BENNY STEVENINCK - 1e Nat. Asduif Grote halve fond Jonge

Liefhebber: 

Hamme – Een manshoge Belgische driekleur wapperde aan de poort van de duivenranch van Benny Steveninck toen hij in 2009 de 1e Nationaal Limoges tegen 16896 jaarlingen op zijn palmares schreef. Vrienden vonden dit een gepaste eer voor de man die stormenderhand de ladder van het duivensucces beklom. Jaren geleden waren Benny en Karin de schrik van de streek op de kleine halve fond maar deze nationale zege was voor hen een entree langs de grote poort.

In de jaren die volgden ging het steeds maar crescendo met o.a. een schitterend seizoen 2012 toen er echt in kampioenenstijl gespeeld werd. In 2013 werd dit seizoen nog overtroffen... en met de 1e Nat. Asduif Grote Halve Fond jonge duiven... 4e Nat. Kampioen Grote Halve Fond jaarlingen... 13e Nat. Asduif Grote Halve Fond jaarlingen... en 15e Nat. Asduif Grote Halve Fond oude duiven was Benny Steveninck een van de uitblinkers van de Nationale Kampioenschappen.

De basis

Benny Steveninck werd met de duivenmicrobe besmet door zijn vader Raymond die een goede snelheidspeler was. Ook heeft hij nog een tijdje vader geholpen op zijn hokken. De echte start... samen met vrouwtje Karin... kwam er in 1998 op zijn huidig adres. Er werden een 10-tal jonge duiven gehaald bij Willy Vanhoutte, Wevelgem... aangevuld met duiven van Jan en alleman.
Er werd behoorlijk prijs gespeeld maar de echte stroomversnelling kwam er in 2003 met topdoffer “Chipo” die als jonge duif doorbrak en het tot 1e Provinciale asduif Oost-Vlaanderen schopte. Langs vaderszijde hebben we de namen Sylvain Verstraete, Dendermonde x dochter uit 1e nat. La Souterraine (Eddy Leutenez)... langs moederszijde Jozef Vandamme, Dendermonde. Ondertussen zorgde deze fameuze “Chipo” voor een bloedlijn met een geweldige verervingskracht die een hele rij topduiven op de wereld zette. Ook “Sun” B13/4096962... 1e Nat. Asduif Grote Halve Fond jonge duiven... heeft zowel langs vaders- als langs moederszijde de geweldenaar “Chipo” in haar pedigree.
In 2000 was er al van snelheid langzaam overgeschakeld op de halve fond en in 2003 kwamen de duiven van Michel Hautekiet, Ruddervoorde de oorspronkelijke basis versterken. Er werd ondertussen knap gepresteerd op provinciaal en nationaal niveau met als uitschieter de nationale overwinning Limoges Jaarlingen in 2009.
Anno 2013 is het kweekhok nog voor 80 procent gebaseerd op deze “oude” basis en wordt er in hoofdzaak in familieverband gefokt. Deze “inteeltproducten” werden dan gekoppeld aan “Dochter Blue Dream”... een duivin van August Wouters, Oostmalle (“Blue Dream” was 1e Nat. asduif Snelheid 2009). Ook met “Eline” van Cools-Blancke, Ruiselede en gekoppeld aan zoon “Chipo” zetten ze topdoffer “Raymond” op de wereld. Jan Pappens, Zwalm leverde dan iets van het beste uit de “Kleine As” (4e nat. Asduif halve fond). Ook nog de “150” van Willy Vanhoutte (Reynaert-origine) die gekoppeld werd met dochter “Chipo” en topduivin “Els” gaf. Uit het “Zitterke” van Eddy Didden, Neeroeteren werden ook al meerdere goede duiven gefokt.
Eén zaak is duidelijk... uit asduivenbloed fokken is voor Benny Steveninck de rechte weg naar het succes!

Seizoen 2013

Benny Steveninck : “Het seizoen 2013 was voor ons echt een topseizoen... en dit met dank aan het nieuwe vluchtprogramma. Vroeger op de provinciale vluchten was onze ligging verre van optimaal en we hadden dan ook nog dikwijls de wind tegen. Nu gaan alle duiven op hetzelfde moment de lucht in en daarom zijn de nationale vluchten veel eerlijker. De conditie was op de afspraak en bleef duren tot het einde van het seizoen.
We hadden de weduwnaars mee op de lastige Poitiers en achteraf bekeken was dat een slechte beslissing. Sommige duiven hebben daarna nooit meer top gevlogen en vermoedelijk hebben enkele daar het wijzertje in het rood geduwd. Maar de 1e Nat. Asduif Grote Halve Fond jonge duiven en in totaal vier vermeldingen in de nationale kampioenschappen maakten van 2013 een topseizoen ! “

Gedreven melkers

“Niks voor niks in het leven” luidt het spreekwoord... en dat is nergens beter van toepassing dan in de duivensport. Wij leven in functie van duiven en duivensport. Het is niet eenvoudig om een grote ploeg duiven op tijd en stond van hun natje en droogje te voorzien. Dit vergt inspanningen op alle fronten.
Om 6.45 u kraait hier de haan en om 7 u vliegen de duiven al... en dit gaat zo door tot 21.30 u met een “rustperiode” van 12 u tot 16.30 u. Wanneer de jonge duiven mee in de dans springen dan wordt het helemaal hectisch. Alle duiven die thuiskomen van een vlucht worden gewassen in lauw water en worden gemasseerd. Het is ook hard nodig want tijdens hun verblijf in de manden zitten de duiven op geribd karton en ze komen thuis met heel vuile poten. Ook krijgen alle duiven die thuiskomen van een vlucht Clinagel in de ogen... en dit is ook een hele klus ! Maar we doen het graag en we krijgen er heel veel voor terug.”

Met weduwnaars

Benny en Karin gingen in 2013 aan de slag met 43 weduwnaars... 32 duivinnen op weduwschap... 130 jonge duiven... en 24 koppels kwekers. De weduwnaars vliegen hun laatste wedstrijd uit Argenton... ze trekken een late ronde jongen groot... na het spenen van de jongen worden ze gescheiden... en ze blijven tijdens de winter op de hokken. Dan worden ook de nieuwe jaarling-weduwnaars ingepast op het weduwnaarshok.
Na afloop van het vliegseizoen stond er ook een dierenartscontrole gepland maar de diagnose was negatief. In de stille periode wordt er een mestcontrole uitgevoerd aan de Gentse Universiteit op paratyfus en wormen maar er waren toen geen problemen. Deze controle gebeurt tweemaal per jaar.
Tijdens de ruiperiode wordt er ruimengeling + methionine verstrekt... met ook nog snoep en wildzaad... Sedochol... look in het drinkwater en eenmaal per week vitamines en biergist over het voeder. De duiven komen 2 à 3 keer per week los en krijgen regelmatig een bad op het hok. Voorafgaand aan de vroege koppeling eind november stond er opnieuw een dierenartscontrole gepland en toen werd er met een pilletje behandeld tegen trichomonas.
De weduwnaars zijn ondergebracht op twee hokken. Op één hok werden de weduwnaars gekoppeld voor de vroege kweek. Er werden twee jongen groot getrokken en aan de ouderdom van 16 dagen ging de duivin met 1 jong naar het hok van de jonge duiven.
Op 25 maart werden de duiven van beide hokken gekoppeld voor een broedperiode van 6 dagen.
Tijdens het vliegseizoen bleek dat de duiven die niet gekweekt hadden langer de goede prestaties konden vasthouden dan de duiven die een koppel jongen groot trokken ofschoon de beste duiven op het hok van de “vroege kwekers” zaten.

In de tweede broedperiode worden de weduwnaars opgeleerd. Via 8 tripjes tot 40 km werden de doffers opnieuw in het vliegritme gebracht en dit opleren lukt best wanneer de doffers gekoppeld zitten. In functie van de start van de halve fond op 1 mei werd er gezorgd dat de weduwnaars 1x Quiévrain en 2x Noyon in de vleugels hadden.
Er wordt niet echt meer kleine halve fond gespeeld want de nationale wedstrijden zijn het hoofddoel van het wedstrijdseizoen. Dus 1x Dourdan... Bourges... Chateauroux... en dan om de veertien dagen de mand in tot Argenton. De weduwnaars worden in twee ploegen gespeeld... en wekelijks wordt de helft van de duiven ingekorfd voor de grote halve fond.

Ook met duivinnen

Sinds 2008 wordt er gespeeld met duivinnen en ook voor hen is Argenton hun laatste wedstrijd. Na afloop van het vliegseizoen trekken zij geen jongen groot. Eind 2012 kwamen ze wel met eieren en na 10 dagen broeden gingen ze naar de volière. Tijdens het verblijf van de duivinnen in de volière komen ze al die tijd niet meer los. Waarom nog deze korte broedperiode ? Het is de perfecte manier om de rui te starten tijdens een broedperiode.
Tijdens de rui worden de duivinnen op dezelfde manier gevoederd en krijgen ze dezelfde verzorging als de doffers. Daar waar de doffers afzonderlijk in hun woonbak gevoederd worden eten de duivinnen uit een gemeenschappelijke voederbak.
De oude duivinnen worden gekoppeld op 25 november en trekken twee jongen groot. De jaarse duivinnen daarentegen worden zo gekoppeld dat wanneer de jongen van de oude duivinnen gespeend worden zij juist 10 dagen broeden en dan wordt hun nestje ook afgebroken. Er volgt geen tweede koppeling en er wordt gestart met opleren zodat ze ook op de 1e zaterdag van mei 1x Quiévrain en 2x Noyon in de vleugels hebben.
In 2013 werd er met 2 ploegen van 16 duivinnen gespeeld. De eerste ploeg... meestal de oude duivinnen... wordt van in het begin van het seizoen gespeeld. De tweede ploeg... meestal jaarling duivinnen... staat pas klaar voor Chateauroux. Op de lastige Poitiers van 2013 werden geen duivinnen ingekorfd (en nog blij ook) maar er werd wel Angerville gespeeld.
Tijdens het vliegseizoen verblijven de dametjes op een hok met schabjes (kapelletjes) en een “rolsysteem” op de bodem zorgt ervoor dat ze niet op de vloer kunnen samenhokken. Tussen de verschillende schabjes werd een tussenschot aangebracht zodat ze elkaar niet kunnen zien. Afgelopen seizoen moesten twee duivinnen (oude ploeg) uit het team verwijderd worden omdat ze na verloop van tijd niet meer meetrainden.
Er wordt tweemaal daags getraind en wanneer ze binnenlopen op het hok wordt het “rolsysteem” (met scharnieren) vertikaal gezet en kan er 20 minuten gegeten en gedronken worden op de plankenvloer. Daarna gaan de duivinnen op de schabjes... het “rolsysteem” gaat terug naar beneden... en er kan gedronken worden op een schabje waar juist plaats is voor de drinkpot en één duivin. Bij het inkorven komen doffers en duivinnen slechts heel kort bij elkaar.

Jonge duiven

In twee rondes worden er 130 jongen gefokt uit kwekers en vliegers. Uit de beste kwekers worden de eieren verlegd onder de weduwnaars en de vliegduivinnen. De jongen worden gespeend aan de ouderdom van 25 dagen en de twee rondes komen op afzonderlijke hokken. De eerste ronde wordt verduisterd van bij het spenen tot 1 juni... de tweede ronde van bij het spenen tot 21 juni. Zowel 1e als 2e ronde worden bijgelicht vanaf 21 juni tot einde seizoen... vanaf 5 u ‘s morgens tot 11 u ‘s avonds. Begin mei wordt er gestart met opleren... in 8 à 10 etappes naar 40 km.
Door de minder goede weersomstandigheden in 2013 werden de 1e en 2e ronde bijna gelijktijdig opgeleerd. Door zolang te moeten wachten waren er ondertussen bij de 1e ronde al heel wat koppeltjes gevormd... en werd de 1e ronde niet gekoppeld aan oude partners. De 2e ronde werd wel gekoppeld aan oude partners.
Het is uiteraard zo dat de oude partners gewend zijn aan de woonbak wat het aanparen toch wel een stuk makkelijker maakt. Tijdens de week van het aanparen komen noch doffers noch duivinnen los. Wanneer de jongen met de oude partners aangepaard zijn worden ze 2 à 3 keer weggevoerd voor een trainingsvluchtje... en gedurende het verdere vliegseizoen worden ze op woensdag altijd gelost op 40 km. Het nationaal programma is het hoofddoel van de jonge garde en zij gaan de baan op tot Guéret.
Aanvankelijk komen noch de doffers... noch de duivinnen samen met hun oude partner bij de inkorving. Wanneer de nationale wedstrijden voor jonge duiven aan de orde zijn komen ze bij het inkorven zo’n 1,5 u tot 2 u samen. Op die manier wordt gepoogd conditie en motivatie op te bouwen naar de belangrijkste vluchten toe die de nationaals dan ook zijn.
Bij aankomst van een wedstrijd zitten de oude partners uiteraard te wachten. In het begin van het seizoen blijven ze dan tot ‘s anderendaags samen... later op het seizoen slechts tot ‘s avonds.
“Sun” (1e nat. asduif) was een duivin van de eerste ronde en haar partner ging verloren op nationaal Chateauroux. ‘s Avonds al probeerde Benny om haar te koppelen met een andere doffer (zelfde kleur) en dat lukte nog ook. Misschien is die nieuwe doffer voor haar een extra motivatie geweest gedurende het verdere verloop van het seizoen... wie zal het weten !

“Sun” B13-4096962

“Sun” of de 1e Nat. Asduif Grote Halve Fond jonge duiven... is een inteeltkoppeling naar stamvader de “Chipo”. Het is een duivin van het middelgrote type... met een zachte pluim... een pienter kopje... en een witoog met veel pigment dat hoog in de kop staat. Zij is vooral een kalme duif en een duivin die gemakkelijk paart. Ze heeft een zeer goede band met de melker en wanneer ze in de hand genomen wordt gaat ze meteen koeren. Na haar schitterend seizoen 2013 ging ze niet naar het Verre Oosten maar wel naar het kweekhok waar haar ongetwijfeld een schitterende toekomst te wachten staat.

Voeding - training - motivatie

In het voederpatroon wordt er hoofdzakelijk rekening gehouden met de vermoedelijke “lastigheidgraad” van de komende wedstrijd. Na thuiskomst... en bij inkorving om de 14 dagen... worden er 5 à 6 voederbeurten (2 maal daags voederen) “Recup” (lichte mengeling met een beetje maïs) gevoederd. Daarna volgt er 1/2 “Opbouw” (weduwnaarsmengeling) + 1/2 super zuivering. Normaal worden er de 6 laatste voederbeurten “Energy” (Beyers)... of een vetrijke mengeling verstrekt. Verwacht men een lastige wedstrijd dan worden er 8 voederbeurten “Energy” verstrekt. De weduwnaars krijgen iedere dag één pinda in hun woonbak... de laatste dagen ook wat snoep en afwisselend Zell Oxygen of Gervit-W over het voeder.
Eens het seizoen in volle zwier wordt bij de inkorving steeds de duivin getoond. De jaarlingen krijgen hun partner in het begin zo’ n 20 minuten in hun nestvak (moeten het weduwschap nog leren)... de oude duiven krijgen hun duivin ook in hun woonbak maar er wordt vermeden dat de doffers hun duivin treden.
Er wordt tweemaal daags een vol uur getraind... vanaf 1 mei zonder vlag maar met gesloten vensters. Het trainingsgedrag van de weduwnaars is hier bijna identiek aan dat van de jonge duiven... misschien omdat ze vliegen in een grote groep. Maar ze hebben de typische manier van vliegen van weduwnaars niet. Bij het los komen stormen ze naar buiten... bij het binnen roepen stormen ze naar binnen... maar het typisch “geklets” van een weduwnaar laten ze niet zien zegt Benny. Uit het vlieggedrag kan ook de conditie niet afgeleid worden... maar “Eten is trainen... en trainen is eten !”

Medisch Blancke

De medische begeleiding is volledig in handen van dierenarts Piet Blancke. Op een keertje meer of minder controle bij de dierenarts wordt door Benny Steveninck zeker niet gekeken. Bij einde seizoen... voor de kweek... en bij aanvang vliegseizoen staat een dierenartscontrole gepland. In het stille seizoen wordt er ook opgetreden tegen paratyfus. Eerst werd er 5 à 8 dagen behandeld met Amoxycycline (afwisselend product) en daarna werd er ingeënt.
Tijdens het vliegseizoen wordt het “zes weken systeem” van Piet Blancke gehanteerd voor de wedstrijden met 2 nachten mand. De eerste week trichomonas + luchtwegenbehandeling... 14 dagen tussenperiode... dan trichomonas + coccidiose... 14 dagen tussenperiode... dan trichomonas + Amoxycycline. Daarna begint de cyclus opnieuw. Het is ook zo dat de duiven individueel behandeld worden. Tussentijds in de loop van 2013 werd de dierenarts nog om de 4 weken bezocht.
Belangrijke nieuwigheid was het recuperatiepilletje van dierenarts Blancke. Dit pilletje moet binnen het uur na de thuiskomst van een wedstrijd toegediend worden. Volgens Benny met zeer goed resultaat.

Selectie en observatie

“De selectie van oude en jonge duiven gebeurt uiteraard op de nationale wedstrijden. Van de 43 weduwnaars waren er aan het einde van het seizoen 21 overblijvers waarvan er 4 topdoffers (alle van 2008) op het kweekhok gezet werden. Van de 32 duivinnen waren er 16 die de selectie overleefden waarvan 4 topduivinnen naar het kweekhok gingen. Van de 130 jonge duiven aan de start kregen er 33 een verlenging van hun verblijfsvergunning.
Hoe ik graag een duif zie ? Ik hou niet van grote duiven. Maar een zachte pluim... goede spieren... en een soepele vleugel zijn eigenschappen die me wel bekoren. De plaats van het oog van een duif in de kop vind ik eveneens belangrijk. Bij voorkeur de pupil boven het verlengde van de bekspleet.
Het gedrag van een duif op het hok is zeer belangrijk. Ik hou ook niet van schuwe duiven en zal die zo vlug mogelijk van mijn hok verwijderen. Ik heb voor 90 % tamme duiven op mijn hok en een tamme duif is makkelijker te motiveren. Presteert een schuwe duif dan toch onverwacht goed dan zal ik er zeker nooit uit kweken.
Ik steek ook heel wat tijd in het observeren van mijn duiven. Ik hou het trainen van de duiven goed in het oog en ook hun gedrag op het hok. Wanneer een bepaalde duif zich door een situatie op het hok extra gaat motiveren dan heb ik het gezien. Tijdens het seizoen ga ik ‘s avonds altijd eens kijken op het weduwnaarshok (21 u). Ik inspecteer de mest van de duiven... ik kijk of er soms een doffer door een concurrent uit zijn woonbak gezet werd... en iedere doffer krijgt dan ook een pinda als slaapmutsje. Het is mij opgevallen dat een doffer die tijdens de week zijn nestvak door een concurrent laat inpikken toch bij de inkorving... en samen met zijn duivin... zijn territorium met hand en tand verdedigt. Als melker zelf ingrijpen (duiven opsluiten) op het weduwnaarshok brengt in de meeste gevallen geen oplossing.”

Mijn hok

“Ik heb zo’n 20 m duivenhok met overal een gang voor de verschillende compartimenten. De woonbakken staan allemaal in een “U” vorm zodat de duiven elkaar zien zitten. Dit brengt automatisch jaloezie onder de weduwnaars en creëert motivatie.
De hokken hebben ook allemaal een dak met Boomse pannen. Boven de gang en 70 à 80 cm vooraan het hok is er een verluchtingspleet die met schuiven regelbaar is. De weduwnaars worden individueel in hun woonbak gevoederd... de duivinnen eten in een gezamenlijke voederbak... de jongen op een voederplank in de gang en in de spoetnik. Voor deze laatste is het de bedoeling dat ze de handen van de melker gewoon worden en dat ze tam gemaakt worden.
Alle hokken hebben bovendien een verwarmingsfolie onder de bodem en deze zijn gekoppeld aan een hygrostaat die op 65 % vochtigheidsgraad ingesteld is.”

Inteelt op het kweekhok

Vierentwintig kweekkoppels bevolken het kweekhok en de gevolgde politiek is inteelt met de basis en die dan kruisen met enkele nieuwkomers. Ieder jaar wordt er gepoogd 2 à 3 toppers op de kop te tikken... en liefst met de nakweek van asduiven.
Het superkoppel op het kweekhok is ongetwijfeld “Vader Chipo” B01/4237419 x “Moeder Chipo” B02/4428040. Zij zijn niet alleen de ouders van superdoffer “Chipo” maar kunnen ook bogen op nog meer succesvolle nakweek.
Dan hebben we ook nog de “Crack” B05/4323999 (3e nat. asduif kleine halve fond) en de “Chihaut 98” B05/4323998 (3e nat. asduif kleine halve fond). Deze twee stamdoffers krijgen per seizoen drie duivinnen in hun nestvak en de eieren worden dan bij voedsterkoppels ondergeschoven.
En als afsluiter van deze reportage wil Benny zijn vrouwtje Karin nog eens speciaal bedanken voor haar inzet voor duiven en duivensport. Ik heb echt een “supervrouwtje” zegt hij met veel nadruk. En als dat zo is mag dat ook gezegd worden ! Ook een speciaal woord van dank voor helper André Roels voor het vele werk dat hij voor zijn rekening neemt.

tussendoor:

KAMPIOENSCHAPPEN
1e Nat. Asduif KBDB grote halve fond jonge duiven 2013
1e Prov. Asduif halve fond KBDB 2003, 2007 en 2012
1e Nat. Zone Argenton jaarlingen 2013
1e Nat. Zone La Souterraine jonge duiven 2013
1e en 2e Nat. Zone Poitiers jaarlingen 2013
2e Algemeen Prov. Kampioen Oost-Vlaanderen KBDB 2012
2e Prov. Kampioen halve fond oude duiven KBDB 2012
2e Prov. Asduif halve fond KBDB 2008
2e West-Europese kampioenschappen cat. B 2013
3e Nat. Asduif halve fond KBDB 2007 en 2008
3e Algemeen Prov. Kampioen Oost-Vlaanderen KBDB 2006 en 2011
3e Prov. Asduif halve fond KBDB 2006
4e Nat. Kampioen halve fond oude duiven KBDB 2008
4e Nat. Kampioen grote halve fond jaarlingen 2013
5e Prov. Kampioen fond jonge duiven KBDB 2012
6e Nat. Asduif halve fond KBDB 2005
8e Nat. Kampioen halve fond oude duiven KBDB 2006
10e Nat. Kampioen halve fond jonge duiven KBDB 2004
10e en 12e Nat. Kampioen jaarlingen KBDB 2006
12e Nat. Asduif KBDB grote halve fond jaarse 2013
15e Nat. Asduif KBDB grote halve fond oude 2013
In 2013 : 37 x 1e prijs (met dubbelingen)

 

DE 10 GEBODEN VAN BENNY STEVENINCK
1. Stiptheid in de verzorging is een noodzaak. Alles gebeurt op uur en tijd...
   zelfs tot op de minuut.
2. Duiven die hard vliegen moeten zo snel mogelijk recupereren ! Denk aan het
   recuperatie pilletje !
3. Na aankomst van een wedstrijd krijgen alle duiven een warm bad en massage.
   Een lastig klus maar met liefde gedaan.
4. Het trainen aan huis moet goed gebeuren ! Op voorhand de buienradar controleren
   en niet trainen in de regen.
5. Steek voldoende tijd in het opleren van jong en oud ! Het rendeert achteraf
   dubbel en dik.
6. Niet starten met “zwaar” weer. Blois en Angerville met NO-wind zeker niet doen
   in het begin van het seizoen.
7. Voeding aanpassen aan de lastigheidgraad van de komende wedstrijd.
8. Duiven zuiver zetten voor aanvang van het vliegseizoen. Daarna het “zes weken
   systeem” voor jong en oud.
9. Een luchtvochtigheidsgraad van 65 % op het hok is zeer belangrijk !
10. Maak je duiven tam ! Een tamme duif is veel makkelijker te motiveren dan een
    schuwe duif.

 

TOP 100 NATIONAAL
Bourges: 59 13588 d.
39 19655 d.
Poitiers: 22 13135 d.
29 13135 d.
Gueret: 73 12592 d.
La-Souterraine 26 11236 d.
52 11236 d.
95 11236 d.
Bourges: 12 11883 d.
30 11883 d.
71 9639 d.
72 9639 d.
89 9639 d.
44 18478 d.
Chateauroux: 85 12071 d.
Argenton : 52 6795 d.
La-Souterraine: 22 13089 d.
Gueret: 31 11894 d.
88 11894 d.

 

Auteur: 

Zircon - This is a contributing Drupal Theme
Design by WeebPal.