CHRISTIAENS-DE SMEDT - 1e Internat. Zware Fondcompetitie Gouden Duif

Liefhebber: 

Pamel – Pamel is een dorp in het Pajottenland en is een deelgemeente van Roosdaal. Pamel ligt aan de oever van de Dender en vergaarde bekendheid door de "Dikke van Pamel". Victor De Klercq (1848 - 1885) was een gezond kereltje van een goeie 300 kg. Veel mensen uit de streek wilden deze dikkerd van nabij zien en er kwamen ook heel wat bezoekers uit Brussel en omgeving.

Hoofdgemeente Roosdaal daarentegen is vooral bekend door de aardbeienteelt. Vroeger waren het vooral de kleine telers die de dienst uitmaakten terwijl het nu grote bedrijven zijn die hun producten aan de man brengen via grote veilingen. In Pamel bevindt zich trouwens het Provinciaal Centrum voor Kleinfruit waar naar nieuwe teelttechnieken gezocht wordt. Een bezienswaardigheid in Roosdaal is de windmolen van “Kapitein Zeppos” die gebruikt werd in de afleveringen van dit bekend feuilleton. 
Pamel kwam in 2018 ook volop in de belangstelling door de duivensport. De tandem Christiaens-De Smedt zorgde voor een zelden geziene stunt. Zij werden 1e Nationaal Kampioen Grote Fond Oude KBDB 2018 en waren ook de primus in de Internationale Zware Fondcompetitie 2018 van de Gouden Duif-competitie. Tijdens de Gouden Duif-viering zullen deze kampioenen van de grote fond op een bijzondere manier gehuldigd worden.

ZO WONNEN ZIJ DE INTERNAT. ZWARE FONDCOMPETITIE GOUDEN DUIF
    1e getekente 1e geklokte
29.6 Agen (dv) 4563 d. 56 50e
19.7 Marseille (dv) 2130 d. 15 12e
27.7 Narbonne (jl) 3017 d. 6 19e

Door een opgevangen duif

Vader was geen duivenmelker. Grootvader Jean Christiaens was een snelheidsspeler maar kleinzoon Dirk Christiaens mocht niet veel op zijn hok komen. In feite is alles begonnen in 1984 met een opgevangen duif. Deze werd verzorgd en daar kwam nog een opgevangen duif bij. Er werd gekweekt, de duiven kwamen los en het spel zat op de wagen. Maar Dirk heeft van zijn ouders nooit met duiven mogen spelen want zijn studies gingen voor.
In 1995 is hij dan begonnen met jonge duiven achter het ouderlijk huis in Alsemberg. Op zijn eerste vlucht uit Quiévrain won hij de 3e prijs en dan was Dirk voorgoed verkocht. Met een gekregen duif van de buurman won hij in hetzelfde jaar de 1e prijs uit Dourdan. Deze klepper won 7 prijzen per 10-tal op 8 inkorvingen en dat was een geweldige start voor onze neofiet. Tot 2001 is Dirk er blijven spelen. In 2002 is hij getrouwd en begonnen met duiven op de huidige locatie. Zijn droom was de grote fond !

Christiaens-De SmedtVanbruaene en Arjan Beens

Om die droom waar te maken ging Dirk Christiaens in eerste instantie op zoek naar het oude fondsoort van André Vanbruaene. Hij haalde duiven bij Carlo Gyselbrecht, Knesselare; André en Peter Gyselbrecht, Ruiselede; Jan Van Engelen, Hedel (Nl); G. & G. De Graaf, De Westereen (Nl); Gebr. T’Jolijn, Hasselt en Luc Wiels, Roosdaal. 
Deze basis werd ingekruist met duiven van Ina Roobol, Zwijndrecht (Nl); Arjan Beens, Genemuiden (Nl) en de Gebr. Limburg, Zuidveen (Nl). Meer recent werden er duiven bijgehaald van Luc Van Coppenolle, Zingem.
Tot 2008 werd het klassiek weduwschap gespeeld met ups and downs. Daarna werd er nog 4 jaar verder gespeeld op het weduwschap maar ook met 12 koppels op het nestspel. De nestduiven deden het beter dan de weduwnaars.
In 2011 leerde hij Arjan Beens, Genemuiden kennen en Dirk heeft zijn systeem gekopieerd. De basispijlers van dit systeem zijn het nestspel en doffers en duivinnen inkorven op 10 à 14 dagen broeden. Na aankomst van een wedstrijd wordt het nestje opgeruimd en er wordt daarna een nieuw nestje gestart voor de volgende wedstrijd. Er moet ook een serieuze ploeg duiven gespeeld worden op een relatief kleine oppervlakte. De duiven krijgen dag en nacht volle bak eten van “all in one” Koopman van Beyers. De ploeg krijgt ‘s morgens en ‘s avonds een verplichte training van 1 u. Dit systeem werd ingevoerd met knap resultaat en reeds in 2014 vlogen 4 duiven zich in de eerste tien nationaal.

Het nestspel

Dirk kwam aan de start van het seizoen 2018 met 60 koppels oude en jaarse die op het nestspel gespeeld werden. Daarbij kwamen nog 150 jonge duiven. De achterban wordt gevormd door 12 kweekparen en 8 doffers die om de 10 dagen een andere duivin krijgen. De eieren worden verlegd onder 24 voedsterkoppels
De duiven vlogen hun laatste vlucht op Perpignan 2017 en daarna werden doffers en duivinnen gescheiden. De doffers bleven op het vlieghok en de duivinnen gingen naar het hok van de jonge duiven. Oude en jaarse duiven zitten op hetzelfde hok en tot eind december werd er rijkelijk ruimengeling gevoederd. Ze kregen regelmatig kruidenthee met lijnzaadolie en biergist over het voeder.
Vanaf 1 januari 2018 kreeg de vliegploeg een “gerstkuur” gedurende twee maanden. Er werd uitsluitend gerst gevoederd en de hoeveelheid gerst werd stelselmatig afgebouwd. Na een maand zaten de duiven aan hun minimumrantsoen en de duiven hadden honger. Deze beperkte portie werd gedurende 1 à 1,5 week aangehouden. Daarna werd de portie gerst groter tot een normaal rantsoen. Bij voorkeur wordt er “brouwersgerst” gevoederd want die bevat meer eiwit dan de gewone gerst. 
Vanaf begin maart werd het dan terug een gerantsoeneerde ruimengeling. Begin april werd er dan terug overgeschakeld op sportmengeling. De laatste week voor het koppelen (29/4) werden de duiven terug bijgevoederd zodat ze opnieuw rond zaten. Vanaf dan stond er dag en nacht eten op het hok.
Tijdens de maand april trainen de ene dag de doffers en de andere dag de duivinnen. Wanneer de dagen langer worden (2e helft van april) trainen doffers en duivinnen eenmaal daags. In het begin is dat een vrije training (eind maart, begin april). Na een paar weken wordt er gevlogen met de vlag. Eerst 15 minuten en dan langzaam opbouwen (telkens 5 minuten langer) tot ze een vol uur trainen. Doffers en duivinnen trainen eerst afzonderlijk en vanaf 29 april trainen ze samen. Vanaf midden mei wordt er tweemaal daags getraind... 1 u ‘s morgens en 1 u s’ avonds. ‘s Morgens wordt de training langzaam opgedreven tot 1,5 u en vanaf juni trainen doffers en duivinnen 2,5 u per dag. Ook de duivinnen op het nest moeten mee trainen.
Van 1 maart tot 30 april worden doffers en duivinnen verduisterd en dit gebeurt vooral om de conditie te drukken. De vliegploeg zit dan de hele dag in het donker en krijgt alleen licht om te eten en wanneer ze buiten komen voor de training. Vanaf 21 juni wordt de langste dag aangehouden.
De vliegploeg is onderverdeeld in 4 groepen die de zware fond aanpakken. Bij de oude duiven vliegt groep 1 Barcelona-Perpignan; groep 2 St. Vincent - Perpignan; groep 3 Pau-Marseille. Groep 4 zijn oude en jaarse duiven die Agen-Narbonne op hun bord krijgen.
Het schema van groep 1 ziet er uit als volgt : 29/4 koppeling (na Noyon), 6/5 Noyon, 12/5 Chevrainvilliers, 15/5 nest afgebroken, 19/5 Chevrainvilliers, 26/5 Chevrainvilliers, 9/6 Valence (inkorven op 11 dagen broeden) en bij thuiskomst nest afgebroken, 23/6 Chevrainvilliers, 30/6 zelf rijden naar de Franse grens, 6/7 Barcelona op 11 dagen broeden en bij thuiskomst nest afgebroken, 22/7 Chevrainvilliers, 30/7 inkorven Perpignan op 11 dagen broeden, 3/8 Perpignan. Dat gebeurt zo voor iedere groep afzonderlijk.

De knappe hokken in Pamel.Volle bak voederen

Vanaf 20 april staat er dag en nacht eten (all in one) op het hok. Deze mengeling wordt tot aan de inkorvingsdag gevoederd. Iedere dag gaat er lijnzaadolie over het voeder. De laatste 4 dagen staat er een potje met voeder naast de nestschotel en de vliegduiven krijgen dan zoveel pindanoten als ze willen. De jonge duiven krijgen 1x per dag ruimengeling na de training om 20 u.
Bij thuiskomst van een wedstrijd krijgen de duiven de mengeling “all in one” gevoederd en drinken een eigen gebrouwen kruidenthee. Er worden ook dierlijke eiwitten verstrekt. Elektrolyten en vitamines worden niet gegeven. Veel belangrijker zijn lijnzaadolie en biergist en veel en verse grit. Tijdens de winter gaat er veel look, ajuin en sjalotten in het drinkwater.

150 jonge duiven

De 150 jonge duiven worden gefokt uit de kwekers die op 15 maart gekoppeld worden. De jongen worden gespeend aan 25 tot 28 dagen. Elke ronde worden de kwekers herkoppeld. De jongen worden niet verduisterd en niet bijgelicht. Na Perpignan, 1e weekend van augustus, en als het weer het toelaat worden de jongen opgeleerd. In 6 etappes gaat het tot 25 km. Daarna gaan ze mee met de maatschappij waar ze direct Noyon (160 km) vliegen. In 2018 vlogen de oudste jongen 2x Noyon. De latere rondes werden opgeleerd maar niet gespeeld. De selectie van de jonge duiven gebeurt in de hand. De jongen moeten goed gesloten zijn achteraan, een sterke rug en een sterke natuurlijke gezondheid hebben.
Als jaarling worden ze gekoppeld op 29 april en samen met de oude duiven opgeleerd. Het wordt dan 2x Noyon, 2x Chevrainvilliers, prov. Blois, Chevrainvilliers en dan Agen. Op Agen gingen er 13 jaarlingen verloren van 29 maar op Narbonne waren er geen verliezen meer.

Tussen de woonbakken worden er nog schabjes opgehangen om nog meer animo te brengen onder de vliegploeg.Beperkt medisch

Einde maart wordt er ingeënt tegen paramyxo en 14 dagen later met het borsteltje tegen de pokken. De jonge duiven worden niet ingeënt tegen de pokken. Op het einde van het jaar wordt er eerst behandeld tegen paratyfus en daarna wordt er ingeënt. Eind maart gaat Dirk met zijn duiven op controle bij de dierenarts.
In de eerste helft van mei werd er behandeld tegen trichomonas en luchtweginfecties. Verder in de loop van het seizoen krijgen de duiven die de mand ingaan voor de internationale vluchten een trichopil (dierenarts) opgestoken.
Na een wedstrijd bij koud weer worden er oogdruppels (dierenarts) toegediend. 

Duiven op stro

De 60 koppels vliegduiven krijgen onderdak op een hok van 5 m. Veel duiven op een beperkte ruimte zorgt voor motivatie. Tijdens het vliegseizoen mogen ze ook niet in de volière. Tussen de broedbakken worden nog extra schabjes opgehangen om dat gevoel nog te versterken. De bodem van het vlieghok wordt bedekt met een laag stro van 10 cm dik.
Bij de koppeling worden doffer en duivin 1 week opgesloten in hun woonbak. Daarna gaan de woonbakken open en de duiven mogen broeden waar ze willen. Er wordt ook op het strotapijt op de vloer van het hok gebroed. Het gebeurt dat één doffer met twee duivinnen paart of dat één duivin met twee doffers paart. Een doffer wiens duivin achter blijft op een wedstrijd kan op zoek gaan naar een andere partner.
De verluchtingsroosters in de voorzijde van het hok werden dicht gemaakt. Ook de verluchtingstrook voor en boven de duiven werd eveneens dicht getimmerd. Het hok heeft schuiframen waarvan de ene helft bestaat uit glas en de andere helft uit windbreekgaas. De oude en jaarse vliegduiven hebben een hok met een planken vloer. De kwekers en de jonge duiven zitten op metalen roosters.
Tijdens het vliegseizoen worden de drinkpotten iedere dag uitgewassen. Na het vliegseizoen worden ze één keer per week gereinigd. Bij heel warm weer wordt er water verneveld met een plantenspuit.
Er wordt gespeeld op hokken die zuidelijk gericht zijn. De grote kuis heeft plaats tussen Kerstmis en Nieuwjaar. Dan worden de woonbakken en de vloer gekrabd tot op het blank hout. De stofzuiger wordt gebruikt en de woonbakken en de dakpannen worden zuiver gemaakt. Alles wordt afgewassen en daarna ontsmet met javel.

De volières voor de hokken zijn een zegen voor de gezondheid.Selectie

De selectie gebeurt voor 80 % op de geleverde prestaties. Van de jaarlingen wordt verwacht dat ze minstens 1 prijs winnen op Agen of Narbonne. De oude duiven moeten 2 op 2 prijs winnen of één kopprijs.
Voor de andere 20 % van de selectie wordt er gekeken naar de afstamming. Een broer of een zuster van een zeer goede duif krijgt wat respijt. Ook een mooie duif krijgt nog een kans maar wordt dan verder gespeeld.
Op het kweekhok wordt er na 4 à 5 jaar nagekeken of er nakweek van het kweekkoppel nog op het vlieghok zit. Maar met fondduiven moet je geduld hebben en ze laten aanpassen aan het systeem of ze kruisen met andere duiven. Ook bijgehaalde duiven moeten na 4 à 5 jaar iets laten zien. Maar bij voorkeur gaan de beste prestatieduiven naar het kweekhok. Wanneer een kweker oud wordt en zijn evenbeeld zit in de nakweek dan gaat die zonder prestaties naar het kweekhok. Op het einde van het jaar kan er aan inteelt gedaan worden om de Vanbruaene-stam vast te houden. Dan kan vader x dochter en broer x zuster. Maar wat niet goed is moet dan verwijderd worden en de nakweek die behouden wordt moet dan aan vreemd bloed gekoppeld worden.
Dirk Christiaens : “Ik hou van een duif die achteraan goed gesloten is met een sterke rug. Ik zie graag een gekorreld oog. Wij proberen ook aan compensatiekweek te doen of groot x klein, witoog x geeloog of blauw x geschelpt. Ik zie ook graag dat het zwarte staartuiteinde 2 vingers breed is.
Ik heb ook nog een paar dromen zoals een 1e nationaal winnen en Barcelona winnen is de natte droom van iedere grote fondspeler. Voor mij is het prijspercentage op een wedstrijd zeer belangrijk.
Mijn stelling is goede duiven + goed systeem en meer hebt ge niet nodig. Zoek een systeem dat bij u past en selecteer daarop. “Hou het simpel” en dat is het kernwoord van mijn duivensport.”

Enkele topkwekers

  • “Zoon Cancellara-Jan Pol” B10/1734255. Hij werd vader van “Hendrik” met 30e nat. Barcelona 7.478 d, 43e nat. Barcelona 7.438 d, 212e nat. Narbonne 3.942 d, 292e nat. Montélimar 3.624 d, 332e nat. Narbonne 4.047 d, enz. “Cancellara Jan” met 70e nat. Pau 2.581 d, 83e nat. Marseille 2.336 d, 87e nat. Narbonne 3.366 d, 147e nat. Narbonne 4.113 d, 206e nat. Agen 3.648 d. “Vrijgezel” met 48e nat. Narbonne 4.113 d, 152e nat. Agen 3.648 d. “Rode Valence” met 20e nat. Valence 6.542 d, B16/2007425 met 42e nat. Agen 4.457 d. B16/2007426 met 57e nat. Narbonne 3.506 d. “Broer Rode Valence” met 437e nat. Libourne 3.238 d.
  • “Sproet Perpignan” B11/2006324. Zij werd moeder van “Hilair” met 6e nat. Narbonne 3.017 d, 52e nat. Agen 4.078 d. B17/2009130 met 231e nat. Agen 4.078 d. “Prinses” met 55e nat. Narbonne 3.424 d, 150e nat. Agen 4.457 d.
  • “Milon” B11/2006416. Hij werd vader van “Hilair” met 6e nat. Narbonne 3.017 d, 52e nat. Agen 4.078 d. “B17/2009216 met 106e nat. Agen 4.078 d, 543e nat. Nabonne 3.017 d. B17/2009130 met 231e nat. Agen 4.078 d. B16/2007440 met 724e nat. Agen 5.335 d.
  • “Dochter Miss Gijsje” NL11/1213085. Zij werd moeder van “Corry” met 20e nat. Pau 2.581 d, 38e nat. Marseille 2.336 d, 45e nat. Marseille 1.764 d. “Laatje” met 66e nat. Agen 4.457 d, 118e nat. Narbonne 3.506 d. B15/2009804 met 156e nat. St. Vincent 2.758 d, 289e nat. Perpignan 4.620 d, 339e nat. Montélimar 1.538 d, enz. B15/2009896 met 36e nat. Marseille 2.336 d, 210e nat. Agen 4.405 d, 299e nat. Pau 2.581 d. B14/2165123 met 173e nat. St. Vincent 2.758 d, 240e nat. St. Vincent 3.053 d, 397e nat. Perpignan 4.620 d. enz. B15/2009897 met 139e nat. Montélimar 1.538 d, enz. B16/2007361 met 413e nat. Narbonne 3.424 d.
  • “Broer Nadal” (kleinzoon “Laureaat” A&P Gyselbrecht). Hij werd vader van “Corry” met 20e nat. Pau 2.581 d, 38e nat. Marseille 2.336 d, 45e nat. Marseille 1.764 d. “Prinses” met 55e nat. Narbonne 3.424 d, 150e nat. Agen 4.457 d. B15/2009905 met 71e nat. Pau 2.581 d, enz. B15/2009801 met 358e nat. Marseille 2.336 d, enz.

Auteur: 

Zircon - This is a contributing Drupal Theme
Design by WeebPal.