Het ei van Columbus: Aardstralen en wateraders, het geheim ontrafeld?

Liefhebber: 

 op zoek naar wateraders en aardstralen.Ik ben nog nooit iemand tegengekomen die niet gelooft in radio’s. Nochtans een raar iets als u het mij vraagt... u zet een toestelletje aan en daar verschijnen klanken die honderden kilometer verder de lucht in zijn gestraald. Maar u kan natuurlijk zelf vaststellen dat het werkt. “Het werkt, dus het bestaat”, zou een man als Descartes wellicht zeggen. En natuurlijk gelooft u om dezelfde reden ook in gsm, gps en dergelijke moderne draadloze speeltjes. 

Hoe anders zit het met de zogenoemde aardstralen en wateraders... wetenschappelijk (nog) niet aan te tonen en dus bestaan ze voor veel mensen niet. Om nog eens Descartes te parafraseren: “Mijn verstand heeft er geen bewijs voor, dus ze bestaan niet”. Een leerrijke anekdote in dit verband: toen de Italiaanse Brit en doe-het-zelver Marconi beweerde dat hij draadloos berichten kon doorsturen over een afstand van 15 mijl, werd hij uitgelachen door de ernstige wetenschappers van zijn tijd: zoiets onzinnigs hadden ze nog nooit gehoord. Nu weten we wel beter... radio, tv, wifi, radar, satellieten, mobiele telefoon, gps, bluetooth, afstandsbediening... Met dank aan Marconi, Tesla en andere dromers. Dus vooraleer u de draak steekt met mensen die geloven in aardstralen: zeven keer uw tong ronddraaien.

De naam tegen

Aardstralen hebben eigenlijk een beetje hun naam tegen. Die klinkt niet serieus genoeg. De sceptici zouden wellicht al iets meer oor hebben voor “elektromagnetische storingen van tellurische oorsprong” of “exogene pathogene invloeden”... En “tellurische stromingen” klinkt wellicht ook iets serieuzer dan wateraders. Maar zeg nu zelf... “aard-stralen”... hoeveel lager bij de grond kun je wel komen. 
Zonnestralen, ok; zonnestormen voelbaar tot op aarde, ok; aardmagnetisme, ok... maar dat de aarde iets zou kunnen uitstralen, dat is er - voor de sceptici althans - wel over; en al zeker geen stralen die mensen of dieren of planten kunnen storen, zeg maar ziek maken.

De charlatans tegen

Een groot probleem met het hele alternatieve circuit is dat, zelfs als er een grond van waarheid in schuilt, die vaak van binnenuit onderuit wordt gehaald door kwakzalvers - charlatans als je dat liever hoort - of gewoonweg bedriegers die munt willen slaan uit de goedgelovigheid van potentiële en vrijgevige “believers”. Want inderdaad, zolang je iets niet wetenschappelijk kunt aantonen of verklaren, heb je een dosis geloof nodig en vertrouwen in de persoon die je wil meenemen in de wereld van de parawetenschap (voor de sceptici: van de pseudowetenschap). En voor je gezondheid en die van je dieren mag het wel iets kosten. Dus daar liggen ook de oplichters op de loer en spelen daar soms handig op in. En de sceptici voeren maar al te graag de kwakzalvers en bedriegers ten tonele om te bewijzen dat er daarnaast ook geen ernstige en bekwame mensen rondlopen in de wereld van de parawetenschappen.

De amateurs tegen

Tv-programma’s zoals “Het zesde zintuig” tonen ten overvloede aan dat er onder de mensen die zogenaamd paranormaal begaafd (lees: helderziend of helderhorend of heldervoelend of telepathisch) zijn, er heel wat rondlopen die regelmatig door de mand vallen bij praktische proeven. Betekent dit dan dat niks bestaat als helder-weten? Volgens mij niet, maar ik vermoed dat mensen die effectief over die para-gaven beschikken weinig behoefte voelen om zich in te laten met tv-programma’s of shows. Tegenvoorbeelden zijn er wel van illusionisten of mentalisten die aantonen dat je met een beetje handigheid, genoeg lef en wat mensenkennis de goegemeente veel kunt wijsmaken. Vraag het maar aan Jan Bardi.

De vaagheid tegen

Het fenomeen van de aardstralen heeft ook zijn omfloerste en soms wazige taal tegen. Het volstaat om wat te googelen om te zien dat er veel vaagheid en tegenspraak is in het alternatieve circuit. Er is meestal geen duidelijk omlijnd vocabularium en omdat de effecten moeilijk zwart op wit te bewijzen zijn, wordt maar al te graag een eerder mistige en suggestieve taal gebruikt. In het geval van de aardstralen is dat even goed waar: de praktijkmensen gebruiken elk hun eigen technieken, verklaringen en middelen en durven elkaar wel eens afbreken of tegenspreken. En ze worden niet geholpen door de hierboven al genoemde amateurs en charlatans, die de zaken nog eens bewust verder mystificeren.

Oude prent (T. Pennant, 18e eeuw) van een wichelende waterzoeker.
Oude prent (T. Pennant, 18e eeuw) van een wichelende waterzoeker.

De serieuze (en lucratieve) wetenschap tegen

De farma-industrie en de klassieke geneeskunde zijn geen goede vriendjes met pendelaars, wichelaars, kruidendokters, magnetiseurs, iridologen, handopleggers en andere “onrechtmatige” beoefenaars van de geneeskunde. Zelfs de homeopathie en acupunctuur moeten het vaak ontgelden bij de sceptici. Hun verstand kan er niet bij, dus bestaat het niet, om het nog eens met onze pseudo-Descartes te zeggen.
Moeten we dan alles geloven wat op ons afkomt in deze New Age? Uiteraard niet. Maar een beetje open geest, een beetje relativering van de eigen rationaliteit, een beetje gezond verstand en de dingen een kans geven, kunnen zeker geen kwaad. Zo vergaat het ook de aardstralen, want daar ging het hier eigenlijk over.

Duiven en magnetisme

Het geheim van de oriëntatie bij duiven en andere trekkende dieren is nog steeds niet afdoende ontrafeld. Toch is het een algemeen gangbare stelling dat het magnetisme van de aarde hier een zekere rol in zou spelen. Duiven zouden over een ingebouwd kompas beschikken dat zich (al naargelang de theorie) bevindt in het netvlies, de neuswratten, de hersenen, de oogzenuw, zwevende ferro-achtige cellen in het bloed, de uiteinden van de reukzenuw enz. Hoe het precies werkt (duiven hebben geen gps of kaart als referentie) weten we nog niet, maar dat ze een richtingsgevoeligheid hebben ten opzichte van het aardmagnetisme is nog nauwelijks ter discussie. Ik veronderstel dat (gezonde) duiven een nauwkeurig aanvoelen hebben van hoe het magnetisch veld is op het thuisfront. Als ze dan op een vreemde plaats worden gelost gaan ze op één of andere manier het magnetisch veld aldaar vergelijken met dat van thuis en op basis daarvan de vliegrichting kiezen. Dat is zeker een mogelijk theoretisch model.
Onmiddellijk volgt hieruit dat forse storingen in het aardmagnetisme de oriëntatiezin van postduiven danig kunnen verstoren. De grote boosdoeners zijn hier dan bijvoorbeeld de zogenaamde magnetische stormen veroorzaakt door zonnevlekken (uitbarstingen op de zon). De schommelingen in het aardmagnetisme worden uitgedrukt in nanoTesla of 1 miljardste van een Tesla (de eenheid van veldsterkte). Dit geeft ons een idee van de extreme gevoeligheid van het kompas-instrument van de duif. De Amerikaan Keeton toonde met proeven aan dat bij magnetische stormen de thuiskomst van zelfs ervaren duiven negatief wordt beïnvloed. De Belg Schietecat gaat nog verder en stelt dat “geen rekening houden met de zonneactiviteit vragen is om een rampzalig vluchtverloop”. Dit even terzijde. Maar dan terug naar die fameuze aardstralen...

Wat ze (niet) zijn

We zegden al dat er nogal wat Babylonische spraakverwarring is als het over aardstralen gaat. Om te beginnen worden de begrippen wateraders en aardstralen nogal losjes naast en door elkaar gebruikt. Aardstralen zouden (in veel gevallen) samenvallen of veroorzaakt worden door wateraders. De sceptici houden vol dat er geen fysieke structuren zijn die het bestaan van scherp afgelijnde wateraders bewijzen. Maar wat zeggen de ervaringsdeskundigen - en dan hebben we het over de zeldzame echte deskundigen die weten wat ze doen en die op een herhaalbare en controleerbare manier resultaten boeken bij hun onderzoek naar wateraders. Volgens die deskundigen zit er in de ondergrond wel degelijk insijpelingswater dat zich volgens min of meer vaste patronen verplaatst. Meer nog: ze zijn het er vrijwel allen over eens dat de wateraders elkaar op regelmatige plaatsen kruisen en dit veelal in hoeken van ongeveer 90 graden. Daar heeft niemand een glasheldere verklaring voor: het zouden breuklijnen kunnen zijn die de aardkorst verdelen in een soort craquelé zoals de oude verf op een renaissanceschilderij. Het bodemwater stroomt dan zachtjes in wat de barstjes zouden zijn. 

 het geheim ontrafeld?

De ondergrondse riviertjes stromen parallel op afstanden variërend van 4 tot 12 meter. Het netwerk is meestal dichter nabij een waterloop. Vrijwel haaks daarop lopen nog een stel wateraders (niet per se in dezelfde grondlaag). De wateraders vormen dus een soort schaakbord waarin de gunstige zones de vierhoeken zijn tussen de wateraders. De storingen treden op loodrecht boven de wateraders en heel in bijzonder op de knooppunten, dit zijn de kruisingen van 2 wateraders en meer bepaald van 2 “oevers”. Die knooppunten zouden dus eigenlijk de grote ziekmakers zijn. Wie daarboven slaapt krijgt bijna zeker te maken met gezondheidsproblemen.

 het geheim ontrafeld?

Nog complexer

Wichelroedelopen om water te vinden, is nog iets helemaal anders dan zoeken naar storende stralingen. Dat laatste kunnen de “echte” wichelaars ook met wichelroede of pendel, maar is van een andere orde dan gewoon maar “water zoeken”. Overigens zijn volgens de bevindingen van de beoefenaars een heel gamma van storende factoren en stoorlijnen en dito punten te vinden.
In de eenvoudigste versie worden aardstralen veroorzaakt en lopen gelijk met ondergrondse wateraders. Maar er is meer. Een eerste bijkomende factor is dat dat ondergrondse waternet ernstig beladen en bezoedeld is. Niet enkel is er de ioniserende invloed van kosmische straling, er is ook radioactief afval dat in de bodem terechtkomt (via de medische wereld, de industrie, de nucleaire energiewinning enz.). Daarnaast is er natuurlijk de chemische vervuiling van het bodemwater door oude stortplaatsen, het lozen van chemisch afval, het gebruik van sproeistoffen en detergenten, de chemische behandeling van het drinkwater... Het komt erop neer dat zeker in bewoonde regio’s het bodemwater al lang niet meer het zuivere water is dat je bijvoorbeeld aan een bron in de bergen kunt tappen. Het effect van ondergrondse wateraders wordt bijgevolg nog schadelijker door de zware metalen en chemische vervuiling.
En dan hebben we het nog niet gehad over de elektrosmog (hoogspanningslijnen, beeldschermen, adapters, gsm-straling om maar wat te noemen...) die tegenwoordig alomtegenwoordig is en ongetwijfeld ook een belasting vormt voor het fijngevoelig oriënteringsapparaat van onze duiven.

Dokters over aardstralen en dies meer

Wie een beetje onvoorbereid gaat googelen en online gaat lezen over aardstralen, geraakt wel snel het noorden kwijt... Er zijn immers, meestal vernoemd naar de naam van de ontdekkers, diverse zogenaamde netwerken van negatieve (en soms positieve) aardstralen actief. Zo is er het netwerk van stralen vernoemd naar de Duitse arts dr. Ernst Hartmann, een medisch gevormde “echte” dokter die ziekmakende patronen ontdekte in het magnetisch veld van de aarde. Eigenlijk zouden het volgens Hartmann niet de stralen zelf zijn die ziek maken, maar zouden de storende velden vitale energie “opslorpen” en zo het immuunsysteem verzwakken. Het gevolg is dat de minst vitale organen bij mens en dier ziek kunnen worden na langdurig verblijf op een aardstraal of Hartmann-lijn in dit geval. 
Een ander schadelijk netwerk van stralen, dit keer voortkomend vanuit de magma laag (de vloeibare massa onder de aardkorst) werd ontdekt en beschreven door weer een dokter met name dr. Manfred Curry. De naar hem genoemde Currylijnen lopen ongeveer diagonaal ten opzichte van de Hartmanlijnen en wateraders.
Nog volgens andere theorieën kunnen aardstralen dan weer ontstaan door geologische breuklijnen, door concentraties van ertsen enz.
Dat het niet enkel kwakzalvers en goedgelovigen zijn die zich inlaten met het ziekmakend effect van aardstralen, bewees ook dokter Veronica Carstens, de echtgenote van een vroegere Duitse bondskanselier (Karl Carstens). In een ruimte studie, gevoerd met collega’s artsen en therapeuten werden 700 gevallen beschreven van terminale kankers die miraculeus genazen nadat de patiënten op advies van een wichelroedeloper op een gezondere plaats gingen wonen en vooral slapen.
De betrokken dokters gebruiken dan wel liever een “geleerdere” verzamelnaam voor aardstralen en andere negatieve invloedsvelden en spreken in hun studie van “geopatische belasting”.  Maar ze bedoelen wel degelijk hetzelfde.
Het zal u wellicht stilaan interesseren hoe duiven reageren op al die vormen van laten we het ook maar “geopatische belasting” noemen.

Vroeger (en soms vandaag ook nog) werd een bouwterrein eerst onderzocht op de aanwezigheid van wateraders en stoorzones. De inplanting van de woning (en stallen) gebeurde in functie daarvan. Er werd ook gebouwd in de buurt van een waterpunt, waar genoeg water voor mens en dier op een aanvaardbare diepte (3 à 5 meter) kon bovengehaald worden.
Vroeger (en soms vandaag ook nog) werd een bouwterrein eerst onderzocht op de aanwezigheid van wateraders en stoorzones. De inplanting van de woning (en stallen) gebeurde in functie daarvan. Er werd ook gebouwd in de buurt van een waterpunt, waar genoeg water voor mens en dier op een aanvaardbare diepte (3 à 5 meter) kon bovengehaald worden. 

Waterzoekers

Maar eerst een beetje geschiedenis. Het voorspellingen doen aan de hand van natuurlijke tekens of “wichelen” is van alle tijden en alle culturen. Denk maar aan de sterrenwichelaars of astrologen, vogelwichelaars die voortekens aflezen uit de vlucht van vogels en andere koffiedikkijkers. Van dat woordje wichelen is wichelroede afgeleid, het geprefereerd instrument van waterzoekers. Een wichelroede is (meestal) een V-vormig instrument dat uit diverse materialen kan bestaan: vroeger werd daar steevast een tak van de toverhazelaar voor gebruikt, maar 2 aan elkaar gebonden baleinen (van een walvis) doen het ook prima. Moderne wichelroeden zijn van een veerkrachtige kunststof. Er is ook een tweede model van wichelroedes en dat bestaat uit een koppel L-vormige koperen staafjes die al of niet naar elkaar toe draaien bij het zoeken naar bv. water.
Het zoeken van water met behulp van een eenvoudig instrument is van alle tijden en alle culturen. Sommigen menen zelfs dat in het Bijbelse verhaal Mozes met zijn staf geen wonder verrichtte door water uit de rots te laten stromen maar dat hij die staf gebruikte als wichelroede om een ondiepe waterader te zoeken. We laten het in het midden.
Maar het is wel zo dat de kunst om met een V-vormig instrument ondergronds water te zoeken zo oud is als de mensheid. Hedendaagse wichelroedelopers stellen vast dat alle oude waterputten feilloos op een kruising van wateraders zijn gebouwd. Dit is immers de beste garantie om voldoende water te hebben in de put. Heel vaak zijn die (oude) putten amper 3 tot 5 meter diep, dus moeten ze wel pal op de ondergrondse stroom geboord worden. 
Ook vandaag nog wordt wel vaker - zelfs door heel ernstige mensen met economische belangen - een beroep gedaan op wichelroedelopers om water te vinden of zelfs om waterlekken heel precies te lokaliseren onder vloeren of wegen.

Wie kan het?

Het is met wichelroedelopen zoals het met veel andere dingen is: enkelingen zijn met een natuurtalent geboren en anderen leren het nooit. Zoals niet iedereen een vioolvirtuoos kan worden, kan ook niet iedereen een bekwame waterzoeker worden. Het is immers zo dat het de menselijke antenne is die het water “aanvoelt” en daarbij is de wichelroede of pendel maar een instrument. Zoals een tennisraket uit zichzelf niet veel kan, zo ook kan een wichelroede uit zichzelf niets. Er is dus een soort “helder-voelen” in het spel en daarop haken sceptici en rationalisten meestal af. Tot nader order is er geen enkel (elektronisch) apparaat dat fijngevoelig genoeg is om op dezelfde manier autonoom ondergrondse waterlijnen te detecteren. Daaruit besluiten dat ze niet bestaan is wellicht te kort door de bocht. Zo zou je immers ook kunnen besluiten dat oriëntatie bij de duiven niet bestaat omdat er nog steeds geen afdoende wetenschappelijke uitleg voor is en omdat die oriënteringszin met geen enkel apparaat kan nagebootst worden.

Oude kennis

Er zijn sterke indicaties dat druïden, medicijnmannen en sjamanen allemaal de kunst verstonden om wateraders te vinden. Ook bij de kathedralenbouwers en vrijmetselaars zou het opsporen van wateraders en aardstralen bij de basiskennis van de “meesters” gehoord hebben. Onderzoek door hedendaagse wichelroedelopers wijst immers uit dat met name bij kathedralen geen enkele steunpilaar op een stoorzone staat. Kwade tongen beweren zelfs dat de indeling van sommige kerken zo gemaakt was, dat de vrouwen aan de kant van de stoorzones kwamen te zitten, waardoor ze minder energie kregen en dus gemakkelijker onder de knoet konden worden gehouden. Ik vertel het maar na...
Ook de prehistorische “bouwwerken” zoals menhirs en dolmen maar ook obelisken en piramides zouden volgens kenners geplaatst zijn in functie van - dit keer positieve - elektromagnetische zones en aardlijnen.

Volgens kenners zouden ook dolmen, menhirs, hunebedden, piramiden, obelisken en zelfs kerken en kathedralen gebouwd zijn in functie van de aanwezige (positieve) stralingslijnen. In de kerk van Amiens bijvoorbeeld zou de vloer de richting van de aardlijnen volgen.
Volgens kenners zouden ook dolmen, menhirs, hunebedden, piramiden, obelisken en zelfs kerken en kathedralen gebouwd zijn in functie van de aanwezige (positieve) stralingslijnen. In de kerk van Amiens bijvoorbeeld zou de vloer de richting van de aardlijnen volgen.

Een beetje (rand)wetenschap

Het is niet mijn bedoeling om hier hoogdravende theorie te verkopen. Daar ben ik overigens niet voor bevoegd. En het is evenmin de bedoeling om mijn uiteenzetting op die manier een air van sérieux te geven om het geheel geloofwaardiger te maken. Maar een beetje uitleg voor wie het fenomeen echt wil onderzoeken kan nooit kwaad. Willen de wetenschappers mij nu al vergeven als ik hier en daar mijn boekje te buiten ga of een slipper maak... Het is maar een ‘poging tot’.
Iedereen zal wel weten dat een magneet een noord- en een zuidpool heeft. Onze moeder aarde heeft die ook - zelfs met een hoofdletter - waaruit we ineens kunnen besluiten dat de aarde (dankzij het vele roterende ijzer in zijn kern) eigenlijk één grote magneet is. Verschillende polen trekken elkaar aan, gelijke polen stoten elkaar af: ook dat is basiskennis waarmee we allen als kind hebben geëxperimenteerd met bv. de magneetjes uit een stuk gegaan speeltje of dynamo.
De “invloedsfeer” van een magneet noemen we het magnetisch veld, en de genoemde polen zijn dan de plaatsen waar de magneetsterkte het grootst is. Naast permanente magneten (bestaande uit magnetiet) kennen we ook elektromagneten waar het magnetisme opgewekt wordt door bewegende elektrische ladingen (= stroom). Volgens de aanhangers van de aardstralentheorie zouden de bewuste wateraders fungeren als een soort elektromagneet door de bewegende/schurende(?) elektrisch geladen waterdeeltjes. Het is zelfs heel goed mogelijk dat de aanwezigheid van chemicaliën, zware metalen en radioactieve residuen in het grondwater de elektromagnetische werking van die wateraders versterkt.
De botsing/tegengestelde werking van de magnetische velden gecreëerd door de wateraders met het magnetische veld van de aarde zou - nog steeds volgens de theorie - de storingen (lees: aardstralen) teweegbrengen boven de gevreesde wateraders.

Polen en ompolen

De richting en sterkte van de aantrekking/afstoting van een magneet drukken de wetenschappers uit als een “vector”, een denkbeeldige lijn die door de beide polen van de magneet loopt. In vergelijking met een batterij wordt de noordpool ook wel de negatieve richting (linksdraaiende spiraal in het magnetisch veld) genoemd en de zuidpool dan uiteraard de positieve of plus-kant (rechtsdraaiend).
En nu komt het: de Belg Walter Kunnen (1921-2011) een gerespecteerde autoriteit in het domein van de “woonbiologie” heeft - op zijn manier - diepgaand onderzoek verricht naar de aanwezigheid en de invloed van wateraders/aardstralen op de gezondheid van plant, mens en dier. In dat verband richtte hij de Wetenschappelijke Dienst Archibo-Biologica op, een studiecentrum voor woonbiologie. Akkoord: de echte wetenschappers zullen het werk van Walter Kunnen wel randwetenschap noemen, maar laten we dat even door de vingers zien. 
In het model van Walter Kunnen is niet enkel het menselijk lichaam een magneet, maar is ook elk orgaan en zelfs elke cel een minimagneet. Bij een gezonde cel is de celwand de noordpool (negatief dus) en de celkern de zuidpool (positief). Wanneer een cel, bijvoorbeeld door radioactiviteit of door een storend magnetisch veld (zeg maar aardstraal) omgepoold wordt, staat die cel helemaal open voor negatieve elementen zoals “vrije radicalen” en kan de cel, het orgaan en het levend wezen ziek worden. De positieve of gewenste elementen zoals voedingsstoffen, mineralen en sporenelementen maar ook antioxidanten worden dan minder goed opgenomen in een dergelijke cel. Dixit Walter Kunnen.
Nog steeds in de optiek van Walter Kunnen, zorgen de zogenaamde aardstralen voor een negatief (noordpoolgericht) en dus ziekmakend, ontladend, verzurend en vermoeiend magnetisch veld. Wie boven dergelijke aardstralen slaapt of werkt zal sneller moe worden, niet uitgerust geraken, ontstekingen krijgen, vernauwde bloedvaten krijgen, falende organen of zelfs kanker. Oef! Bij duiven zou dat betekenen: nooit in conditie komen en vatbaar zijn voor ziektes die niet goed of toch niet blijvend reageren op medicatie. 
Gelukkig zijn er ook remedies... het negatieve effect van de aardstralen kan deels afgeschermd worden (lood, speciale folies), omgeleid worden of omgepoold worden, waarbij de vector van het storend magnetisch veld omgekeerd wordt en dus positief wordt, meer in harmonie met het aardmagnetisme.
Het is een mooi model en er zitten zeker zinvolle elementen in, maar tot op heden is het hele verhaal niet “wetenschappelijk” ondersteund. Maar moet dat wel als de zaken in de praktijk blijken te werken? Stefaan Schietse leerde het werk en de methodes van Walter Kunnen kennen via een voordracht van een zekere meneer De Backer uit het Brusselse maar wiens coördinaten hij niet heeft.

Niet verklaard

Ik heb aardig wat websites afgeschuimd op zoek naar nog meer uitleg of onderbouwing van hoe de aardstralen ontstaan, wat ze precies zijn en wat ze doen. Er zijn zoveel believers en ernstige praktijkmensen, dat je al van slechte wil moet zijn om er a priori helemaal niets van te geloven. In wezen vertellen ze allemaal hetzelfde, zoeken ze naar hetzelfde en behalen de “echte” wichelaars verifieerbare en herhaalbare resultaten. Er zijn verschillen in de manier waarop ze de leefruimte rond de aardstralen saneren, dat wel. Iedereen heeft zo wat zijn eigen methoden, gaande van speciale folies, over een kooi van Faraday, betonnen tegels of kistjes met “iets” in,  mini-antennes die in de tuin worden ingegraven enz.
En weet je wat het merkwaardige is? Zowat alle practitioners zijn het erover eens dat de kistjes, tegels, antennes centimeter-juist moeten geplaatst worden en wel loodrecht boven de knooppunten (zie schema hierboven). Stefaan Schietse, een man van de praktijk, met wie ik dit artikel maakte en waarover later meer, kon mij ook geen afdoende uitleg verschaffen waarom er precies bij elke kruising van twee wateraders vier van dergelijke knooppunten ontstaan, heel specifiek gelokaliseerd en loodrecht boven de snijpunten... Maar hij is er zeer stellig over: boven de wateraders is er een soort straling die op levende wezens een vergelijkbaar effect geeft als “vocht en tocht”. Maar vooral de knooppunten van twee kruisende aders blijken in de praktijk een extreem versterkte negatieve straal te veroorzaken die loodrecht omhoog stijgt zonder te verzwakken. Zelfs op zeg maar de 12de verdieping van een appartementsgebouw zijn die extreem negatieve knoopppunten nog perfect te detecteren en oefenen ze nog steeds hun storend/ziekmakend effect uit.

 het geheim ontrafeld?

Een feit is wel dat hij (en met hem talrijke andere waterzoekers) de vier vectorpunten exact kan bepalen, eerst benaderend met de wichelroede en dan precies tot op de centimeter met de pendel. Zodra je één van die knopen kunt om-polen (tot positieve of zuidpool maken) is het effect meteen voelbaar in een ovaalvormige zone van 5 tot 7 meter doorsnede. Beter nog is het de vier punten te neutraliseren. Anderen gebruiken misschien andere methodes, maar Stefaan Schietse gebruikt hiervoor eenvoudige “mini-antennes”, dit zijn een soort grote “krammen” in roestvrij staal die de aardstraal ompolen, dit wil zeggen “verstrooien” zodat ze opgaat in het aardmagnetisme.
Tja... het klinkt allemaal erg mysterieus en een beetje vaag, maar het blijkt wel te werken en Stefaan Schietse is onwrikbaar overtuigd van de juistheid van wat hij waarneemt en doet.

(Geo)pathogene zone

Nog even terugkomen op de pathogene of ziekmakende zones. Volgens de verhalen van deskundigen die in de praktijk bezig zijn met het zoeken en neutraliseren van aardstralen, kunnen mensen en dieren een oneindig gamma aan ongemakken en ziektes krijgen door vaak vlak boven een stoorzone te vertoeven. Er bovenop slapen is zelfs helemaal fout en betekent gegarandeerd om problemen vragen. “Ik zíé het gewoon aan de mensen die erboven slapen,” zegt Stefaan Schietse onomwonden, “die geven geen frisse indruk in hun gezicht, hebben een grauwe, vale gelaatskleur en meestal hebben ze ook chronische lichamelijke klachten.” Even een bloemlezing van wat men zoals tegenkomt: slapeloosheid, heel oppervlakkig slapen of niet meer terug in kunnen slapen, vermoeid opstaan, hoofd- en schouderpijn, rugpijn, gewrichtspijn, maag- en darmklachten, studieproblemen, hyperactiviteit, ontstekingen (sterk verhoogde CPR-waarden), verminderde weerstand, duizeligheid... maar op termijn ook ernstiger aandoeningen als MS, CVS, kanker, spierziekten als ALS. “Ik kan het aantal cases niet meer tellen,” zegt Schietse, “waarin de gezondheidstoestand van mens en dier spectaculair verbeterde nadat ik de pathogene zones ging lokaliseren en samen met de betrokkenen naar oplossingen zocht. Vaak is het genoeg om het bed te verplaatsen of van kamer te veranderen als er genoeg ruimte is in huis. Ik heb kinderen hun werktafel doen verplaatsen waarmee hun schoolresultaten verbeterden... Van mij moet niemand het verhaal van de aardstralen geloven, maar ik zie wat ik zie en ik twijfel dus hoegenaamd niet aan wat ik doe...”

Paard

Eén van de talrijke praktijkvoorbeelden waarover Schietse vertelde, betrof een paardenstal die ongelukkig gebouwd was boven een dergelijke stralenvierhoek. Na van alles geprobeerd te hebben, was de eigenaar uiteindelijk bij Stefaan Schietse terecht gekomen. Vrienden hadden geopperd dat er misschien aardstralen in het spel waren en hadden hem doorverwezen naar Stefaan. Wat was nu het probleem: het betreffende paard ging altijd met tegenzin in de stal, ging uiteindelijk toch binnen met een soort bokkesprong, stak nooit zijn kop door de halfopen staldeur, en ging zelfs node eten aan de voerbak. “Ik had het probleem heel snel gevonden,” vertelt Stefaan, “Er liepen inderdaad wateraders pal onder de stal en de knooppunten - u raadt het al - lagen exact onder de staldeur en de voederkribbe. Ik was nog bezig met het ingraven van mijn mini-antennes of het paard kwam al welgemoed kijken door de staldeur... Probleem helemaal opgelost! En iedereen tevreden.”

En de duiven dan?

Het is niet zo dat alle dieren op dezelfde manier gevoelig zijn voor de ongunstige invloed van de aardstralen. Wel integendeel: zuur producerende dieren zoals mieren en wespen zoeken ze juist op. Waar een mierennest is (hopelijk niet in je keuken) is vrijwel gegarandeerd een stralingszone. Ook dansende muggenzwermen kunnen een indicatie zijn van de aanwezigheid van aardstralen. En bijen gedijen blijkbaar beter en leveren meer honing als de kasten boven aardstralen geplaatst worden.
Bij de huisdieren zijn katten en honden ook op dit vlak echt “kat en hond”: katten vertoeven graag een paar uur per dag boven op een waterader of knooppunt om zich op te laden... honden mijden wateraders als de pest en gaan er niet uit eigen beweging boven liggen. Dus als de poes in huis een favoriete zetel heeft, dan kan het baasje die plaats maar beter vermijden... Grosso modo kun je stellen dat nachtdieren (uilen, katten, nachtelijke roofdieren...) de aardstralen opzoeken en dat dagdieren (honden, paarden, schapen...) de negatieve straling mijden als de pest - als ze daar de kans toe krijgen.
En duiven dan: dat duiven gevoelige dieren zijn met een speciaal zintuig voor elektromagnetisme maakt ze ook bijzonder onderhevig aan de (negatieve) invloed van wateraders en knooppunten. Duiven die boven een stoorzone huizen, komen nooit in vorm en staan zelden “rond” en strak in het pak. Maar wat erger is: door de storing in het magnetisch veld raakt ook hun oriënteringszin in de war en komen ze vaak moeizaam of helemaal niet meer thuis. Maar ook hier is de ene duif er (nog) gevoeliger voor dan de andere en is de vaste rustplaats van de individuele duif erg bepalend. Op een hok dat (deels) boven wateraders staat kunnen duiven uit bepaalde afdelingen of zelfs kolommen nestvakken opvallend minder goede resultaten neerzetten dan hun soortgenoten in het aanpalend hok of de aanpalende kolom bakken.

Indicaties

Er zijn een reeks aanwijzingen die bij duiven kunnen duiden op een probleem dat mogelijks veroorzaakt wordt door wateraders: 

  • de duiven mankeren continu wat, zonder dat de veearts u (blijvend) kan helpen. Kuren helpen maar tijdelijk en al snel hervallen de duiven in dezelfde kwaal: weinig eetlust, niet rond zitten, minder bevruchte eitjes, niet graag vliegen, mat vederpak, abnormale verliezen, slechte resultaten tout court... 
  • u investeert in kwaliteitsduiven en doet er alles voor en toch zijn uw resultaten helemaal niet in verhouding;
  • de duiven zijn opvallend onrustig, schuw, zitten niet graag in hun bakken, komen tegen hun zin binnen;
  • u verhuist of zet een nieuw hok en dezelfde kwaliteitsduiven doen het ineens niet meer.

Het zijn natuurlijk maar indicaties, maar een beetje wichelroedeloper (m/v) kan u uitsluitsel geven over de eventuele aanwezigheid van ongunstige invloeden. Vindt hij niets, des te beter en dan is het nog tijd genoeg om naar andere oorzaken te zoeken.

Waar vinden?

De kans is groot dat u niet meteen een wichelroedeloper als buur hebt, maar misschien is er wel iemand in uw kennissenkring die wel iemand kent en anders is er natuurlijk nog google (zoeken op bv. “wichelroede duiven”). Zelf was ik behoorlijk onder de indruk over het werk van Stefaan Schietse (u vindt zijn contactgegevens op www.wichelroedeloper.be) niet alleen bij de hokken, maar ook in huis. Maar er zijn zeker nog andere betrouwbare praktijkmensen te vinden. U moet enkel op uw hoede zijn voor amateurs (om niet te zeggen charlatans). Daarom enkele tips om de bekwame wichelaar (m/v) te onderscheiden van de andere:

  • hij is zeker van zijn stuk en de gevonden resultaten zijn consistent (spreken elkaar niet tegen en zijn herhaalbaar);
  • zijn bevindingen komen tot in de details overeen met die van een collega pendelaar of wichelaar (als u bv. wil dubbelchecken door een tweede wichelaar te raadplegen);
  • hij zal u zonder uw tussenkomst aanduiden waar de goede (lees: de gezondste) duiven huizen en waar u desgevallend probleemhokken of -zones hebt;
  • hij zal niet arrogant doen, geen kwaadspreken van zijn collega’s of hun methodes niet kleineren;
  • hij zal u een betaalbare, duurzame en werkzame oplossing bieden en daar doet u het natuurlijk voor.

De wichelroede wordt horizontaal gehouden met beide handen. Bij het kruisen van een waterader slaat de wichelroede uit naar boven.
De wichelroede wordt horizontaal gehouden met beide handen. Bij het kruisen van een waterader slaat de wichelroede uit naar boven. 

Stefaan Schietse

Ik kwam Stefaan op het spoor op advies van een sterkspelende kampioenenformatie. Zij hadden ook Stefaan Schietse leren kennen via collega’s die heel erg tevreden waren over zijn bevindingen en  interventies op en rond hun hokken. En neem maar van mij aan dat het zeker niet bepaald de kleine melkers zijn die hun hok en de omgeving laten uitpendelen door een wichelroedeloper, integendeel zelfs. Ik ga geen namen noemen, toch zeker niet zonder toelating van de betrokken liefhebbers, maar er zijn hele grote bij die hun hok hebben laten ontstoren, hetzij met een geaarde koperen lus (kooi van Faraday), hetzij met afschermende folies, hetzij met ontstoorders in de vorm van bakstenen of kistjes, hetzij met de mini-antennes zoals Schietse die gebruikt.
Stefaan Schietse zelf is een hele bescheiden man van de boerenbuiten. Hij is vele jaren geleden in contact gekomen met aardstralenzoekers dankzij een veevoederleverancier die mee naar een oplossing zocht voor abnormale biggensterfte in een bepaalde stal. Die man stuurde twee mensen (onder andere een zekere heer Thuymans uit het Antwerpse) naar de boerderij en die vonden vrij snel het probleem met behulp van wichelroede en pendel. En ze losten het probleem ook op met bakjes waarin een soort koperen antenne in polyester was gegoten. De interesse van Schietse was meer dan gewekt en hij ging zich daar nu zelf volop op toeleggen. Internet bestond nog niet, dus was het zoeken naar boeken of mensen die er meer van wisten. Stefaan Schietse ontdekte al heel snel dat hij zelf ook de nodige gevoeligheid bezat om water en wateraders te zoeken. Hij ging eerst experimenteren met twee L-vormige koperen staafjes en zo leerde hij de stiel. Daarna ging hij op cursus om zijn techniek te vervolmaken. De mensen bij wie hij in de leer ging, wisten hem zelfs te vertellen dat hij “nen echte” was, een natuurtalent dus.
Stefaan bekwaamde zich verder en deed ervaring op in de praktijk, met mensen en dieren. Jammer genoeg ontdekte hij zo ook dat hij er zelf al 15 jaar boven geslapen had en begreep meteen veel beter zijn eigen gezondheidsproblemen. “Mijn vader heeft er zowat 35 jaar boven geslapen en is veel te jong gestorven,” vertelt Stefaan verder, “Mijn schoonvader idem, ook vroegtijdig slachtoffer geworden van die stille doder...”  Bij hem moet je dus niet komen vertellen dat wateraders en aardstralen een sprookje zouden zijn of zoals het in Wikipedia staat (alvast geschreven door een vooringenomen scepticus) “Aardstralen zijn een hypothetische straling, afkomstig uit de aarde, die als een soort mystiek krachtveld de aarde bedekt en invloed uitoefent op alles wat er leeft.” Qua objectiviteit en neutrale ingesteldheid kan dat tellen. Moet u mij vooral eens vertellen wat een “mystiek krachtveld dat de aarde bedekt” is. Van een omfloerst taalgebruik gesproken...

Mij stoort het alvast niet dat aardstralen gerangschikt worden onder pseudowetenschap. Zelf ben ik er - als voorzichtige believer - met een open geest voor gegaan en geef het alle kansen. Wie leeft, zal zien...

Auteur: 

Zircon - This is a contributing Drupal Theme
Design by WeebPal.