JELLE & PIETER ATEMA - Broers met een duif diep in het hart

Liefhebber: 

Noordbergum – Graag gezien zijn ze, deze vriendelijke, sympathieke en goedlachse broers uit Friesland. Iedereen die ze kent kan dat zonder aarzeling beamen. En veel mensen kennen ze, want je hebt veel kans dat je ze in en buiten het vliegseizoen ergens tegenkomt. Op beurzen, tentoonstellingen, verkopingen en prijsuitreikingen ontbreken ze zo goed als nooit. En een praatje maken in een aantal duivensportzaken, daarvoor hebben ze vaste gewoonten. Verknocht met duivensport als ze zijn. Ze wonnen de Gouden Duif Nederland in 1999 en 2001 en zijn van de meest trouwe bezoekers die de Gouden Duif-viering kent. En hard vliegen doen ze nog steeds. In 2018 en 2019 waren ze mee van de beste in de provincie en verrasten ze bijna wekelijks met vroege duiven en mooie series.

Niets buitengewoons

“Geheimen hebben we niet en die zijn er volgens ons ook niet,” zeggen Pieter en Jelle elkaar na. “Hoe moet iemand hier in vredesnaam een lezenswaardige reportage komen maken,” verzuchtte Gert Huyge destijds toen hij met Armand Scheers de opnames kwam maken voor het filmpje van de Gouden Duif-winnaars. Goede duiven en je veel inspanning getroosten alleen is een boodschap die misschien wat al te simpel lijkt. Toch is dat waar ze vast in geloven en we gaan ons best doen dat uit de doeken te doen.

Veldmansweg

In feite hebben ze altijd goed hun streng getrokken. Eerst op het ouderlijk erf samen met vader Klaas, een sterk meelevende moeder Neeltje en toen nog met hun oudste broer Cathrinus, ook fanatiek liefhebber die jammer genoeg veel te vroeg is overleden. In 1997 kochten ze de huidige woning aan de Veldmansweg en dat bleek een gouden zet. Ze verbouwden het al aanwezige zolderhok – Sjouke Duinstra presteerde er jarenlang erg sterk op de overnacht – tot een mooi weduwnaarsverblijf en plaatsten er een mooie installatie voor de jongen en de kweekduiven.

Kweekmateriaal uit de beste

Al tientallen jaren achtereen halen ze ieder voorjaar een aantal jongen bij Fernand en Koen Marien. Die worden allemaal gespeeld en ze lukten er steeds geweldig mee. Er kwamen door de jaren bovendien duiven van Danny Van Dyck (4 uit ‘Kanon’ en 1 uit ‘Den 11’), Eddy Janssens (2x uit ‘Anna’ en ook uit ‘Schoon Madammeke’), Dirk Van Dyck (uit ‘Di Caprio’ en ‘Olympic Niels’) en Miel Van den Branden-Jan en Rik Hermans (zuster ‘Athena’ en ‘Broer Friendship’). Er werd samengekweekt met Leo Heremans (twee duivinnen tegen de ‘Super 53’ in Noordbergum en twee dochters van ‘Super 53’ in Vorselaar). Verder kwam er ook versterking van Klaas en Jacob de Jong, Tjipke en Auke Bosma, Douwe Soepboer, Willem de Bruijn, Theo Hutten en Gerard Koopman. De basis van het kweekhok zijn de kinderen van de ‘Super 53’, een crack zoals er nog niet zoveel vlogen. Zijn kinderen worden tegen het beste gezet wat ze kunnen vinden en dat zijn duiven van bovengenoemde hokken.

B04-6177653 “Super 53”
(Klik op de afbeelding voor een vergroting)

‘Super 53’

Die ‘Super 53’ is een verhaal op zich. Hij werd gekocht bij Fernand en Koen Marien in 2004. Hij weigerde in eerste instantie om in Noordbergum te blijven. Hij zette als pieper koers naar het nabijgelegen dorp de Westereen en liep daar binnen bij hun duivenmaatje Wieger Elzinga. Hij werd opgehaald waarna zich hetzelfde herhaalde. Opnieuw vloog deze koppige jonge duif naar de Westereen. Ze besloten dat ie daar dan maar moest blijven en hij werd er vervolgens ook gespeeld. De dag na de derde vlucht, die erg traag verliep, belde Wieger met de Atema’s en vertelde er en passant bij dat hij die ‘aanvlieger’ van hen naar buiten moest jagen vanwege niet veel zin in trainen. Dat stond die doffer blijkbaar niet aan want vlak na dat telefoongesprek zat hij weer in Noordburgum. Om vervolgens, en nu permanent, te blijven. Hij werd daar in zijn geboortejaar nog op de navluchten gespeeld en won 3 mooie prijzen en een staartprijsje van in totaal vier keer mee.
Als weduwnaar zette hij in de jaren erna de boel op stelten door tien zuivere eerste prijzen te winnen en als aanvoerder van de Allroundploeg Nederland naar de Olympiade in Oostende te gaan. Een deserteur derhalve die, nadat hij op zijn schreden terugkeerde, zijn baasjes het grootste succes tot nu toe bracht. Wie het kent mag het zeggen. 
De belangstelling voor een dergelijke crack is natuurlijk groot maar ondanks de enorme bedragen die werden geboden plooiden ze niet. En het bleek een beslissing met verstrekkende gevolgen. Hij zette met meerdere duivinnen geweldige kweekduiven op de wereld. Ze lukten er zelf geweldig mee maar ook andere melkers slaagden met zijn kinderen. Wat te denken bijvoorbeeld van Eddy Janssens die uit een dochter van ‘Super 53’ een aantal superkes kweekte waaronder ‘Thelma’ (12e Nat. Asduif kleine hafo jonge KBDB 2016 met o.a. 2e Souppes 1352 d., 7e Quievrain 714 d., 8e Noyon 608 d., 12e Pont 1623 d. en 14e Chevrain 1434 d.), ‘Louise’ ( 21e Nat. Asduif kleine hafo jonge KBDB 2016 met o.a. 1e Chevrain 747 d., 2e Chevrain 866 d., 10e Chevrain 1232 d., 12e Gien 525 d.) en ‘New Louise’ (13e Nat. Asduif kleine hafo jong KBDB 2017 met o.a. 1e Chevrain 747 d., 2e Chevrain 866 d. en 10e Chevrain 1232 d.) 
Het geluk lachte de Atema’s opnieuw toe toen een dochter van de ‘Super 53’ als jonge duif zwaargewond thuis kwam. Niet alleen gehavend van lijf en leden, maar ze miste ook een oog. Een klein wonder dat ze op eigen kracht thuiskwam. En laat dat nu de duivin zijn van het beste koppel dat ze op dit moment hebben. Ze werd toepasselijk omgedoopt tot ‘Eenoogje’ en gaf al meerdere echt goede duiven.

De hokken in Noordbergum.Hokken

Voor de weduwnaars is een zolderhok voorzien. Het staat pal zuid gericht en telt drie afdelingen met in totaal 47 woonbakken. Het heeft een pannendak met niet gesloten pannen waarin aan de voorkant vier dakramen zijn aangebracht. De vrij kleine ramen in de voorzijde van het hok zijn voorzien van gehamerd glas. Er is een loopgang voor de afdelingen die is afgescheiden met houten traliewerk. De verluchting loopt via een open strook van 40 cm naar de zolder. De schuiven in het plafond staan altijd in dezelfde stand.
Het geheel geeft een zeer verzorgde indruk en is strak afgetimmerd en ingericht. Alles wordt ieder najaar geboend met bleekwater. Wanden, schuifdeuren, zolder, tralies, en broedhokken worden dan onder handen genomen. Alles witten deden ze eerder ook maar daar zijn ze mee gestopt. Als Jelle er klaar mee is, is alles weer tiptop proper en ruikt het weer lekker fris. De afdelingen onderling worden gescheiden door dichte wanden en alle tussendeuren zitten dicht. De vloerverwarming staat altijd ingeschakeld en wordt ‘s winters afgesteld op ± 85% relatieve vochtigheid. Als er gepresteerd moet worden staat de hygrostaat minimaal op ongeveer 70%. Heel precies weten ze die afstelling niet te benoemen, maar de aangegeven waarden komen in de buurt van de werkelijkheid. Er ligt één baan van 60 cm. verwarmingfolie onder de multiplexvloer voor de woonbakken. 
Alle doffers - oude en jaarlingen, duiven voor vitesse- mifdond en eendaagse fond - zitten door elkaar op de afdelingen.
De duiven brengen na het seizoen geen jongen groot en worden zo lang het gaat – wat rui betreft – doorgespeeld. “En onze duiven ruien blijkbaar de eerste pennen niet heel snel. We hebben er nu, begin juni, nog maar enkele gevonden. En dat terwijl we niet verduisteren. Ook dit jaar met de coronaperikelen niet,” geven ze aan. 
Na het seizoen worden alle broedhokken afgeschermd met passend plaatmateriaal en zitschapjes opgehangen als rustplaats. De jonge doffers worden tegelijkertijd op het hok gebracht en de duiven vliegen niet meer uit tot de tweede of derde week van februari. D.w.z. tot de week na de Gouden Duif-viering. Dat is al heel lang vaste prik. En dat lijkt behoorlijk laat als er begin april al wordt gestart... maar de duiven ondervinden er al jaren weinig hinder van. Een heel enkele keer is er een spier-/vleugelblessure maar dat is eerder uitzondering. De gehele herfst en winter staan de invliegramen overdag bij goed weer open. In het open venster wordt een hor geplaatst voorzien van windbreekgaas. Daardoor tocht het niet en komt er toch voldoende zuurstof binnen. Mocht het weer plotseling verslechteren dan is Pieter altijd in de buurt om de ramen te sluiten. 
Halverwege januari wordt er gekoppeld en mogen alle aanstaande vliegdoffers jongen grootbrengen. De duivinnen – die nooit uitvliegen – gaan er af wanneer de jongen ongeveer 14 dagen oud zijn en de doffers brengen verder alleen hun jongen groot. De duivinnen verhuizen dan naar een driedelige volière achter het jonge duivenhok. Ze paren daar zo goed als niet onder elkaar en gebeurt het onverhoopt toch dan worden ze snel van afdeling verwisseld. Na het spenen van de jongen zijn de doffers meteen weduwnaar. Ze worden dus niet herkoppeld. 

ENKELE BEHAALDE KAMPIOENSCHAPPEN

2018
Provinciaal (afd. 11)
1e Midfond onaangewezen 
3e Duifkampioen midfond
8e Vitesse onaangewezen

Samenspel De Eenheid
1e Midfond onaangewezen
1e Duifkampioen midfond
3e Vitesse onaangewezen

Afdeling Concoursgebied C
1e Midfond onaangewezen
1e Duifkampioen midfond
1e Vitesse onaangewezen
3e Generaal kort onaagewezen

Rayon Het Noorden
1e Midfond onaangewezen 
1e Duifkampioen midfond 
1e Vitesse onaangewezen 
1e Natoer aangewezen 
2e Midfond aangewezen
2e Duifkampioen Vitesse

2019
Samenspel De Eenheid

1e Midfond o.a.
1e Asduif Midfond
2e Natoer o.a.
3e Vitesse o.a.

Afdeling Concoursgebied C
1e Vitesse o.a.
1e Midfond o.a.
1e Asduif Midfond
2e Generaal o.a. tot 500 km.
2e Asduif Natoer
3e Asduif Oud tot 500 km.
3e Asduif Vitesse

Rayon Het Noorden
1e Vitesse o.a.
1e Midfond o.a.
1e + 2e Asduif Midfond
1e Asduif Oud tot 500 km.
1e Asduif Natoer
2e Natoer o.a.

Verzorging op tijd en stond

Voor de dagelijkse hygiëne ligt de lat hoog. Elke dag wordt alles schoongemaakt. De vliegers in het seizoen altijd twee keer per dag en ook de stofzuiger wordt iedere dag driftig en minimaal één keer gehanteerd.
Wanneer de jongen gespeend zijn worden de doffers tot begin mei 1x per dag in de middag losgelaten. Koude ochtenden worden gemeden om in te trainen. Begin mei wordt overgeschakeld op 2x per dag los. De ramen blijven dan een uur lang gesloten. Alles gaat stipt volgens de klok. Alleen als het erg hard regent blijven ze binnen. Wanneer de ploeg in vorm komt trekken ze maximaal 15 à 20 minuten weg. De training is vrij, er wordt nooit dwang bij uitgeoefend en ze maakten nog nooit mee dat ze niet wilden trainen. Na de oefenbeurt staat er in ieder broedvak, naast iedere dag vers grit, een potje voer klaar waarin twee volle soeplepels voer worden gekieperd. Dat kunnen ze lang niet op natuurlijk. Het wordt wel steeds na een klein uurtje opgeruimd. Eerder was dat in het begin van de week stipt na een kwartier en de laatste dagen van de week een half uur. Het is nu minder strak georganiseerd qua tijd en ze kijken wat minder nauw. Het voer bestaat uit 3/4 Verkerk Sport van Beyers en 1/4 Zoontjens ook van Beyers. De dag van inkorven blijft het voer tot het middaguur staan, waarna er nog extra Zoontjensmengeling wordt verstrekt. Rond 14.00 uur wordt alle eten weggehaald, om vervolgens 2 uur voor het inkorven nog weer snoepzaad te geven. Altijd een volle tank dus en in principe gaan ze iedere week de baan op. De beste gaan naar vitesse/midfond. Eendaagse fond is minder hun ding en ze zijn dan ook erg voorzichtig met duiven in te zetten op die afstanden. Het zijn meestal de mindere goden die naar de dagfond gaan en een paar duivinnen. Sinds een paar jaar wordt er inderdaad ook een ploegje duivinnen gespeeld. Tot vorig jaar als non. Die duivinnen trainen meestal niet geweldig en worden daarom één keer per week op veertig kilometer gelapt.
De duivinnen van de weduwnaars worden in principe altijd getoond. Alleen als er harde wind van achter wordt voorspeld doen ze het wel eens niet. Kwestie van ze niet te gek te maken waardoor ze hun kop voorbij vliegen. Bij het tonen kijkt men niet zo nauw... een minuutje meer of minder is geen probleem, wie het laatst in de mand wordt gezet blijft het langste bij de duivin. Dat tonen doen ze altijd hetzelfde, van enige variatie is geen sprake. Trucjes wordt niet in geloofd en ze zouden ook niet weten hoe je dat aan moet pakken.
De duiven blijven na aankomst meestal een paar uur samen en eens het seizoen een paar maanden op weg blijven ze wel eens een nacht samen. 
In het vliegseizoen wordt elke week mineralenpoeder en conditiepoeder over het voer gegeven. Dat helpt de vorm te bewaren evenals een conditiesiroop die eens per vier weken wordt gegeven om eventuele ontstane tekorten op te vangen. Alle genoemde producten zijn van Fernand Marien en alleen op diens advies en alleen dan wordt er medisch ingegrepen. En dat is hoogst zelden het geval.

B14-6307048 “Zoon Kanon” x NL14-1439367 “Eenoogje”
(Klik op de afbeelding voor een vergroting)

Jonge duiven

Jonge duiven en de broers lijkt niet een gelukkig huwelijk. Als je informeert hoe het met de jonge garde gesteld is krijg je steevast als antwoord dat ze nog in de wandelfase zitten en het gras goed kort houden. Vliegen ho maar. Ieder jaar hetzelfde liedje en dat tot hun grote ergernis. Het is om gek van te worden. Meedoen met de eerste toer met de hele ploeg lukt zelden en uit arren moede beginnen ze uiteindelijk maar met opleren omdat ze toch een keer iets moeten leren. In kleine stapjes te beginnen bij 2 kilometer om in een tiental keren te eindigen met 40 kilometer en dan vervolgens met de afdeling mee. Ook daarna trainen ze nog steeds niet goed aan huis en daarom worden ze tijdens de vluchten altijd twee keer per week op 40 kilometer opgeleerd. Presteren op zaterdag doen ze altijd wel, dat is het bijzondere. Vorig jaar speelden ze met een jonge duif de eerste in de afdeling op de laatste vlucht van het jaar. Sinds twee weken echter lijkt het lek boven en trainen de jongen tot grote verbazing van de broers ineens wel. Het zou kunnen dat het verwijderen van de laag houtsnippers op de vloer er voor iets tussen zit. Dat gaf in ieder geval veel stof dat nu verdwenen is. We zijn benieuwd.

Coaches van starters

In zijn rubriek Duiven voor Dummy’s portretteert Kris Carpentier een aantal beginnelingen in de sport en doet hij – in ieder geval dit seizoen – voor de lezers van De Duif verslag van alle wel en wee en wedervaren van enthousiaste beginnende duivensporters. Zo ook Victor van der Veen en zoontje Nathan uit Kollum die hadden aangegeven graag de Atema’s als coach te willen. Pieter en Jelle stemden meteen in en er is vanaf het moment dat ze in Noordbergum op bezoek waren veel contact. Dat doen ze met liefde en er verhuisden ook al een paar jonge duiven richting Kollum om deze echte neofieten verder te helpen. We hadden niets minder verwacht.

Vaste gewoonten

Pieter en Jelle zijn mensen van ver doorgevoerde vaste gewoonten. Van huis uit al en waar ze één keer mee begonnen zijn wordt vastgehouden. Zelfde merk voer, altijd twee keer voeren zomer en winter, al decennia lang vast vertrouwen in Fernand Marien, strak dagritme – alles op uur en tijd –, zelfde weekritme, zelfde jaarcyclus, ook in het winterseizoen en zo kan ik nog wel even doorgaan. Alles steeds hetzelfde volgens vaste patronen. Geen houtsnippers meer op de vloer bij de jongen is de uitzondering op de regel. Regelmaat bepaalt het gehele doen en laten. Ze voelen zich er goed bij. Nooit vakantie, maar dat hebben ze ook niet nodig. De enige nacht dat ze niet in hun eigen bed slapen is met de Gouden Duif-viering. En dat slapen is maar kort want ze zijn mee van de laatste bezoekers die van het feest vertrekken. Met duiven spelen is hun lust en hun leven, en alles wat daarmee annex is...

Auteur: 

Zircon - This is a contributing Drupal Theme
Design by WeebPal.