar.
Tijdens de ruiperiode wordt er ruimengeling + methionine verstrekt... met ook nog snoep en wildzaad... Sedochol... look in het drinkwater en eenmaal per week vitamines en biergist over het voeder. De duiven komen 2 à 3 keer per week los en krijgen regelmatig een bad op het hok.
Voorafgaand aan de vroege koppeling eind november stond er opnieuw een dierenartscontrole gepland en toen werd er 6 dagen behandeld tegen trichomonas.
Er werden twee jongen groot getrokken en aan de ouderdom van 16 dagen ging de duivin met 1 jong naar het hok van de jonge duiven. De tweede koppeling vond plaats op 25 maart...er werd vijf dagen gebroed... en in die periode werden de weduwnaars opgeleerd. Via 8 tripjes tot 40 km werden de doffers opnieuw in het vliegritme gebracht en dit opleren lukt best wanneer de doffers gekoppeld zitten. In functie van de start van de halve fond op 1 mei werd er gezorgd dat de weduwnaars 1x Quiévrian en 2x Noyon in de vleugels hadden.Er wordt niet echt meer halve fond gespeeld want de nationale wedstrijden zijn het hoofddoel van het wedstrijdseizoen. Dus 1x Dourdan... Bourges... Chateauroux... en dan om de veertien dagen de mand in tot Argenton.
Voeding - training - motivatie
In het voederpatroon wordt er hoofdzakelijk rekening gehouden met de vermoedelijke "lastigheidsgraad" van de komende wedstrijd. Na thuiskomst... en bij inkorving om de 14 dagen... worden er 5 à 6 voederbeurten (2 maal daags voederen) "Recup" (lichte mengeling met een beetje mais) gevoederd. Daarna volgt er 1/2 "Opbouw" (weduwnaarsmengeling) + 1/2 super zuivering. Normaal worden er de 6 laatste voederbeurten "Energy" (Beyers)... of een vetrijke mengeling verstrekt. Verwacht men een lastige wedstrijd dan worden er 8 voederbeurten "Energy" verstrekt. De weduwnaars krijgen iedere dag één pinda in hun woonbak... de laatste dagen ook wat snoep en afwisselend Zell Oxygen of Gervit-W over het voeder.
Bij de inkorving wordt steeds de duivin getoond. De jaarlingen krijgen hun partner in het begin zo' n 20 minuten in hun nestvak (moeten het weduwschap nog leren)... de oude duiven krijgen hun duivin ook in hun woonbak maar er wordt vermeden dat de doffers hun duivin treden.
Er wordt tweemaal daags een vol uur getraind... zonder vlag maar met gesloten vensters. Het trainingsgedrag van de weduwnaars is hier bijna identiek aan dat van de jonge duiven... misschien omdat ze vliegen in een grote groep. Maar ze hebben de typische manier van vliegen van weduwnaars niet. Bij het los komen stormen ze naar buiten... bij het binnen roepen stormen ze naar binnen... maar het typisch "geklets" van een weduwnaar laten ze niet zien zegt Benny. Uit het vlieggedrag kan ook de conditie niet afgeleid worden... maar "Eten is trainen... en trainen is eten !"
Ook met duivinnen
Sinds 2008 wordt er gespeeld met duivinnen en voor hen is ook Argenton hun laatste wedstrijd. Na afloop van het vliegseizoen trekken zij geen jongen groot. Eind 2011 kwamen ze wel met eieren en na 10 dagen broeden gingen ze naar de volière. Tijdens het verblijf van de duivinnen in de volière komen ze al die tijd niet meer los. Waarom nog deze korte broedperiode ? Het is de perfecte manier om de rui te starten tijdens een broedperiode.
Tijdens de rui worden de duivinnen op dezelfde manier gevoederd en krijgen ze dezelfde verzorging als de doffers. Daar waar de doffers afzonderlijk in hun woonbak gevoederd worden eten de duivinnen uit een gemeenschappelijke voederbak.
De oude duivinnen worden gekoppeld op 25 november en trekken twee jongen groot. De jaarse duivinnen daarentegen worden zo gekoppeld dat wanneer de jongen van de oude duivinnen gespeend worden zij juist 10 dagen broeden en dan wordt hun nestje ook afgebroken. Er volgt geen tweede koppeling en er wordt gestart met opleren zodat ze ook op de 1e zaterdag van mei 1x Quiévrain en 2x Noyon in de vleugels hebben. Daarna gaan ze elke week mee op de zware halve fond. Bij een probleemvlucht kan het gebeuren dat ze dan de volgende week voor een snelheidswedstrijd ingekorfd worden. In 2012 gebeurde dat slechts één keer.
Tijdens het vliegseizoen verblijven de dametjes op een hok met schabjes (kapelletjes) en een "rolsysteem" op de bodem zorgt ervoor dat ze niet op de vloer kunnen samenhokken. Tussen de verschillende schabjes werd een tussenschot aangebracht zodat ze elkaar niet kunnen zien. Afgelopen seizoen moesten twee duivinnen uit de ploeg verwijderd worden omdat ze na verloop van tijd niet meer meetrainden.
Er wordt tweemaal daags getraind en wanneer ze binnenlopen op het hok wordt het "rolsysteem" (met scharnieren) vertikaal gezet en kan er 20 minuten gegeten en gedronken worden op de plankenvloer. Daarna gaan de duivinnen op de schabjes... het "rolsysteem" gaat terug naar beneden... en er kan gedronken worden op een schabje waar juist plaats is voor de drinkpot en één duivin. Bij het inkorven komen doffers en duivinnen slechts heel kort bij elkaar.
Jonge duiven
In twee rondes worden er 130 jongen gefokt uit kwekers en vliegers. Uit de beste kwekers worden de eieren verlegd onder de weduwnaars en de vliegduivinnen. De jongen worden gespeend aan de ouderdom van 25 dagen en de twee rondes komen op afzonderlijke hokken. De eerste ronde wordt verduisterd van bij het spenen tot 1 juni... de tweede ronde van bij het spenen tot 21 juni. Zowel 1e als 2e ronde worden bijgelicht vanaf 21 juni tot einde seizoen... vanaf 5 u 's morgens tot 11 u 's avonds. Begin mei wordt er gestart met opleren... in 8 à 10 etappes naar 40 km.
Benny speelt het weduwschap met jonge duiven en de jonge doffers krijgen een oude duivin als partner... de jonge duivinnen een oude doffer. Doorgaans zijn het de kweekduiven die deze taak op zich nemen. Het betekent uiteraard een week werk vooraleer alle paartjes gevormd zijn... en dan nog zitten er weerbarstige piepers tussen die van de liefde niet willen weten. Het is uiteraard zo dat de oude partners gewend zijn aan de woonbak wat het aanparen toch wel een stuk makkelijker maakt. Tijdens de week van het aanparen komen noch doffers noch duivinnen los. Wanneer de jongen met de oude partners aangepaard zijn worden ze 2 à 3 keer weggevoerd voor een trainingsvluchtje... en gedurende het verdere vliegseizoen worden ze op woensdag altijd gelost op 40 km. Het nationaal programma is het hoofddoel van de jonge garde en zij gaan de baan op tot Guéret.
Aanvankelijk komen noch de doffers... noch de duivinnen samen met hun oude partner bij de inkorving. Wanneer de nationale wedstrijden voor jonge duiven aan de orde zijn komen ze bij het inkorven zo'n 1,5 u tot 2 u samen. Op die manier wordt gepoogd conditie en motivatie op te bouwen naar de belangrijkste vluchten die de nationaals dan ook zijn.
Bij aankomst van een wedstrijd zitten de oude partners uiteraard te wachten. In het begin van het seizoen blijven ze dan tot 's anderendaags samen... later op het seizoen slechts tot 's avonds.
Medisch Blancke
De medische begeleiding is volledig in handen van dierenarts Piet Blancke. Op een keertje meer of minder controle bij de dierenarts wordt door Benny Steveninck zeker niet gekeken. Bij einde seizoen... voor de kweek... en bij aanvang vliegseizoen staat een dierenartscontrole gepland. Voor het vliegseizoen werd er behandeld tegen coccidiose (Baycox). In het stille seizoen wordt er ook opgetreden tegen paratyfus. Eerst werd er 5 à 8 dagen behandeld met Baytril (afwisselend product) en daarna werd er ingeënt.
Tijdens het vliegseizoen wordt het "zes weken systeem" van Piet Blancke gehanteerd voor de wedstrijden met 2 nachten mand. De eerste week trichomonas + luchtwegenbehandeling... 14 dagen tussenperiode... dan trichomonas + coccidiose...14 dagen tussenperiode... dan trichomonas + Amoxycycline. Daarna begint de cyclus opnieuw. Het is ook zo dat de duiven individueel behandeld worden. Tussentijds werd de dierenarts in de loop van 2012 nog tweemaal bezocht.
Inteelt op het kweekhok
Vierentwintig kweekkoppels bevolken het kweekhok en de gevolgde politiek is inteelt met de basis en die dan kruisen met enkele nieuwkomers. Ieder jaar wordt er gepoogd 2 à 3 toppers op de kop te tikken... en liefst met de nakweek van asduiven.
Het superkoppel op het kweekhok is ongetwijfeld "Vader Chipo" B01/4237419 x "Moeder Chipo" B02/4428040. Zij zijn niet alleen de ouders van superdoffer "Chipo" maar kunnen ook bogen op nog meer succesvolle nakweek.
Dan hebben we ook nog de "Crack" B05/4323999 (3e nat. asduif kleine halve fond) en de "Chihaute 98" B05/4323998 (3e nat. asduif kleine halve fond). Deze twee stamdoffers krijgen per seizoen drie duivinnen in hun nestvak en de eieren worden dan bij voedsterkoppels ondergeschoven.
En als afsluiter van deze reportage wil Benny zijn vrouwtje Karin nog eens speciaal bedanken voor haar inzet voor duiven en duivensport. Ik heb echt een "supervrouwtje" zegt hij met veel nadruk. En als dat zo is mag dat ook gezegd worden !
Auteur: