STICKERS-DONCKERS – 1e Nat. Kampioen Snelheid jaarse

Liefhebber: 

Duivensport van de 21ste eeuw is “big business”, maar voor het overgrote merendeel van de liefhebbers is het enkel een leuke hobby. Anno 2015 mag je stellen dat onze sport gedomineerd wordt door professionelen en semi-professionelen.

 Vooral op de nationale uitslagen van de zware halve fond moet je niet lang zoeken om daar talloze voorbeelden van te vinden. Jan met de pet en de kleine korf sterft een langzame dood. De liefhebber die zijn hele leven uitsluitend op de snelheid heeft gespeeld, is aan zijn laatste adem toe. Alle sporten evolueren en als we in het voetbal de budgetten van de topclubs bekijken, dan weet je meteen waar Abraham zijn mosterd vandaan haalt. Ze bieden de supporters spektakel. Hun topspelers als Messi, Ronaldo... zijn godenkinderen en lokken het volk massaal naar het stadion. De jongerengeneratie van deze eeuw kickt op sensatie. De tendensen van de tijd kan je niet veranderen en zonder het zelf te willen, wordt je langzaam maar zeker meegesleurd door de stroom. Zelfs de zeventigers van onze tijd weten de veilingsites op internet te vinden en als ze in deze donkere maanden op zondagvoormiddag in het lokaal samenscholen, hebben ze het vaak over de hallucinante bedragen die er geboden worden voor pluimbollen en papieren duiven die nog niets hebben bewezen. Absurd? Ja, maar wie er voordeel uithaalt, die denkt daar helemaal anders over.

Het team Stickers-Donckers uit Lille speelt hoofdzakelijk snelheidsvluchten en de laatste jaren wordt er met mondjesmaat deelgenomen aan de hafo-wedstrijden. Dirk Donckers is de manager van het team. Naast Dirk maken ook zoon Seppe, Gust Stickers en Cindy Van Vugt er deel van uit. Ze vullen elkaar perfect aan en ieder voert de opgelegde taken gewetensvol uit. De neuzen staan in dezelfde richting en in een “winningteam” heeft de coach het zelden moeilijk. Het team heeft ook dit jaar weer lelijk huisgehouden in het Tienverbond. De nationale titel en de 7 andere noteringen in de nationaal kampioenschappen zijn daarvan een levendig bewijs. Ook voor de Olympiade 2015 in Budapest heeft het team zijn ticket op zak. In de provinciale kampioenschappen haalden ze 6 keer het podium. Het geld is op 10 jaar tijd zo goed als van de uitslagen van het Tienverbond verdwenen, maar voor de toppers staat daar heel veel tegenover. Stickers-Donckers, the King of Sprint from Belgium, kan er over meespreken. Alles in hun leven ademt duivensport in en uit.
 Op sportief vlak is het team, voor zover ik weet, enig in zijn soort. Ze korfden dit jaar 3005 duiven in en wonnen hiermee 2028 prijzen. Ze wonnen niet minder dan 56 eerste prijzen. Dirk is niet onder de indruk van hun eigen prijzenpercentage: 67,5 %. Dat is een flink stuk lager dan we al gewend waren, zegt hij. De jonge duiven deden het de eerste periode niet zoals we ons hadden voorgesteld en vooral toen we goed bezig waren, werden de successen net niet lang genoeg aangehouden. We gaan proberen bij te sturen en hebben enkele hokken aangepast. Zo is Dirk, hij is recht voor de raap en zegt waar het op staat. Als het goed is, mag iedereen het weten. Dat het niet allemaal volmaakt is, beseft hij als geen ander en daar schaamt hij zich niet voor.

 Wie een prijzenpercentage haalt van 50 % heeft volgens Dirk niet slecht gespeeld. Maar wees eerlijk, als je tal van kopduiven wint, bewijst dit toch dat je de forme op je hok hebt. Op zo’n dagen spelen we hier 80 tot 100 % prijs. Dat is pas echt met de duiven spelen. Voor minder gaan we niet. Het seizoen telt hier zo’n 70 vluchtdagen en het gebeurt vaak dat we op dezelfde dag op 3-4 verschillende plaatsen gaan inkorven voor Quiévrain. De oude duiven vliegen 35 tot 40 wedstrijden op één seizoen, de jongen 25 tot 30. We hebben dit jaar in meer dan 25 verschillende gemeentes in de omtrek aan de weekprijskampen deelgenomen. Vaak met heel veel succes en een enkele keer gingen we op onze bek. Ook Barcelona en Real winnen niet iedere wedstrijd. Sport is winnen en verliezen, maar we gaan steeds voor de overwinning. In elke sport en op elk niveau genieten de winnaars van hun succes. Elke overwinning is een beloning voor de inspanningen die het hele team hier iedere dag van het jaar levert. Hokken onderhouden, duiven verzorgen, veelvuldig opleren, meer dan 100 keren gaan inkorven in de hele omtrek, klokken binnenbrengen, administratie bijhouden,... er is altijd werk aan de winkel. Dat wordt door velen onderschat. Moest daar niets tegenover staan, dan kun je dat niet volhouden.
 Vorig jaar won het team de “Gouden Duif”. Hugo maakte een uitgebreide reportage over de winnaars. Ook wij waren in een recent verleden al meerdere keren voor een reportage op bezoek bij Gust en Dirk

Dirk, valt er hier eigenlijk nog nieuws te rapen?

 We hebben net het warmste jaar achter de rug en we hopen dat het in 2015 nog heter en beter wordt. Die ambitie is er in ieder geval. Het kweekhok is het kloppend hart van iedere kolonie. De Wonderboy en acht van zijn kinderen nemen er een belangrijke plaats in. Jackpot, Kleine Olympic Blauwe en Miss Hafo waren dit jaar de absolute toppers op de vlieghokken. Enkelen van hun jongen waren zo veelbelovend dat we er geen enkel risico mee willen nemen en ze op het kweekhok hebben geplaatst. Daar zitten enkel duiven met een indrukwekkend palmares, aangevuld met een aantal duiven die volmaakt in de hand liggen en afstammen van het beste van het beste. Dit seizoen hebben we 35 kweekkoppels waaronder 7 nieuw gevormde paren. Ze werden 24 november gekoppeld. De eerste eieren werden verlegd onder de voedsterkoppels. Die voedsterkoppels dienen tijdens het vluchtseizoen als partner voor de vliegduiven. De tweede leg werd onder vliegduiven geschoven die voorlopig nog geen echt palmares hebben. Voor de 3de leg kregen 5 duivers een andere duivin. Die 3de ronde brengen de kwekers zelf groot. Bij de overige vliegduiven wordt best x best gekoppeld en die jongen zijn in 2015 eveneens voor eigen gebruik. Er werden 200 ringen gehaald en die zullen ongeveer opgebruikt zijn als al die vroege jongen een ring om hun pootje hebben. Daarmee is de kweek voor eigen gebruik afgerond. De jongen uit de kweekduiven worden geringd volgens geboortedag. Er komen per hok zo’n 25 jonge duifjes. Hok 1 telt alle ringen van 1 tot 25 en ze verschillen dus amper van leeftijd, op hok 2 zitten de nummers 26-50, enz. De jongen uit de vliegduiven krijgen ringen aangeschoven die bij het laatste nummer beginnen. Vanaf 200 en dan in dalende lijn. Waarom handel je zo? Ik wil elke duif die hier zit uit mijn hoofd kennen. Dat lukt misschien niet voor 100%, maar het gaat toch die richting uit. Nu er binnenkort 200 jongen gespeend worden is dat een hele klus, maar neem maar aan dat ik van de vroegst gespeenden er al een flink aantal ken tegen de tijd dat de laatste jongen gespeend worden. De eerste weken na het spenen zijn we constant bezig met het leren kennen van onze duifjes. Het is de periode die ongetwijfeld van cruciaal belang is om een goede band met je duiven te creëren. Eens die band er is en ze gewend zijn om overal “gepakt” te worden, loopt het als vanzelf. Ook als ze over enkele weken vanop de valplank de omgeving leren kennen, worden ze voortdurend in de hand genomen en terug gezet. Zo lang ze buiten vertoeven, zijn we er nagenoeg constant mee bezig. We geloven dat zoiets zinvol is en vooral Seppe vindt het een leuke bezigheid. Hij wil ze sneller kennen dan ikzelf. Dat zit misschien in onze genen, we zijn competitiebeesten in alles wat we doen.

Voor 2015 hebben we een vliegploeg samengesteld die bestaat uit 41 duivinnen en 44 duivers. Het zijn 25 oude en 60 jaarduiven. Na de winterkweek worden ze niet meer herkoppeld. In het vluchtseizoen leven we van wedstrijd naar wedstrijd. Daar is het soms noodzakelijk van je planning wat aan te passen. Vluchtomstandigheden en forme heb je niet (helemaal) in de hand. We wachten op de eerste lentedagen om met de trainingen te beginnen. Het seizoen start normaal het 3de weekend van maart. We doen mee, maar met hoeveel hangt vooral af van de weersomstandigheden. In 2014 was het een ideale start. We hadden hier in het Tienverbond de laatste week van maart 2420 duiven in wedstrijd. Wanneer we 2 weken later ook uit Noyon speelden, zakte het aantal duiven op Quiévrain gevoelig. De mooiste wedstrijden met de meeste duiven hadden we dus in maart, maar ze telden voor geen enkel kampioenschap mee. Natuurlijk ben je in het voorjaar afhankelijk van de omstandigheden. Maar wie doe je er kwaad mee door die uitslagen mee te laten tellen? Criteria opstellen voor kampioenschappen die bij iedereen in de smaak vallen is onmogelijk. Hierbij echter rekening houden met de basis en de specifieke eigenschappen van het snelheidsspel kan helpen om het tevredenheidsgevoel bij de liefhebbers te verhogen. De criteria zijn vooraf gekend en we passen ons aan. We zullen zeker ons best doen om ons niet in het hoekje te laten drummen. We willen in de eerste plaats op iedere vlucht zo goed mogelijk presteren en de rest volgt dan vanzelf.

 Nu jullie al meer dan 10 jaar lang het meest gelauwerde hok van België op de snelheid zijn, ga ik ervan uit dat jullie er alles van afweten. Klopt dat?

 Niet akkoord. Ook wij maken fouten en proberen ieder jaar nog bij te leren. Een tip?
 In het verleden gingen een aantal (goede) duiven verloren bij vluchten met (na)middaglossingen. Het was een jaarlijks weerkerend fenomeen. Dat kon toch geen toeval zijn. We verloren zelfs merkelijk meer duiven dan de doorsnee liefhebber. Dat op zich was bijzonder merkwaardig. Dat hield me soms een nachtje wakker. In 2014 werd het anders. Ik geloof dat door die late lossingen het inwendig kompas van de duiven in de war was en gezien we onze duiven trainen op een snelle start op de lossingsplaats liep het bij zo’n vluchten serieus fout. Ik ga er steeds vanuit dat je dieren heel veel kan leren. ’t Is vaak de melker die het verkeerd aanpakt. We hebben dat proberen op te lossen door de duiven te trainen op latere lossingen. Beetje bij beetje. Dit jaar werden de duiven haast iedere week op vrijdagnamiddag in Vilvoorde (40 km) gelost. Met de duiven die op vrijdag voor de halve fond werden ingekorfd, deden we dat op donderdag. De oude duivinnen op de halve fond vlogen nooit beter dan in 2014 en de verliezen bij oude en jaarlingen waren veel minder erg dan in het verleden. Je kan niet zwart op wit bewijzen welk verschil zo’n verlate trainingsvluchtjes tot gevolg hebben, maar het leek in 2014 zijn efficiëntie te bewijzen en we zullen het in 2015 op dezelfde manier doen.

Nog een tip?

 Ik wil nog een vooroordeel uit de wereld helpen. Jonge duiven ophalen die verloren gaan aan huis of van de eerste leervluchtjes of wedstrijden elders binnenlopen is echt verloren moeite. Daar klopt echt niks van. Als jonge duiven voor de eerste keer in een massalossing terechtkomen, gaan er nogal wat verloren. 10% verliezen is in dat geval zeker niet ongewoon. Dit jaar was het hier erger. We kregen die week na de eerste vlucht 7 telefoons van mensen die een verdwaald duifje hadden opgevangen. Die werden allemaal opgehaald. Achteraf blijkt dat van die 7 er toch 5 bij zijn die een mooi palmares bij elkaar vlogen tijdens de volgende weken en maanden. De Witring van 2003 was een vliegwonder. Haar nestzuster is nog steeds één van onze beste kweekduivinnen. Zij liep als jonge duifje op 3 verschillende plaatsen binnen en we hebben haar telkens opgehaald. Zo’n dingen blijven bij. Ook de Wonderboy was zo’n verloren schaap. De eerste maand na het spenen ging hij steevast bij de buren op de nok zitten. Wanneer zijn hokgenootjes al enkele weken vlot rondtoerden had hij nog geen 100 m gevlogen. Ergerlijk. Toen hij dan toch een keer aanzette en meevloog, ging hij verloren. Enkele dagen later belde Dirk Leysen uit Lichtaart dat hij een duifje van ons had opgevangen. Cindy woont daar niet ver vandaan en heeft het opgehaald. Hij verbleef enkele dagen in de ren en werd daarna terug op het hok gezet. Hij trainde van dan af normaal mee. Later werd hij omgedoopt tot de Wonderboy omwille van zijn sensationele uitslagen. Ook als vererver is hij bijzonder waardevol op het kweekhok. Voor ons telt alleen de eigen ervaring. Moesten we enkele jaren vaststellen dat die teruggehaalde duifjes er daarna ook nog nauwelijks iets van terechtbrachten op de vluchten, dan zouden we het ons gemakkelijker maken. We rijden hier geen kilometers voor ons plezier. We doen het enkel omdat we geloven dat het zinvol is. En de resultaten van onze duiven moedigen ons aan om zo verder te doen.

KAMPIOENSCHAPPEN 2014

1e Nationaal kampioen KBDB jaarse snelheid
2e Nationaal kampioen KBDB oude snelheid
3e Nationaal kampioen KBDB oude kleine halve fond
3e & 12e asduif KBDB jaarse snelheid
13e & 15e asduif KBDB oude snelheid
16e Nationaal kampioen KBDB jonge snelheid

1e Provinciaal kampioen Antwerpen oude snelheid
3e Provinciaal kampioen Antwerpen jonge snelheid
3e Provinciaal kampioen Antwerpen kleine halve fond
3e Provinciale asduif Antwerpen snelheid oude
2e Provinciale asduif Antwerpen snelheid jonge
1e Provinciale asduif Antwerpen kleine halve fond oude

Eindwinnaar Hafo Sport 4 oude Hafo Turnhout 2014
2e Asduif oude Hafo Turnhout 2014
1e Kampioen Oude Hafo Turnhout 1e & 2e getekende 2014

Algemeen kampioen Tienverbond Quievrain 2014
1e Kampioen Jaarse Quievrain 1e & 2e getekende Tienverbond 2014
Algemeen kampioen Tienverbond Noyon 2014
1e Kampioen Oude Noyon 1e getekende Tienverbond 2014
1e Kampioen Oude Noyon 1e & 2e getekende Tienverbond 2014
1e Kampioen Jaarse Noyon 1e getekende Tienverbond 2014
1e & 2e Asduif oude snelheid Tienverbond 2014
1e Asduif jaarse snelheid Tienverbond 2014

Dirk, jullie spelen nog steeds het klassieke weduwschap en de jonge duiven worden niet verduisterd en je speelt ze op nest. Loop je niet wat achter op de concurrentie?
 Terwijl ik dat zeg perst Dirk de lipjes op elkaar en kijkt me doordringend aan en slaat terug. Jullie maken iedere week de uitslagen op van het Tienverbond. Bekijk je die en lopen wij achter? We hebben het hier door de jaren heen allemaal uitgeprobeerd. We gaan ervan uit dat duivers en duivinnen op weduwschap gemotiveerd zijn om bij hun partner te zijn. Als ze van een vlucht thuiskomen, zit de partner te wachten. Gemotiveerde duiven stormen toch niet binnen om in een lege bak te gaan zitten. Hier worden de partners voor de inkorving niet getoond, maar als ze thuiskomen krijgen ze een warme ontvangst. Dat is toch altijd de essentie van het weduwschap geweest en dat zal zo blijven. Na je werk thuiskomen in een kil en leeg huis of opgewacht worden door iemand die er goed uitziet en er zin in heeft. Wat vind jij het leukst?
 Verduisteren deden we in 2005 en daarna nooit meer. Dat was de grootste ontgoocheling van de laatste 15 jaar. We willen de goede getekenden vooraan op de uitslag. De 1ste prijs winnen met je 1ste getekende, dat is met de duiven spelen en dat geeft voldoening. En de eerste twee getekenden in de top-10 spelen is ook leuk want zo’n uitslag stippen we aan voor de nationaal kampioenschappen. We denken dat dit met duiven op nest gemakkelijker is, dan met duiven op de schuifdeur. Het tweede vraagt minder werk en de duiven trainen beter. Dan is iedere dag een leervlucht organiseren overbodig. Als alles goed zit, vliegen ze dan dagelijks 1 à 2 uren. Met nestduiven ben je verplicht te rijden, veel te rijden. Wij laten ze iedere week 2 keer Quiévrain vliegen en als het kan op maandag Vilvoorde, Mechelen,... We gaan liever elders inkorven dan ze zelf te gaan lossen. We hoeven niet goed te zitten, we willen ze leren uit de klad te komen. We gaan bijna steeds met de massa spelen. Het gebeurt regelmatig dat we het boeltje opkuisen en dat de klad over ons hok komt. Dat zien we graag. Onze duiven hebben de rest op sleeptouw genomen. Op zo’n momenten zit het echt goed en is het ook op zondag vaak bingo.

 Waarmee wil je de mensen verrassen in 2015?

 Mijne favoriet voor 2015 is de 2014/6215523 (Zoon Jackpot). Hij won uit Mechelen op een prijskamp in Beerse met 1,5 minuut voorsprong de eerste prijs tegen oude en jonge duiven samen. Wie dat kan, is gene gewone. Hij is als onze dorpsgenoot Wout Van Aert. De klasse druipt er van af. Je gaat er nog van horen.
 We willen in 2015 met een hele ploeg jonge duiven de halve fond spelen. In het samenspel Turnhout + Mechelen gaan er bij momenten 3-4000 jonge duiven bij elkaar komen. We hopen dat ze er ons in 2015 beter leren kennen.
 En wie heeft er al goede duiven van Stickers-Donckers?
 T. en F. Schäffer uit Hille (Dl) kocht hier in 2014 samen met zijn vriend de jongen van de vliegduiven. Ze verdeelden die onderling. Hij heeft ons alle uitslagen toegestuurd. In hun streek telt het programma voor jonge duiven slechts 6 vluchten van 146 tot 265 km. Hij speelde die 20 duiven op alle vluchten (1 duif nam 1 vlucht niet deel). Hij won hiermee in totaal 95/119 (=80 % prijs), 3 duiven wonnen 6/6, 13 duiven 5/6 en 2 duiven 4/6. Hij won 20 prijzen per 100-tal en 64 prijzen per 10-tal. Tegen 3748 duiven won hij 2, 3, 4, 5, 18, 19,... en tegen 4532 duiven 8, 9, 12, 16, 18,... Hij leeft op een wolkje sinds hij Stickers-Donckersduiven op zijn hok heeft. Zo zijn er nog. Maar zoals gewoonlijk zeker: niemand sant in eigen land of hoe zeggen ze dat?
 En nog een wens voor 2015?
 In 2013 werd Seppe aangereden door een autobus. Hij zweefde enkele dagen tussen leven en dood. Gust heeft al een hele tijd ernstige gezondheidsproblemen. Gezondheid en wat geluk: dat heeft een mens echt nodig. Ik wil het iedereen toewensen voor 2015.

Auteur: 

Zircon - This is a contributing Drupal Theme
Design by WeebPal.