PEETERS-VAN CROMBRUGGEN - Koning in Union Antwerpen

Liefhebber: 

Onderwerp: 

Nijlen- Nijlen is een gemeente tussen de Grote en Kleine Nete en was indertijd bekend als een echte diamantslijpergemeente en als een duivennest bij uitstek. Nu zijn er nog altijd 60 duivenmelkers waarvan de meesten de halve fond spelen. Jammer genoeg is er ook hier een sterke terugval van de duivensport.

We dachten even terug aan de glorierijke tijden toen de tandem Van Leest-Peeters er furore maakte. Nu heeft de tandem Peeters-Van Crombruggen de fakkel overgenomen en in 2018 werden ze met veel panache Koning in Union Antwerpen.

“Den Berre” zag dat het goed was !Van Leest-Peeters

Vader Robert Peeters, in de volksmond Berre Peeters, was reeds vanaf zijn tiende duivenmelker. Hij speelde samen met zijn vader onder de naam Peeters en Zoon. Hun hok was gevestigd boven de kruidenierswinkel “Het Kromhout” recht over de kerk van Nijlen. Ook langs moederskant was de duivensport ingeburgerd en grootvader Jos Van Leest speelde ook met duiven. In 1973 werd de tandem Van Leest-Peeters gevormd en zij speelden aan de Kapellebaan in Nijlen.
De basis van de kolonie werd in eerste instantie gevormd met duiven van Jos Van Leest. Bij het koppelen had hij 4 doffers op overschot en Berre bracht vier duivinnen mee. De vier paren trokken jongen groot en na de kweek werden ze opgeruimd. En wat bleek nu... deze jongen waren de beste van het hok maar de ouders waren al vertrokken naar de Eeuwige Jachtvelden. 
De nieuwe tandem was zeer succesvol en werd meerdere keren Algemeen Kampioen in Nijlen. Midden van de jaren tachtig werd de overstap gemaakt naar de halve fond. Met dezelfde duiven kenden ze eveneens succes op de 300 km-vluchten. Begin jaren negentig gingen ze nog een stap verder en werden ook de nationale vluchten aangepakt. Het was vooral de Bobby-lijn die hierop uitblonk.
Paul was al vele jaren met duiven doende maar in 1993 kwam hij, na een sportongeval op het voetbalveld, de tandem vervoegen en de successen volgden elkaar op. In 2001 wonnen ze de “Gouden Duif”, ze hadden de 2e Nat. Asduif halve fond met “James Bond”, ze werden Koning in Union Antwerpen en kroonden zich tot 1e Algemeen Provinciaal Kampioen Antwerpen.
Maar in 2007 kreeg vader Berre problemen met de gezondheid. Het werd toen een donkere periode voor zoon Paul toen vader in 2010 overleed.
In die periode werden er hokken gebouwd bij Paul achter in de tuin en er werd gespeeld onder de naam Peeters-Van Crombruggen. In 2008 zaten de eerste jongen op het hok. Er werd begonnen met voor 60% de basis Van Leest-Peeters (Bobby-lijn). Er werd een duivin gehaald bij Dirk Van Dyck, Zandhoven uit de lijnen “Kannibaal” x “Rambo” die luisterde naar de naam “Kara”. Er werd ook nog versterking gehaald bij Walter Roziers, Berlaar. In de loop der jaren kwamen er nog duiven bij van Willy Daniels, Kessel; Alfons Van de Wouwer, Nijlen; L-B-J Geerinckx, Wommelgem; Marc Heylen, Bouwel; Stevens-Luyten, Nijlen; Vercammen-Helsen, Nijlen en Danny Van Dyck, Pulle.
“De Nijper” van Alfons Van de Wouwer x een duivin van Van Leest-Peeters werden de ouders van stamdoffer “Squeezer”. “Annie II” van Willy Daniels x “Squeezer” (top kweekkoppel) werden de ouders van de toppers “Young Yoni” en “White Dream”. Deze bloedlijn is zeer belangrijk op het hok Peeters-Van Crombruggen en alle andere inbreng is hiermee verweven.

Vroege kweek met weduwnaars

Begin 2018 werd er gestart met een ploeg van 32 weduwnaars (16 oude + 16 jaarse), 15 duivinnen op weduwschap (partners thuis), 170 jonge duiven en 16 kwekers. Van begin september tot eind februari komen de duiven niet los in Nijlen.
Na het vliegseizoen trokken de weduwnaars nog een ronde late jongen groot. Begin december werden ze dan gekoppeld voor de winterkweek en trokken dan ook een vroege ronde jongen groot. Van de beste 5 koppels werden de eerste eieren verlegd. Vanaf het spenen van de vroege ronde tot midden april werden de weduwnaars verduisterd van 17 u tot 8.30 u. Er volgde geen tweede koppeling meer want volgens Paul doet dat de “forme” dalen. Begin april werd er alleen ‘s morgens getraind. Vanaf einde april kwamen de duiven tweemaal daags los.
Bij het opleren werden de weduwnaars een 4-tal keren met de wagen weggebracht vooraleer ze met de verenigingsmand op stap gingen. Wanneer de nationale wedstrijden op de affiche staan worden de weduwnaars 1x week (dinsdag) gelost op 65 km. Er wordt kleine halve fond, grote halve fond en fond gespeeld op hetzelfde hok. Wanneer er moet ingekorfd worden gaan de andere duiven buiten. Vanaf de halve fond wordt de duivin getoond bij de inkorving. Wanneer de laatste doffer de duivin in zijn woonbak krijgt wordt begonnen met de eerste in de mand te zetten. Bij aankomst van een wedstrijd blijven doffer en duivin minstens 1 u samen. Dat kan 3 à 4 u worden naargelang de thuiskomst van het baasje. Bij thuiskomst van een wedstrijd worden de andere duiven in hun woonbak opgesloten.

KAMPIOENSCHAPPEN

Koningschap Union Antwerpen
2015     2e Koning Union Antwerpen 
2016    3e Koning Union Antwerpen 
2017     3e Koning Union Antwerpen 
2018     KONING UNION ANTWERPEN 
 
Prov Kamp Antwerpen
2014     Algemeen Provinciaal Kampioen Antwerpen 
2017     2e Algemeen Kampioen Antwerpen 
 
Nationale Kampioenschappen
2015    4e Nationaal Kampioen HAFO Jonge 
    10e Nationaal Asduif HAFO Jonge 
    19e Nationaal Asduif HAFO Jonge 

2016    14e Nationaal Kampioen GROTE HAFO Jonge 
    17e Nationaal Kampioen HAFO Oude 

2017    16e Nationaal Kampioen HAFO Jonge 
    16e Nationaal Kampioen HAFO Oude 

2018     10e Nationaal Kampioen FOND Oude 
    14e Nationaal Asduif FOND Oude 
    18e Nationaal Kampioen HAFO Oude 
    19e Algemeen Kampioen 
 
2015 + 2016 + 2017 + 2018 : Algemeen Kampioen Bevel HAFO + FOND

Duivinnen beter op grote halve fond

Op het einde van het seizoen trekken ook de duivinnen een ronde late jongen groot. De duivinnen doen niet aan winterkweek uitgezonderd de beste drie duivinnen Zij worden met een kweker gekoppeld en de eieren worden onder andere duiven verlegd. Ook de duivinnen komen tijdens de winter niet buiten en zij worden op dezelfde manier verduisterd als de oude duiven.
Half februari worden de duivinnen dan gekoppeld. Zij krijgen de eieren van de kwekers ondergeschoven en brengen die jongen groot. De duivinnen worden op dezelfde manier opgeleerd als de weduwnaars en worden op dinsdag tussendoor weggevoerd.
Het trainen van de duivinnen is een echte ramp zegt Paul Peeters. “Ik krijg amper de tijd om de woonbakken te krabben. Ze vliegen voor geen meter maar presteren wel goed. Op de grote halve fond zijn ze zelfs beter dan de doffers. Op de kleine hafo en fond (+ 600 km) zijn de doffers dan weer de beste. Bij de inkorving komen de duivinnen ongeveer een half uur bij hun doffer. Bij aankomst van een wedstrijd blijven ze samen tot ‘s avonds.”

Jonge duiven niet prioritair

In drie rondes worden er 170 jonge duiven gefokt en die worden aan de ouderdom van 20 dagen gespeend. Doffers en duivinnen blijven samen en worden over drie hokken verdeeld. De jonge bende wordt verduisterd vanaf het spenen tot 10 juni. Daarna worden ze bijgelicht vanaf 21 juni tot einde seizoen.
Het opleren gebeurt in 10 etappes tot 40 km. Vanaf einde mei wordt er normaal op dinsdag een oefenvlucht voorzien vanuit Ittre (+/- 65km). Alle duiven zijn mee. Eerst komen de duivinnen los, 10 minuten later de weduwnaars en nog 15 minuten later de jonge duiven. Lutgart zorgt dan voor de propere hokken en omstreeks 11u zit de duivendag erop. De dag met het minste werk en “quality time”.
Vanaf 1 juli wordt de schuifdeur ingevoerd tot einde seizoen. Ik zou het liever anders doen zegt Paul Peeters. “Ik zou ze liever koppelen aan oude partners maar dat lukt me niet wegens tijdsgebrek. Ik werk nog “full time” of 37 u op vier dagen. Ik vertrek ‘s morgens om 6 u en ik kom ‘s avonds om 18 u thuis. Ik heb veel geluk dat mijn vrouw Lutgart een heel deel van de verzorging voor haar rekening neemt. Zij heeft alles moeten leren wat duiven betreft en ik zet ‘s avonds eten en drinken klaar + een briefje met onderrichtingen voor de volgende dag. Zonder haar zou onze duivensport heel moeilijk zijn.
Ik weet dat het spel met jonge duiven een specialisatie is en dat je er veel tijd moet in steken. Hier bij ons zijn de oude duiven prioritair en de jongen oppeppen met bvb. kartonnen dozen doen wij niet.”

Voeding en bijproducten

Oude duiven en jaarlingen worden in volle seizoen om de veertien dagen gespeeld. Bij aankomst van een wedstrijd krijgen de duiven sportmengeling in het voederbakje en er zijn elektrolyten in het drinkwater. Van zondag tot donderdag wordt het dan 50 % sportmengeling + 50 % dieet. Van vrijdag tot maandag wordt het sportmengeling. Van dinsdag tot donderdag van de tweede week wordt er overgeschakeld op sportmengeling + energierijke mengeling.
Ook de voedingssupplementen spelen een belangrijke rol. Op zondag en maandag gaat er Bronchovit of thee in het drinken. Op dinsdag is er Aminovit in het drinkwater. Op vrijdag wordt het dan Vita Duif, op maandag van de tweede week Herbo Elite Pigeon en op woensdag opnieuw Vita Duif.
Bij het binnenlopen na de avondtraining krijgen de duiven enkele pinda’s toegestoken. Elke week op donderdag worden de befaamde “gele druppels” verstrekt. Er gaat één soeplepel over 1 kg voeder. Oude duiven, jonge duiven en duivinnen volgen allemaal hetzelfde voederschema. 
Daarnaast wordt er ook heel veel grit gegeven. Om de twee dagen komt er verse grit op het hok. Vier verschillende soorten grit worden onder elkaar gemengd en er wordt nog extra zeewier aan toegevoegd.

De prima hokinstallatie in Nijlen.Medisch vinger aan de pols

In het najaar heeft de eerste behandeling tegen paratyfus plaats. Er wordt 10 dagen Parastop gegeven maar daarna wordt er niet ingeënt. In maart heeft dan de tweede behandeling van 10 dagen met Parastop plaats en dan volgt er wel een inenting. Dit geldt voor oud, jong en kwekers.
Tegen trichomonas zijn er twee vaste “kuren” via het drinkwater. Een eerste keer in december tijdens het broeden en na de tweede hafovlucht. In 2018 moest er half juli nogmaals behandeld worden tegen tricho. Tegen de luchtweginfecties wordt de week voor de eerste hafovlucht 5 dagen behandeld met Ornimix. Bij het inkorven worden er oogdruppels toegediend en ook na de trainingsvlucht op dinsdag. Bij de inkorving van een wedstrijd met twee nachten korf wordt een ASD-pil (Norbert Peeters) ter versterking van de immuniteit opgestoken. Afgelopen seizoen werd er tweemaal ingeënt tegen paramixo maar toch moest er afgerekend worden met een ernstige adeno-besmetting.

Strenge selectie

Paul Peeters : “Wij voeren een heel strenge selectie door op basis van uitslagen. We houden wel 3 of 4 jaarse aan op basis van hun afstamming. Van een oude duif en een jaarling verwachten we minimum 6 prijzen per tiental. Een jonge duif moet zich regelmatig klasseren en bij voorkeur op een nationale wedstrijd.
Op het kweekhok krijgen doffer en duivin gedurende twee jaar de kans om goede nakweek te geven. Gebeurt dat niet dan moeten ze vertrekken. De pedigree is hierbij niet echt belangrijk. Een nieuwe inbreng wordt op 8 jonge duiven beoordeeld.”

Prima tuinhokken

Er wordt gespeeld op 18 m tuinhokken die allemaal geïsoleerd zijn. Vanaf 2018 staan er bijna voor alle hokken volières. Meer zuurstof is het ordewoord. Op alle hokken ligt er een plankenvloer, behalve bij de oude duivinnen die op roosters zitten. De hokken worden ‘s avonds gereinigd en jaarlijks is er een “grote kuis” voorzien. Wel worden de hokken om de veertien dagen onder handen genomen met de gasbrander.
Er is een verluchtingsrooster in de voorzijde van het hok dat meestal gesloten blijft. Er is een verluchtingstrook voor en boven de duiven. Er komt elke dag vers water in de drinkpot en ieder weekend komt er een andere drinkpot op het hok.

De kweek

In het najaar worden de duiven ruimengeling gevoederd. In de aanloop naar de eerste koppeling komt er meer olie over de granen en wordt er hennepzaad, lijnzaad en zonnepitten aan de mengeling toegevoegd. De laatste veertien dagen voor de koppeling krijgen doffers en duivinnen licht op de hokken. Voorkoppelen is uiteraard aangewezen maar door tijdsgebrek doen wij dit niet aldus Paul Peeters.
Bij het koppelen is de enige maatstaf goed x goed. Er wordt aan lijnenteelt gedaan en grootvader x kleindochter kan om nadien te kruisen met een “vreemde lijn”.
Paul Peeters :” Duivenliefhebber worden... het zit gewoon in de familie. Wij hebben de mooie tijd nog meegemaakt. Ik probeer de ambitie van mijn vader te evenaren en als hij ons nu bezig ziet dan zou hij best tevreden en fier zijn.
Veel melkers zouden hun ego moeten op zij zetten om tot grotere samenspelen te komen. Ik ben tegenstander van het lossen in sectoren (smalle stroken) want dat maakt de duiven dommer. Ik ben wel voorstander van het zonespel. Ik ben daarentegen geen voorstander van inkorfbeperking en zie liever dat iedereen de vrijheid heeft om het aantal duiven in te korven dat hij verkiest.
Ik zou het wel goed vinden dat een liefhebber vooraleer het seizoen begint één vast lokaal kiest waar hij snelheid, halve fond en fond gaat spelen. Dan hebben we geen windspelers meer die telkens een lokaal kiezen waar ze in het voordeel spelen.”

Een paar toppers

  • “White Dream” B16/6206672 met 1e Chateauroux zone 5075 d / 2e nat. Chateauroux 18799 d, 401e nat. Bourges 20759 d, 562e nat. Chateauroux 14955 d, 33e nat. Argenton 11506 d, 172e nat. Bourges 28078 d, 273e nat. La Souterraine 16613 d, 597e nat. Chateauroux 14762 d. In 2016 4 op 4 nationale vluchten en 49e beste jonge duif van België Pipa.
  • Shadowman” B16/6206717 met 188e nat. Limoges 15789 d, 26e nat. Cahors 6356 d, 17e nat. Libourne 3167 d.

Auteur: 

Zircon - This is a contributing Drupal Theme
Design by WeebPal.