DIRK VAN DEN BULCK - 1e Prov. Kampioen hafo jonge en 3e snelheid jonge

Liefhebber: 

Nationale en provinciale kampioenen zijn het uitverkoren publiek om aan bod te laten komen in “De Duif”. Of Dirk dit jaar echt geïnteresseerd was om er tijd voor te maken, betwijfelde ik. Toen ik het hem vroeg of er interesse was, antwoordde hij dat hij mij dat niet kon weigeren. Dat bezorgde me een dubbel gevoel. Dirk legt voor zichzelf, in alles wat hij doet, de lat bijzonder hoog. Hij staat op zijn privacy, volgt zijn eigen weg en dat probeer ik steeds tegenover iedereen te respecteren. Ik moet just niks, hoorde ik al een keer iemand uit zijn buurt zeggen. Gelijk heeft hij. 

Het Tienverbond

Het Tienverbond beleefde de voorbije decennia een ongekende bloeiperiode. Legendarische prestaties van o.a. Gust Jansen, Leo Heremans, Stickers-
Donckers, Patrick Boeckx, Jos Cools, Staf Boeckmans, Van Vugt-Donckers, Kris Van Massenhoven en vooral van Dirk himself, vertaalden zich voor elk van hen in titels van 1ste Nationaal kampioen, 1ste Nationale asduif en/of 1ste Olympiadeduif.
Dat zulke exploten al een keer afgunst opwekken, is evident. Ik hoorde in de wandelgangen van het Tienverbond regelmatig negativiteit tegenover de vaandeldragers van dit verbond. “We zijn er alleen maar om het aantal duiven op te krikken en komen amper aan de bak.” Helemaal ongelijk hadden ze niet en als ik antwoordde dat ze moesten zorgen voor betere duiven, viel dat al evenmin in goede aarde. Op die manier maak je geen vrienden. 

Momenteel maken nog zeven maatschappijen deel uit van Tienverbond terwijl er dat enkele jaren geleden nog 19 waren. Ikzelf vind de teloorgang bijzonder spijtig, al zal de aanwezige kwaliteit er nauwelijks op verminderd zijn. Maar coëfficiënten worden nu eenmaal sterk beïnvloed door het aantal duiven. Dat Grobbendonk al een keer vroeg om een eigen dubbeling te mogen inrichten, kreeg een njet. Ik begrijp wel waar het om gaat. In een groot samenspel zit je al een keer aan de verkeerde kant of in een mindere positie bij de lossing. Toch nooit helemaal uitgesloten. Misschien win je op zo’n moment op die plaatselijke uitslag 1/300 en in het samenspel 20/1500. Wie kan rekenen weet meteen waarover het gaat. 
Antwerpen pakt dit in mijn ogen helemaal verkeerd aan. Zoveel mogelijk gelijke kansen creëren voor iedere deelnemer is moeilijk, maar je kan het toch proberen. Ik vind dat ze dit in Limburg heel goed doen en heel veel nationale kampioenen op de snelheid kwamen de laatste jaren uit die regio. Vaak omdat daar per weekend meerdere uitslagen in aanmerking komen voor het nationaal kampioenschap. De KBDB zou deze discriminerende kansenongelijkheid moeten bestrijden in plaats van ze mee te organiseren! Gelijke kansen voor iedereen zou het speerpunt van hun beleid moeten zijn. Ze zijn de enige instantie die hiervoor kan zorgen omdat zij de spelregels bepalen en alle macht in handen hebben. 

Dirk, hoe kijkt u hier tegenaan?

Het is wat het is en we blikken vooruit. Meningen van mensen verschillen, maar wat ik persoonlijk jammer vind is de beslissing van het Tienverbond dat een jaarling die toch verplicht gedubbeld moet worden tegen de oude daar geen punten kan winnen in het kampioenschap oude duiven. Een liefhebber die toevallig één goede oude en één goede jaarling heeft die beide het niveau van de rest van de vliegploeg ver overstijgen, moet een keuze maken. Je hypothekeert je kansen in het plaatselijk kampioenschap door je beste twee duiven als 1e en 2e getekende af te geven, maar ambieer je een plaatsje in de nationale kampioenschappen moet je dat toch doen. Het systeem deugt dus niet en als de criteria bij de KBDB provinciaal en nationaal al verschillend zijn, wat wil je dan? Wie nationaal kampioen wordt in een categorie zou logischerwijze dat ook moeten zijn in de provincie, in het verbond en in de club waar hij speelt. De realiteit is helemaal anders en onbegrijpelijk. De Giro is gestart met 23 ploegen van 8 renners. Voetbal spelen we al meer dan 150 jaar met 11 tegen 11. 

Momenteel domineren de grote hokken onze duivensport en ze versmachten heel veel kleine liefhebbers. Met de zware sloophamer slaan ze om zich heen. De uitslag hier in het Tienverbond Noyon van vorige zondag (30 april) was er een goed voorbeeld van. Donckers & Donckers tekenen 204 duiven en winnen hiermee 160 prijzen waarvan zelfs 52 in de top-100 tegen 1601 duiven. Ze winnen 73 prijzen per 10-tal en hadden op dat moment al een groter stuk van de koek dan die hen normaal mocht toekomen. Dan spreek ik alleen over de uitslag oude/jaarse. Ik ga er iedere week mee in de clinch en ik applaudisseer voor hen. Ze hebben fantastisch goede duiven, al heb ik een kleine bemerking. 
Kettinguitslagen maken op mij zelden een grote indruk. Ik tel alleen het individueel palmares van een duif en ik voeg eraan toe dat de duiven die ik wat jaren geleden op mijn hok had, een fraaier palmares hadden dan de huidige generatie. Maar ik heb weinig reden om te klagen en ben zelfs een beetje fier op de uitslag van zondag, ook al viel mijn prestatie veel minder op. Ik tekende op Quiévrain en Noyon 34 duiven (dubbelingen jaarse tegen oude inbegrepen) en won hiermee 32 prijzen waarvan 28 per 10-tal (en net niet de helft per 20-tal!). Wat vind je hiervan? Ik moest even slikken.

De hokken van Dirk Van den Bulck.

Wat is voor u een goede duif?  

Ik zie graag duiven die een heel hoog prijzenpercentage behalen. Duiven die vaak een prijs minstens per 10-tal winnen en zij die ieder jaar minstens 2 tot 3 prijzen per 50 of 100-tal behalen, stijgen bij mij ver boven de middelmaat uit. Dat zijn ze die je nodig hebt, maar ze zijn eerder zeldzaam als je het totaalplaatje van iedere duif apart bekijkt. U bezorgde me na het seizoen 2022 een overzicht met o.a. alle prijzenpercentages van Noyon. Ik liet volgens uw statistiek 227 duiven tekenen en behaalde hiermee 176 prijzen. Met 77,5% over alle categorieën en over alle vluchten torende ik toch wat boven de tegenstand uit. Zoiets geeft een mens toch een goed gevoel. Het was enkele jaren geleden zelfs nog enkele procentjes hoger. Uit Quiévrain kwam ik volgens u aan 68,3%. Ook daar deed niemand beter, als ik me dat goed herinner. Allemaal heel mooi, maar nog een keer: enkel het individueel palmares van iedere duif is voor mij belangrijk. Zelfs al haal je nog geen 33,3% kan je toch de beste duif van heel het land op je hok hebben. Dat is puur theoretisch en zal zelden voorkomen, maar het is niet helemaal uitgesloten. 

Wat ikzelf eveneens als zeer positief beschouw, is dat je regelmatig een topduif kweekt uit je vliegduiven. Kweken uit jonge beloftevolle en erg vitale duivers en duivinnen: ik raad het iedereen aan omdat ik er zelf in geloof en het al vaak zelf mocht ervaren. Een koppel dat ieder jaar één goede, een echte goede, oplevert is goud waard. Wanneer je vier jongen kweekt uit een bepaald koppel en er is één bij die het doorhouden waard is, dan heb je een goed kweekkoppel. Kweekkoppels geven veel afval en niet alleen bij mij, zou ik durven denken.

Beleefde u het voorbije jaar plezier aan uw titel van provinciaal kampioen op de halve fond?

Ik voel mezelf al heel mijn leven een snelheidsspeler. Mijn vader Fons werkte in Brussel en kreeg duiven van bekende fondspecialisten uit heel Vlaanderen. Over uitslagen heb ik nooit veel gehoord. Hij speelde sporadisch ook wel snelheid hier in Bouwel op een moment dat deze kleine maatschappij nog 40-50 leden telde. Mijn drie broers toonden geen interesse voor duiven, maar ikzelf was als kind al bezeten van duiven. Ook in de periode dat ik studeerde aan de U.A. spookten de duiven constant door mijn hoofd. Ik beschouw me al heel mijn leven als een kleine liefhebber en het plezierde me in de beginjaren dat ik regelmatig op het podium mocht. 
Ruim 15 jaar geleden kwam mijn duivenloopbaan plots in een stroomversnelling. Het geluk stak ongetwijfeld een handje toe. Zonder dat je het zelf wil, hangen onbekenden plots aan de deurbel en rinkelt de telefoon onophoudelijk. Iedereen lijkt plots duiven van je te willen. Elke medaille, ook die van het succes, heeft een keerzijde. Iedereen gaat er op zijn manier mee om. Ik nam een moeilijke beslissing waarvan ik nog steeds geen spijt heb. Ik verkocht de duiven aan Flanders Collection (Yannick de Ridder) en Big Andy (Larentzakis) uit Canada. Ze werden deels succesvol geveild via Pipa. Ik had me voorzien van een ploegje afstammelingen en die doen het nog steeds goed. In ieder geval goed genoeg om er veel plezier aan te beleven. 

Ik heb een goede band met mijn zoon Filip. Hij leeft mee en elke zondag is hij op post om de duiven op te wachten. Eén telefoontje volstaat en hij staat klaar om de duiven voor een leervluchtje weg te brengen. Vooral op zijn verzoek wordt er al een keer met enkele duifjes deelgenomen aan de halve fondvluchten. Dat pleziertje wil ik hem niet weigeren en in afwachting dat de duiven thuiskomen hebben we vaak een leuke babbel. We zitten op dezelfde golflengte. We wonnen de provinciale titel op de halve fond met twee jonge duivinnetjes. Eentje van de 1ste ronde en eentje van de 2de ronde uit hetzelfde koppel (n.v.d.r. pedigree vindt u elders op deze pagina). De vader is een zoon van Mia, 2e nationale asduif halve fond 2016, die ik aankocht bij Johnny Panis. De moeder is een zus van de “Blauwe Staf” van Staf Boeckmans, 1ste nationale Asduif op de snelheid. 6 wedstrijden op rij wonnen ze samen een prijs per 10-tal. Ik gebruik liever geen superlatieven want ik korfde slechts 22 duiven in en won hiermee 17 prijzen. Filip beleefde er wellicht meer plezier aan dan ikzelf. 

Dit jaar zal er evenwel weinig of niet op de kleine halve fond gespeeld worden met jonge duiven. Twee nachten mand en vaak een afstand van meer dan 370 km tijdens de hete zomermaanden, dat zie ik voor jonge duiven echt niet zitten. En al helemaal niet voor iemand als ik die met enkele duifjes het volledige programma wil afwerken. Waarom de klok hier 30 jaar teruggedraaid wordt, begrijp ik niet goed. Wat halve fond met jonge duiven betreft, gooi ik dus de handdoek. Eén ding is nu al zeker: ik zal mezelf niet opvolgen. 

“Zoon Mia” x “Zus Blauwe Staf”, een knap kweekkoppel

Ouders van o.a.:
B19-6060914 –
3e Asduif jonge in Regio Mechelen + Hafo Turnhout 
9/1.879, 10/1.732, 16/1.161, 25/2.442, 47/1.675...
B19-6060915 – 2e Asduif jonge in Regio Mechelen
2/602, 9/3.030 , 14/1.161, 18/1.107, 20/1.679, 36/678...
B20-6110214 – 5e asduif Tienverbond jonge Noyon
2/512, 9/647, 11/859, 16/3.859, 35/3.473, 50/1.066, 64/1.436, 81/1.615, 82/1.207, 132/3.463... In de top-100 uit Noyon: 10/3.098, 22/2.042, 23/3.441
B21-6201053 – 7e Asduif jonge Hafo Regio Mechelen
B22-6106162 – 3e Asduif jonge met 6 beste uitslagen Hafo Regio Mechelen en cowinnares 1e Prov. Kampioen halve fond jonge
B22-6106129 – 2e Asduif jonge met meeste prijzen (10/10) en 6e asduif jonge met 6 beste uitslagen Hafo Regio Mechelen en cowinnares 1e Prov. Kampioen halve fond jonge

“Zoon Mia” x “Zus Blauwe Staf”, een knap kweekkoppel:
“Zoon Mia” x “Zus Blauwe Staf”

En waaraan beleefde uzelf in 2022 het meeste plezier?

Misschien wel aan het winnen van mijn eigen mini-versie van de “treble”. Pardon? Lees je geen kranten en ken je KDB niet? Je schrijft toch al een keer over voetballen en wielrennen. Kevin droomt van het winnen van de Champions League, de FA Cup en het behalen van de titel in de Premier League. Helemaal uitgesloten is dat toch niet. Alles moet tegenwoordig toch een beetje Engels klinken om aandacht te krijgen. 

Klopt! En hoe ziet jouw treble er dan uit? 

Ik werd kampioen met jonge duiven uit Quiévrain in het Tienverbond, tevens kampioen met jonge duiven uit Noyon in datzelfde verbond en kampioen met de jonge duiven in de Overkoepeling Mechelen-Turnhout. 

Amai, Dirk, dat heb je goed gedaan en wellicht heeft niemand jou dat ooit voorgedaan. Ik vrees er zelfs voor dat ik dit nooit meer ga beleven, maar u moet het zeker blijven proberen. 

Wat zijn de verwachtingen voor 2023?

Ik heb 17 weduwnaars en 15 kweekkoppels en nog enkele voedsterkoppels en nooit eerder in mijn 50-jarige carrière als duivenmelker heb ik het volgende meegemaakt. Mijn eerste ronde viel zwaar tegen: duivinnen die pas na 3, 4 tot zelfs 5 weken legden, 4 duivinnen legden helemaal niet, één maar 1 ei. Verder ook nog enkele onbevruchte eieren en eieren met afgestorven vrucht. Vandaar het lage aantal jonge duiven van de eerste ronde: een goede dertig jongen uit bijna evenveel koppels!!
De tweede ronde ging gelukkig veel beter. Uit veel minder koppels (uit weduwnaars wordt maar 1 ronde gekweekt en van twee koppels heb ik de eieren verlegd) had ik meer jongen dan van de 1ste ronde (nu nog 32). 

Of die slechte kweek de voorbode is van een slecht seizoen valt af te wachten. De start was alleszins veelbelovend en ondertussen hebben de vroege jongen al een behoorlijk aantal opleervluchtjes vrij probleemloos afgewerkt. Half maart begin ik met het africhten. Ze zijn dan 3 maanden oud en vroeger schreef men dat dit de ideale leeftijd was om eraan te beginnen. Ik hanteer dit principe nog altijd en geloof dat jong geleerd alleen maar voordelen heeft. Om er maar eentje te noemen die momenteel hot is: Luca Brecel kwam met zijn hoofdje amper boven het biljart uit toen hij al snookerles kreeg. 

Mijn jonge duiven hebben ondertussen al meer dan 10 keer de weg naar huis gevonden. De omgeving van Brussel is voor hen geen onbekend terrein. Misschien ben ik wel een buitenbeentje maar door koude, wind op kop en wolkenvelden heb ik me nog nooit laten afschrikken. Iedereen zegt dat je met een staalblauwe hemel en oostenwind geen jonge duiven mag opleren. Ik lap die stelregel aan mijn laars. Het was heel de lenteperiode al veel te koud, maar mijn jonge duiven zijn klaar om Quiévrain te vliegen. Ik kijk er zelfs naar uit en hoop dat het ook dit jaar weer goed komt. Het ene jaar is het andere niet en prestaties uit het verleden zijn voor niemand een garantie dat het mooie liedje blijft duren. Afwachten en wie liever heel voorzichtig of bang is om een pluim te verliezen, moet zeker zijn eigen weg blijven volgen.

Wat zijn momenteel de sterkhouders op jouw kweekhok?

The Miracle

Bijna alle duiven die hier op het kweekhok vertoeven hebben hun strepen op de wedstrijden verdiend. Het is geen garantie op succesvolle nazaten zoals een mooie stamboom dat in mijn ogen nog veel, veel minder is. Soms komt een duif vroegtijdig op het kweekhok door omstandigheden en als je daaruit regelmatig goede en soms een heel goede kweekt mag u zich gelukkig prijzen. 
“The Miracle” is daar een goed voorbeeld van en met veel plezier stel ik die voor.
Hij dankt zijn naam niet zozeer aan zijn prestaties, maar eerder aan het feit dat hij als jonge duif na enkele vluchten zwaar gekwetst thuiskwam. Hij heeft het ongeval als bij wonder overleefd. Na een maand werd hij weer ingekorfd en pardoes won hij de eerste prijs in het Tienverbond (9 juli) tegen 1313 duiven. Het was het begin van een mooie reeks met o.a. 1/927, 1/767, 9/1.084, 9/884, 11/984 en 24/879. Ondanks het feit dat hij in het seizoen een maand lang in de lappenmand lag, werd hij toch nog 7de nationale asduif. Ik geloof al lang niet meer in mirakels, maar het leek er toch een beetje op. Wie had zoiets ook maar kunnen vermoeden? Hij kreeg snel een plaats op het kweekhok en is ondertussen vader/grootvader van heel wat eersteprijswinnaars. De Miracle werd samengekweekt met A. Majid uit Nederland.

La Machine 

La Machine is eveneens een voorbeeld van een duif die gekwetst is thuisgekomen. Het is een vale prachtdoffer die als jonge en jaarduif een indrukwekkend palmares bij elkaar heeft gevlogen. Hij won in zijn korte carrière een hele rits prijzen per 10-tal en vloog 12x per 50-tal (ZONDER dubbelingen). Hij was in 2019 de stervlieger uit Noyon in het Tienverbond en won in 2018/2019 o.a. 1/2.111, 2/1.923, 2/255, 4/531, 6/643, 9/1.001, 12/1.085, 14/2.502, 19/1.068, 22/1.238, 23/1.217, 31/2.104, 47/1.085, 68/2.593, 91/1.544, enz. Enkel 2/255 is een uitslag van Quiévrain, alle andere uitslagen werden behaald in het Tienverbond Noyon. Samen met zijn nestbroer werd hij in 2018 7de nationaal kampioen KBDB snelheid jonge duiven. Als jaarduif werd hij 1ste Asduif oude/jaarse Tienverbond Noyon. Door een onbeduidende procedurefout in het deelnemingsformulier werd hij NIET geklasseerd bij de nationale asduiven KBDB, terwijl anderen met ongeveer gelijkaardige fouten heropgevist werden. Ik bleef er niet te lang bij stilstaan, maar vergeten doe je zoiets niet. 

Olympic Kittel, kleinzoon van mijn beroemde Kittel

De 6245006 werd in 2016 7e Olympiadeduif  categorie F en vloog in het Tienverbond Quiévrain o.a. 2/2057, 3/584, 4/2.089, 5/2.721, 5/2.139, 10/894, 36/1.780, enz. 006 en broers of zussen van 006 zitten in de pedigree van bijna al mijn duiven. Hij is vader van o.a. (ik beperk mij tot de voornaamste):

  • B17-6216330: vloog bij Johny Panis 1/538, 1/356, 2/402, 3/525, 4/293, 4/506, 4/839, 7/2.093, 7/619, 23/2.283 en werd 20e nationale asduif KBDB snelheid jaarse 2018.
  • B18-6168548: 1/1.274, 12/988, 25/1.262, 27/795, 22/621, 28/653, 62/1.245
  • B18-6168547: vader van 4205164/2020: vloog bij Yannick De Ridder 1/1.026, 1/2.289, 1/1.745, 1/1.001, 1/995, 6/1.626
  • B19-6060945: 1/1.001, 6/981, 16/1.314, 29/991 (5e asduif Tienverbond jonge 2019)
  • B20-6110249: 3/2.444, 29/3.873

Stel me je beste oude, jaarse en jonge duif van 2022 voor...

NL19-1624180 – Flying Duchman 

(gekweekt door Lahib Farid)
Behoorde in 2020, 2021 en 2022 tot de top-3 bij de asduiven in het Tienverbond Quiévrain en won o.a.: 1/337, 1/274, 1/195, 2/271, 2/267, 2/414, 2/165, 2/95, 3/232, 4/330, 4/358,4/172, 7/339, 7/218, 8/208, 8/362, 9/198, 10/71, 12/209, 14/1.453, 14/704, 15/409, 21/294, 23/1.991, 36/1.032, 50/1.092...
Zijn klasseringen in de Top 100 / snelste duif:
1/6.810, 1/6.602, 2/6.948, 7/4.443, 8/5.386, 12/2.687, 13/5.102, 37/4.438, 51/4.673, 58/5.278, 61/4.350, 79/6.054, 93/3.219, 98/17.746
Mogelijk is hij zelfs ongeëvenaard in drie opeenvolgende wedstrijden :
23/5/2021 – snelste van 15.124 
30/5/2021 - 2de snelste 21.764 
06/6/2021 – snelste van 21.914

B21-6201004 – Green Eye, alias “De Groene”

In 2022 1e Asduif Tienverbond Quiévrain – Jaarlingen
Vloog in 2021 en 2022 13 x 1/50 o.a.
Quiévrain: 1/352, 1/172, 2/173, 4/95, 5/1.905, 5/305, 9/815, 11/258, 12/946, 13/951, 16/1.040, 17/1.092, 23/1.307, 72/1.620...
Noyon: 18/1.858, 16/1.040...
Klasseringen in de snelste duif: 10x top-100 tegen gemiddeld 8.900 duiven!
1/9.484, 3/3.639, 12/5.649, 20/2.687, 40/3.377, 48/11.748, 52/8.652, 81/9.366, 97/17.368, 98/17.439
Prestaties 2023 : 2x top 100 (Duivenspel) en 1e Quievrain 413 oude op 8 mei.
Zijn grootvader langs vaderskant is Greipel, 6e nationale asduif snelheid jonge KBDB 2013. 
Zijn grootvader langs moederskant is Sagan van Patrick Boeckx. Sagan was 1e nationale asduif snelheid oude/jaarse KBDB 2013. 

B22-6106116

Vloog in 2022 4x 1/100 en 8x 1/50 en werd hiermee 2e Asduif Quiévrain in het Tienverbond.
3/1.022, 8/1.113, 8/1.078, 8/712, 11/1.493, 15/958, 16/848, 24/1.221, 25/748, 40/1.065
Klasseringen in de snelste duif:
22/10.762, 60/14.945

En jij vertelde me daarstraks dat de duiven van de vorige generatie een fraaier palmares hadden of heb ik dat slecht gehoord? 

Dat klopt, maar ik heb ook gezegd dat ik nog steeds veel plezier beleef aan mijn duiven en ik vind ze zeker niet slecht. 
Dirk, ik heb het gevoel dat u de prestaties van deze duiven eerder minimaliseert. Zoals uw Hollander (Flying Dutchman) op drie jaar tijd heeft gevlogen, vindt u er in onze provincie wellicht geen enkele. 14x top-100 tegen gemiddeld 6.200 duiven en in 3 opeenvolgende weken: 1/15.124, 2/21.764 en 1/21.914. Die hoort niet alleen thuis in deze krant, maar misschien wel in “The Guinness Book of Records”. 

Na mijn bezoek aan Dirk en nadat ik het interview had uitgeschreven merkte ik dat er over voeding en medische begeleiding geen woord was gezegd. Ik stuurde Dirk een mailtje en vroeg hem of hij nog een keer kort wilde reageren. Dat deed hij, kort en bondig. 

Voeren doet iedere liefhebber op zijn manier, maar ik geloof dat sommige liefhebbers graag hun geweten willen sussen door het beste van het beste te geven. Bijna overal krijgen de duiven op het hok eten uit dezelfde zak en wellicht eet de kampioen hetzelfde als zijn buurman die amper een prijs kan winnen. Er is veel gezond eten op de markt al durven de prijzen fel uit elkaar lopen. Ik heb mezelf al in jaren daarover geen vragen meer gesteld. 
Wat medische begeleiding betreft kan ik kort zijn. Aankloppen bij de veearts doe ik niet vaak, enkel wanneer ik geen andere uitweg zie. Wat bijproducten betreft: van Flanders Finest gebruik ik tijdens het seizoen TurboXcell (vloeibaar) en FuelXcell (in poedervorm). Bij thuiskomst krijgen de duiven meestal zuiver water te drinken. Ik denk dat de spijsvertering van een vermoeid lichaamsgestel de eerste uren beter niet belast kan worden door allerlei producten in het drinkwater. 
Volstaat dit, Leo? Had je nog graag iets meer geweten, laat het mij dan maar gerust weten.

Auteur: 

Zircon - This is a contributing Drupal Theme
Design by WeebPal.