BOSMANS-LEEKENS - Limburgs glorie

Beverlo – Beverlo is een gemeente in de neus van Limburg. Kort na de Belgische onafhankelijkheid werd er een belangrijk militair kamp opgericht dat het Kamp van Beverlo genoemd werd. De jonge staat België voelde zich door Nederland bedreigd en er moest zo snel mogelijk een legermacht dichtbij de grens in het leven geroepen worden. De burgers die later in het kamp werkzaam waren moesten zich in de buurt van het kamp vestigen (Bourg-Léopold) en daaruit is het latere Leopoldsburg ontstaan. Na het afschaffen van de militaire dienst werd ook het Kamp van Beverlo gesloten. Sinds de fusie behoort Beverlo voortaan bij Groot-Beringen.

Meer vredelievend was het ontstaan van de tandem Bosmans-Leekens in Beverlo. Marc Bosmans en Dirk Leekens sloegen in 2013 de handen in elkaar en in “no time” bestormden ze de ladder van het succes. Nationale overwinningen, nationale kampioenschappen en een Olympiadeduif vielen ten prooi aan deze ambitieuze tandem. Hoog tijd om deze mannen een bezoekje te brengen.

Marc Bosmans

Marc Bosmans begon op zijn dertiende met sierduiven maar schakelde al vrij snel over op reisduiven. Pa was geen duivenmelker maar op aanmoediging van de buren ging hij al vrij vlug volledig zelfstandig met de duiven spelen. In die jaren werd nog een “peter” aangeduid en Jef Beysen, Lommel, een melker met vooral Van Sweefelt-duiven op de kooi, kreeg die taak toegewezen. Na enkele jaren “peterschap” kon Marc al vrij goed zijn plan trekken in de duivensport en vader en grootvader hebben hem altijd financieel goed gesteund.
In die periode had Marc een zeer goede duif die luisterde naar de naam “De Rosse” 725/80. De buurman, die ook duiven had, kwam eerst bij Marc de duiven “letten” en wanneer “De Rosse” thuis was ging hij naar huis om zijn eigen duiven te constateren. Marc heeft toen enkele jaren goed gespeeld maar er kwamen amoureuze interesses om de hoek kijken en de duivensport geraakte op het achterplan.
In 1989 is Marc getrouwd en werd het huis gekocht waar hij nog steeds woont. In 1992 werden de duivenhokken gebouwd. Marc heeft ook nog zes jaren in de mijn van Beringen gewerkt tot die in 1990 gesloten werd en daarna verdiende hij zijn boterham bij RBB in Tessenderlo. In de jaren 1994-1995 speelde hij vitesse, halve fond en fond en presteerde voortreffelijk. Maar eind jaren negentig ging de duivenliefhebberij bergaf en werd het een beetje aanmodderen tot hij Dirk Leekens ontmoette. Hij had gehoord dat Dirk in 2012 met de duiven zou stoppen en er werd eens gebabbeld. In 2011 kwam een ronde jongen uit de beste duiven van Dirk naar Beverlo en een nieuwe tandem was in de maak.

Dirk Leekens

Dirk Leekens is bij vader Thieu met de duiven begonnen als manusje-van-alles. Vanaf zijn 9 jaar was hij met duiven doende en toen hij 12 jaar werd had hij reeds zijn eigen hok in Waterschei. Zijn hobby was vooral bij kampioenen gaan kijken naar de duiven (Rik Vrancken, Frans Stoces, Jan Bollen) en luisteren naar de duivenwijsheid die ze te vertellen hadden. Heel de familie Leekens en ook de nonkels langs moederszijde speelden met duiven en zo kreeg Dirk de duivensport met de paplepel ingegeven.
In 1981 verhuisde Dirk naar As waar hij als “Kapper Dirk” aan de kost kwam. Daar werd een hok gezet en tussen het haar knippen door was hij met zijn duiven bezig. Via Jos Thoné en Jan Hermans is hij dan in de internationale duivensport beland. Het jaar 1992 was voor hem een superjaar en hij won alles wat er te winnen was. Hij won de Europabeker in 1992 en won de kampioenschappen in alle kranten en had overal asduiven. “Milton” en “Goldwing” waren de drijvende krachten achter zijn succesvolle kolonie.
In 1992 is hij dan verhuisd naar zijn huidige woonplaats en hij ging op hetzelfde elan verder. Hij won 1e nat. Brive tegen meer dan 10.000 duiven. Hij schitterde met o.a. 3e, 4e en 5e nat Brive en won ook nog de 2e nat. Brive. Hij heeft in totaal 5x 1e provinciaal Brive gewonnen. Hij verzamelde 13 provinciale overwinningen en werd 1e nat. kampioen KBDB jonge duiven. 
Maar Dirk had een geweldig druk leven ! Hij gaf les aan kappers, deed duivenverkopingen en had ook nog zijn eigen zaak. Zijn eigen duivenliefhebberij moest steeds tussendoor gebeuren. Na 42 jaar dienst gaat hij op 31 december 2018 stoppen als kapper. Maar hij gaat verder in de duivensport.

Bosmans-Leekens anno 2013

In 2012 werden er “proefvluchten” gedaan met wat er nog bij Marc op het hok zat aan duiven. Op een keer kwam de voorzitter van de maatschappij achterom kijken hoe de mannen gepakt hadden. Zij hadden nog geen enkele duif gezien en hij had zijn klok vol. Toen werd er een dure eed gezworen...”dat nooit meer !” Alle duiven werden daarna opgeruimd en er werd een begin gemaakt met de aankoop van een nieuwe basis.
De duiven van Dirk Leekens vormden de eerste basis. Bij een nonkel van vrouw Marijke werd stamvader “Lucky Luke” gehaald. Deze klepper had de 1e prov. Orléans, 1e reg. Bourges en 1e Chimay op zij palmares. Het was een chique “grizzle” (grijs) van 1997 met in zijn afstamming Karel Schellens, Kessel; Louis De Leus, Boortmeerbeek en Albert Iwens, Bonheiden. Hij leeft nog altijd en mag op het hok sterven.
Ook “Milton”, lijn Huyskens-Van Riel, werd een stamvader en “Vader Milton” werd gekocht bij Pierke Dreesen, Houthalen.
Ze stonden ook op de drempel bij Pros Roosen, Kermt en daar werden afstammelingen gekocht uit de “Nationaal”, de “Freddy” en de “Prins”. Bij Dirk Van Dyck, Zandhoven werden een zoon en een dochter gehaald uit de “Kannibaal”. De zoon bevrucht nog en die zit bij een vriend in Italië en die brengt Dirk ieder jaar nog enkele jongen mee. Bij Etienne Stassen, Dilsen-Stokkem werd “Olympic Triple” aangekocht die Olympiadeduif was in Poznan, Polen in 2013. Een dochter werd Olympiadeduif Brussel in 2017 en was ook 1e Prov. asduif halve fond in 2015.
En Marc en Dirk toverden heel wat fraais uit hun hoed ! Ze wonnen 1e nationaal Chateauroux (2014), 1e nationaal Argenton (2017) en wonnen 2e nationaal Tours (2014) en 2e nationaal Limoges (2018). Ze werden 2e nationaal kampioen jaarse Kleine Halve Fond (2015). Ze schreven 18 provinciale zeges en 7 zonale overwinningen op hun palmares en hadden een Olympiadeduif “Allround” in Brussel (2017).

Alleen duivinnen op weduwschap

Marc en Dirk kwamen aan de start van het seizoen met 83 duivinnen op het weduwschap, 200 jonge duiven en 60 koppels kwekers en “onderleggers”. Tot en met 2017 werd het totaal weduwschap gespeeld en het waren de duivinnen die uitblonken. In 2018 werd er niet meer met doffers gespeeld. Het spel met duivinnen is veel gemakkelijker zeggen Marc en Dirk in koor. ‘s Morgens om 5.30 u komen de dametjes los en trainen vrij snel 1,5 u. Het binnenroepen gebeurt eenvoudig, snel en probleemloos.
Er was één hok met rollen op de bodem en daar werd er onderling niet gepaard. Op de andere hokken zijn er roosters en daar durfden er wel duivinnen met elkaar aanspannen. Daarom moest Marc regelmatig ingrijpen en de duivinnen van hok wisselen. In 2019 zullen alle hokken met rollen uitgerust worden.
Tijdens de winter komen de duiven niet los wegens het gevaar van roofvogels. De trainingen starten in februari en de vliegploeg komt iedere week zo’n drie keer los. Begin maart wordt er reeds 1,5 u getraind.
Vanaf begin januari krijgen de duivinnen eenmaal per week hun partner gedurende één dag te zien maar ze mogen geen nestje bouwen. Het met mondjesmaat samenkomen van de twee partners duurt tot eind februari tot ze elkaar goed kennen. Half maart wordt er gestart met opleren en de duiven worden 5x weggevoerd. Daarna worden ze niet meer tussendoor weggebracht. De duivinnen worden gespeeld op alle nationale vluchten tot 800 km.
Er zijn slechts 36 doffers voor de 83 duivinnen. De duivinnen krijgen een rood, groen of geel ringetje aan de poot en zo kunnen de dametjes in een beurtrol bij de doffers komen. Iedere doffer heeft meerdere duivinnen en dat stimuleert de onderlinge na-ijver. 
In het begin van het seizoen moeten de duivinnen de mand in zonder dat ze hun partner gezien hebben. Bij de inkorving van de nationaals komt iedere “ploeg” duivinnen ongeveer een half uur samen met de doffers en gaat daarna in de volière waar ze nog kunnen eten en drinken vooraleer ze in de mand gezet worden.
De doffers hebben een vaste woonbak op het hok. Er wordt naar afwisseling gezocht en soms zitten de doffers half bak, soms krijgen doffer en duivin de ganse bak ter beschikking en soms krijgen ze ook een nestschotel. Variatie brengt leven in de brouwerij !
Bij aankomst van een wedstrijd lopen de duivinnen in de gang voor de hokken en kunnen er eten en drinken. De meeste duivinnen hebben zich volop gegeven en hebben niet direct behoefte aan een doffer. Willen ze toch mannelijk gezelschap dan kan er ook nog liefde door de tralies van de schuifdeuren. ‘s Avonds wanneer de duivinnen wat gerecupereerd zijn dan komen ze wel bij hun partner. Hetzelfde principe als bij de inkorving wordt gehanteerd en de duivinnen komen om beurten bij hun doffer. Marc en Dirk willen zeker geen chaos-toestanden creëren. 
Eenmaal Bourges op de affiche staat worden de duivinnen om de twee weken gespeeld. Recuperatie is belangrijk, er wordt aan opbouw gedaan naar de volgende inkorving toe en er kan eventueel een medische behandeling ingepland worden. Tussendoor een vluchtje uit Momignies kan ook nog maar dan komen de partners niet samen. Na afloop van het seizoen trekken de beste duivinnen nog een koppel late jongen groot.

200 jonge duiven

Er wordt in 3 rondes een ploeg van 200 jonge duiven gekweekt. De jongen worden verduisterd vanaf 1 april tot 21 juni. Er wordt bijgelicht tot einde seizoen. Er is licht op de hokken van 5u ‘s morgens tot 11 u ‘s avonds.
Er wordt gestart met opleren wanneer de jongen goed trekken. In 10 à 15 etappes wordt de jonge bende weggevoerd tot 20 km. Daarna wordt het 2x Mettet, 3 à 4x Momignies, 2x Soissons, Sourdun, Gien en na Bourges alle nationaals. Na Sourdun wordt de schuifdeur ingevoerd en komen er kartonnen dozen op de vloer. Bij de inkorving komen doffers en duivinnen 1 u samen en gaan daarna de mand in. Bij aankomst van een wedstrijd blijven de partners samen tot ‘s anderendaags want het is de bedoeling dat ze het systeem goed leren kennen. De jonge duiven trainen 1x daags na de duivinnen. Het spel met de jonge duiven is in Beverlo niet prioritair maar toch werden er in 2018 veertien eerste prijzen behaald.

Voeder Vanrobaeys

Marc en Dirk stellen hun vertrouwen in de mengelingen van Vanrobaeys. Wanneer de duiven thuiskomen van een wedstrijd krijgen ze dezelfde mengeling als degene waarmee ze vertrokken zijn. Het wordt op zaterdag en zondag “Dynamic” (sport) + Energy. In het drinkwater zijn er elektrolyten en suikers.
Vanaf dinsdag wordt het “Relax”, dit is een lichte mengeling, en die wordt verstrekt tot 3 dagen voor de inkorving. De laatste drie dagen wordt het dan “Dynamic” + Energy + koolzaadolie en pinda’s en walnoten.
Na aankomst van een wedstrijd worden er maandag, dinsdag en woensdag aminozuren gegeven. Er gaat ook darmconditioner over het voeder. Op het einde van het seizen wordt er bijgestuurd met vitamines. Twee tot drie keer per week gaat er biergist en koolzaadolie (5 liter per jaar) over het voeder. “Cédé Duif” of dierlijke eiwitten worden tijdens het vliegseizoen tweemaal per week verstrekt. Tijdens het kweekseizoen gebeurt dat elke dag.

Medisch Vandersanden

De dierenarts van dienst is Ferdi Vandersanden en tijdens het seizoen gaan Marc of Dirk wekelijks op consultatie. Voor aanvang van het vliegseizoen worden de duiven zuiver gezet van trichomonas. Tijdens het vliegseizoen worden de “gele druppels” gebruikt. Bij de inkorving gaat er een druppel in neus of bek.
Tegen luchtweginfecties werd er bij de oude duiven niks ondernomen. Er was alleen een behandeling bij de jonge duiven die last van “one eye cold” hadden. Oogdruppels worden in principe ook niet toegediend.

Hokken op roosters

De duiven krijgen onderdak op 38 m1 tuinhokken die opgetrokken zijn in Ytongsteen. Deze zijn onderverdeeld in 3 compartimenten voor de doffers, 3 voor de duivinnen, 7 voor de jonge duiven en 2 voor de kweekduiven. Het zijn hokken met een hoge zolder en de verluchting gebeurt via een verluchtingsstrook van 1,8 breed boven de gang voor de duiven. De verluchting is regelbaar met schuiven maar die worden praktisch nooit gebruikt.
De vloer van de hokken bestaat uit roosters en er liggen ook roosters in de woonbakken. Wanneer de duiven in de korven zitten wordt er wat bijkomend gepoetst. Ook de putten onder de roosters worden regelmatig gereinigd. Ieder jaar staat er een grote kuis gepland en zelfs de zolder wordt stofvrij gemaakt. De duiven krijgen iedere dag een verse drinkpot en ook de eetbakken worden iedere week afgewassen.
Om de duiven binnen te jagen wordt een dun stokje gebruikt. De melker gebruikt best niet zijn handen anders worden ze bang van die handen die hen daarna moeten vastnemen. Ook de radio speelt op de hokken en dat brengt rust onder de duiven. En tijdens het vliegseizoen krijgen de duiven op maandag een douche. 

Topkweker “Olympic Triple Ace”

Een topkweker bij Bosmans-Leekens is ongetwijfeld “Olympic Triple Ace” B11/5142219. Hij werd vader van :

• “Triple 021” B14/2090021 met op haar palmares 59e nat. Montlucon 16.982 d, 69e nat. Guéret 16.662 d, 10e semi-prov. Chimay 2.769 d, 194e nat. Montlucon 9.462 d, 6e Sourdun 101 d, 81e nat. zone Argenton 2.461 d, 9e Sezanne 266 d, 91e nat. zone Chateauroux 2.030 d, 85e nationaal Bourges 7.479 d.
• “Triple 022” B14/2090022 met op haar palmares 5e semi-prov. Sourdun 1364 d, 1e semi-prov. Laon 914 d, 79e nat. Montlucon 9.462 d, 21e nat. Chateauroux 22.818 d, 278e nat. Argenton 27.267 d, 173e nat. Bourges 14.497 d.
• “Triple 026” B14/2090026 met op haar palmares 3e prov. asduif KBDB jonge duiven halve fond, 1e prov. Chevrainvilliers 4.955 d (snelste van 8.308 d), 51e semi-prov. Sourdun 2.245 d, 20 prov. Chevrainvilliers 3.110 d, 9e semi-prov. Sourdun 1.994 d, 2e semi-prov. Sourdun 319 d, 2e semi-prov Sourdun 721 d, 34e semi-prov. Vervins 2.100 d, 16e semi-prov. Trelou 1.222 d, 30e prov. Gien 4.718 d, 9e prov. Gien 3.871 d, 77e prov. Sourdun 6.659 d, 25e semi-prov. Montargis 1.127 d, 70e prov. Gien 1.913 d, 60e nat. Bourges 7.479 d.
• “Triple 027” B14/2090027 “Olympic Triple Nena” met op haar palmares Olympiadeduif Allround Brussel 2017, 1e prov. asduif KBDB halve fond, 2e nat. asduif “Gouden Veer” jaarlingen 2015, 2e semi-prov Sourdun 1.406 d, 2e semi-prov. Sourdun 721 d, 5e semi-prov. Montargis 1016 d, 13e prov. Gien 3.068 d, 11e prov. Gien 4.718 d, 3e semi-prov. Sezanne 1.137 d, 5e semi-prov. Montargis 1.016 d, 18e semi-prov. Chimay 1.811 d, 43e semi-prov. Chimay 1.516 d, 16e semi-prov. Montargis 1.127 d, 17e prov. Gien 1.317 d, 25e interprov. La Souterraine 896 d, 60d prov. Gien 3.836 d.
• “Triple 028” B14/2090028 met op haar palmares 3e semi-prov. Sourdun 1.884 d, 5e prov. Sourdun 2.314 d, 5e semi-prov. Sens 1.351 d, 34e semi-prov. Sourdun 1.050 d, 51e semi-prov. Sourdun 1.319 d, 7e prov. Gien 1.317 d, 26e nat. Argenton 8.003 d, 4e semi-prov. Sourdun 721 d, 44e nat. Argenton 13.730 d, 7e semi-prov. Sourdun 319 d, 21e prov. Chevrainvilliers 4.955 d.
• “Triple 029” B14/2090029 met op haar palmares 25e semi-prov. Chimay 2.102 d, 3e semi-prov. Montargis 1.016 d, 6e semi-prov. Vervins 562 d, 17e nat. Bourges 14.496 d, 12e prov. Chevrainvilliers 4.955 d, 71e prov. Gien 2.263 d, 159e prov. Gien 4.297 d, 64e prov. Bourges 1.146 d, 18e semi-prov. Sezanne 1.137 d, 18e semi-prov. Sourdun 319 d, 23e semi-prov. Sourdun 721 d, 44e semi-prov. Sourdun 2.314 d, 168 nat. Argenton 13.730 d.